6 C
Amsterdam

Splijt Turkije de NAVO?

Benjamin Duerr
Benjamin Duerr
Publicist gespecialiseerd in internationale politiek.

Lees meer

Turkije wil zijn macht uitbreiden en als grote mogendheid voor de belangen van de islamitische wereld opkomen. Het steeds assertievere buitenlandbeleid leidt tot grote frictie binnen de EU en de NAVO. Dit dreigt de internationale samenwerking te ondermijnen.

Ankara voert de druk steeds verder op. In de afgelopen jaren heeft Turkije zijn politieke en militaire macht in verschillende conflicten getoond. In het conflict in Nagorno-Karabach steunt het Azerbeidzjan met drones, in Libië leverde het troepen, in Syrië steunt het rebellen in de strijd tegen de Koerden en het regime van president Bashar al-Assad, en in de Middellandse Zee leiden Turkse plannen om naar gas te boren tot confrontaties met Griekenland.

De Turkse interventies, geïnitieerd door president Recep Tayyip Erdogan, leiden tot grote frictie binnen de EU en de NAVO. Turkije treedt assertief op, maar bondgenoten en Europese landen hebben tot nu toe geen manier gevonden om daar tegenwicht aan te bieden.

Niet alleen dialoog en vrede

Turkije is sinds 1952 NAVO-lid en beschikt over een van de grootste legers van het bondgenootschap. In de afgelopen jaren heeft Turkije meerdere operaties in Noord-Syrië uitgevoerd, waar ook Amerikaanse soldaten onder Turks vuur kwamen te liggen. De Verenigde Staten steunden in het conflict de Syrische Democratische Strijdkrachten (SDF), die door Ankara juist bestreden werden.

In Libië heeft Turkije de door de Verenigde Naties erkende Regering van Nationale Eenheid (GNA) met wapens, financiële middelen en huurlingen ondersteund. NAVO-bondgenoot Frankrijk steunt juist het Libische Nationale Leger (LNA) van krijgsheer Khalifa Haftar, dat tegen de GNA strijdt.

Eerder dit jaar stuurde Turkije een onderzoeksschip onder militaire bescherming naar de kust voor een Grieks eiland voor proefboringen naar gas. Griekenland trommelde onder meer NAVO-bondgenoten Frankrijk en Italië op voor een oefening met gevechtsvliegtuigen in de buurt.

Duitsland bemiddelde tussen de landen om een militaire escalatie te voorkomen. Het conflict over de gasboringen – en in het verlengde daarvan – de controle over delen van de Middellandse Zee is daarmee echter niet opgelost. ‘Turkije wil dialoog en vrede, maar we willen ook onze rechten’, zei de Turkse minister van Defensie, Hulusi Akar.

Turkije en Griekenland maken aanspraak op dezelfde gebieden in de Middellandse Zee. Ze worden het al jaren niet eens over het precieze verloop van de grens en daarmee over de vraag van wie het gas is. Na de Duitse bemiddeling provoceerde Griekenland Turkije door een deal met het zuidelijke buurland Egypte over het grensverloop te sluiten, zonder Turkije.

Redenen voor Turkse ambities

Het Turkse optreden in de Middellandse Zee en elders wordt niet alleen uit economische motieven gevoed, maar vooral door een sterk gevoel van nationalisme en het streven van president Erdogan om zijn macht te tonen. Na jaren van sterke economische groei bevindt de Turkse economie zich in grote problemen, en staat Erdogan thuis onder druk. Ambitieuze plannen in het buitenland bieden een mogelijkheid om van economische zwaktes en interne problemen af te leiden, zeggen deskundigen.

‘In een tijd waarin een wedstrijd tussen grootmachten plaatsvindt, ziet president Erdogan zijn land graag als sterke speler opkomen’

Daarbij komt de Turkse ambitie om als leider van de islamitische wereld op te treden. ‘Turkije wil zijn invloed in de regio uitbreiden’, legt Asli Aydintasbas van de denktank European Council on Foreign Relations (ECFR) uit. ‘In een tijd waarin een wedstrijd tussen grootmachten plaatsvindt, ziet president Erdogan zijn land graag als sterke speler opkomen.’

Turkije richt zich daarbij vooral op het Oosten, het gebied dat eeuwenlang onderdeel was van het Ottomaanse Rijk (1299-1922). Ankara is door deze heroriëntatie minder geïnteresseerd in samenwerking met het Westen, stelt Aydintasbas. Het EU-lidmaatschap is veel minder belangrijk dan een paar jaar gelden, en ook de NAVO speelt voor de Turkse ambities in de islamitische wereld een kleinere rol. Turkije wil volgens Aydintasbas lid blijven van het bondgenootschap, maar tegelijk ook met andere spelers samen kunnen werken, zoals Rusland.

S-400

In 2019 heeft Turkije het luchtafweersysteem S-400 van Rusland gekocht. Een paar weken geleden is het systeem ondanks waarschuwingen, bezwaren en dreigingen van NAVO-bondgenoten voor het eerst getest. De S-400 is daarmee symbool geworden voor het streven naar militaire macht, de afkeer van de NAVO en de frictie die het Turkse optreden veroorzaakt.

Met name de VS reageerden fel op de recente tests. Het Pentagon veroordeelde de test in oktober en waarschuwde Turkije voor sancties. De Nederlandse minister van Defensie Ank Bijleveld uitte naar aanleiding van vragen uit de Tweede Kamer haar ‘grote zorgen over de aanschaf en het in gebruik nemen van het S-400 systeem’, en heeft Turkije herhaaldelijk op zijn gedrag aangesproken.

President Erdogan trekt zich van deze kritiek weinig aan. Waarom zou Turkije de middelen waarover het beschikt niet ook mogen testen, zei hij in oktober. ‘We gaan Amerika niet om toestemming vragen.’

Tot nu hebben de politieke ruzies vooral tot herrie op het politieke toneel geleid, zonder grote invloed op het functioneren van de NAVO te hebben. Achter de schermen gaat de militaire samenwerking gewoon door, zegt Dick Zandee van het Instituut Clingendael. ‘Turkije werkt nog steeds mee en Turkse militairen nemen bij voorbeeld aan oefeningen deel.’

Door het mogelijke gebruik van het S-400-systeem zou dit echter kunnen veranderen. Secretaris-Generaal Jens Stoltenberg liet bij een bezoek in Ankara in oktober doorschemeren dat Turkije het systeem niet zomaar kan gebruiken.

Omdat de systemen van alle NAVO-landen geïntegreerd zijn, zou het gebruik van Russische onderdelen door Turkije Rusland een deur naar het luchtafweersysteem van het hele bondgenootschap kunnen openen. Daarmee zou het Russische leger toegang tot gevoelige informatie kunnen krijgen. ‘Het inzetten van het Russische luchtafweersysteem zou betekenen dat Turkije op militair gebied niet meer overal mee kan doen’, legt Zandee uit.

Dat Turkije gedeeltelijk uit de militaire samenwerking stapt is onwenselijk, maar niet uniek, zegt hij. In het verleden hebben onder meer Frankrijk en Griekenland op bepaalde gebieden de samenwerking opgezegd. Frankrijk heeft bijvoorbeeld in de jaren zestig zijn troepen uit de NAVO-commandostructuren teruggetrokken en de samenwerking pas in 2009 hersteld.

De ruzie met Ankara lijkt daarentegen complexer en heviger, omdat Turkije met meerdere NAVO-leden in verschillende conflicten tegelijk verzeild is geraakt. In Nagorno-Karabach staat Turkije tegenover Frankrijk dat solidair is met Armenië, in de Middellandse Zee tegenover Griekenland, in Libië tegenover Frankrijk en in Syrië tegenover de Verenigde Staten.

‘Spanningen in de NAVO zijn er altijd’, zegt Zandee. Het hoogste belang was volgens hem tot nu toe het behouden van de eenheid. Hij erkent dat dit door de spanningen tussen Turkije en andere lidstaten steeds moeilijker wordt. Toch gaat hij ervan uit dat het door de gesprekken die achter de schermen druk gevoerd worden ook in dit geval weer lukt om de landen bij elkaar te houden.

Ook Nederland kan hierin ook een rol spelen. Nederland beschikt als relatief klein land over onvoldoende invloed om zelf de leiding te nemen om te bemiddelen, zoals Duitsland dat in de zomer gedaan heeft. Daarom is het volgens Zandee belangrijk dat Nederland samen met andere landen optrekt.

Hotline en drones

In oktober heeft de NAVO de instelling van een de-escalatie-mechanisme aangekondigd, waaronder een hotline tussen Ankara en Athene. Dit, om de spanningen tussen Turkije en Griekenland te verminderen en de risico’s op incidenten te verkleinen.

‘Spanningen in de NAVO zijn er altijd’

De NAVO kan lidstaten niet uit het bondgenootschap zetten en de landen hebben nog geen manier gevonden om met de Turkse ambities om te gaan. Consequenties voor Turkije zijn er daarom tot nu toe nauwelijks. Na de aankoop van het luchtafweersysteem is Turkije uit het programma voor de ontwikkeling van nieuwe F-35-jets gezet. Als reactie op de operaties in Syrië hebben meerdere landen, waaronder Nederland, afgelopen jaar de wapenexport aan Turkije opgeschort. En in oktober heeft Canada de export van drone-technologie aan Turkije stopgezet.

Drones spelen een belangrijke rol voor de Turkse militaire macht. Ankara is zich gaan specialiseren op de ontwikkeling en productie van militaire drones die inmiddels een belangrijk onderdeel vormen van het gemilitariseerde buitenlandbeleid. In het conflict in Nagorno-Karabach gebruikt het Azerbeidjaanse leger Turkse drones. Ook in Libië zijn militaire drones uit Turkije ingezet. Reden voor het Canadese besluit zijn de geweldsescalatie en het hoge aantal doden in Nagorno-Karabach in de afgelopen weken, die voor een groot deel aan het gebruik van onbemande Turkse drones toegeschreven worden.

Gebrek aan strategie

Sommigen zijn kritisch over de houding van vooral Europese landen ten aanzien van de Turkse ambities. Marc Pierini van het centrum voor Midden-Oostenstudies van denktank Carnegie bekritiseert dat er geen eensgezindheid bestaat over de aanpak en de reactie op de Turkse machtsvertoningen, het instellen van sancties of het gebruik van hardere taal. Toelaten dat Turkije conflictueuze stappen zet aan de Zuidoostelijke rand van Europa is geen strategie, schreef hij in oktober naar aanleiding van een Europese top waar het Turkse optreden werd besproken. ‘Het is slechts een uitweg die de Europese leiders zal gaan achtervolgen.’

Vooral Europese NAVO-lidstaten zitten klem en durven niet te hard op te treden. Er vinden gezamenlijke inspanningen plaats om de huidige situatie niet nog te verergeren, zei een NAVO-diplomaat afgelopen jaar tegen persbureau Reuters. Nadat de Amerikaanse president Donald Trump door zijn uitlatingen, terugtrekkingen en onvoorspelbare besluiten het bondgenootschap in de afgelopen jaren heeft ondermijnd, zorgen de spanningen met Turkije voor extra druk. Maar Turkije is volgens de diplomaat té belangrijk om te verliezen.

De ligging van het land tussen Europa, Azië, Noord-Afrika en het Midden-Oosten geeft Turkije een strategisch belangrijke plek. Daarnaast liggen Amerikaanse kernwapens op de Turkse luchtmachtbasis Incirlik opgeslagen en is de EU afhankelijk van de samenwerking met Turkije bij de uitvoering en naleving van de vluchtelingendeal. De NAVO en Europese landen hebben daardoor belang bij een functionerende relatie met Ankara. Zij schipperen tussen de afhankelijkheid van hun bondgenoot en de noodzaak om op te treden waar Turkije grenzen overschrijdt.

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -