18.9 C
Amsterdam
Home Blog

Dit betekent de Pauluskerk voor Hamid Lala

0

Hamid Lala (51) is al dertig jaar ongedocumenteerd. Hij leefde lange tijd op straat in Rotterdam, maar vond uiteindelijk steun bij de bed-bad-broodregeling in de Pauluskerk. Als het aan het demissionair kabinet ligt, is hulp als deze binnenkort strafbaar.

Dit artikel is eerder verschenen op De Kanttekening, op 17 januari 2025. 

We ontmoeten elkaar in de Pauluskerk, in een zaaltje dat aan het einde van ons gesprek zal worden opgeëist voor yogales. Het is een komen en gaan van mensen die afhankelijk zijn van de voorzieningen die de Rotterdamse kerk biedt namens de Landelijke vreemdelingen voorziening (LVV). Sommigen komen voor een maaltijd, anderen worden even snel bijgeknipt. Lala was aan het bijslapen in een van de bedden, voordat hij aan dit gesprek begon.

Lala duikt de afgelopen maanden steeds vaker op in de media, als vertegenwoordiger van de LVV’ers die de hulp van instanties als de Pauluskerk niet kunnen missen. Want de LVV zou per 1 januari 2025 niet langer worden gefinancierd door de staat. Samen met 22 anderen voerde hij eind vorig jaar wekenlang actie tegen dit besluit, met succes. De voorzieningenrechter besloot dat de bed-bad-broodregeling in Rotterdam voorlopig moest blijven, omdat kwetsbare mensen anders op straat zouden belanden.

Maar daarmee is de strijd nog niet gestreden, want het gaat om een voorlopige uitspraak. Bovendien heeft Lala nog een doel voor ogen. Hoewel hij zelf momenteel een tijdelijke slaapplek heeft in de Pauluskerk vanwege zijn slechte gezondheid en daardoor nu geen gebruik maakt van de LVV, wil hij de LVV’ers een gezicht geven. ‘Ik wil niet dat de verhalen anoniem het graf ingaan, ik wil laten zien wat het systeem in werkelijkheid met mensen doet.’

Je bent een soort ambassadeur van de LVV’ers geworden, toch?

‘Nou ja, veel mensen in deze positie durven zich niet echt uit te spreken. Ze zijn bang dat ze herkend en opgepakt worden door de politie. Dan belanden ze in vreemdelingendetentie.’

Gebeurt dat ook?

‘Ja. Ik heb zelf meerdere keren in vreemdelingendetentie gezeten. Daarvoor hoef je niets te doen. Gewoon het feit dat je ongedocumenteerd bent, is genoeg. De vreemdelingenpolitie stelt geen vragen. Je hebt geen papieren, dus je moet mee.’

Maar je kwam er ook steeds weer uit?

‘Je mag maar een maximaal aantal maanden in vreemdelingendetentie zitten. Vroeger was dat elf maanden en drie weken. De rechter verlengt je aanhouding steeds met vier weken en vraagt daarbij aan Immigratiedienst IND of er al nieuws is in je zaak. Zo niet, dan komt er weer een verlenging. Uiteindelijk word je ontslagen, omdat je er te lang zit. Dan moet je eigenlijk het land binnen 48 uur verlaten. Als dat niet gaat, omdat je niet terug kan of durft, beland je op straat. In mijn geval gaat dit al dertig jaar zo. Steeds hetzelfde liedje. Dan beland ik weer op straat, en dan word ik weer opnieuw opgepakt.’

Is dat in jouw geval ook zo? Dat je niet terug kunt of durft?

‘Ik ben politieagent geweest tijdens de Algerijnse burgeroorlog van de jaren negentig. Hier heb ik echt verschrikkelijke dingen meegemaakt. Ik moest elke dag afscheid nemen van een vriend of kennis. Dan stond ik in het mortuarium om iemand te identificeren, terwijl ik nauwelijks kon zien welk lichaamsdeel bij welk lichaam hoorde. De politie liep tijdens de oorlog veel gevaar. Ik ben zelf ook eens beschoten, geraakt in mijn linkerarm. Op een gegeven moment kreeg ik de hersenen van mijn collega’s in een plastic zakje. Dat was het moment dat ik besloot dat ik weg wilde uit Algerije.

Je zult misschien denken, dat is dertig jaar geleden. Maar in de ogen van de Algerijnse regering ben ik een deserteur. Een landverrader, iemand die het land in de steek heeft gelaten tijdens de oorlog. Dus voor mij is het echt geen optie om terug te gaan. Ik ben gevlucht voor de dood. Toch word ik in Nederland gezien als een gelukzoeker, alsof ik op zoek ben naar het Eldorado.’

Je leefde op straat. Kan je hier iets over vertellen?

‘Het leven op straat is harteloos. Daar is geen medelijden, niemand geeft om je. Het is er echt erg. Daar krijg je negatieve gevoelens. Je denkt: ik heb gefaald, ik ben waardeloos. En dan het buitenslapen: je hebt geen moment rust. Eigenlijk slaap je niet, want je wil de hele nacht alert zijn. Dus na de tweede, derde nacht word je moe. Dan denk je niet meer helder na. Op een gegeven moment kan het je niet meer schelen.’

Wat gebeurt er dan?

‘Dan krijg je te maken met criminaliteit, prostitutie of een vorm van verslaving. En die boeven, de echte boeven, die maken misbruik van die zwakke positie waar je in bent beland. Die zeggen dan tegen je: de regering heeft je in de steek gelaten, jouw naasten hebben je in de steek gelaten, maar wij gaan van wat voor je regelen. Wij regelen onderdak voor je, als jij even dit van A naar B kunt brengen, bijvoorbeeld.’

‘Of het breekt je, of het maakt je sterker. Als het jou breekt, dan word je een slachtoffer’

Is dat bij jou ook gebeurd?

‘Ja. Alles wat ik zeg is uit eigen ervaring.’

Hoe ben je daar weer uitgekomen?

‘Dat pokkengeweten. Ik moet dat geweten eigenlijk heel dankbaar zijn. Ik dacht, zo ben ik niet opgevoed. Ik had een hele strenge moeder die een hekel had aan liegen en stelen. Maar het was ook een programma dat ik jaren geleden op Veronica zag. Het ging over een man die vroeger een inbreker was geweest. In het programma ging hij naar mensen toe waar hij eerder had ingebroken om excuses aan te bieden.

Ik zag twee voorbeelden die ik niet meer kon vergeten. Een was bij een jong gezin met twee kinderen. De moeder vergaf het de man, maar vertelde hem dat de kinderen anderhalf jaar lang elke nacht bij hun ouders in bed kropen omdat ze bang waren dat ‘de boeven’ terugkwamen. Dat was de schade die hij had veroorzaakt en die is niet meer te herstellen. Het andere voorbeeld was een vrouw van in de tachtig. Ze vertelde dat de inbreker de trouwring had gestolen van haar overleden man, en vroeg hoeveel hij ervoor had gekregen. Daarna zei ze: ‘Ik had je er 1000 euro voor gegeven. Het was het enige dat ik nog had van mijn man, we waren zestig jaar getrouwd.’

Toen ik dit zag dacht ik: wacht even, zo creëer je dus nog meer slachtoffers. Vanaf toen – dit was in 2012 – dacht ik: ik slaap liever onder de brug, ik hoef dit leven niet. Dit is niet de oplossing.’

Je bent er wel wijs van geworden.

‘Je hebt twee mogelijkheden: of het breekt je, of het maakt je sterker. Als het jou breekt, dan word je een slachtoffer. Dan ga je leven in negativiteit en zelf ook weer slachtoffers maken. Of het maakt je sterker. Dan zeg je: tot hier en niet verder. Ik haal hier een dominosteentje weg.’

Is dat gelukt bij jou?

‘Ja, maar het is niet makkelijk hoor. Soms heb je geen zin meer om te leven. Want je strijdt tegen onzichtbare machten en deze strijd is vanaf het begin af aan al verloren. In feite wordt er gezegd: schijt aan jou. Dat is gewoon zo. Het heeft mij eerst wel gebroken. Maar toen dacht ik, wacht eens even, jullie hebben mij kapot gemaakt en ik geef jullie het bewijs dat ik niet goed ben. Nou, mooi niet.’

Ben je die strijd nog steeds aan het leveren?

‘Ja, elke dag. Maar hoop is wel een groot woord voor mij geworden. Want na dertig heb ik wel een beetje het gevoel van: het boeit mij niet meer, de mooiste jaren van mijn leven zijn in rook opgegaan, van mij afgepakt. Straks ben ik zestig en krijg ik een verblijfsvergunning met een rollator erbij. Ik wil nu iets betekenen. Het feit dat ik ongedocumenteerd ben is echt een handicap. Zowel administratief als geestelijk. Ik moet me altijd afvragen: kan dit, mag ik daar zijn? Het houdt je constant tegen, het is een barrière die er steeds is. En je hebt het gevoel dat je niks waard bent.’

Wat heeft de bad-bed-broodopvang voor jou betekend?

‘Dat ik geen eten meer hoefde te stelen in de supermarkt. Dat ik mijn medicijnen gerust kan innemen. Want als je ‘s avonds buiten slaapt, durf je je medicijnen niet in te nemen, bang om in slaap te vallen. Ik sliep eens onder de brug. Toen ik wakker werd zag ik opeens op tien centimeter van mijn gezicht de twee ogen van een hond die aan het grommen was. Een andere keer ben ik door een paar jongens bekogeld met een baksteen, gewoon voor de rol. Mijn sleutelbeen en mijn enkel werden gebroken. Er is niemand die je komt helpen op straat.’

Dus dat gebeurt vaker, daklozen met een baksteen bekogelen?

‘Je bedoelt Benjamin, ja die ken ik al jaren. Ja, het is erg, je snapt gewoon niet waarom mensen dat doen. Maar in mijn ogen zijn hier twee slachtoffers: zowel Benjamin als de man die de baksteen gooide. Want hij was misschien psychisch niet in orde en zou dus niet op straat moeten rondlopen maar in behandeling moeten zijn. Dan kunnen dit soort dingen voorkomen worden.’

‘Rotterdam is mijn stad, mijn hart. Behalve toen ik in vreemdelingendetentie zat, was ik altijd in Rotterdam’

Wat krijg je precies van de LVV?

‘Een slaapplek. Een maaltijd, in de avond rond 18.00 uur. En in de ochtend koffie en thee. Het is een soort overlevingspakket. Je zal in ieder geval niet van de honger sterven, of van de dorst of van kou. Er zijn ook verplegers aanwezig die zorgen dat je je medicijnen op tijd krijgt. Maar het geeft je ook vooral tijd om verder te denken. Mensen die wel terug willen en kunnen worden hierbij geholpen, of je wordt geholpen om uit te zoeken wat je zou willen doen.’

Wat zou jij willen doen?

‘Mijn steentje bijdragen aan de maatschappij. Als ervaringsdeskundige, tips geven, werken bij jeugdbescherming. De jeugd waarschuwen voor criminaliteit. Maar ik wil ook laten zien en horen hoe het systeem te werk gaat, wat het met mensen doet. Hoe het slachtoffers creëert, die vervolgens gezien worden als monsters, waarvan mensen vervolgens zeggen: zie je nu wel, dat zijn geen mensen. Ik wil het imago van daklozen veranderen.’

Hoe zou dat imago er uit moeten zien?

‘Niemand is veilig voor dakloosheid. Het kan iedereen gebeuren, of je nu diploma’s hebt, een vast contract, rijke ouders of een erfenis. Maar wanneer mensen het woord dakloos horen, gaat er onbewust een rood lampje bij ze branden. Ze denken dat die persoon gevaarlijk voor ze is, een besmettelijke parasiet. Maar een dakloos persoon had ook ooit een leven. Misschien is zijn vrouw wel overleden, is hij ziek geworden of is er een andere reden waarom hij zijn huis kwijtraakte. Ik wil mensen meegeven om stigma’s uit de weg te gaan en een keer gewoon naar een dakloze te glimlachen. Dat kan zijn leven redden.’

Wil je in Rotterdam blijven?

‘Ja, Rotterdam is mijn stad, mijn hart. Behalve toen ik in vreemdelingendetentie zat, was ik altijd in Rotterdam. Ik heb de stad zien veranderen. De mensen die ik hier heb leren kennen, behandelen mij als gelijke. Ik ben echt een trotse kakkerlak.’

Zelden stond Europa er zo beroerd voor

0

Zelden ben ik zo aan vakantie toe geweest als nu. Niet alleen om persoonlijke redenen. De hele maand juli was ik, van het schrijven van een enkele column afgezien, eigenlijk alleen maar bezig met de ontruiming van mijn ouderlijk huis. In 57 jaar heeft zich hier van kelder tot zolder een onnoemelijke hoeveelheid spullen opgehoopt, nog los van de gaandeweg over bijna alle kamers verspreid geraakte bibliotheek van mijn vader.

Dat leegruimen nam mij zozeer in beslag dat ik voor de buitenwereld in deze weken minder aandacht had dan meestal. Maar ik moet bekennen: daar was ik ergens ook niet rouwig om – want niet alleen om persoonlijke, ook om politieke redenen ben ik meer aan vakantie toe dan ooit. Het jaar dat sinds de vorige zomer verstreken is, is in politiek opzicht het meest deprimerende dat ik ooit heb meegemaakt. Overigens zonder enige garantie dat de komende twaalf maanden niet nog deprimerender zullen worden.

Ongeveer alle politieke seinen staan op rood. In de voor ons in Nederland meest cruciale internationale kwesties is nog een verdere verslechtering van de toch al beroerde situatie opgetreden. De voortgaande Russische slachtpartij onder de Oekraïners, waartegen Europa onvoldoende vermag te doen, en de voortgaande Israëlische slachtpartij onder de Palestijnen, waartegen Europa eigenlijk helemaal niets durft te doen, spreken boekdelen.
Zij staan voor het totale verlies aan geloofwaardigheid van een generatie politici die wel mooie vertogen over mensenrechten en de internationale rechtsorde weet te produceren, maar daar geen enkele concrete consequentie aan wenst te verbinden.

De vrijblijvendheid van alle verheven verklaringen vanuit Brussel is hemeltergend. Poetin ontleent er de zekerheid aan dat hij met eventjes volhouden zijn oorlog kan winnen, en ook mede-massamoordenaar Netanyahu weet dat hem bij het bereiken van zijn inmiddels openlijk geformuleerde doel van etnische zuivering van de Palestijnse gebieden geen strobreed in de weg zal worden gelegd. Te duidelijk is in dat opzicht de Europese verdeeldheid, en ook Den Haag zoekt steeds naar argumenten om vooral maar géén sancties te hoeven opleggen.

De vrijblijvendheid van alle verheven verklaringen vanuit Brussel is hemeltergend

Den Haag: wie – op zich terecht – bij de implosie van het ultrarechtse kleuterkabinet-Schoof heeft gejuicht, heeft mogelijk toch te vroeg gejuicht. Hoewel de nu demissionaire ploeg amper serieus te nemen bewindslieden telde, niets heeft gepresteerd en de gewezen coalitiepartijen er ook na de val van Schoof met onuitvoerbare besluiten ongegeneerd een puinhoop van blijven maken, stemt een groot deel van het rechtse stemvee toch straks weer gewoon BBB, PVV en VVD.

Wat voor (enigszins) werkbare coalitie er straks uit de verkiezingsuitslag moet komen? Het rechtspopulistische virus heeft immers ook de traditionele rechtse partijen aangetast – niet alleen in Nederland, ook in menige andere lidstaat van de EU. Wanprestaties van Wilders en soortgenoten lijken zelden electorale consequenties te krijgen – hun falen wordt niet aan eigen incompetentie, maar aan ondergrondse tegenwerking van de Deep State geweten.

De zogenaamde ‘Deep State’: dat brengt mij op de grootste internationale ramp van het afgelopen politieke seizoen: de herverkiezing van Trump, sympathisant van Poetin, Netanyahu en Wilders, met wie hij de afkeer van democratie en rechtsstaat deelt. Zijn terugkeer in het Witte Huis resulteerde in een Amerikaanse dolkstoot in de Europese rug: een aanval op de interne democratische grondwaarden van de Europese lidstaten, in de vorm van openlijke ondersteuning van fascistoïde partijen, en een afbraak van onze externe verdediging tegen het Kremlin.

Anders dan in 2016 had Trump nu een agressief afbraakprogramma voorbereid, waarbij alle onafhankelijke instituties en dus belangrijke potentiële maatschappelijke tegenkrachten – justitie, pers, cultuur, wetenschap – onder vuur zijn komen te liggen. Het is verontrustend hoe weinig tegengas er wordt gegeven – Trumps autoritaire geestverwanten aan deze zijde van de Atlantische Oceaan kraaien reeds victorie.

Om in deze terugblik even het persoonlijke met het politieke te verbinden: ruim een half jaar geleden, op 18 december 2024, hield ik in Haarlem de (inmiddels in druk verschenen) achtste Bilderdijklezing onder de titel ‘Is het Westen moreel failliet?’ Dat vraagteken kunnen we intussen, Gaza, Trump en Oekraïne indachtig, wel geredelijk schrappen.

Dit zijn de mooiste klassiekers volgens de Kanttekening

0

Welke klassiekers moet je écht gelezen hebben? De redactie van de Kanttekening tipt de beste titels voor de vakantie.


The Fire Next Time – James Baldwin
Penguin Classics, 320 blz., €7,99

Wil je weten hoe het voelt om zwart te zijn in een witte wereld? Dan is deze klassieker van de zwarte schrijver James Baldwin, die Amerika op een gegeven moment is ontvlucht uit grote teleurstelling en vanwege bedreigingen, zeker aan te raden. The Fire Next Time is in het heetst van de burgerrechtenstrijd (1963) geschreven als een brief aan zijn neefjes. Baldwin vertelt onder meer over zijn verbitterde vader, van wie hij vermoedde dat hij ‘diep van binnen’ geloofde in wat de ‘witte man’ over hem zei, en zich daarom minderwaardig voelde. Baldwin wilde als getalenteerde schrijver juist precies datgene doen waarvan witte mensen dachten dat zwarte mensen dat niet in hun mars hadden. Daarvoor moest hij wel de vele verleidingen van het getto in Harlem (New York) weerstaan.

De grote steden in het noorden van de VS, waar zwarte mensen uit het Zuiden naartoe trokken, werden door Baldwin ook wel ‘steden van vernietiging’ genoemd voor zwarte mensen. Ze moesten er geconcentreerd in de projects, achter de kleurlinie, leven. De kerk werd voor Baldwin een uitvlucht. Amerika was kennelijk niet klaar voor zijn levensijver. Als homoseksuele schrijver werd een manuscript van hem, een roman over een liefdesaffaire met een getrouwde witte man, door zijn uitgever zelfs geweigerd.

Interessant is ook dat Baldwin in Europa en Turkije wél de rust vond om daar nog meer klassiekers te schrijven. In tijden van wit nationalisme en een anti-diverse president in de VS is het belangrijk om te weten waar die witte terugslag vandaan komt. Baldwin legt het allemaal uit.

Tayfun Balcik, redacteur de Kanttekening


Het zijn net mensen – Joris Luyendijk
Podium, 220 blz., €24,50

Hij werd gebeld door de Nederlandse krant. Wat hij meekreeg van de bombardementen die zojuist hadden plaatsgevonden in Caïro, de stad waar hij woonde en werkte als correspondent, was minimaal. Hij keek om zich heen. Geen bom te zien. Ook had hij het nieuws nog niet gehoord. Zijn baas in Nederland wist meer dan hij.

Het is een bekende anekdote van Joris Luyendijk, die jarenlang als correspondent in het Midden-Oosten schreef. Over zijn ervaringen schreef hij in 2006 het boek Het zijn net mensen. Het werd een bestseller met meerdere bekroningen.

Luyendijk kaart in het boek de kloof aan tussen wat media laten zien en hoe de werkelijkheid eruitziet in de landen waar hij werkt. Hij legt uit dat media slechts een beperkt en vaak misleidend beeld tonen van het Midden-Oosten, omdat nieuws over de uitzondering gaat. Hierbij bekritiseert hij ook woordvoerders en pr-machines, die journalisten manipuleren.

Het boek leert je niet alleen over de manier waarop journalistiek werkt, maar ook over het Midden-Oosten zoals hij het beleeft. De boodschap van het boek is tijdloos, dus deze klassieker is een prima keuze voor de zomervakantie.

Majorie van Leijen, redacteur de Kanttekening


Max Havelaar – Multatuli
Nieuw Amsterdam, 320 blz., €17,99

Het is geen gemakkelijk boek en misschien ook helemaal geen boek dat je even lekker gaat lezen als je op vakantie bent. Maar het is wel een geniaal boek, qua stijl en qua morele boodschap.

Max Havelaar gaat over het corrupte cultuurstelsel op Java, waar boeren werden uitgebuit door de Nederlandse koloniale overheersers en de lokale vorsten. Max Havelaar is een idealistische Nederlandse ambtenaar die opkomt voor de armen en verdrukten en kritiek heeft op het machtsmisbruik van de lokale vorsten. Hij gelooft, in zijn naïviteit, dat de koloniale autoriteiten het vast wel met hem eens zullen zijn, omdat hij immers pleit voor goed en rechtvaardig bestuur — maar niets is minder waar.

Multatuli, een pseudoniem van Eduard Douwes Dekker, stelde het kolonialisme zelf echter niet ter discussie, slechts de uitwassen ervan. Ook is het een grote zelfrechtvaardiging: behalve het Javaanse volk is immers ook Max Havelaar zelf slachtoffer van onrecht. Hij werd ontslagen vanwege zijn tegendraadse opstelling.

Behalve een aanklacht tegen het cultuurstelsel is Max Havelaar ook een j’accuse tegen de Nederlandse hypocrisie. Deze wordt belichaamd door de kleinzielige ondernemer Batavus Droogstoppel en de bekrompen dominee Wawelaar, die een hoog Chris Stoffer-gehalte heeft.

Ewout Klei, redacteur de Kanttekening


Het complot tegen Amerika – Philip Roth
De Bezige Bij, 432 blz., €15,00

Na Trumps eerste verkiezing werd Het complot tegen Amerika vaak genoemd, maar inmiddels lijkt het wat vergeten, juist nu de gelijkenissen alleen maar groter zijn geworden. Hoog tijd dus om het boek opnieuw onder de aandacht te brengen.

Philip Roth (1933–2018), een van de grootheden van de Amerikaanse literatuur, publiceerde Het complot tegen Amerika in 2004. Het centrale uitgangspunt: wat als in 1940 niet Franklin D. Roosevelt, maar de antisemiet Charles A. Lindbergh de verkiezingen had gewonnen? Roth schetst de veranderingen in de Amerikaanse samenleving zó overtuigend dat je je bijna afvraagt of je iets hebt gemist in de geschiedenisles, of er echt een president was die je je niet meer herinnert. En dan niet zomaar een president, maar een autoritaire leider die bevolkingsgroepen deporteert, haat zaait, een fascist is en het gezicht vormt van het ‘America First’-comité.

De link met het heden is snel gelegd: de gelijkenissen met Donald Trump zijn overduidelijk. Hoe dat kan? Geen idee. Maar Roth voelde de ontwikkelingen haarscherp aan, nog vóór ze werkelijkheid werden met dit scherp geschreven en vlot leesbare boek.

Mariska Jansen, eindredacteur de Kanttekening


Lord of the Flies (Heer van de Vliegen) – William Golding
Met tekst en tekeningen van Aimee de Jongh, Scratchbooks, 360 blz., €29,95

Op de basisschool was lezen nog een grote hobby van me, maar op de middelbare school kwamen er veel andere afleidingen. Met moeite worstelde ik me door de boeken die ik voor mijn lijst moest lezen. Niet alles las ik. Met dank aan Survey, een boek met samenvattingen, blufte ik me naar het eindexamen. Van de boeken die ik wél las, was Lord of the Flies een van mijn lievelingsboeken. William Golding beschreef in 1954 in dit verhaal scherp en pijnlijk hoe dun het laagje beschaving werkelijk is.

Het verhaal gaat over jongens die op een onbewoond eiland zijn gestrand en proberen te overleven. Al snel blijken solidariteit, democratie, empathie en rechtvaardigheid kwetsbaar. Angst, macht en geweld winnen het. Golding laat in het boek zien hoe gemakkelijk het morele kompas ontspoort als niemand het meer afstemt. Lord of the Flies is geen roman over ontspoorde kinderen in de jaren vijftig van de vorige eeuw, maar over de mens in het algemeen. Over ons, in het hier en nu.

Voor wie het lezen van een heel boek een te hoge drempel is, is er sinds vorig jaar een prachtig alternatief: de graphic novel die Aimée de Jongh van het boek maakte. Lees het boek, of lees het nog een keer. Want sommige verhalen zijn tijdloos. Omdat de wereld ze blijft herhalen.

Ewoud Butter, redacteur de Kanttekening

‘Die trauma’s gaan over van generatie op generatie’

0

Over 7 oktober en de oorlog in Gaza schreef Chaja Polak Brief in de Nacht. ‘Mensen zeggen tegen mij dat ze zich niet meer zo alleen voelen.’

Dit artikel verscheen eerder op De Kanttekening op 24 december 2024. 

Op haar tafel in de Amsterdamse woning staan schoteltjes dadels en chocoladerozijnen. Terwijl ze thee inschenkt vertelt Chaja Polak (83): ‘Mijn uitgever Eva Cossee vroeg me een essay te schrijven over wat 7 oktober en de oorlog in Gaza met mij doen. Zo ontstond Brief in de nacht. Ik was heel blij met haar verzoek, anders zou ik maar door mijn huis hebben lopen ijsberen. Het is heel fijn om als schrijver de pen te kunnen grijpen.’

Polak maakte als Joods meisje de oorlog mee. Door toeval werd ze niet meegenomen door politieagenten die haar ouders hadden opgepakt op hun onderduikadres. Dezelfde avond nog  kwamen ze de kleine Chaja alsnog ophalen, maar zij was toen al door het verzet in veiligheid gebracht. Haar moeder kwam na de bevrijding terug uit concentratiekamp Auschwitz, haar vader stierf in Dachau.

Polak werkte aan haar essay Brief in de Nacht van december tot en met januari. Het verscheen in maart, maar de oorlog ging door. Datzelfde essay zou ze nu weer geschreven hebben, zegt ze. ‘Terwijl er steeds weer extreme dingen gebeuren. Bijna tot mijn verbazing, blijf ik achter mijn eigen tekst staan.’

Al zijn er natuurlijk veel gebeurtenissen geweest, zoals die rondom de wedstrijd Ajax-Maccabi Tel Aviv op 7 november. Daarbij misdroegen Maccabi-supporters zich door racistische leuzen te roepen en jongeren uit te dagen. Een groep Amsterdammers ging op hun beurt op jacht naar Israëlische supporters in de stad. Dat werd door de Israëlische regering ten onrechte ‘antisemitische pogroms’ genoemd, woorden die werden overgenomen door Nederlandse politici en journalisten.

Wat hebben de rellen met u gedaan?

‘Veel. De ‘Jodenjacht’, zoals die genoemd werd, dat hit-and-run-gedrag van jongens op scooters, vind ik weerzinwekkend. Maar ik trek mij het gedrag van die Maccabi-aanhangers veel meer aan. Niet alle supporters hebben zich misdragen. Er waren ook gewone grootvaders met kleindochters en vaders met kinderen bij. Maar er was een kleine groep die zich zo ongehoord misdragen heeft. Dat Joden dit kunnen doen, kan ik niet verdragen.’

Wat grijpt u daarin zo aan?

‘Dat Joden die racistische, weerzinwekkende teksten schreeuwden. (De supporters maakten verwijzingen naar de oorlog in Gaza, riepen ‘dood aan Arabieren’ en zongen over dode kinderen, red.) Dat ze niet hebben geleerd van wat hun voorouders, grootouders of overgrootouders is aangedaan.

‘Die trauma’s gaan over van generatie op generatie dat weet ik uit ervaring’

‘Ik ben Joods, ik heb de Holocaust overleefd, mijn vader is vermoord, evenals een heel groot deel van mijn familie. Dan is het voor mij zo logisch, zo vanzelfsprekend, dat je nooit meer oorlog wilt. En conflicten die er zijn met behulp van de diplomatie tot een oplossing probeert te brengen. Dat je meeleeft met slachtoffers en nabestaanden, die allen met trauma’s opgezadeld worden. Die trauma’s gaan over van generatie op generatie dat weet ik uit ervaring.’

Maakte u antisemitisme mee in uw leven?

Als kind was er een buurvrouw die uit het raam hing en riep: “Ze zijn vergeten jou te vergassen.” Daarop ben ik maar naar huis gerend.

‘Ik woon hier in Amsterdam-Zuid. Dat is een veilige omgeving, er wonen veel Joden en linkse mensen. Er is tolerantie. Maar ik merkte tot mijn schrik dat ik me ongerust maakte over vriendinnen die een grote Davidster dragen, en dacht: zou je dat wel doen? (Polak draagt een klein gouden sterretje zichtbaar om haar hals).

‘Aan het begin van deze oorlog in Gaza, dus na 7 oktober, dacht ik dat iedereen mij medeschuldig achtte aan wat Israël aan het doen was. Ik wilde het liefst iedereen vertellen dat ik niet achter die oorlog stond. Zonder dat er een woord werd gezegd, hè? Maar dat gevoel had ik.’

Zo erg voelt u zich verbonden met Israël.

‘Ja. Daar komt het op neer. Blijkbaar is dat zo.’

Zijn er mensen in uw omgeving die vertellen over antisemitisme?

‘Ja, zelfs mensen die zich uitspreken over de oorlog in Gaza, en helemaal niet voor Netanyahu zijn, kunnen zulke bagger over zich heen krijgen. Dat is niet te geloven. Er is heel veel angst. Ik ken een jong Joods gezin in Buitenveldert dat echt heel bang is.’

Waar zijn ze bang voor?

‘Voor antisemitisme. Joden worden ten onrechte op het gedrag van Israël aangesproken. Ook kinderen op de basisschool en op de middelbare school. Je hoort over kinderen die door hun ouders van school worden gehaald en naar een Joodse school gebracht. Misschien is de angst groter dan nodig is. Maar er is angst.’

Chaja Polak. Beeld: Irwan Droog

Waarom is die angst zo groot?

‘Daarvoor moet je de geschiedenis in. In Nederland is in de Tweede Wereldoorlog 75 procent van de Joden vermoord. Er kwam maar een kwart terug uit de vernietigingskampen en de onderduik. Zij werden totaal aan hun lot overgelaten. Ik heb daar kortgeleden een roman over geschreven, Het verdriet van de vrede. De teruggekeerde Joden moesten zelf maar zien hoe ze weer een plekje vonden om te wonen, want hun huizen en spullen waren vaak ingepikt. Die kregen ze niet meer terug. Ze moesten soms zelfs achterstallige belasting betalen over de tijd dat ze in een concentratiekamp zaten. Er was een vrij vijandige tot onverschillige – of andersom, onverschillige tot vijandige – houding tegenover de Joden na de oorlog.

‘Op een gegeven moment werd het minder well done om je antisemitisme te uiten. Maar het was er altijd, hoewel jarenlang bedekt. Na 7 oktober, met name toen Israël begon zich excessief te verdedigen en aan te vallen, is dat laagje beschaving weggetrokken.’

Denkt u dat echt?

‘Ja, dat denk ik. Niet bij iedereen – ik wil helemaal niet generaliseren. Maar je kunt nu onder de paraplu van kritiek op Israël behoorlijk antisemitisch zijn. Aan de andere kant wordt terechte kritiek op Israël vaak afgedaan als antisemitisch.’

In uw essay staat u stil bij de gevolgen van de oorlog voor Israëliërs en Gazanen als de oorlog voorbij is.

‘Dat is wat me ook zo bedrukt. Slachtoffers in Israël en in Gaza – dat zijn er veel en veel meer – en in Libanon, zijn getraumatiseerd. Hun trauma wordt doorgegeven aan kinderen en kleinkinderen, dat hebben wij ondervonden na de Tweede Wereldoorlog. Als er vrede wordt gesloten in Gaza, zijn er massa’s therapeuten nodig. Maar die therapeuten, die mensen zo hard nodig hebben, zijn er niet.’

Heeft u zelf nog last van uw verleden?

‘Het heeft me wel gemaakt tot wie ik ben. Er is in mij een meer van verdriet. Dat wordt aangeraakt door deze oorlog. Het is heel fijn dat ik dit essay heb kunnen schrijven. Ik krijg zoveel mooie reacties. Mensen die zeggen dat ze zich niet meer zo alleen voelen. Ook hoor ik vaak: ‘Het heeft mij woorden gegeven voor iets waar ik zelf nog geen woorden voor had.”

‘Er is in mij een meer van verdriet’

U schrijft over familie in Israël die geen oog heeft voor de Palestijnse slachtoffers van de oorlog in Gaza. U hebt het daar moeilijk mee.

‘Ja, dat vind ik heel moeilijk, maar ik kan het ook begrijpen. Ze worden en voelen zich bedreigd. Israël heeft een kleine bevolking. Iedereen kent wel iemand die op 7 oktober is vermoord of gegijzeld, of er familie van is. Of ze kennen iemand die in het leger gewond is geraakt of gedood.

‘Ouders en grootouders van wie kinderen en kleinkinderen in het leger zitten, kunnen ’s nachts van angst niet meer slapen. Op de Israëlische televisie en de radio is veel aandacht voor eigen pijn en verdriet. Maar vrijwel geen aandacht voor wat zich in Gaza afspeelt. Ik denk dat 95 procent van de Israëliërs dat ook niet echt weet. Haaretz, een goede linkse krant die wel over Palestijnse doden schrijft, is in de ban gedaan (door de Israëlische regering, red.). Al werd die krant maar door 5 procent van de Israëliërs gelezen.’

Hoe is het mogelijk dat ze daar niet bij stilstaan? Ze weten toch dat er voortdurend aanvallen zijn in Gaza.

‘Ze zijn zo in bezit genomen door hun eigen angsten en verdriet dat ze daar geen oog voor hebben. Zo werkt dat, leggen trauma-deskundigen uit. Ze zijn getraumatiseerd door 7 oktober en de omstandigheden die ik net beschreef. En een geschiedenis van vervolging.

‘Ze worden ook onvolledig en dus vals voorgelicht. Ze denken echt dat hun leger het meest humane op aarde is. En er alleen wordt gebombardeerd op plekken waarvan zeker is dat Hamas daar zit: wapenopslagplaatsen, een gangenstelsel, of wat dan ook.

 ‘Er zijn in Israël wel critici van de regering, maar zij hebben geen leven’

‘En het klopt ook dat Hamas onder ziekenhuizen gaat zitten, en onder scholen en in woonwijken. Maar de Israëliërs realiseren zich onvoldoende wat dat betekent voor de burgerbevolking. Er zijn in Israël wel critici van de regering, maar zij hebben geen leven – zij worden zwartgemaakt.’

Heeft dat Israëlische perspectief ook invloed op hoe mensen hier naar de oorlog in Gaza kijken?

‘Het zou kunnen dat als je hier woont en je hebt familie in Israël en je laat je heel erg leiden door wat zij daar zeggen, dat je daar naar kijkt zoals de gemiddelde Israëliër.’

U schrijft dat de sympathie van de Nederlanders bij de Palestijnen ligt. Ze kiezen een bepaalde kant. Ervaart u dat zo?

‘O ja, de stemming is heel anti-Israël op het ogenblik. En pro-Palestina.

‘Mijn missie is om uit te dragen: ga niet achter de ene of de andere vlag aan. Maak een verschil tussen leiders en regeringen enerzijds en de bevolkingen, die ook maar van alle kanten onvolledig worden voorgelicht, anderzijds. Sluit de rijen, ga de dialoog aan, en demonstreer samen voor vrede. Voor een Joods en voor een Palestijns land. Ga niet tegenover elkaar staan – dat is de oplossing niet.’

Er zijn ook veel mensen die juist vinden dat Nederland partij kiest voor Israël.

‘Nee, de regering kiest voor Israël, maar ik heb het over de Nederlanders. Wie ik ook spreek, bijna iedereen is woedend op Israël en heel begaan met het lot van de Palestijnen.

‘Ga niet tegenover elkaar staan – dat is de oplossing niet’

‘Ik bedoel, Hamas deugt van geen kanten. De bevolking in Gaza is de dupe van de politiek van Hamas, dat vóór 7 oktober al zijn eigen bevolking terroriseerde. Ze wisten ook goed dat Israël zich zou gaan wreken.’

Denkt u dat het mogelijk is om, zoals u voorstelt, samen de straat op te gaan?

‘Ja, en ik ben niet de enige. De mensen van Standing Together en Deel de Duif, en de schrijver Natascha van Weezel. Zo zijn er meer die zeggen: hou op met tegenover elkaar staan. Daar helpen we niemand mee. We kunnen noch in Israël, noch in Gaza iets doen. Maar we kunnen wel hier in Nederland de boodschap uitdragen: laten we ons verenigen tegen het geweld van een foute regering in Israël én in Gaza, want de bevolkingen zijn de dupe.

‘Na 7 november waren er eerst alleen extreme reacties. En al snel kwamen er stemmen op, ook van rabbijnen, die zeiden: deze weg is zinloos, het ligt genuanceerder, we moeten de dialoog voeren.

‘Burgemeester Femke Halsema is hiermee bezig. Ze houdt gesprekken in haar ambtswoning. Bij enkele daarvan was ik aanwezig. Ze nodigt moslims en Joden uit, Amsterdammers, en zoekt naar wat zij samen kunnen doen. Je kunt niet zeggen: ik houd mijn mond maar, we krijgen ze toch nooit bij elkaar. Dat heeft geen zin. Je moet het blijven proberen.’

Geen vakantie naar Turkije dit jaar? Dit is wat een boycot doet

0

Toen de seculiere burgemeester Ekrem Imamoglu gearresteerd werd, reageerden critici met een boycot tegen Turkse bedrijven die gelieerd zijn aan Erdogan. De Kanttekening vroeg Turkse Nederlanders of zij de boycot steunen.

Dit artikel is eerder verschenen op De Kanttekening op 11 april 2025. 

In de weken na de arrestatie van de seculiere burgemeester Ekrem Imamoglu blijft het onrustig in Turkije. Bijna elke dag worden er journalisten en burgers opgepakt die zich verzetten tegen de arrestatie van Imamoglu, die door de Turkse autoriteiten wordt verdacht van corruptie, fraude en het leiden van een criminele organisatie.

Bij Turkse protesten in Nederland valt op dat vooral expats en vluchtelingen aanwezig zijn. Veel conservatievere Turkse Nederlanders durven zich niet uit te spreken over de Turkse politiek. Reageren vanuit deze groep is vaak: ‘Ik sla dit even over’ of ‘Ik houd me niet bezig met Turkse politiek’. Wie wel wil praten, doet dit anoniem vanwege veiligheidsredenen.

De Kanttekening sprak met socioloog Erkan Yigit, radiopresentatrice Yesim Candan en Koerdisch journalist Baki Karadeniz over de situatie in Turkije. Uit gematigd-conservatieve hoek wilde alleen Ferdi Bulut (echte naam bij de redactie bekend) praten op anonieme basis. De naam van de linkse Metin Tokat is ook gefingeerd.

‘Een boycot vind ik een domme aanpak’, zegt Ferdi Bulut uit Amsterdam. ‘Het zal nadelig zijn voor de Turkse economie en alleen maar maar de lokale bevolking treffen, die al lijdt onder politieke of economische omstandigheden. Het kan de werkgelegenheid en het inkomen van gewone mensen, zoals hotelmedewerkers of winkelhouders, negatief beïnvloeden, zonder dat het veel invloed heeft op de politieke machthebbers’, zegt hij.

´Nederlandse Turken zouden er niet aan moeten meedoen´

Yesim Candan is ook geen voorstander van een boycot. ‘Ik heb er wat langer over nagedacht. Je ziet het steeds vaker. Maar het lijkt meer op een kortetermijnstandpunt van wij staan niet achter jullie. En dan ebt het weer weg’, zegt ze.

Candan gelooft ook niet echt dat het effect heeft. ‘Nederlandse Turken zouden er niet aan moeten meedoen. Je kunt bedrijven en holdings wel even laten schrikken. Maar uiteindelijk ligt het probleem natuurlijk veel dieper. En dat kun je niet met een boycot oplossen.’

Turkse badplaatsen

Voor de alevitische socioloog Erkan Yïgit, die oorspronkelijk uit de Koerdische stad Dersim komt, zijn de verhoudingen met de soennitische Turkse staat altijd gespannen geweest. Hij mijdt sowieso al zoveel mogelijk producten van pro-Erdogan bedrijven. Volgens hem gaat een boycot aan ‘een overgrote meerderheid van de Turken’ voorbij.

Volgens Metin Tokat uit Amsterdam, die communistische ideeën heeft, werkt een boycot wel, maar is het niet genoeg. ‘Je moet ook de productie raken, bijvoorbeeld met stakingen’, zegt hij.

Hij wijst op de paniekreactie van de Turkse autoriteiten die de boycot-oproepen zien als ‘haatzaaien’. ‘Ze sturen zelfs ministers naar Erdogan-gelieerde espressobars. Dat komt omdat de AKP een extreem kapitalistische partij is. Daarom worden ze zenuwachtig van boycots en stakingen’, legt hij uit.

Volgens Tokat zouden Turken in Europa de boycot moeten steunen, maar niet de Europese overheden of bedrijven. Dat zou de bevolking in Turkije niet helpen en is volgens hem geen echte solidariteit.

‘Turkije onderhoudt nauwe betrekkingen met Europa. Economisch, politiek en militair. Vanuit het volk is er nu een boycot begonnen. Turkse Nederlanders kunnen daaraan bijdragen door niet op zomervakantie te gaan naar Turkse badplaatsen. Wie denk je dat de eigenaren van al die hotels daar zijn? Denk bijvoorbeeld aan Cengiz Holding, die onlangs met het diamantbedrijf Bulgari een overeenkomst heeft gesloten voor het bouwen van hotels. Belangrijk om je hiervan bewust te zijn’, zegt Tokat.

‘Ik zeg niet dat mensen hun familie in dorpen en steden niet moeten bezoeken. Juist het contact met hen is belangrijk om te praten over wat er in Turkije gebeurt.’

Bevoorrechte bedrijven

De gevluchte Koerdische journalist Baki Karadeniz is ook voorstander van de boycot. ‘Het is een legitieme en effectieve vorm van verzet tegen de totalitaire AKP-regering. Het geeft ons in ballingschap ook hoop, want economische belangennetwerken spelen een grote rol in het in stand houden van die macht’, zegt hij.

Baki Karadeniz

Volgens Karadeniz wordt het regime van Erdogan gestut door bevoorrechte bedrijven. ‘Daarom is een boycot van deze bedrijven door de maatschappij niet alleen een economische, maar ook een symbolische en politieke daad. Het schaadt het imago van Erdogans ‘stabiele regering’ in de nationale en internationale publieke opinie enorm.’

Volgens Karadeniz moet de onderdrukking van de oppositie de ogen van de EU openen zodat de toenaderingspolitiek met Turkije wordt ‘heroverwogen’.

Karadeniz vindt dat de Turkse bevolking in Europa dit jaar buiten Turkije op vakantie moet gaan. ‘De deviezenstroom die het Erdogan-regime ontvangt uit toerisme kan zo verminderen. Ze kunnen niet onverschillig blijven voor het leed, zwijgen betekent een indirecte goedkeuring van het autoritarisme van de regering.’

‘Erdogan begint de oppositie steeds meer als gevaar te zien’

Bulut die geen voorstander is van een boycot ziet wel dat de populariteit van Erdogan begint af te nemen. ‘Hij begint de oppositie steeds meer als een gevaar te zien. Ze hebben de lokale verkiezingen vorig jaar gewonnen. Dat wijst op groeiende onvrede binnen de Turkse samenleving.’

Hij houdt nog wel een slag om de arm wat betreft een finaal oordeel over Erdogan. ‘Want als de beschuldigingen tegen de oppositieleiders terecht zijn, kun je niet spreken van ’te ver gaan’ door Erdogan. Wel denk ik dat de timing van de arrestatie een strategische keuze van hem is geweest .’ In 2028 zijn er presidentsverkiezingen in Turkije en Imamoglu, die al drie keer de AKP van Erdogan heeft verslagen in Istanbul, wordt gezien als de grootste rivaal van Erdogan.

Bulut vindt wel dat, als Erdogan corruptie ‘echt’ wil aanpakken, hij niet alleen naar de oppositie moet kijken, maar ook anderen moet straffen.

Stukjes Syrië

Volgens Yigit gaat het Erdogan-regime al minimaal vijftien jaar te ver. ‘Om aan de macht te blijven heeft hij nu weer een oorlog nodig. Denk aan de kolonisering van stukjes van Syrië of meer geweld tegen pro-Koerdische organisaties. Het zou me allemaal niks verbazen.’

Dit gezegd hebbende vertrouwt Yigit ‘deep down’ Imamoglu ook niet. ‘Hij is religieus conservatief en kan net als Erdogan een ‘agent’ van Amerika zijn. Ik heb er geen moeite mee om te geloven dat sommige beschuldigingen tegen hem gegrond zullen zijn. Ze zijn ook niet echt een alternatief voor verandering in Turkije’, aldus Yigit.

Candan maakt zich grote zorgen. ‘Erdogan heeft zijn grootste rivaal politiek geëlimineerd op het moment dat Turkije geopolitiek steeds belangrijker wordt. Veel landen, waaronder de EU, hebben Turkije nodig, dus kunnen ze weinig beginnen tegen hem. Ik ben bang dat Imamoglu voor altijd in de gevangenis blijft, terwijl hij eigenlijk gewoon de nieuwe leider van Turkije is. De jongeren van Turkije hebben hem nodig, niet Erdogan.’ Ze denkt dat vervroegde verkiezingen de enige hoop zijn. ‘Maar dat gaan de machthebbers nooit toestaan’, zegt ze.

Yesim Candan

Tokat vindt dat nog geen uitgemaakte zaak. ‘Het ligt aan het volk of Erdogan hiermee wegkomt. We horen nu al stemmen dat Imamoglu een dief was. Maar de vraag op dit moment is niet wat Imamoglu heeft gedaan, dat kan je later met bewijzen bespreken. Waar het nu om gaat, is dat een democratisch gekozen bestuurder is vastgezet. Dat is diefstal van de Turkse democratie, en het bewijs daarvoor zit in de gevangenis. Het volk moet dit zien en zijn stem laten horen

Karadeniz doet daar nog een schepje bovenop en beweert dat de ‘totalitaire’ Erdogan de wetteloosheid en propaganda-tactieken van het naziregime evenaart.

‘De arrestatie van Ekrem Imamoglu, een burgemeester die door het volk is gekozen, is een directe aanval op de wil van het volk’, zegt hij en herinnert eraan dat dit niet de eerste keer is. ‘Eerder werden HDP-burgemeesters en parlementsleden op soortgelijke wijze ontslagen, gearresteerd of gedwongen verbannen. Het recht van het volk op informatie werd verhinderd. In 2024 verloren 4 journalisten het leven als gevolg van de aanvallen van Turkije. 112 journalisten werden vastgehouden en 26 journalisten werden gearresteerd. De gebeurtenissen van vandaag tonen aan dat de onderdrukking zich nu heeft uitgebreid tot de gehele oppositie.’

In Nederland lijken de ontwikkelingen in Turkije alleen Turkse expats en vluchtelingen echt te raken. Het zijn vooral seculiere Turken die demonstreren, en van solidariteit vanuit andere groepen Turkse Nederlanders is bijna geen sprake, schreef Trouw eerder. Waar ligt dat aan?

‘Turken die al langer in Europa wonen, hebben ook de nare kanten van Europa gezien en weinig van de toestanden in Turkije’

Volgens Bulut ligt het aan het feit dat Turkse expats met onmin uit Turkije zijn vertrokken. ‘Ze zijn vaak hoogopgeleid en geneigd om hun ontevredenheid te uiten. Aan de andere kant is er ook een groep die tevreden is, maar deze tevredenheid niet openbaar maakt, wat wellicht te maken heeft met opleidingsniveau en culturele achtergrond.’

Geromantiseerd ideaal

Tokat wijst ook op het verschil in beleving van Europa en Turkije door Turkse expats en vluchtelingen en Turken die hier al lange tijd wonen of hier zijn geboren. ‘De Turken die al langer in Europa wonen, hebben ook de nare kanten van Europa gezien en weinig van de toestanden in Turkije. Bij Turkse expats en vluchtelingen is het precies andersom. Zij kennen de nare kanten van Europa nog niet zo goed en des te meer die van Turkije. Zo hebben ze armoede, inkomensongelijkheid en antidemocratische praktijken aan den lijve ondervonden in Turkije. Maar omdat ze hiertegen geen georganiseerde strijd konden voeren, gingen ze op zoek naar een individuele oplossing en kwamen ze in Europa terecht. Daarom is hun eerste reactie richting Turkije vaak kritisch, maar dat betekent niet dat hun kritiek onterecht is.’

Volgens Tokat wordt Turkije nog steeds geromantiseerd als ‘ideaal’ voor veel Nederlandse Turken, die in Europa ook slachtoffer zijn van discriminatie.

Karadeniz vindt het logisch dat meer expats betrokken zijn. ‘Want deze mensen hebben een prijs betaald en hun vrijheid verloren in Turkije. Dit verleden maakt hen gevoeliger en politiek actiever. Hier kunnen ze ook op vrije wijze hun gedachten uiten, wat in een omgeving van onderdrukking, censuur en zelfcensuur in Turkije niet mogelijk is,’ aldus Karadeniz. ‘Toch blijven er mensen met economische of familiebanden zwijgen uit angst. Zelfs op sociale media moeten ze hun woorden afwegen,’ voegt hij daaraan toe.

Candan moet denken aan de Netflix-serie Bir Baskadir over de verdeeldheid in Turkije. ‘Op de Dam in Amsterdam zagen we vooral de kunstenaars, de schrijvers, de oude elite van Turkije. Er zijn simpel gezegd twee groepen in Turkije. Het seculiere deel en het religieuze deel. En die ontmoeten elkaar veel te weinig.’

Hoe zit het met het doorbreken van de angstcultuur onder Turken? Bulut zegt dat hij zich al jaren niet echt meer bezighoudt met de Turkse politiek. ‘Ik heb er geen invloed op en het beïnvloedt mij ook niet. We hebben overigens genoeg uitdagingen in Nederland en er zijn belangrijkere dingen op de wereld waar ik mij druk om kan maken, zoals de genocide in Palestina’, concludeert hij.

‘Ik heb niet de luxe om een vijand van Turkije te worden’

Yigit denkt dat Turkije, ‘al wordt het gerund door gekken’, nog steeds het land is waar hij op kan terugvallen op de dag dat ‘het fascisme weer aan de macht komt’ in Europa. ‘De Nederlandse politieke autoriteiten bewijzen telkens dat ze niet te vertrouwen zijn,’ zegt hij en geeft als voorbeeld de brandstichting in Sivas in 1993. ‘Hier is een Nederlandse burger ook bij omgekomen door radicalen vergelijkbaar met ISIS. De Nederlandse autoriteiten hebben toen niks gedaan tegen Turkije,’ zegt hij. ‘Tel daarbij hun pro-Israëlisme, dat geeft objectief gezien weinig vertrouwen in dit land. Daarom heb ik niet de luxe om een vijand van Turkije te worden. Ik wil aan de ene kant geen vijanden maken, maar ik heb ook steeds gevoelens voor dit land en ik heb er vertrouwen in dat het op een dag beter zal gaan. Misschien voor toekomstige generaties.’

Gemarteld in de gevangenis

Ook Tokat voelt de angstcultuur tot in zijn vezels. ‘Bij protesten schreeuwden ze bijvoorbeeld ‘Wees niet stil. Zolang je stil blijft, ben jij de volgende aan de beurt’. Daar ben ik het hartgrondig mee eens, en toch kan ik niet vrijuit spreken uit veiligheidsoverwegingen voor mijn familie. Dat werkt zeer verlammend helaas, want de ruimte om je uit te spreken wordt met de dag kleiner. Steeds meer mensen voelen zich monddood gemaakt en durven bijna niets meer te zeggen. Dit is bewuste onderdrukking. Juist daarom ligt de enige uitweg in gezamenlijke, georganiseerde actie: mensen moeten elkaar opzoeken, duidelijke doelen stellen en samen de strijd aangaan.’

‘Deze repressie wordt al tientallen jaren systematisch toegepast in de Koerdische gebieden’

Karadeniz spreekt zich wel openlijk uit tegen de Turkse onderdrukking. ‘Ja, ik ben niet bang om mezelf te uiten, maar deze vrijheid is me niet komen aanwaaien’, vertelt hij. ‘Ik zat jarenlang in de gevangenis omdat ik een Koerdische activist was en me verzette tegen het beleid van de regering. Ik werd gemarteld in de gevangenis. Ik werd onderworpen aan onderdrukking toen ik werd vrijgelaten.’

Zwijgen is voor Karadeniz geen optie. ‘De arrestatie van Ekrem Imamoglu is misschien schokkend voor de westerse metropolen van Turkije, maar deze repressie wordt al tientallen jaren systematisch toegepast in de Koerdische gebieden. Gekozen burgemeesters, raadsleden, parlementsleden zijn voortdurend ontslagen, gearresteerd en vervangen door curatoren.’

Dat biedt volgens hem ook kansen voor de oppositie. ‘We moeten solidair zijn en onze stem verheffen. De enige manier om angst te overwinnen is om samen en op rationele wijze druk van onderaf te organiseren’.

Candan kan zich daar helemaal in vinden. ‘Er verandert helemaal niks als we ons niet laten horen. Turkije heeft iets nieuws nodig. En Imamoglu was er voor vrouwen, jongeren en studenten. Als er geen hoop is voor deze jongeren in Turkije, dan zullen ze uiteindelijk uit Turkije moeten vertrekken. Maar dat willen ze niet.’

Let op senioren die in bomen klimmen

0

Tijdens een vakantie samen liepen we met een vriend, die toen de vijftig wel gepasseerd was, door een boomgaard. Ik heb niet meer helder of het sinaasappel- of mandarijnenbomen waren. In ieder geval waren het narenjiya.

Ik liep wat vooruit en draaide me om om iets tegen de beste vriend te zeggen. Hij was uit mijn zicht verdwenen. Waar was hij in hemelsnaam gebleven? We hoorden hem uit een boom praten. Hij was rap een boom ingeklauterd.

Hij had er zichtbaar plezier in. Hij wilde duidelijk terug naar zijn kinderjaren. Hoeveel bomen had hij toen wel niet beklommen?

Wij waren not amused. De stugge, broze botten zijn niet hetzelfde als de ‘plastic’ botten van kinderen. Wij kenden verhalen van ouderen die uit een boom waren gevallen en dat niet hadden overleefd.

Er was geen tuinman die onze bolle wangen zag

Tijdens mijn kinderjaren klommen we in een grote pruimenboom langs het spoor in Den Bosch. We plukten er onrijpe pruimen. De boom stond daar maar. Er was geen tuinman die onze bolle wangen zag. Volgens mij staat die boom er niet meer. Ook al zou hij er nog staan, ik zou het niet in mijn hoofd halen om er in te klimmen.

De verhalen van senioren die in bomen klimmen, hebben opvallend vaak met verre geboortedorpen te maken.

Als jeugdige vertrokken uit het dorp. Eigenlijk ontworteld. Onbekend of ze in Nederland goede aarde hebben kunnen vinden om te wortelen. Hoe het ook zij: aan de boom in het geboortedorp hangen nog altijd zoete herinneringen.

Het is weer zomervakantie. Wees gewaarschuwd: als u een senior uit het oog verliest, kijk dan naar de boom in de buurt. Begeleid hem langzaam naar beneden tot hij weer met beide benen op de grond staat. Fijne vakantie!

Gettogedachten in de trein van Amsterdam naar Den Haag

0

‘Ik houd niet van interviews, ik kan niet echt een gesprek voeren met mensen die ik niet ken’, zegt een acteur tegen een opdringerige journalist. Was het Joaquin ‘AM I NOT MERCIFUL?!’ Phoenix of Denzel ‘X’ Washington? Ik weet het niet meer. Het fragment is sowieso opgeslagen in mijn langetermijngeheugen. Bekeken tijdens een van die vele lamlendige momenten voor de buis, waar ik filmpjes op YouTube afdraai. Het is mijn muze in deze zomerse dagen, met baby en vrouw in huis.

Is de acteur arrogant dat hij zoiets zegt, of is het een banale werkelijkheid waar wij juist door het ‘goede werk’ van zo’n hijgerige journalist achter komen? Waarom zou je inderdaad praten met mensen die je niet kent? In de trein breek je toch ook niet in in een gesprek tussen vrienden, over een onderwerp waar jij toevallig veel over te zeggen hebt? Vaak zou dat als ongepast worden ervaren. Maar als het discreet gebeurt, droom ik, zou het misschien ook tot echte verbinding kunnen leiden met je medemens.

In de bomvolle trein van Amsterdam naar Den Haag heb ik weleens de neiging om dat daadwerkelijk te doen. Onlangs nog, toen ik achter een groepje Surinaamse pubers van maximaal 16 of 17 jaar ging zitten. Allemaal boys die de twee vierzitsbankjes voor me hadden bezet. Ze hebben lol zoals een groepje jonge mannen lol heeft. Luidruchtig. Handtastelijk en brutaal naar elkaar toe.

De rest van het coupé mag volop meegenieten. Op een gegeven moment kregen we gewoon een rap-liveconcert, waarbij het laatste woord van een zin, uitgesproken door een van de jongeren, steeds werd gebruikt als stopwoord om na een tel een rijmende zin erachteraan te rappen. Dat ging er als volgt aan toe:

Een van de rapcrew: ‘Ik lig op de bank met je zus.’
Iedereen: ZUS!
Volgende rapper:
‘Ze smacht – korte pauze – voor die poeniekus.’
Iedereen: KUS!
‘Je moeder wacht op de bus.’
BUS!

En zo ging het telkens door, totdat een van hen er niet meer uitkwam en hard werd uitgelachen. Ik begon al met mijn hoofd te bangen en keek af en toe glimlachend op. Geen van hen keek me aan. Ik pakte zelfs de klassieker van de zwarte schrijver James Baldwin, No Name in the Street, uit mijn tas en deed alsof ik las. Ook geen respons. In Den Haag sta ik op en moet, nagenietend, toch nog aan drillrapmoorden denken. Jammer.

Ook bij een groepje witte meiden voel ik ongemak

Het voelde alsof ik zo kon connecten met deze lui. Ik voelde me totaal niet bedreigd. Hoe anders was dat een paar maanden eerder, toen ik zelfs een paar stoelen verwijderd zat van een groepje dronken witte twintigers in de trein. Ook zij waren luidruchtig en opschepperig. Ik voelde totaal geen verbinding en wilde juist zo snel mogelijk weg van hen. Ook bij een groepje witte meiden voel ik ongemak.

Ik bespreek mijn gevoelens van ongemak bij wit en verwantschap bij zwart met een Koerdische vriendin. Zij hoort het aan en vertelt over hoe haar moeder een keer in de tram door een Antilliaan zou zijn beledigd en geduwd.

Is het een kwestie van kleur, afkomst, klasse of gender? Een combinatie, denk ik. De groep zwarte jongens klonk getto, waar ik me mee associeer door mijn eigen levenservaring. De witte jongeren hadden van die kakaccenten, waardoor ik me meteen op mijn hoede voel.

Vanuit inmiddels ouderwetse objectiviteitsopvattingen van de moderne journalist (aldus Fréderike Geerdink in Alle journalistiek is activisme) zou ik op beide groepen ‘neutraal’ moeten kunnen afstappen en vragen stellen. ‘Vertel me, waarom zijn jullie zo luidruchtig in de trein?’ Of mag ik die vraag aan Surinaamse jongeren niet stellen, omdat zij institutioneel geen macht hebben in Nederland en witte jongeren wel?

Alle gekheid op een stokje: je moet machthebbers bevragen. Dat is wat Geerdink zegt. En dan is opdringerigheid tegenover acteurs die miljoenen verdienen niet iets slechts, maar noodzaak. Bij Zomergasten werd Eus aangepakt door een witte vrouw. En dat mag zeker, als je zeven columns per week schrijft, naast al die andere mediaproducties (lees: cash money). Toch dacht ik soms, bijvoorbeeld over zijn moeder: met een Turks-Nederlandse interviewer zou hij een ander gesprek hebben gevoerd en meer de diepte in kunnen gaan, ongeacht of dat voor de (witte) kijkers thuis nou ook boeiend zou zijn of niet.

De Kanttekening tipt: dit zijn de beste boeken

Welke nieuwe boeken zijn echt de moeite waard? De redactie van de Kanttekening kiest de beste titels voor de vakantie.


Er stromen rivieren in de lucht – Elif Shafak
Wereldbibliotheek, 480 blz., €24,99

De klimaatcrisis is in de eerste plaats een watercrisis, zegt een van de hoofdpersonages in het boek Er stromen rivieren in de lucht. Het personage is een hydroloog: iemand die water bestudeert, en ze verwondert zich over het feit dat er maar zo weinig mensen zijn die oog hebben voor het element dat al bestond voordat de aarde en de zon bestonden. Het is ook de boodschap van de Brits-Turkse auteur Elif Shafak.

Water is het centrale thema van het boek en ook wat de drie personages, die elk in een ander tijdperk leven, met elkaar verbindt. De bijzonder begaafde Arthur is geboren aan de oevers van de bevuilde Theems in het Victoriaanse Londen. Narin, een yezidi-meisje, woonde aan de Tigris totdat hier in 2014 een dam werd gebouwd door de Turkse regering. En dan is daar hydroloog Zaleekha, net ingetrokken op haar woonboot aan diezelfde Londense Theems.

Verschillende tijdperken, verschillende plekken, maar verbonden door water, schrijft Shafak in de proloog. Want het is de druppel die één wordt met de rivier, waaruit het vervolgens weer opstijgt en weer neerdaalt, keer op keer, al eeuwenlang. Wat zou die druppel allemaal al hebben gezien?

Het oude Mesopotamië

Arthur heeft een buitengewone interesse in het oude Mesopotamië en ontcijfert uiteindelijk het spijkerschrift, en vervolgens het verhaal van Gilgamesj dat in dit schrift stond geschreven. Narin reist met haar oma naar de heilige vallei van hun volk, in de hoop hier rust te vinden. Ook Zaleekha wordt uiteindelijk teruggevoerd naar het land van haar ouders, het Turkse deel van Mesopotamië, langs de oevers van de Tigris.

Het boek Er stromen rivieren in de lucht is een ode aan het water. Op heel veel plekken is een nood aan vers water ontstaan, en die wordt steeds groter. Daarvan is het besef in vooral West-Europa nauwelijks doorgedrongen, zei de auteur in een interview met De Correspondent. Wie dit boek leest, zal anders gaan denken over de rol van water in het leven, terwijl de auteur je meeneemt door de rijke geschiedenis van Mesopotamië.

Majorie van Leijen, redacteur de Kanttekening


Van dankbaar naar strijdbaar – Bilal Ben Abdelkarim
Mazirel Pers, 224 blz., €24,99

Joris Luyendijks boek De zeven vinkjes. Hoe mannen zoals ik de baas spelen deed veel stof opwaaien in de media. Hoe typisch is het dan dat het boek van Bilal Ben Abdelkarim, Van dankbaar naar strijdbaar, waarin hij zeven allochtone of multiculturele vinkjes introduceert, veel minder bekend is. Onterecht. Elke allochtoon zou dit boek moeten lezen. En vooral niet-Marokkaanse allochtonen, omdat het een bijzonder inkijkje geeft in de keuken van een Marokkaanse Nederlander die altijd zijn best heeft gedaan en toch altijd weer in een hokje is geduwd.

In een tijd van onversneden moslimhaat en racisme is Van dankbaar naar strijdbaar een welkome aanmoediging om met geheven hoofd te werken aan zelfemancipatie en zelfrepresentatie. Je bent niet alleen maar een individu, je hebt ook bestaansrecht als onderdeel van een grotere groep, waar je je geenszins voor hoeft te schamen. Jij hebt net zo veel recht om boeken te schrijven, uitgenodigd te worden bij praatprogramma’s en het nieuws mede vorm te geven.

Je bent niet alleen maar een individu

Abdelkarim schrijft vanuit het hart, maar is ook uitermate genuanceerd. Telkens doet hij een poging om ook andere perspectieven erbij te betrekken. Wel keert hij zich fel tegen alle vormen van hypocrisie. Het ongekende, genocidale leed van de Palestijnen en de frustratie die hij daarover voelt, steekt hij niet onder stoelen of banken. Een sterk staaltje van speaking truth to power.

Tayfun Balcik, redacteur de Kanttekening


Op een andere planeet kunnen ze me redden – Lieke Marsman
Uitgeverij Pluim, 200 blz., €24,99

In het voorjaar van 2018 hoort dichter en filosoof Lieke Marsman (1990) dat ze kraakbeenkanker heeft. Na de behandeling keert de ziekte terug — en weer, en weer — tot ze uiteindelijk te horen krijgt dat ze ongeneeslijk ziek is. In ‘Op een andere planeet kunnen ze me redden‘ schrijft ze over de gedachten die haar tijdens dat ziekteverloop bezighouden. Maar het is meer dan alleen een verslag van ziekte. Het gaat ook over een vrouw die nooit geloofde, maar God begint te ervaren in haar leven, en daar op een niet-zweverige, uiterst zorgvuldige manier over schrijft. Ze verbindt haar ervaringen met filosofie, met Wittgenstein, William James, met Griekse mythologie, en raakt gaandeweg geïnteresseerd in buitenaards leven. Ook die interesse, hoe ongewoon misschien ook, behandelt ze met dezelfde precisie en ernst. Het boek is zo intelligent en origineel geschreven dat je na het lezen meteen de uitzending van Zomergasten (op 14 augustus 2022) met haar terug wilt kijken.

Mariska Jansen, eindredacteur de Kanttekening


Galmende geschiedenissen – Sinan Çankaya
De Bezige Bij, 240 blz., €22,99

In zijn vorige boek, Ontelbare identiteiten, liet Sinan Çankaya al zien hoe het is om als kind van migranten in Nederland op te groeien tussen systemen die houvast beloven, maar vooral grenzen trekken en uitsluiten. Met Galmende Geschiedenissen schreef hij opnieuw een boek waarmee hij Nederland een spiegel voorhoudt, een boek dat je niet eenvoudig uitleest, maar dat zich vastzet, in je hoofd en in je buik.

Het is scherp, pijnlijk, eerlijk en opnieuw stilistisch fraai. Çankaya schrijft over zijn jeugd, zijn sociale klim en de prijs van insluiting, maar vooral over wie mag spreken, en over welk lijden telt in ons publieke geheugen. Hij legt de hypocrisie bloot van een Europa dat ‘Nooit meer Auschwitz’ predikt, maar wegkijkt bij de genocide op de Palestijnen. Hij verbindt persoonlijke ervaringen met systeemanalyse.

Het is rauw, slim, literair én urgent. Het is het soort boek dat je nodig hebt om wakker te blijven in een tijd waarin veel mensen liever slapen.

Ewoud Butter, redacteur de Kanttekening


Odyssee – Stephen Fry
Thomas Rap, 368 blz., €24,99

Het origineel van Homerus moet ik nog een keer helemaal lezen (in het Nederlands hoor), maar de hervertelling van Stephen Fry is briljant. Het gaat ook om een universeel verhaal, over verdwaald zijn, het vinden van je weg terug, het terugkeren naar huis. Leuk is ook dat Fry niet alleen de zwerftocht van Odysseus vertelt, die na de val van Troje nog tien jaar onderweg is om zijn vrouw Penelope weer te zien en zijn zoon Telemachus, maar ook de queeste van de Trojaanse held Aeneas en de wraak van Electra op haar moeder.

Odyssee is het laatste boek van Fry over de Griekse mythologie. Eerder verschenen Mythos (over de Griekse goden en hun strijd tegen de titanen), Helden (over Griekse helden als Heracles, Theseus en Jason) en Troje (over de Trojaanse Oorlog). Je kunt Odyssee lezen zonder die andere boeken te hebben gelezen, en ook zonder kennis vooraf over de Griekse mythologie. Maar ook voor mensen met (enige) kennis hierover is Odysee een bron van wijsheid en vermaak.

Ewout Klei, redacteur de Kanttekening

Dit is wat Francesca Albanese zei over genocide in Gaza

0

Maakt Israël zich in Gaza schuldig aan genocide? Francesca P. Albanese, de speciale rapporteur van de Verenigde Naties over de bezette Palestijnse gebieden, gelooft van wel: ‘Er zijn veel bewijzen dat Israël de intentie heeft het Palestijnse volk en hun levensgebied te verwoesten.’

Dit artikel is eerder verschenen op De Kanttekening op 12 maart 2024. De getallen zijn op basis van de gebeurtenissen van dat moment.

De Italiaanse mensenrechtenadvocate Francesca P. Albanese is zeer betrokken bij de Palestijnen. Ze is een van de oprichters van de Global Network on the Question of Palestine, en publiceerde samen met de Nederlandse advocaat Lex Takkenberg het boek Palestinian Refugees in International Law. ‘Mijn VN-mandaat heeft alleen betrekking op de bezette gebieden, die in 1967 door Israël werden veroverd tijdens de Zesdaagse Oorlog’, vertelt Albanese. 

‘Gelijk na deze oorlog eisten de VN dat Israël zich moest terugtrekken uit deze gebieden, maar dat heeft Israël nooit gedaan. Het is een militaire bezetting. Palestijnen hebben geen basale rechten, geen burgerrechten en geen politieke rechten. De Palestijnse Autoriteit, die op de Westbank ‘regeert’, is geen echte staat. Het is meer een groep gemeenteraden.’ 

‘Het Palestijnse territorium is gefragmenteerd’, vertelt ze verder. ‘Wat voor Israël heel functioneel is om het hele gebied te kunnen controleren. Maar het meest kwalijke zijn de gedwongen verplaatsingen van Palestijnse burgers, al decennialang. Denk aan de bouw van illegale nederzettingen op de Westbank en het onteigenen van huizen in Oost-Jeruzalem. Dit gaat in tegen de bepalingen van de Conventie van Genève. Je mag immers geen burgers verplaatsen naar bezette gebieden, evenmin mag je de inheemse bevolking uit bezet gebied verjagen.’ 

‘En nu valt Israël Palestijnse burgers aan. Het is een misdaad tegen de menselijkheid. Er zijn ook andere misdaden tegen de menselijkheid waar Israël schuldig aan is, zoals arbitraire detentie van verdachten, oneerlijke processen en het martelen van gevangenen.’

Maar hoe zit het met genocide, waar Israël nu van wordt beschuldigd? Is Israël hier schuldig aan?

‘Ik denk het wel. Het Internationaal Gerechtshof in Den Haag, dat de genocidezaak behandelt, heeft nog geen conclusies getrokken. Wel heeft het Hof Israël opgeroepen effectieve maatregelen te nemen opdat humanitaire hulp doorgang kan vinden. Om te bewijzen of Israël zich aan genocide schuldig maakt of niet is toegang tot het gebied nodig. Maar dat is nu niet mogelijk. Toch geloof ik, en dat heb ik ook geschreven in mijn rapport voor de VN-Veiligheidsraad, dat er veel bewijzen zijn voor Israëls intentie om het Palestijnse volk en hun levensgebied te verwoesten. En dat dit veel lichamelijke en mentale schade veroorzaakt.’

En hoe zit het met apartheid? Het opdelen van de Westbank in kleine stukjes, dat lijkt heel erg op hoe Zuid-Afrika ten tijde van de apartheid zwarte gebieden verdeelde in zogenoemde thuislanden. 

‘Kolonialisme en apartheid kunnen op een verschillende manier worden uitgewerkt. Zuid-Afrika was zo’n driehonderd jaar lang een kolonie, toen kwam de apartheid, dat in veel opzichten een continuering van het kolonialisme was. Het bijzondere van Zuid-Afrika was dat het systeem van raciale segregatie was gelegaliseerd. De rechten van zwarte mensen werden ontkend, ze moesten op aparte bankjes plaatsnemen, mochten bepaalde restaurants niet binnen, enzovoort.

‘Genocide, apartheid, kolonialisme, het is onderdeel van hetzelfde systeem’

‘Tegelijkertijd is er, bij alle vormen van apartheid, een gemeenschappelijk element. Het gaat om settler colonialism (vestigingskolonialisme), waarbij inheemse mensen worden weggestuurd en hun land wordt afgepakt door kolonisten die zich in dit land vestigen. Je kunt genocide niet los zien van settler colonialism. Het is de logische uitkomst hiervan, de piek. Genocide, apartheid, kolonialisme, het is onderdeel van hetzelfde systeem.’

De beroemde Poolse jurist Raphaël Lemkin ontwikkelde in 1944 het juridische genocidebegrip, waarbij hij keek naar de Armeense Genocide en de Holocaust. Is wat Israël nu doet met de Palestijnen daarmee te vergelijken?

‘Bij genocide draait het om verschillende aspecten, die in artikel 2 van de Genocide Conventie worden genoemd. Het gaat niet alleen om de daad maar ook om de intentie om mensen op grote schaal te vermoorden, met als doel een nationale, etnische, nationale of religieuze groep geheel of gedeeltelijk te vernietigen. Het is belangrijk om op te merken dat de nazi’s die in 1946 in Neurenberg werden berecht nooit veroordeeld zijn voor genocide, omdat de Genocide Conventie twee jaar later werd opgesteld. Ze werden veroordeeld voor misdaden tegen de menselijkheid. Maar natuurlijk was de Holocaust genocide.

De Genocide Conventie geeft een minder compleet beeld van genocide dan Lemkin in zijn werk. Hij begreep dat je het fenomeen niet los kan zien van vestigingskolonialisme. Het vernietigen van groepen, het overnemen van huizen en bezittingen van mensen, hun land. Denk hierbij bijvoorbeeld ook aan de Native Americans, die door de witte kolonisten zijn verjaagd naar ‘reservaten’, of aan de Aboriginals in Australië.’ 

Heeft Israël de intentie om het Palestijnse volk – deels of het geheel– te vermoorden? 

‘Die is er al vanaf het begin. Een Palestijnse website, Love for Palestine, documenteert alle genocidale uitspraken van Israëlische leiders. Er zijn ongelooflijk veel van dit soort uitspraken. Tegelijkertijd zijn alleen deze uitspraken, die de intentie onthullen, niet genoeg om over genocide te spreken. Er moeten ook daden zijn die wijzen op het uitroeien van een bevolking.’

‘Gaza wordt collectief gestraft voor de gebeurtenissen van 7 oktober’

Albanese denkt dat deze daden er wel zijn. Ze onderbouwt dit met de cijfers van Hamas. ‘Israël valt burgers aan. Gaza wordt collectief gestraft voor de gebeurtenissen van 7 oktober. Daarom zijn er meer dan 30.000 mensen gedood, waarvan 70 procent vrouwen en kinderen. Er liggen bovendien nog 12.000 mensen onder het puin, waarvan er velen zijn overleden. Die doden zijn nog niet meegeteld. Het is ongelooflijk. Maar deze cijfers worden door Israël betwist.’ 

Israël beroept zich op het recht om zichzelf te verdedigen. Wat vindt u daarvan?

‘Er bestaan veel misvattingen over het recht op zelfverdediging. Allereerst: iedereen heeft een recht op bestaan. De Israëliërs en de Palestijnen. Maar we moeten niet doen alsof de gebeurtenissen van 7 oktober uit de lucht kwamen vallen. Er was een context. In de vijftien jaar voor 7 oktober zijn er meer dan 6000 Palestijnen gedood als gevolg van Israëlisch geweld, tegenover 300 Israëliërs. Natuurlijk heeft Israël het recht om de eigen burgers te beschermen, het eigen territorium. Maar dat is geen carte blanche om misdaden te plegen tegen een volk.’

In februari dit jaar noemde de Franse president Emmanuel Macron de gebeurtenissen van 7 oktober  ‘de grootste antisemitische massamoord van onze eeuw’. Op X schreef u toen dat ‘de slachtoffers van 7 oktober niet werden gedood vanwege hun joodse geloof, maar in antwoord op de Israëlische onderdrukking’. Het Franse ministerie van Buitenlandse Zaken veroordeelde uw opmerking en Israël verklaarde u tot persona non grata, die het land niet meer in mag. Hoe kijkt u op deze commotie terug?

‘Zoals ik ook eerder heb gezegd, ik betreur het dat sommigen mijn bericht interpreteerden als een ‘rechtvaardiging’ van de misdaden van Hamas, die ik verschillende keren sterk heb veroordeeld. Ik veroordeel alle vormen van racisme, ook antisemitisme. Echter, deze misdaden als ‘antisemitisch’ labelen verdoezelt de ware reden waarom ze plaatsvonden. 

‘Ik ontken deze misdaad niet. Maar het was een aanval op Israël, niet op de Joden’

De Palestijnen worden al decennialang onderdrukt. Wat Hamas deed op 7 oktober is niet in lijn met het internationaal recht. Ik ontken deze misdaad niet. Maar het was een aanval op Israël, niet op de Joden. Het is onverantwoord om nu al te stellen dat de aanval antisemitisch was. Dat zou verder moeten worden uitgezocht, in hoeverre antisemitisme een rol speelde. Niettemin: de trigger voor de aanval is de bezetting. We moeten antisemitisme en verzet tegen settler colonialism van elkaar onderscheiden.

‘Daarnaast speelt er nog iets anders. Als je zegt dat 7 oktober gemotiveerd was door antisemitisme en niet door de bezetting, dan percipieer je dat alle Palestijnen in Gaza antisemieten zijn. Dat ze, als collectief, een existentiële bedreiging vormen voor Israël. En dat is precies wat er gebeurt en waarom Israël ongeremd reageert.

En daarom heeft Israël u nu tot persona non grata verklaard…

‘Maar dat is niet nieuw. Israël heeft mij twee jaar geleden al de toegang tot Palestina ontzegd. En mijn voorganger was er ook niet welkom.’ 

‘Westerse landen kunnen zich meer met Israël dan met islamitische landen identificeren’

Waarom staan de Verenigde Staten en de Europese Unie nog steeds achter Israël? Zal dit veranderen?

‘Het moet veranderen. De kracht en de schoonheid van de mensenrechten ligt in het feit dat ze universeel zijn. Ze zijn overal en altijd van toepassing. Westerse landen en ook Australië, laten Israël nog steeds overal mee wegkomen. Dat komt omdat westerse landen zich meer met Israël dan met islamitische landen identificeren. Omdat westerse landen wit zijn. Het is een vorm van koloniaal denken.’

Ja, maar het heeft toch ook alles te maken met het westerse trauma van de Holocaust en het schuldgevoel daarover?

‘Europa vervolgde de Joden. Zij waren toen het slachtoffer. In het Westen is na de Tweede Wereldoorlog het idee ontstaan dat Israël ook het slachtoffer is. Maar dat is niet waar. Slachtoffer ben je in relatie tot anderen. Maar in relatie tot de Palestijnen is Israël de onderdrukker. Vroeger werden de Joden in Europa ontmenselijkt, nu ontmenselijkt Israël de Palestijnen. Israëliërs staan nu in een machtspositie tegenover de Palestijnen, maar ze gebruiken hun vroegere slachtofferpositie om anderen het slachtoffer te maken.’ 

‘De strijd van de Palestijnen inspireert anderen in hun strijd tegen onderdrukking’  

Wat vindt u van het verwijt van selectieve verontwaardiging? Palestina roept terecht emoties op, hiervoor valt de aandacht voor de Oeigoeren, de Rohingya en andere verdrukte volkeren in het niet. 

‘Absoluut. Maar voor het Zuiden is Palestina een belangrijk keerpunt. Het staat symbool voor de westerse hypocrisie, het feit dat voor het Westen de mensenrechten helemaal niet universeel zijn. En de strijd van de Palestijnen inspireert anderen in hun strijd tegen onderdrukking.’ 

Wat moet er gebeuren, ten slotte? Wat is de uitweg uit deze crisis? 

‘Dat er geen andere weg is dan de wet respecteren, de notie dat iedereen gelijk is voor de wet. Vrijheid en gelijkheid voor iedereen. Geen apartheid, geen racisme. Dat is het eindpunt. Maar we zijn daar nog lang niet.’  

Wat zijn dan de tussenstations? 

‘Er moet een embargo tegen Israël komen, en sancties tegen de personen die verantwoordelijk zijn voor de misdaden tegen de Palestijnen in Gaza. Militairen, maar ook politici als premier Benjamin Netanyahu, de ministers Itamir Ben-Gvir en Bezalel Smotrich en president Yitzhak Herzog (die op zaterdag 10 maart in Amsterdam was, red.) moeten zich verantwoorden in Den Haag.  

‘Het systeem van apartheid moet worden ontmanteld. Palestijnen moeten dezelfde rechten krijgen.’  

Turkije en de Koerdische kwestie

0

Gaan zelfs de best gemaakte plannen mis? Die vraag hangt steeds nadrukkelijker boven Syrië’s kwetsbare overgang en brengt Ankara in toenemende problemen.

De onenigheid onder binnenlandse actoren is duidelijker dan ooit. De verwachte balans in Syrië is uiteengevallen, op een manier die Ankara’s strategie ondermijnt en het ‘vredesproces’ van president Erdogans regering bedreigt. In plaats van de ontwapening en rust rondom de Koerden te bevorderen, brengen recente ontwikkelingen in Syrië,  bemoeilijkt door Israëlische aanvallen, tegenstrijdig Amerikaans beleid en aanhoudende conflicten tussen Koerden, Druzen en Damascus, zowel Turkije’s ambities als de stabiliteit in de regio in gevaar.

Vanaf het begin was Ankara’s doel duidelijk: in eigen land zou, via gesprekken met de gevangen PKK-leider Abdullah Öcalan, de PKK worden overtuigd om de wapens neer te leggen. Tegelijkertijd zouden Syrische Koerden hun roep om zelfbestuur of federalisme opgeven. Volgens officiële verklaringen moesten deze processen tegelijk verlopen.

In Turkije lijkt er dankzij Öcalans invloed langzaam vooruitgang te zijn. Na vier decennia van conflict en meer dan 50.000 doden betekende de beslissing van de PKK in juli 2025 om de wapens neer te leggen een keerpunt. Ankara noemde het ‘een nieuwe historische bladzijde’. Een overwinning voor Erdogans coalitie en een kans om de verhouding tussen Turken en Koerden opnieuw vorm te geven.

De timing kwam Erdogan goed uit. Zijn adviseurs probeerden Koerdisch-georiënteerde groepen zover te krijgen om voorgestelde grondwetswijzigingen te steunen, waarmee hij zijn presidentschap zou kunnen verlengen. Het plan was om alle politieke partijen te verenigen onder de slogan ‘een Turkije zonder terreur’ en zo Erdogans macht verder uit te breiden. Dit leverde problemen op voor de belangrijkste oppositiepartij, de seculiere CHP, waarvan 14 Koerdische burgemeesters vastzitten op twijfelachtige aanklachten tijdens een aanhoudende golf van arrestaties.

Turkije hoopte op een snelle hereniging van Koerden onder een door Damascus geleide regering

Onlangs stemde CHP-leider Özgür Özel ermee in om deel te nemen aan een tijdelijke parlementscommissie over het ‘Koerdische vraagstuk’, wat voor Erdogan opnieuw een politieke winst betekende, en hem extra tijd gaf om te manoeuvreren.

Maar de situatie in buurland Syrië heeft Ankara’s plannen verstoord. Turkije hoopte op een snelle hereniging van Koerden onder een door Damascus geleide regering, met het opheffen van milities en minder Koerdische autonomie aan de grens. Dat scenario mislukt.

Een belangrijk obstakel is dat Koerdische leiders weigeren de ontwapening van de PKK te koppelen aan het opgeven van hun politieke en territoriale rechten, die ze tijdens de burgeroorlog hebben verworven. Ilham Ahmed, medevoorzitter van het zelfbestuur in Rojava, noemde het regime in Damascus onlangs ‘een afsplitsing van ISIS’ en weigerde de wapens neer te leggen voor een vijand die haar strijders al jaren bestrijden. Dit laat zien hoe groot het wantrouwen is en hoe ontevreden de Koerden zijn met de huidige situatie in Syrië.

Turkije’s belangrijkste oppositiepartij deelt die zorgen, maar vanuit een seculier perspectief. Namik Tan, voormalig diplomaat en CHP-parlementariër, zei dat ‘democratisering’ niet verwacht kan worden van islamisten, ook niet van die in Syrië. Volgens hem voelen minderheden, Arabische alawieten, druzen, christenen en Koerden, zich onveilig, en geven zij de voorkeur aan eigen controle over veiligheid en dagelijks bestuur boven vertrouwen in Damascus.

Intussen blijft er gebrek aan samenwerking tussen de grote buitenlandse spelers. Turkije, het VK en de VS waren ervan overtuigd dat zij het Assad-regime zouden laten vallen, terwijl Israël buiten die plannen werd gehouden omdat dat land vreesde dat de situatie na Assad zijn eigen belangen zou schaden.

Er zijn langs de Turkse grens nog steeds Koerdische autonome zones

Inmiddels heeft Israël zijn militaire aanwezigheid flink uitgebreid door gebruik te maken van nieuwe sektarische spanningen. Alleen al in juli 2025 voerde Israël bijna 1.000 luchtaanvallen uit in Syrië, bezette 180 vierkante kilometer en zei dat het de druzen-minderheid wilde beschermen. Die Israëlische acties hebben diplomatieke pogingen verstoord en de Koerdische herintegratie volgens Ankara’s voorwaarden stopgezet. Zo zijn er langs de Turkse grens nog steeds Koerdische autonome zones, precies wat Turkije had willen voorkomen.

Het wispelturige Amerikaanse beleid maakt alles nog ingewikkelder. President Trump besloot in juni 2025 onverwacht om de meeste sancties tegen Syrië op te heffen, wat voor veel verwarring zorgde. De VS lijkt te twijfelen tussen steun aan de door Koerden geleide SDF en samenwerking met de nieuwe machthebbers in Syrië. Lokale bewoners weten niet waar ze aan toe zijn. Tegenstrijdige signalen over het al dan niet terugtrekken van Amerikaanse troepen uit het noordoosten maken die onzekerheid nog groter. Ook binnen de Amerikaanse overheid lijkt geen duidelijke lijn: het State Department, het Pentagon en speciaal gezant Tom Barrack zitten niet op één lijn.

Naarmate Israël doorgaat met zijn ‘bescherming’ van de druzen en Koerdisch verzet aanhoudt, wordt Ankara steeds gefrustreerder. Minister van Buitenlandse Zaken Hakan Fidan en minister van Defensie Yaşar Güler waarschuwden onlangs dat Turkije militair zou kunnen ingrijpen als de pogingen tot hereniging van Syrië blijven mislukken.

Toch vinden veel Koerden dat het vooral Ankara’s harde houding is die vooruitgang in de weg staat. De PKK zegt in een verklaring: ‘Wapens kunnen pas worden neergelegd als de redenen om ze op te pakken zijn weggenomen.’

Koerdische politici vragen om concrete stappen, zoals amnestie voor politieke gevangenen en het terugplaatsen van afgezette burgemeesters. Ankara blijft echter grotendeels afwachtend en verwijst naar de parlementaire commissie.

Wat een historisch moment van verzoening had kunnen zijn, lijkt nu ernstig in gevaar. Politieke stilstand in Turkije, Israëlische militaire druk en het onduidelijke Amerikaanse beleid hebben de hoop op vrede ondermijnd.

Als Ankara zich niet snel aanpast, met meer openheid, echte gesprekken met Koerdische gemeenschappen en beter inspelen op onvoorspelbare buitenlandse invloeden, verandert het vredesproces van een kans in een nieuwe, pijnlijke mislukking.