De Koerdisch-Nederlandse politica Serpil Ates, die op nummer 24 stond van de kandidatenlijst van GroenLinks, voelt zich door haar partijtop in de steek gelaten. Dit schreef ze vanochtend op Twitter.
Ates, al enkele jaren actief als raadslid in Den Haag, is vaak doelwit van Turkse nationalisten. Zij hekelen Ates omdat ze opkomt voor de mensenrechten in Turkije, in het bijzonder die van Koerden, Alevieten, Armeniërs, Arameeërs en Assyriërs.
Een rol spelen Turks-nationalistische websites als Dutch Turks en Turks.nl, die haar neerzetten als PKK-aanhanger. Zo beweerde de website Turks.nl onterecht dat Ates in een toespraak PKK-leider Abdullah Öcalan had geprezen.
De Koerdisch-Nederlandse Kamerkandidaat heeft de afgelopen maanden ‘duizenden bedreigingen gekregen’, gaf ze vorige week aan. Ook haar familieleden zijn met de dood bedreigd.
Maar tot een openlijke steunverklaring vanuit GroenLinks kwam het niet. Van haar partijtop moest Ates het dan ook niet hebben, twittert ze:
‘In mijn case was de partijtop er nog niet over uit wat ze moeten vinden van dreigementen van Turkse nationalisten op een Koerdische activist. Wel waren er moedige Kamerleden die openlijk zich uitspraken.’
‘Dit is onacceptabel’, reageert GroenLinks-Kamerlid Nevin Özütok op Ates’ verhaal. Özütok stond ook op de kandidatenlijst voor 17 maart, maar net als Ates op een onverkiesbare plaats.
GroenLinks nam het wel openlijk op voor kandidaat Kauthar Bouchallikht nadat zij onder vuur lag vanwege vermeende banden met de Moslimbroederschap. Bouchallikht zelf ontkent deze link en ontkent ook een aanhanger te zijn van de Moslimbroederschap.
Ates meent te weten waarom de partijtop er niet voor haar was: ze is ‘te wit om onder racisme gezet te worden’ en ‘te vrijgevochten om onder islamofobie gezet te worden’, zegt ze op Twitter.
De Kanttekening vroeg een woordvoerder van partijleider Jesse Klaver om een reactie. Maar die zegt in overleg met Ates te hebben besloten om niet te reageren.