19.1 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 192

Ramadan als baken

Elke dag staan we als redactie voor een uitdaging: het kiezen van een onderwerp dat er echt toe doet voor jullie, onze lezers. In deze tijden, waarin het lijkt alsof de wereld één grote brandhaard is, worstelen we met onze missie om het nieuws óók vanuit een positieve hoek te belichten. 

Maar met 183 conflicten wereldwijd, het hoogste aantal in dertig jaar, en 459 gewapende groeperingen die bijna 200 miljoen mensen beïnvloeden, lijkt het bijna onmogelijk om aan deze missie vast te houden. En vergeet niet, de ontwikkelingen in Nederland zijn niet veel rooskleuriger. De tegenstellingen worden breder en dieper, constructieve oplossingen blijven uit. Denk bijvoorbeeld aan het radicaalrechtse kabinet dat nu in de maak is en de polarisatie als gevolg van de oorlogen in Gaza en Oekraïne. Aan de wooncrisis, de zorgcrisis en de migratiecrisis, die onze samenleving onder druk zetten. Deze situatie stelt ons voor een dilemma: hoe blijven we trouw aan onze positieve insteek te midden van zoveel leed?

‘De ramadan, de islamitische vastenmaand, is meer dan ooit een belangrijk baken’

Gelukkig zijn er lichtpuntjes. De ramadan, de islamitische vastenmaand, is meer dan ooit een belangrijk baken.     

Van mijn ouders en inspiratiebronnen heb ik geleerd altijd aan de kant van de oplossingen te staan. Eerst als mens en daarna als moslim moeten we een boegbeeld van veiligheid en rust zijn  – altijd, maar in de vastenmaand een beetje extra. Mensen uit de buurt moeten ons om hulp kunnen vragen. Als moslimgemeenschap moeten we klaar staan voor onze buren en de wijk. Dat is de essentie van de islam en moslim-zijn. Een belangrijke overlevering van de profeet is: ‘Een persoon die met een volle maag gaat slapen terwijl zijn buren honger leiden, is geen (echte) gelovige’. Een andere belangrijke overlevering over buren is: ‘Degene wiens buren niet veilig zijn voor het kwaad, zal het paradijs niet betreden

‘Een significant deel van de Nederlandse samenleving wil geen moslims en vluchtelingen’

Maar roeien we met deze houding niet tegen de maatschappelijke stroom in? Een significant deel van de Nederlandse samenleving wil geen moslims en vluchtelingen, zo bleek uit de verkiezingsuitslag van november. 

Toch wil ik het deze maand juist over goede en mooie initiatieven hebben, initiatieven die uit de ramadan voortvloeien. Deze vastenmaand betekent een periode van bezinning en saamhorigheid. Een moment om stil te staan bij de grote vragen van het leven. Wie ben ik? Waar ga ik naartoe? Ben ik goed bezig? Wat vinden mijn geliefden en mijn omgeving van mij? De essentie van het leven is hoe je je verhoudt tot de ander. We zijn ten diepste met elkaar verbonden.

‘En ik mis – vooral tijdens de ramadan – de nabijheid van mijn ouders’

Deze ramadan dwaalden mijn gedachten steeds af naar mijn ouders in Turkije. Ik zie aan mijn vrouw hoe gelukkig zij is als ze samen met haar vader en moeder het vasten verbreekt. Mijn eigen ouders in Turkije kan ik sinds de zogenaamde ‘couppoging’ niet meer zien. En ik mis – vooral tijdens de ramadan – de nabijheid van mijn ouders. Dat raakt me.  

Maandag (25 maart 2024) was ik uitgenodigd voor een landelijke bijeenkomst in Nijmegen. Daar hoorde ik dat Hizmet-sympathisanten dit jaar in heel Nederland maar liefst driehonderd iftars hebben georganiseerd en nog gepland hebben. 

Zulke bijeenkomsten worden uit eigen middelen gefinancierd en kosten veel tijd. Koken voor honderden bezoekers, een locatie regelen, enzovoort. Het is geweldig dat dit gebeurt. Het geeft mij hoop voor de toekomst.

‘Ik denk dat de ramadan nu al een succes is’

Natuurlijk zijn er ook andere islamitische organisaties die zich belangeloos voor de ander inzetten. Honderden moskeeën en andere organisaties zetten zich deze heilige maand in voor de daklozen, hun buren en hun omgeving. Ik denk dat de ramadan nu al een succes is, door duizenden Nederlanders – met verschillende religieuze en etnische achtergronden, van verschillende klassen, opleidingsniveaus en generaties – bij elkaar te brengen en te verbroederen. 

Kortom, deze maand herinnert ons eraan dat er ruimte is voor optimisme, verbinding en dialoog. Ondanks alle oorlogen, ondanks alle onderlinge verschillen. Ramadan leert ons een les in medemenselijkheid en samenleven. Dat is iets wat we juist nu, anno 2024, niet mogen vergeten. Voor Nederlandse moslims ligt onze toekomst hier in Nederland, niet in Turkije, Marokko of elders. Wij moeten investeren in een samenleving die ruimte biedt voor iedereen. En niet alleen tijdens de ramadan. Over ruim een maand is het tijd voor de vrijheidsmaaltijden, als we mogen vieren dat Nederland 79 jaar vrij is. Ik kijk ernaar uit.

Kamer wil pro-Palestina activisme aanpakken, activisten maken zich zorgen

0

De Tweede Kamer wil het demonstratierecht van Palestina-activisten inperken. ‘Jodenhaat laait weer op. Dit is niet demonstreren, dit is intimideren’, schrijven dertien van de vijftien partijen in het parlement in een verklaring. Alleen Denk en Forum voor Democratie konden zich niet in de tekst vinden. Veel pro-Palestijnse activisten maken zich nu zorgen over de demonstratievrijheid.

‘Met afschuw zien wij dat Jodenhaat terugkeert op plekken waar iedereen vrij en veilig moet kunnen samenkomen’, verklaren de dertien partijen. ‘Jodenhaat blijkt niet alleen iets van lang geleden, maar laat weer op. Dit is niet demonstreren, dit is intimideren. Dat moet stoppen. En wel nu.’

Aanleiding van deze brief is een actie van enkele pro-Palestijnse activisten, die afgelopen weekend het optreden van zangeres Lenny Kuhr verstoorden. De demonstranten klommen het podium op en riepen dat Kuhr een ‘zionist’ en een ’terrorist’ is.

Volgens critici deden de demonstranten dit omdat ze Joods is. De demonstranten zelf wezen echter op het feit dat Kuhr de staat Israël steunt en zich in oktober voor de militaire operatie in Gaza uitsprak en dus ook verantwoordelijkheid draagt voor de genocide aldaar.

Pro-Israëlische politici veroordelen de actie. ‘Ze hebben onze grenzen wagenwijd opengezet, links-extremisten hun gang laten gaan, alle waarschuwingen jarenlang in de wind geslagen, collectief de andere kant opgekeken, en klagen nu over groeiend antisemitisme. Had eerder geluisterd dan was ons veel ellende bespaard gebleven’, reageert Geert Wilders boos. VVD-leider Dilan Yesilgöz, die met de xenofobe PVV-leider onderhandelt over een te vormen rechts kabinet, veroordeelt de actie ook. ‘Dit heeft niets met ‘pro-Palestina’ te maken, dit is anti-Joods.’ Gert-Jan Segers, oud-leider van de ChristenUnie, trekt zelfs een vergelijking met de Holocaust. ‘Pro-Palestijnse activisten gingen weer eens op Jodenjacht’, schreef hij op X. ‘Zoals Sobibor begon met een bordje in het Vondelpark, zo kan dit alledaags antisemitisme het begin zijn van een nieuwe pogrom.’

Veel pro-Palestijnse activisten hebben kritiek op de verklaring, omdat kritiek op Israël vaak al te gemakkelijk als antisemitisme wordt geframed. Ze zijn bang dat de demonstratievrijheid in het gedrang komt. ‘Deze verklaring tekenen is zeer kwalijk’, schrijft het populaire account Links in het Nieuws op X. ‘De protesten die pro-Palestijnen voeren zijn nóóit tegen Joodse mensen. De ondertekenende partijen brengen activisten én Palestijnen actief in gevaar.’

Ook GroenLinks-activiste Sabine Scharwachter, een warm pleitbezorger voor de Palestijnse zaak, is kritisch. Dat de pro-Palestijnse activisten zich zouden hebben laten leiden door antisemitisme is volgens haar een ‘grove leugen’. Dit is ook de mening van Seada Nourhussen, hoofdredacteur van One World. De rel rond Lenny Kuhr leidt volgens haar af van Gaza. ‘We have a bigger fish to fry.’

Historica Nadia Bouras (Universiteit Leiden) vindt het ook onzin dat iedereen nu Jodenhaat roept. Ze wijst vanochtend op een fascinerend stukje televisie bij OP1. ‘Gijs Groenteman, een Jood, vertelde dat hij niet overtuigd was van Jodenhaat bij Kuhr.’ Maar hij werd meteen overstemd door Mirjam Bikker van de ChristenUnie en Dilan Yesilgöz van de VVD. Bouras. ‘Nuance was verboden. De minister wilde zelfs de ‘Jodenhaters’ van hun bed lichten.’ Bouras is daarnaast ook heel kritisch op Ronnie Naftaniel, oud-directeur van het CIDI, die concrete maatregelen voorstelt om ‘intimidatie van Joden’ tegen te gaan, zoals subsidiekorting voor instanties die ruimte bieden aan intimidatie van Joden en de instelling van een speciale politie-eenheid. ‘Antisemitisme is al strafbaar in Nederland. Deze voorstellen van de ex-voorzitter van het CIDI zijn een verkapte oproep tot strafbaarstelling van solidariteit met Palestina en kritiek op de staat Israël (zie Duitsland). Dit is ondermijning van de rechtsstaat.’

Er zijn echter ook pro-Palestijnse activisten die de actie tegen Kuhr te ver vinden gaan. Gerard Jonkman van The Rights Forum, een pro-Palestijnse NGO die is opgericht door wijlen Dries van Agt, nam afstand van de actie tegen Kuhr. ‘Ik vind de actie uitermate zinloos en verwerpelijk’, zei Jonkman eergisteren tegen Nieuwsuur. ‘Ik denk niet dat dit de manier is waarop de Palestijnse zaak geholpen is. Op dit moment vindt er een enorme genocide plaats in Gaza. Dat moet je op een andere manier aankaarten en dat kan door debat.’

Eerste pop-up tentoonstelling van het Slavernijmuseum

0

Morgen start een pop-up tentoonstelling over verzet tegen slavernij, die te zien zal zijn in het Verzetsmuseum in Amsterdam. Het Nationaal Slavernijmuseum opent pas in 2030 of later de deuren. De expositie is een voorproefje, zo vertelt kwartiermaker Peggy Brandon aan AT5.

Een van de verhalen die de pop-up tentoonstelling vertelt is die van de 17-jarige Frits Mosquette, die in Nederland woonde. Zijn vader had drie maanden in Suriname gewerkt, totdat hij plotseling overleed. Hij had zijn vrouw, Frits’ moeder, brieven geschreven over de wrede behandeling die slaafgemaakten ten deel viel: een peuter die zweepslagen kreeg en de moeder die daartegen protesteerde en werd afgeranseld.

Toen Frits jaren later de brieven van zijn vader las, en het beroemde boek Unlce Tom’s Cabin van Harriet Beecher Stowe, besloot hij een actiecomité in het leven te roepen: het Jongelings Genootschap ter Afschaffing van de Slavernij. Frits en zijn vrienden schrijven brieven aan de regering en lobbyen bij invloedrijke Nederlanders, om hen te overtuigen dat slavernij een morele misdaad is.

‘Iemand heeft voor ons onderzoek gedaan en kwam uit bij zijn familie’, zegt Brandon. ‘Die hadden nog archiefstukken liggen, maar wisten zelf de geschiedenis niet. Het is mooi om die geschiedenis terug te kunnen geven.’
Het is de bedoeling dat het Nationaal Slavernijmuseum rond 2030 wordt geopend. Het museum moet op de Kop van Java komen te liggen. Maar voor die tijd wil het museum al exposities organiseren, om zo te laten zien wat het zou kunnen worden, aldus Brandon.

Duitse predikant verliest baan door kandidatuur extreemrechtse AfD

0

Een dominee uit Saksen-Anhalt is uit zijn ambt gezet, nadat hij zich kandidaat had gesteld voor de extreemrechtse partij Alternative für Deutschland (AfD) in de gemeenteraad. De protestantse kerk acht de ideeën van die partij onverenigbaar  met de eigen christelijke principes, aldus de Duitse nieuwszender ZDF.

Hoewel de kerk het belangrijk vindt dat predikanten maatschappelijk actief zijn, schrijft ZDF, wordt er een grens getrokken bij partijen die grondwettelijk ‘twijfelachtige standpunten’ innemen.

De dominee, Martin Michaelis, is het daarmee oneens. Hij vindt dat er ‘geen goede theologische rechtvaardiging’ voor het ontslag is gegeven. De kerk wil op een later moment ‘de dialoog’ aangaan met haar ex-werknemer.

De Duitse predikant kreeg bekendheid tijdens de coronapandemie, toen hij openbare diensten voorging, ondanks een negatief advies voor bijeenkomsten. Ook nam hij herhaaldelijk deel aan anti-regeringsdemonstraties waarbij de coronavirusmaatregelen werden bekritiseerd. Hij sprak zich publiekelijk uit tegen de preventieregels van de staat en de kerk.

Amsterdamse ‘studenten’ blokkeren tentamens vanwege Palestina

0

Op het Amsterdam University College (AUC) konden gisterochtend geen tentamens afgenomen worden. Palestina-demonstranten hadden de ingangen naar de zalen versperd. De politie was meerdere malen op de universiteit om de blokkades op te heffen. Zo meldt universiteitsblad Folia.

Sinds het uitbreken van de Gaza-oorlog is het al maanden onrustig op de universiteit. Palestina-demonstranten eisen een zogenoemde ‘academische boycot’ van Israëlische instellingen. Ze betichten het AUC van samenwerking met Israëlische universiteiten, die apartheid en de bezetting van Palestina zouden legitimeren.

Het is volgens de decaan van het AUC, Martin van Hees, niet bekend of de demonstranten ook studenten zijn, omdat de demonstranten hun gezichten hebben bedekt, meldt Folia. 

‘Hoewel we het recht om te protesteren in Nederland respecteren, zijn daar wel voorwaarden aan verbonden. Een blokkade van onderwijsfaciliteiten vinden we onacceptabel’, aldus Van Hees.

De demonstranten willen verder dat de UvA en de VU de ‘voortdurende genocide op het Palestijnse volk onder het apartheidsregime’ veroordelen.

‘De UvA moet stoppen met het onderdrukken van protesten door middel van dergelijke acties’, citeert Folia een demonstrant. ‘Voor Oekraïne en Black Lives Matter was het geen probleem, waarom nu wel?’

De politie heeft vijf demonstranten gearresteerd.

Aan de iftar-tafel verdwijnen vooroordelen

0

Via platform Kunst van het Samenleven kun je een iftar bijwonen bij een moslimfamilie. Marieke schoof voor de Kanttekening aan bij Rabiye Guzel en haar gezin in Zaandam. ‘We willen een groot divers netwerk opbouwen in de buurt.’

Rabiye: ‘We stellen ons huis al een paar jaar open tijdens de ramadan. We hebben heel veel gasten mogen ontvangen. De meeste bezoekers kwamen voor het eerst bij moslims thuis. Je woont al zo lang in Nederland. Ik vind het eigenlijk bizar dat zo weinig mensen bij elkaar op bezoek komen. Vorige week bijvoorbeeld hadden we een leerkracht op bezoek van vierentwintig jaar. Ze had tijdens haar hbo-studie wel klasgenoten met een Marokkaanse of Turkse achtergrond, maar ze was niet eerder uitgenodigd voor een iftar-maaltijd. Door met ons in gesprek te gaan en samen te eten, leren we elkaar beter kennen. Als we ons meer in elkaars cultuur verdiepen, verdwijnen de vooroordelen over mensen met een ander geloof of van een andere cultuur. Wij willen graag een groot divers netwerk opbouwen in de buurt. Aan dit initiatief doen we graag aan mee. Zo kun je meer én beter samenleven met elkaar.´

‘We stellen ons huis al een paar jaar open tijdens de ramadan’

‘Mijn man en ik zijn ook de initiatiefnemers van een leesprogramma bij ons in het buurthuis. We komen ongeveer een keer in de twee maanden bij elkaar. Laatst hebben we daar een iftar gehouden. Het is een diverse groep met mensen uit verschillende culturen. Ieder neemt zijn of haar eigen boek mee vanuit huis. In de leesgroep vertel je wat je gelezen hebt en kun je tips uitwisselen. We lenen de boeken ook aan elkaar uit. Na het lezen eten we gezamenlijk. Met kerst hebben we een kerstdiner georganiseerd. We hadden een leuke flyer gemaakt en verstuurd naar de mensen. Heel veel deelnemers werden er emotioneel van. Voor het eerst geeft een moslimgemeenschap ons een kerstdiner, was de reactie. Jullie vieren zelf geen kerst, zeiden ze, maar hebben het wel speciaal voor ons georganiseerd. Dat vonden ze geweldig.´

En hoe verging het mij, Marieke?

Om zeven uur ’s avonds word ik met open armen ontvangen door een gezin dat heel duidelijk de kunst van het samenleven heeft omarmd. Zodra de voordeur is geopend staat er een stralende familie mij op te wachten in het kleine halletje. Ik krijg een vriendelijke hand toegestoken en word hartelijk welkom geheten. Elk gezinslid heeft een warme lach.

Voordat we gaan eten wordt er gebeden. De tafel is prachtig gedekt. Verschillende gerechten worden opgediend.

Turkse thee

Rabiye: ‘Mijn oma komt uit het dorp Kaman. Dat ligt in de mooie provincie Kirsehir in Turkije. Elk jaar komt mijn oma op bezoek in Nederland. Ze vertelt ons dan haar verhaal over de Turkse thee.

‘Mijn oma is van mening dat we tegenwoordig te veel verwend zijn en weinig dankbaar in het leven staan. We hebben veel meer dan zij vroeger ooit heeft gehad. Maar beseffen we dat wel? Toen ze net getrouwd was, woonde ze bij haar schoonfamilie in huis. In die tijd waren thee en suiker schaars en daarom heel duur. De schoonmoeder van mijn oma had een speciale kist waarin de thee en de suiker werden bewaard. Die kist ging op slot en de sleutel bewaarde ze goed. Mijn oma had in die tijd geen toegang tot die kist en dat vond ze niet leuk. Zo heeft ze jaren geleefd. Op een dag ging mijn opa in Nederland werken en kregen ze het een beetje beter. Ondanks dat het gezin erop vooruitging had mijn oma nog steeds geen toegang tot de kostbare kist met Turkse thee en suiker. Haar schoonmoeder was bang voor slechtere tijden.’

‘Als je tijdens ramadan thee drinkt, is dat extra speciaal. Het is goed voor je lichaam als je daarnaast bijvoorbeeld veel (vlees) eet. Turkse thee moet zeker twintig minuten trekken, zodat de juiste smaak naar boven komt. Als je samen met anderen thee drinkt dan smaakt het nog beter.’

Zade kebab, klaargemaakt door Rabiye. Beeld: Marieke Lucas

Zade kebab van Rabiye

Met genoegen aten we de zade kebab van Rabiye. ‘In de Ottomaanse tijd gebruikten ze veel vlees en aubergines. In Turkije zijn er veel verschillende gerechten met kebab. Eigenlijk houd ik niet zo van aubergines, maar met gehakt vind ik het heerlijk. Lekker, met aardappelen erbij. De aubergines moeten niet te droog worden.’

Hieronder de ingrediënten van de zade kebab, zoals Rabiye het heeft gemaakt.

Ingrediënten:
600 gram gehakt
5 eetlepels olijfolie
1 ui
2 groene paprika’s
1 rode paprika
3 teentjes knoflook
1 tomaat
1 eetlepel zout
1 theelepel zwarte peper
1 theelepel rode peper
4 grote aubergines
geraspte kaas

 

Bechamelsaus:
1 eetlepel boter
1 eetlepel bloem
1 beker melk

Afiyet olsun, eet smakelijk!

Zou jij vechten voor onze vrijheid? Dit zegt ons panel

0

Voormalig pacifist Roel van Duijn wil de dienstplicht weer invoeren, omdat we ons teweer moeten stellen tegen de Russische dreiging.  Zou jij vechten voor de vrijheid van ons land en de vrijheid van Europa? Zou jij willen dat je man of je kinderen hiervoor vechten? We vroegen het onze panelleden. 

Ahmed Abdelalli, postbezorger

‘Geen één Vietnamees heeft me ooit een n***** genoemd’, zei de bokser Muhammad Ali, toen hij werd opgeroepen om in Vietnam te vechten en vervolgens de dienstplicht weigerde. Met deze woorden in gedachten wil ik zeggen dat ik door geen enkele Rus ooit vijandig ben bejegend. Deze escalatie in Europa moet stoppen. Ik ben voor de-escalatie. Wie is er gebaat bij nog meer oorlog? 

‘Wie een klein beetje geschiedenis heeft meegekregen, weet waar al die oorlogen toe hebben geleid. We moeten de gemoederen niet nog hoger laten oplopen, anders komen we straks in een onomkeerbare situatie terecht. Ik ben kritisch tegenover mensen die zeggen dat er niet te onderhandelen valt met Rusland en dat de Russen niet zullen stoppen bij Oekraïne. Als je het gesprek al bij voorbaat uitsluit, dan bereik je sowieso niks. We moeten Rusland niet wegzetten als een barbaars land. Het is een land van grote schrijvers en cultuur. De-escalatie is mogelijk.’  

Ruben Arnhem, docent

‘Eigenlijk ben ik bij conflicten meer van het diplomatieke onderhandelen. Dit ter voorkoming van onnodig leed en slachtoffers. Persoonlijk denk ik niet dat wij zo snel in een oorlog met Rusland zullen belanden. Ondanks de sancties die Nederland Rusland oplegt, hebben wij een jarenlange culturele en zakelijke relatie met het land, waardoor wij niet zonder elkaar kunnen. 

‘Bij een wereldoorlog met Rusland zullen wij hoogstwaarschijnlijk neutraal zijn. Als het toch tot een oorlog komt met andere landen, vind ik dat wij allen paraat moeten staan om ons land of ons continent te verdedigen. Waarschijnlijk zul je mij niet snel met een wapen in de frontlinie zien staan. Daar hebben we getrainde militairen en huurlingen voor. Wel ben ik bereid om organisatorisch werk te verrichten. Als mijn dierbaren wel aan het front willen vechten, heb ik daar bewondering voor.’

Emine Öncü, kinderboekenschrijver en godsdienstdocent
‘Als mensen over oorlog praten krijg ik kippenvel. Ik kijk naar het nieuws, ik luister naar de radio en mijn hart doet pijn. Waarom vechten we? Waarom doden we, waarom moet ik sterven door een pistool of een bom? Waar gaat het met de wereld heen? Ik kan niet stoppen met denken aan de kinderen wier toekomst wordt vernietigd. Je vraagt ​​mij: wil je vechten? Wil je dat mijn kinderen en mijn man vechten? Nee. Ik wil dit echt niet. Ik wil dat we alle middelen gebruiken om oorlog te voorkomen.

‘Laten we het over andere onderwerpen hebben. Laten we ons bijvoorbeeld concentreren op het wegnemen van de oorzaken van oorlogen. Het lijkt me een goed idee dat iedereen over de hele wereld de oorlog verklaart aan diegenen die het begonnen zijn. Zonder te sterven, zonder te doden. Ik geloof niet dat er sprake is van een oorlogsmisdaad, ik geloof dat de volledige oorlog een misdaad is. Ik wil dat we actie ondernemen tegen de oorlogsmentaliteit en het idee van macht uitoefenen over anderen. Wat zou er gebeuren als mijn man en mijn kinderen zouden overlijden? Ik wil leven en laten leven.’

Anushka Soekhradj, sociaal werker

‘Ik zou uiteraard vrijheid voor Europa willen, zoals ik dat voor elk continent wens. Maar eerlijk gezegd zie ik mezelf niet als Europeaan, omdat Europa mij ook niet ziet als één van hen. Surinaamse Hindoestanen trekken een spoor na over drie continenten, waarvan Europa de laatste is, tot nu toe. 

‘Vechten voor vrede of voor vrijheid klinkt mij heel tegenstrijdig in de oren; vuur bestrijd je niet met vuur. Bij een toename van geweld zou ik het liefst vertrekken. Als vijfde generatie Indiër ben ik in bezit van een tweede (Indiaas) paspoort, ofwel, ik ben een OCI (overseas citizens of India). Mocht de dag aanbreken dat de dienstplicht wordt ingevoerd dan ben ik met mijn familie snel vertrokken. Ik sta niet toe dat mijn familieleden hun leven riskeren voor een vete die wij niet gestart zijn. En ja, ik zou heus mijn leven geven voor iets waar ik in geloof; hier geloof ik niet in.’

Jakob de Jonge, kunstenaar
‘Wat mij betreft zit achter die retoriek van vrijheid een heleboel westerse propaganda verborgen. De meeste oorlogen van het Westen hebben helemaal niks met vrijheid en democratie te maken, maar alles met het uitbouwen van het imperium van de VS, waar wij onderdeel van zijn. Als wij daadwerkelijk zouden worden aangevallen, wat tot op heden niet het geval is, dan weet ik niet wat ik zou doen. Zou ik vechten? Zou ik vluchten? Ik heb geen idee. 

‘Ik heb ook geen oordeel over mensen die voor het een of voor het ander kiezen. Ik ken mensen die hebben gevochten. Daar heb ik respect voor. Ik ken mensen die zijn gevlucht. Daar heb ik ook alle respect voor. Maar ik ken ook mensen die niet zijn gevlucht en ook niet hebben gevochten. Zij hebben zich ter plaatse ingezet voor vrede. Daar heb ik het meeste respect voor.

‘Ik geloof uiteindelijk absoluut niet dat wapengeweld wat dan ook oplost, uitzonderlijke omstandigheden daar gelaten. De Oekraïne-oorlog, waar wij onderdeel van zijn, is niet die uitzondering. We verdedigen ons niet tegen de Russen, wij voeren indirect oorlog met de Russen met onze wapenleveranties aan Oekraïne. De Russen hebben ons niet aangevallen, wel Oekraïne. En de oplossing daarvoor moet vanuit het Westen niet nog meer geweld zijn.’ 

Ibrahim Özgül, ondernemer en bestuurder

‘Natuurlijk zou ik willen vechten voor vrijheid, als die bedreigd zou worden. Maar waarom komt onze vrijheid in het geding als Rusland Oekraïne binnenvalt en niet wanneer Israël Gaza platbombardeert? Daarom heb ik moeite met de roffelende oorlogstrom in Europa. Het zijn de hoge heren van de NAVO en de financiële belangen die bepalen welke vrijheidsstrijd voorrang krijgt of niet.

‘Waarom was het niet tijd om onze vrijheid te verdedigen toen Poetin Syrië in as legde, en dat nog steeds doet? Dat Rusland nu oorlog voert op het continent, vind ik te makkelijk. Het gaat hierbij ook om politieke berekeningen en westerse bondgenootschappen onder de noemer van een vrijheidsstrijd. Diezelfde vrijheidsstrijd wordt in islamitische landen terreur genoemd. Ik pas voor zo’n dubbelzinnig vrijheidsbegrip.’ 

Leontine Vreeke, salesmanager

‘Vroeger wou ik bij de commando’s. Mijn teleurstelling was groot toen ik in de aangevraagde informatie las dat er (toentertijd) geen plek was voor vrouwen.

‘Bij het uitbreken van de oorlog in Oekraïne was mijn eerste reactie: als ik geen kind had zou ik nu naar het front gaan, want daar wordt gevochten om Europa te beschermen. Als ik geen kind had, dat is het voorbehoud dat je kan hebben wanneer je niet zelf in een oorlog zit. Een luxe die veel Oekraïners, en ook Russen, niet is gegeven.

‘Ik vind dat wij, als Nederland, als Europa, veel meer zouden moeten doen tegen de agressie van Rusland. We moeten onze grenzen beschermen en die grens ligt nu bij Oekraïne. Mocht er, God forbid, oorlog in Nederland komen dan zou ik strijden tegen de agressor. Maar zolang het kan niet aan het front. Ik zou proberen om mezelf nuttig te maken met de kwaliteiten die ik heb van organiseren, coördineren, omdat ik daarmee meer van toegevoegde waarde zou zijn maar heel eerlijk, ook uit zelfbehoud. En ja, je weet dat er mensen naar het front moeten, maar ik zou het niet voor mijn kind wensen.

‘Hopelijk kan er in zo’n situatie gewerkt worden met mensen die zich geroepen voelen om de wapens op te pakken in plaats van dat er mensen gedwongen worden om naar het front te gaan. En zou ik een man hebben die dan zou gaan strijden, dan zou ik hem daar in steunen. Maar ik hoop, tegen beter weten in, dat de wereld ingrijpt, opstaat en een einde maakt aan deze terreur in Oekraïne, en in Gaza.’

Anastasia Kroupkina-Ferber, filmmaker

‘Ik ben helemaal niet voor oorlog en vind het erg dat we dit in onze tijd moeten meemaken. Kunnen we niet normaal met elkaar omgaan? Het enige wat ik kan zeggen is dat ik het niet goed vind dat mijn familie moet meevechten voor Rusland of Europa. Ik wil hier niet eens over nadenken. Het is gewoon te eng.

‘Ook vind ik het onnatuurlijk om Rusland als dreiging voor Europa te positioneren. Zo heb ik het nooit gevoeld en zo zijn we ook niet opgevoed. In onze cultuur was er vooral solidariteit, het maakte niet uit waar je vandaan komt. Het is verschrikkelijk dat mensen weer in hokjes van voor en tegen worden gestopt. Op het moment dat je iets met oorlog wilt oplossen, zit je al fout. Ik hoop dat er geen oorlog komt in Europa of in geen enkel land. Dus ik kies voor vrede met elkaar. Maar mocht er toch zoiets uitbreken in Nederland dan zal ik zeker vechten voor de mensen om mij heen en zorgen dat ze veilig zijn.’

Mostafa Hilali, militair

‘Voor mij als militair is het simpel, ik heb er al voor gekozen. De vraag is of anderen ook moeten vechten voor de vrijheid van Nederland en Europa? De kern ligt hier in het woord vrijheid. We zijn hier in het veilige Nederland zo gewend geraakt aan vrijheid, dat mensen doen alsof vrijheid een vrijblijvende aangelegenheid is, oftewel vrij van kosten. Dat zie je bijvoorbeeld aan het feit dat we jarenlang niet hebben geïnvesteerd in defensie, terwijl defensie eigenlijk gewoon je verzekeringspolis is.

‘Ik denk dat de oorlog in Oekraïne wel iets heeft gedaan met de bereidheid van mensen om te willen vechten. Nou is het ook wel zo dat we in Nederland niet echt bekend staan om onze krijgshaftige traditie. Maar als het erop aankomt, denk ik dat er wel mensen gemotiveerd genoeg zijn om te vechten. We kunnen niet blijven leunen op anderen, een land als Amerika zegt steeds vaker dat we onze eigen broek moeten ophouden. Wat betreft Rusland als dreiging voor ons. Nou, als je de geschiedenis erbij haalt dan blijkt dat zij niet vies zijn van een invasie hier en daar. Dus ja, ik vrees het ergste.’

BDS boos op De Balie vanwege Israëlisch filmfestival

0

BDS Nederland heeft een boze brief gestuurd naar het Amsterdamse debatcentrum De Balie vanwege het Israëlisch filmfestival dat er morgen van start gaat. Door dit event een podium te bieden maakt De Balie zich schuldig aan ‘artwashing van genocide’, aldus de pro-Palestijnse actiegroep.

BDS staat voor boycot, desinvesteringen en sancties. De wereldwijde BDS-beweging ijvert voor een economische en culturele boycot van Israël, om zo een einde te maken aan de onderdrukking van de Palestijnen.

Het Israëlische Seret Film Festival is volgens BDS Nederlands een onderdeel van de zogenoemde ‘Brand Israel’-campagne uit 2005. Doel van deze door het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken in het leven geroepen campagne is om Israël positief op de kaart te zetten. Het is een vorm van softe propaganda die Israëls imago in het buitenland moet helpen te verbeteren. Het festival wordt gesponsord door verschillende direct en indirect aan de Israëlische overheid verbonden instellingen, waaronder de Israëlische ambassade, het Israëlische ministerie van Sport en Cultuur en het Israëlische filmfonds.

BDS Nederland vindt het hoogst ongelukkig dat De Balie het omstreden filmfestival faciliteert, terwijl andere theaters en sponsors in Amsterdam het event nu boycotten, vanwege de bloedige oorlog in Gaza. Ook de gemeente Amsterdam sponsort het filmfestival dit jaar niet langer. ‘De Balie moet niet meewerken aan de Israëlische propagandaoorlog en geen podium bieden aan een festival dat gefinancierd wordt om oorlogsmisdaden te verbloemen en Israël af te spiegelen als een progressief en democratisch land’, schrijft BDS Nederland in zijn brief aan De Balie. ‘Dat is artwashing van genocide.’

Morgenavond vindt het filmfestival plaats in De Balie. Dorien Ballout van BDS Nederland vertelt de Kanttekening dat haar organisatie, de antizionistische Joodse organisatie Erev Rav en de Internationale Socialisten zullen demonstreren voor het gebouw. ‘Dit filmfestival is onderdeel van de Israëlische pr-machine, die in het leven is geroepen om de Israëlische oorlogsmachine en de mensenrechtenschendingen te verdoezelen. En nu vindt het plaats terwijl het aannemelijk is dat er in Gaza een genocide wordt gepleegd en de Palestijnen daar met de hongerdood worden bedreigd. De Balie is een voorvechter van het vrije woord. Heel mooi, maar waar is de stem van de mensen uit Gaza? Hun vrije woord wordt door Israël ontnomen.’

De Kanttekening heeft de woordvoerder van debatcentrum De Balie en directeur Yoeri Albrecht gevraagd om commentaar, maar geen reactie van hen ontvangen. 

Video: Real-speler in tranen na vraag over racisme

0

Vinicius Junior, de Braziliaanse spits van Real Madrid, hield het niet droog na een vraag over de racistische spreekkoren in Spanje. ‘Ik zal doorgaan met spelen en goals maken, zodat ze (racisten) mijn gezicht nog lange tijd zullen zien’, zegt hij strijdvaardig. Zo meldt the Guardian.

Het was een emotionele persconferentie voor Junior die meerdere malen breekt en in tussenpozen de vragen beantwoordt. ‘Ik wil alleen maar voetballen, maar het is hard om door te gaan’, zegt hij en barst in tranen uit.

De succesvolle donkere speler, die met Real aan kop gaat, is al tien wedstrijden het mikpunt van racistische spreekkoren in Spanje. En dat doet zichtbaar wat met hem. Er wordt zelfs gespeculeerd over een mogelijk vertrek uit de Spaanse La Liga, waar hij op ingaat.

‘Ik had nooit gedacht dat het op dit punt zou aankomen, toch zal ik blijven, want anders geef je racisten precies wat ze willen’, aldus Junior die vandaag met het nationale team van Brazilië een vriendschappelijke interland tegen Spanje speelt.

Ook in Nederland zijn met name donkere spelers het slachtoffer van racistische toeschouwers, waaronder Ajax-spits Brian Brobbey vorig jaar.

Burgemeester Marcouch schrijft brandbrief: ‘koranverbrandingen in strijd met vrijheid van meningsuiting’

0

De Arnhemse burgemeester Ahmed Marcouch wil een verbod instellen ‘op het demonstratief verbranden en vernielen van religieuze en levensbeschouwelijke voorwerpen en symbolen in de openbare ruimte’. Als het aan Marcouch ligt worden de acties van Pegida-voorman Edwin Wagensveld en anderen die de koran willen ontheiligen straks strafbaar.

De burgemeester heeft een uitgebreide brief geschreven, van vijf kantjes, aan de ministers van Justitie, Binnenlandse Zaken en Buitenlandse Zaken en aan de voorzitters van de Vaste Commissies van de Tweede Kamer van Justitie en Veiligheid, van Binnenlandse Zaken en van Buitenlandse Zaken.

In zijn brief herinnert de burgemeester aan de laatste actie van Wagensveld in Arnhem, nu ruim twee maanden geleden. De Pegida-voorman wilde een exemplaar van de koran verbranden in de stad. Een grote politiemacht was op de been om een herhaling van eerdere ongeregeldheden of een aanslag te voorkomen. Dit soort acties treffen niet alleen Arnhem, maar Nederlanders wereldwijd hebben last van de gevolgen, aldus de burgemeester.

Marcouch doet daarom een dringend appel op Den Haag: ‘Ik hoop dat u met mij en vele Nederlanders deze urgentie en zorgen deelt en uw verantwoordelijkheid neemt door een verbod in te stellen op het demonstratief verbranden en vernielen van religieuze en levensbeschouwelijke voorwerpen en symbolen in de openbare ruimte. Omwille van het tegengaan van de ondermijning van de democratische rechtsorde en de bescherming van de nationale veiligheid.’

Ieder recht wordt begrensd door de rechten van anderen

De burgemeester schrijft in zijn brief dat de vrijheid van meningsuiting een hoog goed is, maar niet absoluut. ‘Ieder recht wordt begrensd door de rechten van anderen. Respect voor minderheden is in een democratische rechtsstaat net zo belangrijk als de wil van de meerderheid. Wij mogen niet toestaan dat een ruimhartige interpretatie van de vrijheid van de één de onderdrukking of haat jegens de ander bevordert. Niet voor niets begrenzen we de vrijheid reeds met begrippen als belediging, bedreiging, opruiing en het zaaien van haat.’

Hij wijst in dit verband ook op de grondwet. De vrijheid van meningsuiting geldt ‘behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet’. De grondwet staat toe dat de vrijheid van meningsuiting in sommige gevallen beperkt mag worden.

Opening van het Holocaustmuseum

De burgemeester vindt dat de Nederlandse wet een onderscheid moet maken ’tussen het demonstreren als meningsuiting, met alle woorden die daartoe ter beschikking staan (begrensd door het strafrecht), en het demonstreren als uiting van agressie en aanzet tot haat jegens (minderheids)groepen’. De acties van Wagensveld horen volgens Marcouch duidelijk in die laatste categorie thuis. Net als ‘het van dichtbij in het gezicht schreeuwen van haatdragende tekst, zoals onlangs bij de opening van het Holocaustmuseum tot eenieders afgrijzen was te zien’. Bij dit soort demonstraties voert ‘een fysiek bedreigend element (…) de boventoon’, aldus de burgemeester. ‘Daarmee verwordt de demonstratie tot een (verkapte) bedreiging, intimidatie en het uitlokken van geweld.’

Marcouch wijst Den Haag ook op het feit dat de maatschappelijke en geopolitieke context is veranderd. Daar moeten we als Nederland rekening mee houden. De acties van Pegida hebben als doel om moslims in Nederland en wereldwijd doelbewust te provoceren. Het proberen te ontheiligen van een koran is ‘doelbewust gericht op het beledigen van moslims voor wie het koranboek heilig is en doelbewust gericht op het tegen elkaar opzetten van gemeenschappen en bevolkingsgroepen, in Arnhem en daarbuiten, en het uitlokken van geweld’, schrijft Marcouch. ‘Worden daarmee de grenzen van de vrijheid van meningsuiting niet overschreden?’, vraagt hij zich retorisch af.

Franse revolutie

Marcouch noemt de idealen van de Franse Revolutie: vrijheid, gelijkheid en broederschap. Hij citeert in dit verband instemmend Geert Corstens, voormalig president van de Hoge Raad, die vorig jaar een brief schreef aan de Staatscommissie rechtsstaat. ‘De rechtsstaat bestaat in vrijheid en gelijkheid maar wordt gedragen door broederschap.’ Onze democratie is gebouwd op de idealen van vrijheid en gelijkheid, aldus de burgemeester, maar even noodzakelijk is ‘het bevorderen van de broederschap en maatschappelijke solidariteit’. Met andere woorden: we moeten solidair zijn met anderen, met minderheden. ‘De vrijheid van religieuze minderheden behoeft bescherming tegen geweld van de zijde van de staat maar ook van de zijde van andere burgers. In onze democratische samenleving moet iedereen tot ontplooiing kunnen komen. Dat vergt de erkenning van de waardigheid van ieder mens.

Het verbranden van een exemplaar van de koran ziet Marcouch ook als een daad die haaks staat op de notie van vrije meningsuiting. Het doel van het vernietigen van een koran is het symbolisch tot zwijgen brengen van een mening, in dit geval de leer van de islam. Maar behalve de vrijheid van meningsuiting is ook de vrijheid van godsdienst in het geding.  ‘Vrijheid betekent ook in vrijheid een godsdienst kunnen beleven, dat is een grondrecht.’

‘De vernietiging van boeken die de godsdienstige overtuiging uitdragen zet aan tot haat jegens die godsdienst, en daarmee tot haat jegens de gelovigen zelf’

Ook herinnert Marcouch Den Haag aan het feit dat het demonstratief verbranden van boeken hem doet denken ‘aan een barbaarse tijd die nooit meer terug mag komen’. Hij doelt daarmee op de Spaanse Inquisitie en de nazi’s, die boeken van Joodse en andere ‘foute’ auteurs verbrandden.

‘De vernietiging van boeken die de godsdienstige overtuiging uitdragen zet aan tot haat jegens die godsdienst, en daarmee tot haat jegens de gelovigen zelf’, aldus de burgemeester. ‘Het vernietigen van het koranboek staat symbool voor de wens om moslims het bestaansrecht te ontnemen in Europa. Het inspireert bovendien om moskeeën in brand te steken of anderszins aan te vallen. De aanvallen op de islam en het vernederen van moslims gebeurt stelselmatig, door haatuitingen op internet en sociale media, door het verscheuren of vertrappen van of urineren over het koranboek, of in de maand ramadan voor de deur van de moskee een varken te barbecueën. Daarmee zetten bepaalde mensen met een provocerende en agressieve uiting van hun mening de rechten van anderen aan de kant. Zo wordt het recht van demonstratie misbruikt om rechten te torpederen en gemeenschappen te verscheuren.’

Nederlanders in het buitenland

Ten slotte wijst Marcouch op de veiligheidsrisico’s voor Nederlanders in het buitenland, die gevaar lopen als gevolg van de daden van Wagensveld en anderen. Om die reden heeft Denemarken het verbranden van exemplaren van de koran verboden. Ook Zweden werkt nu aan een verbod. Nederland moet dit voorbeeld volgen. Want Nederlanders die in het buitenland wonen of werken lopen gevaar en Nederlandse ambassades ook. ‘En dat alles omwille van een uiting van vrijheid die in niets bijdraagt aan de discussie over geloof, doch enkel de versterking van de polarisatie en haat als oogmerk lijkt te hebben’, stelt Marcouch vast.

De burgemeester van Arnhem erkent dat de vrijheid van meningsuiting een fundament onder onze rechtsstaat is, maar ‘het vreedzaam samenleven, het rationeel-kritische gesprek en de tolerantie voor andersdenkenden zijn evenzeer fundamenten, die actieve bescherming nodig hebben.’ Nieuwe ontwikkelingen maken een nieuwe afweging van rechten bovendien noodzakelijk. De wetgever en het bestuur hebben hierin een extra verantwoordelijkheid. ‘Namens alle Nederlanders die met lede ogen moeten aanzien hoe enkelen met giftige, pyromane daden alles wat ons lief is in de fik steken, doe ik met deze brief mede namens hen indringend een beroep op u.’

Beeld: Pixabay

Aan de Kanttekening licht Ahmed Marcouch zijn brief toe. ‘In de kern betekent mijn oproep: neem dit serieus, dit is ernstig, kijk niet weg. Er moet een norm worden gesteld.’

De burgemeester noemt verschillende redenen waarom hij van mening is waarom Nederland het verbranden of vernielen van religieuze boeken en symbolen moet verbieden. ‘Allereerst is het een giftige daad. Je verbrandt een symbool. Daarmee roep je iets op. De impliciete boodschap van deze daad is dat de gemeenschap die je aanvalt er eigenlijk niet mag zijn. Daarom vernietig je hun symbolen. Het gaat mij niet alleen om een koranboek, maar ook om de bijbel, de thora of de regenboogvlag. Ten tweede brengen dit soort giftige daden de samenleving en ook de nationale veiligheid in gevaar. Nederlanders in het buitenland contacteerden mij. Zij vinden dat we wat moeten doen als Nederland, omdat ze zich minder veilig voelen.’

Miljoen euro in de fik

Ook de economische belangen van Nederland worden geschaad als Wagensveld ongestraft zijn gang kan gaan, noemt Marcouch als derde reden. ‘Na een interview in NRC heb ik veel bijval gekregen. Van burgers, ondernemers, ambtenaren, politici en natuurlijk ook collega-burgemeesters.’

In dit verband wijst Marcouch ook op de kosten die de gemeente elke keer maakt als Edwin Wagensveld van Pegida een exemplaar van de koran demonstratief probeert te branden. ‘Hij steekt ook een miljoen euro in de fik. Want de politie moet worden opgetrommeld om hem te beschermen en ongeregeldheden te voorkomen.’

Voor Marcouch is de verhoogde terreurdreiging echter de belangrijkste reden om voor een verbod te pleiten. ‘Dankzij Wagensveld is Nederland een doelwit geworden van IS. Twee weken terug werden er in Duitsland twee verdachten aangehouden, die een aanslag wilden plegen op het Zweedse parlement (in reactie op de koranverbrandingen door Rasmus Paludan en anderen, red.). Nee, met zo’n verbod buigen we niet voor terroristen. Maar we moeten wel verstandig zijn en verantwoordelijkheid nemen. We moeten de veiligheidsdiensten, die hun werk heel goed doen trouwens, helpen door het gevaar zo veel mogelijk af te wenden zo lang dat kan. Giftige daden helpen de veiligheidsdiensten niet, integendeel. Pegida speelt terrorisme juist in de kaart.’

Tegen een verbod op kwetsende cartoons

Marcouch benadrukt ten slotte dat hij voor de vrijheid van meningsuiting en voor het demonstratierecht is. ‘Maar voor beide vrijheden geldt: ‘behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet’. ‘De wet heeft de plicht om een norm te stellen, om grenzen te stellen. Het verbranden van een exemplaar van de koran of een ander boek is een pyromanendaad.’ Desgevraagd zegt Marcouch tegen een verbod op ‘kwetsende’ cartoons te zijn. ‘Dit zijn expressies, daden van schepping, niet het vernietigen van iets. Kijk, kritiek op religie mag. Dat hoort bij democratie. Je mag er zijn. Maar dan mag er ook kritiek op je opvattingen zijn. Fatsoen kunnen we niet afdwingen. Daarom heb ik het in mijn brief ook zo precies geformuleerd. Het gaat niet om religiekritiek, maar om het demonstratief verbranden, vernielen, bevuilen of vernietigen van boeken en symbolen.’ 

Marcouch heeft geen overleg gehad met de partijtop van zijn partij, de PvdA, bij het schrijven van zijn brief. ‘Maar ik heb deze brief wel geschreven met de steun van de meerderheid van de Arnhemse gemeenteraad’, vertelt hij.