13.1 C
Amsterdam

‘Hier is mijn zwart-zijn geen punt, terwijl dat in het Westen wel zo was’

Maritere Nguema
Maritere Nguema
Journalist gespecialiseerd in cultuur.

Lees meer

Ghana voert dit jaar de marketingcampagne The Year of the Return. Afstammelingen van slaven in de hele wereld worden gevraagd zich definitief in het Afrikaanse land te vestigen. Aanleiding is dat vierhonderd jaar geleden de eerste Afrikaanse slaven tegen hun wil van Ghana naar Amerika werden gebracht.

Is het wat voor Surinaamse en Caribische Nederlanders zijn om naar hun ‘moedercontinent’ te emigreren? De Kanttekening sprak twee nazaten hierover: De een is vertrokken, voor de ander hoeft het niet.

Thuiskomen

Emigreren naar Afrika was zeker iets voor haar. De Surinaams-Nederlandse Poema Jones (foto hierboven) vertrok ruim een jaar voor de Ghanese oproep naar Afrika. ‘Pas sinds kort hoorde ik van de marketingcampagne’, zegt ze.

Jones woont nu in Gambia, maar als ze nog in Nederland woonde had ze zeker gehoor gegeven aan de oproep. De 46-jarige kunstenares is geboren in Suriname en heeft vijfentwintig jaar in Amsterdam gewoond. Al die tijd heeft ze een verbintenis met Afrika gehad.

‘Afrika hield me in evenwicht in het Westen. De wetenschap dat er een plek op aarde was, vol met mensen die op jou lijken.’ Ze gaat verder: ‘Ik lach zoals hen, ik beweeg en dans zoals hen. En ik heb de Afrikaanse visie op het leven.’

Het verlangen naar Afrika werd steeds sterker. ‘Ik wilde ergens wonen waar ik de weerspiegelingen van mijzelf zag. Ik ervoer ontzettend veel stress in Nederland, in het Westen. Het werd me teveel.’

Jones gelooft daarnaast stellig dat er een ‘roep van ‘Mama Africa’ is geweest en dat ze daarnaar geluisterd heeft. ‘Ik begon allemaal landen in Afrika te bezoeken, hopende dat één van die naties mijn rijk was, het land waar ik zou willen blijven wonen. Ik ben in Ethiopië, Soedan en Eritrea geweest, maar voelde geen verlangen om mij in één van die landen te gaan settelen.’

‘Ik wilde ergens wonen waar ik de weerspiegelingen van mijzelf zag’

Het is bijzonder dat Jones naar Gambia, het kleinste land van Afrika, is geëmigreerd. ‘Eigenlijk wist ik niet eens dat dat land bestond’, geeft ze toe. Jones wilde voor een project naar Senegal, maar dat werd afgelast. ‘Ik baalde ontzettend. Tegen een vriendin zei ik dat ik alsnog wilde gaan, maar dat een ticket gewoonweg te duur was. Zij opperde toen dat ik dan maar naar Gambia moest gaan. Zo kon ik vervolgens makkelijk doorsteken naar Senegal.’

Jones vond online een goedkoop arrangement en toen was de beslissing genomen. Ze heeft Senegal nooit meer gezien. ‘Er was iets aan Gambia dat als thuis voelde. Ik ervoer een herkenning.’ Op de tweede dag van haar verblijf in het kleine Afrikaanse land besloot ze dat ze er definitief wilde blijven wonen.

In Nederland werkte Jones als kunstenares. In Gambia heeft ze een hoedencollectie opgezet en geeft ze samen met lokale kunstenaars trainingen in het weven en ontwerpen van tassen en hoeden. Ze heeft een ‘compound’ waar fruitbomen staan en waar haar honden en katten vertoeven. Elke dag is ze aan het strand te vinden en ze kan haar eigen tijd indelen. ‘Ik heb na twee jaar geen enkele behoefte om hier weg te gaan.’

Toch gaat niet alles gemakkelijk. Jones geeft toe dat ze een over-geromantiseerd idee had van Afrika. ‘Dat heb ik danig moeten bijstellen’, lacht ze. ‘Ik zie het nu allemaal een stuk realistischer.’ Ze vindt dit niet erg. ’Hier is mijn zwart-zijn geen punt, terwijl dat in het Westen wel zo was. En dat is het voor mij waard, ondanks alle uitdagingen die ik op mijn pad tegenkom.’

Thuisblijven

Doreen Dankerlui, die in de gezondheidszorg werkt en in haar geboorteland Suriname is als ik haar spreek, denkt er anders over dan Jones. Ze vindt de Ghanese marketingcampagne niettemin een geweldig idee.

‘Ik hoop dat mensen die zich in ‘witte’ contexten niet prettig voelen dit in overweging nemen. En als ze er echt gehoor aan geven, door naar Ghana of een ander Afrikaans land te gaan, dan hoop ik dat het hen brengt wat ze er zoeken.‘

Zelf heeft ze niet de behoefte om naar Ghana te gaan om er te gaan wonen. ‘Nee, dat hoeft voor mij niet. Bovendien ben ik daar nooit geweest. Ik weet dus niet of Ghana het juiste land voor mij is.’

Toch staat de 53-jarige single, die nooit in Afrika is geweest, er niet helemaal afwijzend tegenover. ‘Ik ben heus wel geïnteresseerd in deze oproep. Als de situatie in het Westen zou verslechteren, zou ik erover nadenken.’ Maar de bestemming zal dan eerder Suriname worden.

Foto: Doreen Dankerlui

‘Ik eer mijn voorouders’

In de Verenigde Staten is de back-to-Africa-beweging veel sterker. Begin twintigste eeuw had je Marcus Garvey, die in de tijd van het kolonialisme pleitte voor een zwarte staat in Afrika. De witte meerderheid in Amerika zou zwarte mensen toch niet accepteren, was zijn gedachte. Dankerlui wijst erop dat de context voor Afro-Amerikanen heel anders is.

‘Wij Surinaamse en Caribische Nederlanders hebben een connectie met bijvoorbeeld Suriname, de Nederlandse Antillen en Jamaica. Daar zouden wij dus eventueel naartoe kunnen emigreren of remigreren.’

Desondanks voelt Dankerlui zich ontzettend verbonden met Afrika. ‘Ik wil er wel degelijk verder naar op zoek.’ Zo is Dankerlui bezig met iets wat ze ‘het ‘reclaimen’ van haar roots noemt: ‘Ik eer mijn Afrikaanse voorouders’, legt ze uit. ‘Zo heb ik bijvoorbeeld thuis een altaar waar ik met hen praat en hen om hulp, advies en bescherming vraag.’

Ook nu, tijdens haar vakantie in Suriname, zegt ze hun aanwezigheid te merken. ‘Tijdens een bezoek aan een district werd er onderweg gestopt bij een gigantische Kankantrie-boom. Het was duidelijk dat hier geesten huisden, dus ik heb hen toegesproken en een wateroffer gegeven.’

Daarnaast houdt Dankerlui ook in haar dieet rekening met Afrikaanse elementen. ‘Ik probeer terug te gaan naar een meer originele Afrikaanse voedingswijze. Die is meer plantaardig, veganistisch.’ Ze is erg trots op haar voorvaderen. ‘Door alles wat zij hebben doorstaan, kan ik succesvol zijn.’

Wel interesse, geen actie

‘Heel veel Surinaamse en Antilliaanse Nederlanders zijn wel geïnteresseerd om naar het continent van oorsprong te gaan, maar ze nemen de stap niet’, zegt Gilo Koswal, de Surinaams-Nederlandse organisator van een Ghana-reis. Ook een woordvoerder van de Nederlandse ambassade in Ghana bevestigt deze observatie.

Volgens de ambassade kwamen er ongeveer 75 Surinaamse en Caribische Nederlanders op deze bijeenkomst af, maar geen enkele aanwezige heeft besloten om zich blijvend in Ghana te vestigen.

De komende weken en maanden zullen wellicht meer Nederlanders van Surinaamse en Caribische komaf Ghana bezoeken in het kader van de The Year of the Return. Maar het aantal Surinaamse en Caribische Nederlanders dat écht besluit om te emigreren zal vermoedelijk heel klein zijn.

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -