Israëlische bombardementen hebben de afgelopen dagen aan meer dan honderd Palestijnen het leven gekost. Alleen vanochtend al zijn meer dan 23 mensen omgekomen door het voortdurende en geïntensiveerde beleg van Gaza, waar dit weekend bovendien het voedsel opraakte. Dat meldt de Arabische nieuwssiteMiddle East Eye.
Tussen zaterdag en zondag zouden door Israëlische luchtaanvallen meer dan honderd Palestijnse doden zijn gevallen. Nieuwsplatform Drop Sitegeeft in een minutieus draadje op X aan waar precies in Gaza de slachtoffers zijn gevallen.
In het nietsontziende Israëlische geweld sinds het uitbreken van de oorlog in Gaza zijn zeker meer dan 51.000 Palestijnen omgekomen. Volgens kritische denkers zoals Sinan Çankaya, maar ook volgens de VN, Human Rights Watch en Amnesty International, dekt het spreken over een ‘oorlog’ of ‘conflict’ de werkelijkheid al lang niet meer. Zij spreken van een genocide in Gaza.
Ook de Israëlische academicus Shaiel Ben-Ephraim heeft zich daarbij aangesloten. ‘Het heeft me veel tijd gekost om zover te komen, maar het is tijd om het onder ogen te zien: Israël pleegt genocide in Gaza’, schrijft hij op X. ‘Tussen het lukraak bombarderen van ziekenhuizen, het uithongeren van de bevolking, plannen voor etnische zuivering, het afslachten van hulpverleners en doofpotoperaties is er geen ontkomen aan. Israël probeert het Palestijnse volk uit te roeien. We kunnen het niet stoppen tenzij we het toegeven.’
Vooropgesteld: ik onderschrijf de fundamentele kritiek op het Nederlandse kabinet, dat – gegijzeld door Wilders – de facto bij de moorddadige praktijken van de huidige Israëlische regering wegkijkt. Ik onderschrijf ook de eis dat de Universiteit van Amsterdam nu de banden met Israëlische zusterinstellingen voorlopig verbreekt.
En toch beginnen de meest fervente Palestina-aanhangers mij soms te irriteren – en ik denk dat dat voor meer mensen geldt, die op zich sympathie voor hun zaak hebben. Ik merk dat ook in mijn omgeving.
Terwijl in Nederland ook bij het electoraat van de regeringspartijen die sympathie duidelijk toeneemt, dreigen zulke demonstranten die te verspelen door de manier waarop zij opereren. Als niemand uit eigen kring hen tot de orde durft te roepen, is dat vervolgens koren op de molen van Wilders, die als buikspreekpop van Netanyahu elke kritiek op Israël als antisemitisch en de critici als terroristen poogt te demoniseren.
Waar gaat het in de praktijk om?
Allereerst – en ik concentreer mij hier op ervaringen aan de UvA zelf – de intimiderende houding van ettelijke bezetters jegens universitaire medewerkers, soms gepaard gaand met regelrecht fysiek geweld, en regelmatig met structureel vandalisme. Het betreft dan niet een ruitje dat bij binnendringen per abuis sneuvelt, maar het bewust vernielen van computerapparatuur en het bekladden van wanden. Ook vlak voor Pasen was het weer raak. De schade loopt al snel in de miljoenen.
Sommige daders komen dan met de dooddoener dat genocide erger is – dat laatste is natuurlijk zo, maar zo’n ‘argument’ geeft mij ook niet het recht mijn buurman te vermoorden. In dat opzicht zou duidelijke openlijke kritiek van de meerderheid van vreedzame demonstranten op zulke ontsporingen wenselijk zijn; nu wordt daarbij vaak uit een misplaatst solidariteitsgevoel weggekeken.
Wat ook irriteert is dat een aantal fanatieke Palestina-adepten regelmatig probeert andermans demonstratie te kapen
Wat eveneens toch terecht weerzin oproept is dat veel bezetters gemaskerd zijn. Je kunt natuurlijk een heel verhaal ophangen over het gevoel van veiligheid dankzij anonimiteit voor de bezetters, maar het gaat hier ook om het gevoel van veiligheid van de bezetten, en het onderhandelt niet prettig met lieden waarvan je niet weet wie het zijn.
Essentieel voor de universitaire gemeenschap is strijden met open vizier.
Wat ook irriteert is dat een aantal fanatieke Palestina-adepten regelmatig probeert andermans demonstratie te kapen. Als iets geschikt is om potentiële sympathisanten tegen je in het harnas te jagen, is het dat. Als ik een complotdenker was of á la Thierry Baudet in oppermachtige reptielen geloofde, zou ik vanwege het averechtse effect hier de hand van de Mossad achter vermoeden.
We zagen dat afgelopen zomer bij de GayPride, en dit voorjaar opnieuw bij de universitaire demonstraties tegen de megabezuinigingen. Bij alle onderdrukking van de Palestijnen door Israël: de queer-gemeenschap heeft, als het om háár mensenrechten gaat, van Hamas nog veel minder te verwachten dan van Netanyahu, dus dan is het enigszins wrang om dan juist met Palestijnse vlaggen te gaan zwaaien.
Op de Dam was iemand er bij de universitaire demonstratie in geslaagd om op het podium de gelegenheid te krijgen tegen alles en nog wat in het Westen te fulmineren – alsof alle aanwezige studenten en docenten zijn (inderdaad) extreem-linkse wereldbeeld onderschreven. De gematigde meerderheid voelde zich daar vast ongemakkelijk bij. Dit gebrek aan thematische zelfbeperking is natuurlijk koren op de molen van die rechtse partijen die de wetenschap graag als woke wegzetten.
En dan zijn er nog twee aspecten, die irriteren. Demonstraties die het Nederlandse Midden-Oostenbeleid met succes willen beïnvloeden, zullen zich op het Nederlandse publiek moeten richten. Dat betekent dat ook toespraken en teksten allereerst in het Nederlands moeten zijn. Of men het nu leuk vindt of niet: als het Engels domineert, versterken die de indruk van een soort buitenlandse overname van Nederlandse instellingen die toch al bij velen bestaat.
En tenslotte wens ik ook persoonlijk gevrijwaard te blijven van Poetinachtige pamflettaal waarin Israël tussen aanhalingstekens wordt geplaatst, of als ‘de Zionistische entiteit’ wordt betiteld. Over de manier waarop Israël in 1948 is ontstaan, valt – zoals bij veel staten – menige kritische noot te kraken (zelf heb ik dat hier ook herhaaldelijk gedaan), maar in dat geval is antisemitisme inderdaad niet meer ver weg. Dan haak ik af. Wilders leest zoiets natuurlijk wél met grote dankbaarheid.
‘Elke dertig minuten wordt een kind verkracht in het oosten van Congo’, meldt de petitie Kinderen van Congo op basis van cijfers van UNICEF. De rebellengroep M23, die door Rwanda wordt gesteund, wordt daarbij als dader aangewezen. De stichting Wij Zijn Congolezen roept daarom de EU en Nederland op om alle hulp aan Rwanda te beëindigen, meldt de website Afromagazine.
Volgens een recent rapport van UNICEF zijn er sinds de inval van de rebellengroep M23 op 27 januari meer dan 10.000 Congolezen verkracht. Daarvan zou 30 tot 45 procent kind zijn. Omgerekend betekent dit één verkrachting per half uur, aldus UNICEF.
De stichting Wij Zijn Congolezen is een petitie gestart om te voorkomen dat deze misdaden onbestraft blijven. De ondertekenaars eisen dat de EU en Nederland per direct alle militaire steun aan Rwanda opschorten.
Volgens de stichting bestaat er een directe relatie tussen de steun aan Rwanda en het voortduren van het geweld in Oost-Congo, waar M23 actief is. ‘Mensenlevens – en met name die van kinderen – mogen nooit worden opgeofferd voor politieke of economische belangen’, aldus Wij Zijn Congolezen. ‘We kunnen niet toekijken terwijl gruweldaden tegen onschuldige burgers plaatsvinden met indirecte steun van Europese middelen’, voegen zij daaraan toe.
Op de katholieke basisschool in Den Bosch trakteerden kinderen op hun verjaardag. We hebben het dan over de jaren tachtig. Niet dat kinderen op basisscholen daarna zijn gestopt met trakteren.
Toen waren er maar twee traktaties: een zakje chips of een appel. De jeugdmondzorg voerde campagnes op scholen. Van snoep kreeg je gaatjes in je kiezen. ‘Snoep is ongezond, eet een appel’, was het devies. Scholen namen deze campagne over: op school mocht je niet op snoep trakteren.
Trakteren was geen ‘rocket science’. Bij de sigarenzaak kon je een doos met zakjes chips kopen. De sigarenboer, meneer Hans Verel, wist dan dat je jarig was en gaf je iets lekkers. Of je ouders haalden een kist appels op de markt.
Nu kun je met deze traktaties niet meer op school verschijnen. Snoep mag nu wel, en het wordt niet meer als ongezond beschouwd. Of tandartsen kijken nu anders naar snoep: hoe meer gaatjes, hoe meer werk voor de tandarts. Waarom hebben de tandartsen van vroeger dat niet kunnen zien? Waarom hebben ze ons dat snoep onthouden? Het terugdenken aan de communistische werkwijze van de tandartsen van toen heeft een bittere nasmaak.
Waarom hebben ze ons dat snoep onthouden?
Zelfkastijding is de mens niet vreemd. Tijdens Asjoera in de maand Muharram slaan sjiieten met ijzeren ketens op hun eigen rug tot bloedens toe om de dood van imam Hoessein te herdenken.
Ouders, vooral moeders van schoolgaande kinderen, wringen zich in moeilijke bochten om de ideale traktatie te ontwerpen. Als ze niks te doen hadden, zou dat geen drama zijn. Maar deze moeders zorgen voor meerdere kinderen, runnen het huishouden voor ongeveer 94 procent en werken daarnaast. Als de kinderen slapen, knutselen ze vaak nog uren aan de traktatie voor de volgende dag.
De kinderen worden in de klas in het zonnetje gezet. De klas zingt voor de jarige. De juf maakt foto’s. Tevoren zijn alle checks gedaan of het snoep vegan en halal is. De traktatie wordt uitgedeeld. Als hongerige wolven rukken de kinderen de kunstwerken open en verorberen het snoepgoed. De juf vraagt of ze de mooie verpakking netjes in de prullenbak gooien.
Na de aanval op toeristen in het Indiase Kasjmir beschuldigen India en Pakistan elkaar en dreigen ze met vergeldingsmaatregelen. Een militaire confrontatie tussen de twee kernmachten is nu niet meer uitgesloten, schrijft de Franse krant Le Monde.
De spanningen tussen India en Pakistan nemen toe sinds de terroristische aanval op 22 april, waarbij 25 Indiërs en een Nepalees omkwamen. Dit was de dodelijkste aanval op burgers sinds de aanslagen in Mumbai in 2008, waarbij 175 mensen omkwamen.
Een etmaal later schortte India een verdrag voor het delen van water op, kondigde de sluiting aan van de belangrijkste landgrensovergang met Pakistan, degradeerde de diplomatieke banden en trok visa voor Pakistanen in, aldus nieuwsdienst AFP.
Pakistan heeft alle visa voor Indiase staatsburgers ingetrokken die waren afgegeven onder een vrijstellingsregeling. Daarnaast zijn enkele Indiase diplomaten het land uitgezet en is het luchtruim gesloten voor Indiase vluchten, meldt BBC.
NRC publiceert vanaf vandaag een dagboek uit Gaza, met verhalen van de journalist Rita Baroud, die in Gaza woont en verslag doet van honger, dood en angst.
‘Mensen verwachten van me dat ik schrijf. Verslag uitbreng. Documenteer. Maar soms weet ik niet eens hoe ik mezelf moet vinden. Ik schrijf over angst terwijl ik tril. Ik schrijf over honger terwijl mijn maag verkrampt. Ik schrijf over luchtaanvallen terwijl ik bij elke explosie mijn hoofd tegen de grond druk. Ik word soms wakker terwijl ik stik. Niet door stof, rook of hitte – maar door de angst dat ik nog leef’, schrijft ze in de eerste aflevering van ‘Dagboek uit Gaza’.
Baroud schreef al meerdere artikelen vanuit Gaza voor NRC. De getuigenissen van de Palestijnse worden ook in Nederlands Dagblad, de Italiaanse krant la Repubblica, de nieuwssite The New Humanitarian, en de Zuid-Afrikaanse nieuwsite The African Mirror gepubliceerd.
‘Soms heb ik tijdens het schrijven het gevoel dat ik een oneindige oceaan probeer over te steken. De wereld is ver weg, bezig met zijn vaste dagelijkse routines, terwijl ik schrijf uit een stad geconfronteerd met genocide. Hoe kan ik ervoor zorgen dat die wereld ons hoort?’ schrijft ze op Instagram.
Toch zijn het vooral de verhalen van lokale journalisten en socialmediagebruikers die echt binnenkomen. De Correspondent schreef eerder al dat juist deze persoonlijke verhalen mensen raken, omdat ze een zeldzaam inkijkje geven in het dagelijks leven in Gaza.
Baroud verblijft momenteel in Deir al-Balah, in Centraal-Gaza. Oorspronkelijk komt ze uit Gaza-Stad. Sinds haar huis werd verwoest, heeft zij samen met haar familie al veertien keer van schuilplaats moeten wisselen. Nu wonen ze in een deels verwoest huis, van waaruit ze de bombardementen op de omliggende steden kunnen horen.
Normaliter vult de Bilal Moskee in Alkmaar zich met gelovigen voor een van de gebeden, maar op deze woensdagavond liepen meer dan honderd Nederlanders op kousenvoeten en waarschijnlijk voor het eerst in hun leven door het gebouw. Het moskeebestuur, gedragen door een enthousiaste groep vrijwilligers, en de Historische Vereniging Alkmaar sloegen de handen ineen voor een bijzondere avond waarin de gemeenschappen nader tot elkaar komen. Geen betere plek om dat te doen dan in de moskee.
Vol verwondering loop ik naar binnen, ik ben gevraagd om te vertellen over de geschiedenis van de Marokkaanse gastarbeiders, de generatie van mijn vader. Aansluitend op mijn lezing zal historicus Joke Bol vertellen hoe de Marokkanen in de kaasstad terechtkwamen. Joke Bol leerde de eerste Marokkanen kennen toen ze in de jaren zeventig in Leiden woonde, het waren haar buren. Jarenlang was ze advocaat maar de belangstelling voor Marokkanen in de diaspora bleef wat resulteerde in een prachtig boek waarin ze aan de hand van verhalen en onderzoek het verhaal van de Marokkaanse Alkmaarders vertelt. Het boek is rijk geillustreerd en heet Van Atlas naar Alkmaar.
Voor haar onderzoek werd ze onderscheiden met de Oud Alkmaarprijs. Terecht. Wat het boek zo bijzonder maakt is dat het laat zien dat er niet één migratie is; en het laat ook zien dat zien migreren, doet migreren. Wat waren de eerste migranten jong! Sommigen zeventien jaar oud, anderen vijftien, weer anderen wisten hun leeftijd niet eens.
De eerste en tweede Marokkaanse migrant in Alkmaar schuifelen de gebedszaal die voor vanavond is omgetoverd tot presentatieruimte. Ze herinneren zich nog goed de aankomst in de stad. Ze roemen de gastvrijheid, ze voelden zich thuis. Sommige migranten kwamen naar Nederland om politieke redenen, op de vlucht voor het onderdrukkende regime van koning Hassan II. Pas jaren later konden ze terug naar het moederland om geliefden te zien.
We mogen niet vergeten dat in tijden van crises mensen opstaan om het goede te doen
Een onderbelicht aspect in de eerste contacten tussen Nederlanders en Marokkanen is de rol van kerken in het ontvangen van migranten. Toen illegale migranten werden opgepakt, gooiden de kerken de deuren wagenwijd open om deze mensen te beschermen. Joke Bol schrijft hier ook over en ze behoren tot de meest ontroerende passages in het boek. We mogen niet vergeten dat in tijden van crises mensen opstaan om het goede te doen. Faber of geen Faber.
Danig onder de indruk kijk ik de zaal in waar moslims en niet-moslims gebroederlijk naast elkaar zitten, in een nieuwe moskee waar de gemeenschap jarenlang voor heeft gevochten. Helaas was er in het verleden ook politieke druk om de Marokkanen hun gebedsruimte te ontzeggen. Er was sprake van racisme. Het verhaal van Nederland wordt geschreven door migranten.
Marokko is een van de weinige landen in de islamitische wereld waar het niet-moslims verboden is om een moskee binnen te gaan. Maar hoe weet je of iemand moslim is of niet? Zo is me weleens gevraagd bij het binnentreden of ik een moslim was. Een gênant moment.
Daar is vanavond in Alkmaar geen sprake van. Er wordt Marokkaanse thee geschonken en er gaan koekjes rond. Een bezoeker vraagt of vrouwen in de moskee de Koran mogen voordragen.
Joke Bol vertelt dat door kettingmigratie de Marokkanen van Alkmaar voor meer dan zeventig procent uit een en dezelfde regio komen, het gebied van Ouarzazate en de oase van Tinghir.
Aan het einde van de avond krijg ik een stukje kaas mee. Kaas van Daan.
We voelen ons steeds vaker onveilig in Nederland. Dit heeft te maken met bekende dreigingen zoals aanslagen, maar ook met spionage, cyberaanvallen en desinformatie. Dit meldt de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) op basis van het jaarrapport 2024, dat gisteren werd gepresenteerd.
‘We maken een verschuiving mee. Van een situatie waarin onze veiligheid vanzelfsprekend leek, naar een situatie waarin het voor veel westerse landen de voornaamste zorg is geworden’, zegt directeur-generaal Erik Akerboom.
Volgens de Nederlandse inlichtingendienst is de dreiging van het Russische regime de belangrijkste reden dat ons denken over veiligheid is veranderd. Dit blijkt niet onterecht. ‘Het regime gebruikt sabotage die grenst aan staatsterrorisme om in Europa angst te zaaien’, zegt de AIVD. In Nederland heeft geen sabotage plaatsgevonden, maar de AIVD onderschepte samen met de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD) acties die tot sabotage hadden kunnen leiden. Andere dreigingen komen uit China en Iran.
Opvallend in het rapport is dat spionage voor het eerst ook vanuit de hoek van Nederlandse criminelen komt. ‘Ze hebben eigen inlichtingenteams om mensen in de gaten te houden die zij als bedreiging zien, zoals juristen of journalisten’, aldus de dienst.
De terroristische dreiging komt vanuit drie kanten, meldt het rapport. Jihadistische dreigingen nemen weer toe, maar ook extreemrechtse aanslagen zijn voorstelbaar, schrijft de AIVD. Daarnaast werden ook aanhangers van het anti-institutioneel extremisme opgepakt. Dit zijn mensen die zich richten op bijvoorbeeld burgemeesters of wethouders en bereid zijn daarbij geweld te gebruiken.
Een ander opvallend detail is de benoeming van de Maccabi-rellen. De AIVD noemt ‘individuen die het heft in eigen hand namen en bij de acties die ze pleegden gemotiveerd werden door een extremistisch ideologisch kader’. De inlichtingendienst schrijft verder dat de Gaza-oorlog druk op de sociale stabiliteit zet.
‘De burgeroorlog in Syrië is niet vanzelf ontstaan, maar werd aangewakkerd door de VS en Israël, die het regime van Assad wilden verzwakken en de regio herverdelen. Ze kregen steun van Turkije, Qatar en later ook Saoedi-Arabië’, stelt de Amerikaanse Harvard-professor Jeffrey Sachs op het Antalya Diplomacy Forum. Diezelfde landen zouden ook verantwoordelijk zijn voor eerdere oorlogen, zoals in Irak (2003), Libië (2011), Jemen (vanaf 2015), Somalië en nu in Gaza.
De voormalig VN‑adviseur is niet de enige die deze landen noemt als aanjagers van de oorlog in Syrië. Voormalig NAVO-opperbevelhebber Wesley Clark verklaarde in 2007 dat de VS zeven landen in vijf jaar wilden omverwerpen, waaronder Syrië. Onderzoeksjournalist en Pulitzerprijswinnaar Seymour Hersh beschreef in 2016 geheime CIA-wapenleveringen via Turkije aan jihadistische milities. De Britse journalist Patrick Cockburn volgde de geldstromen van Qatar en Saoedi-Arabië naar deze groepen.
Volgens Sachs is Israël blij met elke verzwakking van Syrië en Iran en werkt het land daar soms zelf aan mee. Israël voert regelmatig luchtaanvallen uit in Syrië en wil de Golanhoogte behouden. Turkije bezet sinds augustus 2016 grote gebieden in Noord-Syrië en president Erdogan hint op een blijvende controle over die gebieden, ook in Irak. Tussen 2012 en 2015 bewapenden Qatar en Turkije het zogenoemde Vrije Syrische Leger dat in opstand kwam tegen het misdadige Assad-regime, maar ook radicale strijders, waarvan sommige later aanslagen in Europa pleegden. De buitenwereld heeft een grote vinger in de pap bij de onrust in deze regio, stellen deze kritische denkers.
De humanitaire gevolgen zijn enorm: 600.000 doden in Syrië, meer dan zes miljoen vluchtelingen, en talloze vrouwen en kinderen die worden uitgebuit of in de prostitutie zijn beland. Dit is niet alleen een probleem van het Midden-Oosten, want miljoenen vluchtelingen uit Syrië, Irak en Libië kwamen naar Europa. Terwijl sommige landen hen opvingen, gebruikten uiterst rechtse partijen de komst van vluchtelingen om angst te zaaien. Partijen als Alternative für Deutschland, Rassemblement National en de PVV groeiden op het idee dat ‘de islam, moslims en vluchtelingen’ het probleem zijn.
‘We lijken op kikkers in een pan die langzaam opwarmt’
In Nederland en Europa horen we vaak klachten over te veel asielzoekers, maar zelden worden de VS of Israël daarop aangesproken. We straffen Rusland om Oekraïne, maar blijven stil als Israël of de VS oorlog voeren. Is dat naïviteit of medeplichtigheid? Iedereen weet toch dat oorlog zorgt voor vluchtelingen en terrorisme.
Als de oorlogen in het Midden-Oosten doorgaan, zullen er meer verwoeste steden, meer doden en nog grotere vluchtelingenstromen naar Europa komen. Onze opvang raakt overbelast, burgers voelen zich (terecht of onterecht) bedreigd en rechtspopulisme groeit. Ondertussen worden de fundamenten van onze democratie aangetast: wetenschap verzwakt, de pers wordt verdacht gemaakt en de rechtsstaat ondermijnd.
We lijken op kikkers in een pan die langzaam opwarmt. Zolang het water lauw is, merken we weinig, maar als we niet op tijd ingrijpen – door de brandhaarden aangewakkerd door Washington, Tel Aviv en partners te stoppen – zal het uiteindelijk uit de hand lopen. De gevolgen, nog meer sociale spanningen, afkalvende vrijheden en minder ruimte voor afwijkende meningen, zullen hier voelbaar zijn.
Wat moet Europa doen? Moed tonen. Vrienden aanspreken als zij internationaal recht schenden en niet langer met twee maten meten. Of een land nu in het Westen of Oosten ligt, dezelfde regels moeten gelden voor wapenexport en oorlog. De media kunnen bovenstaande kritische experts net zo serieus nemen als officiële woordvoerders. We moeten investeren in vrede: onderwijs, medische hulp en dialoog. Dat is vele malen goedkoper dan opvang en oorlogen. De keuze ligt bij ons: blijven we zwijgen en medeplichtig, of kiezen we ervoor bondgenoten van de vrede te zijn?
Modeontwerper David Paulus liet zich voor zijn nieuwste modeshow inspireren door de traditionele kleding en slavernijgeschiedenis van Curaçao. Journalist Anne-Rose Hermer doet verslag. ‘Deze collectie is niet ontworpen om mee naar de supermarkt te gaan.’
De eenmalige show vond plaats op 13 april in Studio C in Amsterdam. Een paar dagen daarvoor vond er een gesprek plaats met Paulus, want op de dag van zijn modeshow hebben ontwerpers heel andere dingen aan hun hoofd.
David Paulus (1986) is opgegroeid op Curaçao. Hij voelt een diepgewortelde band met de cultuur van het eiland. David is een autodidactische modeontwerper en durft op allerlei fronten van het traditionele (mode)pad af te wijken. Niet alleen qua opbouw van zijn shows. Zijn creaties, zo valt te lezen op zijn website, zijn gebaseerd op zijn liefde voor kunst. Zijn modeshows lijken meer op theatershows dan de bekende wandelingen over de catwalk. De locaties, de muziek en de choreografie zijn allemaal van zijn hand.
De show Paga tera, Papiaments voor de uitdrukking ‘betaal de grond’, is gebaseerd op oude tradities, zoals een eerbetoon aan geesten. De verbinding tussen het heden en het verleden vormt de basis van deze ongewone modeshow. ‘Paga tera is een kennismaking met Curaçao op een speciale manier. De traditie, de cultuur, geloof en bijgeloof, en natuurlijk nostalgie,’ legt David Paulus uit. ‘Het is een ode aan de cultuur van Curaçao, de creoolse praktijken en een eerbetoon aan onze voorouders.’
Beeld: Paco Nunez
De inspiratie voor de kleding van Paga Tera vindt David Paulus in de tradities van Curaçao. Een voorbeeld daarvan is de Saya ku Djèki, een rok met een kort jasje. Een flink deel van deze collectie is gemaakt van gerecycled materiaal. ‘Van denim en ander zogenoemd kosteloos materiaal. Duurzaamheid past ook bij het thema. In het verleden heb ik veel met 100 procent katoen gewerkt. Niet volledig duurzaam, maar inmiddels wel. We gooien veel te veel weg. Je kunt een heleboel tweedehands kleding een nieuw leven geven.’ Het tonen van zijn cultuur is dit keer belangrijker dan het verkopen van de collectie of het binnenhalen van opdrachten op basis van de geshowde creaties. ‘Natuurlijk mag het na afloop gekocht worden, maar het wordt niet in alle uiteenlopende maten nagemaakt. Past het niet, dan heb je pech gehad. Sorry.’
Verweven met de slavernij
Het gaat om kleding voor dames én heren. Voor heren is er onder andere piskadó, visserskleding van vroeger. ‘De visserij was belangrijk voor Curaçao in verband met het slavernijverleden. Onze cultuur is sterk verweven met de slavernij, Afrikaanse praktijken en het christendom. Saya ku Djèki en Piskadó zijn geëvolueerd na de afschaffing van de slavernij in 1863 naar iets moderners, met veel kleuren, designs, plooien en prints. De beweegreden voor Paga tera is dat ik iets nieuws wilde én bezig ben met mijn roots. Daarmee wilde ik doorpakken in de vorm van mode. Vorig jaar was ik op Curaçao en ben daar een maand lang het archief ingedoken om van alles te ontdekken over mijn voormoeders. Dat heeft ertoe geleid dat ik een eerbetoon aan hen wilde brengen.’
‘Onze cultuur is sterk verweven met de slavernij, Afrikaanse praktijken en het christendom’
David Paulus benadrukt dat Paga Tera ook verwijst naar rituelen, soms eeuwenoud. ‘Mijn opa gooide altijd rum op de grond. Op een dag vroeg ik waarom hij dat toch deed. Het bleek dat het deel uitmaakte van het bedanken van zijn ouders voor alles. Ook zulke simpele rituelen vallen onder Paga Tera.’
Gemengd publiek
Op de dag zelf komen er veel mensen op de show af. Sommige bezoekers dragen traditionele Caribische kleding. Er zijn enkele dames aanwezig die heel hoog geëindigd zijn bij missverkiezingen of zelfs gewonnen hebben. Hun kleding en uiterlijk, compleet met tiara, laten duidelijk zien dat dit zonder te overdrijven beautyqueens zijn. Veel mensen hebben echt hun best gedaan om goed verzorgd voor de dag te komen. Een enkeling zou niet misstaan op een catwalk, uiteenlopend van een chique zwart jurkje, traditioneel gewaad tot een zeer kleurrijke outfit met oorbellen waar Barbiehoofdjes aan hangen. Maar vrijwel niemand heeft voor dit evenement ‘even iets uit de kast gerukt’. Dat geeft de sfeer een glamourtintje. Het bewijst dat je niet per definitie in een deftige zaal hoeft te zijn, vol met mensen die gekleed zijn in peperdure merken. De sfeer is opgewekt.
De ruimte is gevuld met muziek uit de jaren 80 van Michael Jackson, Lionel Richie en We Are Family van Sister Sledge. Ineens verandert het. Er klinkt een totaal ander genre muziek. Caribische klanken, bijbehorende muziekinstrumenten en gezang. Je voelt het gewoon. De show gaat beginnen.
Anders dan anders
Alles aan Paga tera is anders dan bij de klassieke modeshows. Niet alleen het type muziek, maar álles. Om te beginnen hoef je geen anorexia te hebben om in een show van David Paulus mee te mogen lopen. De mannelijke modellen zijn over het algemeen vrij slank, maar de dames zijn af en toe wat voller én wat ouder. De gelegenheidsmodellen hebben duidelijk goed geoefend, want er is niet één model dat aarzelt of valt. Allemaal kijken ze niet verdrietig, maar wel serieus. Dat past ook bij het thema. Het is meer dan aparte kleding. Het is een statement. Sommige modellen dragen een doorzichtig vierkant tasje met zich mee met daarin voorwerpen. Voor buitenstaanders gaat het te snel om te zien wat er precies in zit. Later legt iemand uit dat de inhoud vaak met religie te maken heeft.
‘Dat klopt’, zegt David Paulus. ‘Deze attributen horen bij een altaar. In sommige andere tasjes zaten voorwerpen die je op Curaçao veel aantreft, zoals glacial. Dat is een soort mondwater met menthol dat we gebruiken als we verkouden zijn.’
Een model draagt een doorzichtig vierkant tasje. Beeld: Paco Nunez
Een van de dingen die opvallen, is dat er meer aandacht dan anders is voor hoofddeksels, zowel voor heren als dames. Grote strooien hoeden, maar ook hoofddoeken bij de dames die vaak op aparte wijze om het hoofd zijn geknoopt. ‘Dit zijn lensu. Ik heb verschillende modellen gebruikt, zoals Lensu di Papilon, Punti Skarloo en Tres Punta.’
Kleurrijk
De kleding uit deze collectie is vaak kleurrijk en bevat regelmatig kant, denim en talloze versierselen. Een kleurrijke herenoutfit met twee grote ogen op het jasje, maar ook denim gecombineerd met wit of zwart met wit. Op een zwart kledingstuk staat met grote witte letters een tekst die verwijst naar het slavernijverleden. Het doet je weer beseffen dat dit niet zomaar een modeshow is. Het is, net wat David Paulus zelf zegt, ook een statement. Bij één ontwerp is het gewaad dat het model draagt omringd met kartonnen huisjes. Het is een gevaarte, maar een kunstwerk op zich. Deze collectie is niet ontworpen om mee naar de supermarkt te gaan. De items spreken wel tot de verbeelding. Een kleurrijk gewaad voor een man waarin allerlei repen stof verwerkt zijn, kan op veel aandacht rekenen, hoewel dat eigenlijk geldt voor de meeste dingen die voorbij komen. Niemand zit vooraan of achteraan. Iedereen zit op houten banken die aan de denkbeeldige catwalk grenzen. De modellen lopen vrij dicht langs de bezoekers, waardoor je alles heel goed kunt zien.
Emotioneel
Bijzonder. Dat woord valt vaak als er na afloop van de show aan bezoekers wordt gevraagd hoe ze Paga tera vonden. ‘Geweldig! Ik ben trots op hem’, zegt een mannelijke bezoeker, gekleed in een schitterend traditioneel zwart met goud gewaad. Hij heeft alle shows van David Paulus gezien.
De verscheidenheid in modellen wordt zeer op prijs gesteld. ‘Dat zou vaker zo moeten zijn’, vindt een bezoekster, die heel enthousiast is over alles wat ze gezien heeft.‘ De show en de ontwerpen stralen kracht en zelfvertrouwen uit’, luidt een andere reactie.
Toch is er een verschil in reacties tussen witte en Caribische mensen. ‘Ik vond het heel emotioneel,’ zegt een jonge vrouw met Caribische roots. Dit komt ook door de inhoud van de tasjes. Af en toe zitten daar voorwerpen in die sterk verweven zijn met de cultuur van Curaçao.
De vraag wat het mooiste item was dat ze voorbij hadden zien komen, kon niet iedereen beantwoorden. ‘Alles was mooi.’ Of indrukwekkend. Eén man weet het wel: ‘Een mannelijk model had netten om zich heen. Dat heeft met visserij te maken.’ Hoe dan ook, de reacties waren heel positief. Wat vooral op prijs werd gesteld, was dat het ánders dan anders was.
Onze site gebruikt cookies en vergelijkbare technologieën onder andere om u een optimale gebruikerservaring te bieden. Ook kunnen we hierdoor het gedrag van bezoekers vastleggen en analyseren en daardoor onze website verbeteren.
Deze website gebruikt cookies om uw gebruikservaring op deze website te verbeteren. Van deze cookies worden cookies aangemerkt als "Noodzakelijk" in uw browser bewaard, deze cookies zijn essentieel voor het functioneren van de website. Bijvoorbeeld het opslaan van uw keuze of u wel of geen cookies wilt hebben. Wij maken ook gebruik van cookies van derde partijen die ons helpen met het analyseren en begrijpen van de gebruik van deze website door u. Deze cookies worden alleen gebruikt als u daar toestemming toe geeft. U heeft ook de mogelijkheid om uzelf uit te sluiten voor deze cookies. Dit zal echter effect hebben op uw gebruikerservaring.
Noodzakelijke cookies zijn absoluut nodig voor het functioneren van de website. De cookies in deze categorie zorgen alleen voor de veiligheid en het functioneren van deze website . Deze cookies bewaren geen persoonlijke gegevens
Deze cookies zijn niet strict noodzakelijk, maar ze helpen de Kanttekening een beter beeld te krijgen van de gebruikers die langskomen en ons aan te passen aan de behoeftes van onze lezers. Hiervoor gebruiken wij tracking cookies. Bij het embedden van elementen vanuit andere websites zullen er door deze sites ook cookies worden gebruikt.