Beleid van Nederland en andere Europese landen zorgt ervoor dat kinderen van IS-vrouwen moeite hebben om te (re-)integreren in de samenleving. Dat stelt mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch in een nieuw rapport.
Volgens het rapport hebben landen als Nederland, België, Zweden en Frankrijk de kinderen bij hun terugkeer onmiddellijk weggehaald van hun moeders. Uit interviews met ruim honderd teruggekeerde kinderen blijkt dat dit de meest traumatische ervaring was die ze hebben meegemaakt.
Er zitten nog steeds 10.000 vrouwen en kinderen in de kampen die niet uit Syrië komen. Volgens HRW zijn deze vrouwen en kinderen nooit ergens voor berecht en is hun verblijf in het kamp dus onwettig. Ook mogen de kinderen vaak geen contact met hun moeders.
Enkele honderden jongens worden zelfs in afgesloten ‘rehabilitatie centra’ vastgehouden, zo blijkt uit het rapport.
Verder blijkt dat de inwoners van de kampen niet voldoende te eten en drinken krijgen en regelmatig te maken hebben met geweld en martelingen.
Volgens Human Rights Watch moeten Westerse regeringen hun onderdanen onmiddellijk repatriëren – zoveel mogelijk zonder vrouwen en kinderen te scheiden.