GGD Haaglanden is onlangs een preventiecampagne begonnen om aandacht te vragen voor meisjesbesnijdenis. Alleen in de regio al zijn er volgens de organisatie ongeveer vijfduizend meisjes tot achttien jaar die het risico lopen besneden te worden. Hoewel de campagne gericht is op moslims, spreken experts nadrukkelijk niet van een moslimkwestie.
Meisjesbesnijdenis, wat ook wel vrouwelijke genitale verminking wordt genoemd, wordt internationaal gezien als een schending van mensenrechten. Er zijn verschillende vormen van meisjesbesnijdenis, afhankelijk van de etnische groep en regio, zoals het verwijderen van de clitoris of zelfs de kleine of grote schaamlippen. Meisjesbesnijdenis komt voor in bijna dertig landen in Afrika, maar ook in gebieden in Zuid-Amerika, Azië en het Midden-Oosten. Door migratie en de vluchtelingenstroom is het ook een groeiend probleem in westerse landen, waaronder Nederland.
‘Het probleem is in Nederland groot, omdat er veel Nederlanders zijn met een migratieachtergrond uit landen waar het vaak voorkomt’, zegt Miriam Corciulo, antropoloog en medewerker van de Federatie van Somalische Associaties Nederland (FSAN). Onder Somalische Nederlanders komt de traditie vaak voor. ‘Het is niet vanzelfsprekend dat je breekt met je traditie zodra je je land verlaat. Het omgekeerde is soms juist het geval. Mensen wortelen zich meer in hun tradities, omdat ze bang zijn hun identiteit te verliezen. Ook met de komst van vluchtelingen zie je dat het probleem alleen maar groter wordt in Nederland.’
De FSAN speelt sinds eind jaren negentig een centrale rol in de bestrijding van meisjesbesnijdenis in Nederland. De organisatie richt zich vooral op voorlichting en preventie binnen de risicogroepen. ‘We werken vooral heel erg vanuit de gemeenschap zelf, onder andere door het trainen van sleutelfiguren’, vertelt Corciulo. Daarmee hoopt de organisatie dat sleutelfiguren de gemeenschap verder kunnen informeren over wat voor enorme impact meisjesbesnijdenis heeft en hoe schadelijk het is voor vrouwen. ‘Het is cultureel gevoelig en daar moet je rekening mee houden als je het onderwerp bespreekt. Anders werken alle campagnes en acties mogelijk averechts. Je stuit gewoon op te veel verzet.’ Volgens Corciulo is vrouwelijke genitale verminking in Nederland lang niet alleen een probleem van de oudere generaties. ‘We zien heel vaak dat ook jongere generaties er last van hebben. Dat heeft ook te maken met het feit dat sommige mannen, ook in Nederland, nog steeds een besneden vrouw meer geschikt vinden als potentiële partner. Hoewel meisjes zich daar wel eens tegen verzetten, is het veel belangrijker dat ze de familie meekrijgen. Want de familie wordt vaak door de gemeenschap onder druk gezet en omdat meisjes vaak op jonge leeftijd worden besneden, hebben ze er weinig of niets over te zeggen.’
In Nederland is meisjesbesnijdenis verboden en iedereen die het uitvoert of eraan meewerkt kan een geldboete of gevangenisstraf, dat kan oplopen twaalf jaar, krijgen. Dat is volgens Corciulo precies de reden dat het onder de radar gebeurt. ‘Ze doen het natuurlijk niet in ziekenhuizen of gezondheidscentra. Het gebeurt meestal illegaal in een woning of juist veel vaker in het land van herkomst. Tijdens vakantieperiodes, vooral in de zomer, omdat een langere vakantie nodig is om te herstellen, zien we dat meisjes in verschillende landen worden besneden. Daarom blijft het ook vaak onopgemerkt door bijvoorbeeld docenten in Nederland.’
Dat meisjesbesnijdenis iets islamitisch is, wordt wel vaker aangehaald als bewijs dat de islam vrouwonvriendelijk is, terwijl wereldwijd belangrijke islamitische geestelijke leiders diverse fatwa’s tegen meisjesbesnijdenis hebben uitgesproken, onder wie de voormalige grootmoefti van Egypte Ali Gomaa. ‘De praktijk komt voor onder zowel moslims als christenen en animisten (natuurreligie, red.). Het heeft geen religieuze oorsprong. Het staat ook niet in de Koran of andere heilige schriften’, zegt Corciulo. Soms denkt men dat het wel onderdeel is van de islam, maar dat is volgens haar een enorme misvatting. ‘Morele waarden als maagdelijkheid of trouw aan de partner worden als argumenten aangevoerd om meisjes te besnijden en dat zijn natuurlijk ook elementen die in verschillende religies voorkomen. Daardoor wordt het wellicht ook onterecht als iets religieus gezien.’
Marisa Abdulgani, verpleegkundige en contactpersoon van GGD (Gemeentelijke Gezondheidsdienst) Haaglanden, ontkent net als Corciulo dat meisjesbesnijdenis iets islamitisch is. ‘Ik ben zelf een moslima uit Somalië. Het is triest dat de islam negatieve aandacht krijgt door iets waar het niets mee te maken heeft. Dat slaat nergens op. Vrouwenbesnijdenis is puur traditie, het staat nergens in de Koran of hadith’, zegt Abdulgani. Volgens verschillende onderzoekers is het een praktijk die al meer dan tweeduizend jaar bestaat en dus al uitgevoerd werd ver voor de komst van de islam. In de Romeinse tijd werd de praktijk al beschreven en in de tijd van de farao’s was het gebruikelijk om vrouwelijke slaven te besnijden. Het feit dat de traditie al zo oud is maakt het volgens Abdulgani erg lastig om er mee te breken. ‘Je kan niet verwachten dat mensen één-twee-drie hun tradities afzweren. Dat heeft jaren nodig. Maar in dit geval moet het gewoon gebeuren.’
Abdulgani is actief betrokken met de uitvoering van de campagne van GGD Haaglanden tegen meisjesbesnijdenis. Zo organiseert ze spreekuren voor vrouwen die slachtoffer zijn van besnijdenis, indien nodig verwijst zij ze door naar een specialist, zoals een gynaecoloog, seksuoloog of psycholoog. ‘Het is lastig om exacte cijfers te hebben over meisjesbesnijdenis in Nederland, maar het is heel erg duidelijk dat mensen met een roots in één van de landen waar dit heel normaal is preventie moeten krijgen. Ze moeten zich er van bewust worden dat hun dochters niet het zelfde mogen meemaken als wat ze zelf hebben meegemaakt. Want het is niet menselijk, het is niet legaal en het is zeker niet islamitisch.’
Volgens Abdulgani zeggen jongeren die hier zijn geboren en de nodige preventie hebben meegekregen, heel vaak dat ze dit hun kinderen niet zullen aandoen. Dat zou ook te maken hebben met de informatie en uitleg die ze gelijk bij het consultatiebureau krijgen nadat ze daar voor het eerst met hun dochter zijn terechtkomen. ‘Daar wordt vanaf dag één duidelijk gemaakt dat het besnijden van meisjes volgens de Nederlandse wet verboden is en dat er een straf op staat. Ik zie op dat vlak zeker vooruitgang bij jongeren. Ze zijn zich meer bewust van de gevaren en risico’s.’
Dat geldt ook voor ouderen: ‘Het eerste wat volwassenen tegen ons zeggen is ‘ze hebben ons dit aangedaan, dit is zo onmenselijk’. Ik ben geen vrouw tegengekomen die blij is dat ze is besneden. Je moet niet vergeten dat het dames zijn die naar een spreekuur komen vanwege de klachten die ze hebben gekregen nadat ze zijn besneden. Dat het onderdeel is van een traditie maakt ze helemaal niets uit, want het is niet goed te praten. Dat willen ze hun kinderen niet aandoen.’
Of ze hun dochters werkelijk willen of kunnen beschermen tegen meisjesbesnijdenis weet Abdulgani nooit zeker. ‘Als ze op vakantie zijn in het land van herkomst, waar de sociale druk toch heel erg groot is, kunnen ze toch anders handelen. Het zijn vaak de families die ze onder druk zet. Mensen bezwijken daar toch heel vaak onder.’ Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft daarom het document Verklaring tegen meisjesbesnijdenis ontwikkeld, die verkrijgbaar is in meerdere talen. Het is bestemd voor ouders afkomstig uit risicolanden die van plan zijn om op vakantie te gaan naar hun land van herkomst. Met het document kunnen ouders die onder druk worden gezet hun familieleden informeren over de consequenties en strafbaarheid van meisjesbesnijdenis. ‘Ik heb vaak gezien dat de verklaring heel effectief is’, aldus Abdulgani.
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!