Nederland heeft een statement ondertekend dat de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties hekelt, omdat die onevenredig vaak haar pijlen op Israël zou richten. De Nederlandse veroordeling is tegen het zere been van pro-Palestijnse mensenrechtenactivisten.
De 22 landen – waaronder Israël zelf, de Verenigde Staten, Nederland en Duitsland – noemen in het statement specifiek een nieuwe onderzoekscommissie van de Verenigde Naties die onderzoek doet naar de gebeurtenissen van mei 2021. Er waren toen veel spanningen in en rond Israël tussen Joden en Palestijnen, die uitmondden in een korte oorlog tussen Hamas en Israël.
De onderzoekscommissie is voor onbepaalde duur ingesteld en ontbeert een vastomlijnde onderzoeksfocus, schrijven de landen. Hoe deze commissie te werk gaat zou daarom een ‘verdere demonstratie zijn van de al lang bestaande, onevenredige aandacht die in de Raad aan Israël wordt gegeven en moet stoppen’.
De pro-Palestijnse lobby is woedend. ‘De straffeloosheid van Israël garanderen is een van de speerpunten van de huidige Nederlandse buitenlandpolitiek’, reageert Edwin van ‘t Pad van The Rights Forum, een Nederlandse NGO die voor de rechten van de Palestijnen opkomt.
Het statement heeft op deze kritiek geanticipeerd: ‘Voor alle duidelijkheid: niemand staat boven kritiek en het is de verantwoordelijkheid van deze Raad om de mensenrechten over de hele wereld te bevorderen en te beschermen. We moeten werken aan het tegengaan van straffeloosheid en het bevorderen van aansprakelijkheid op basis van consistente en universeel toegepaste normen.’
Er klinkt vaker kritiek op de 47-koppige VN-Mensenrechtenraad, waarin naast Nederland ook landen als China, Cuba, India, Libië, Qatar, Pakistan en Rusland zitting hebben. Zo stopte de raad vorig jaar een onderzoek naar oorlogsmisdaden in Jemen, waar tienduizenden mensen zijn omgekomen en miljoenen zijn ontheemd, na een succesvolle lobby van Saoedi-Arabië.
Israël, gesteund door de VS, vindt al langer dat de VN-Mensenrechtenraad zich sinds de oprichting, vijftien jaar geleden, laat leiden door een ‘obsessieve anti-Israëlische vooringenomenheid’. De raad ‘heeft Israël aangevallen met 95 resoluties. Zet dit af tegen de 142 resoluties tegen alle andere landen samen’, zei de Israëlische VN-ambassadeur vorig jaar.
Vorige week nog concludeerde een door de VN-Mensenrechtenraad ingestelde onderzoekscommissie dat de Israëlische bezetting de ‘grondoorzaak’ is van het conflict met de Palestijnen. Naar aanleiding hiervan stelden PVV, ChristenUnie en SGP Kamervragen. De partijen vinden dit een eenzijdig rapport, dat ‘afwijzend gedrag, terreur en het aanzetten tot haat jegens Israël en het Joodse volk van Palestijnse zijde’ negeert.
