Palestina-activisten volgen de situatie in Gaza op de voet. Dit zorgt voor een kloof met mensen die dat niet doen, schrijft Ingelise de Jongste.
‘Dit is dag 428 van de genocide. Zien jullie niet wat wij zien?’ Dit staat op mijn protestbord. De dag telt per demonstratie door. Er is een diepe kloof tussen zij die weinig tot niets zien van Gaza en zij (wij) die álles zien.
Niets of weinig zien kán ook. Nederlandse media zijn spaarzaam in groot nieuws vanuit Gaza. De voorpagina’s domineert het zelden dus als je niet wilt of niet op zoek gaat, dan hoef je niet.
Wie wel zoekt, vindt bronnen elders. Internationale media als Al Jazeera, Democracy Now, blogs als Mondoweiss, sociale mediakanalen via Telegram, Whatsapp, Signal alsook Twitter, YouTube, Instagram of TikTok. Zij (wij) zien alles.
Stoffige voetjes
We zien ouders die met blote handen graven naar hun kinderen in het puin van de school waar ze schuilden. Stoffige voetjes uitstekend onder brokstukken. Aan stukken gereten kinderlijkjes. Tieners die hun vader horen gillen terwijl hij verbrandt in de vuurzee van een gebombardeerd tentenkamp. De hopeloze blik van artsen die al 14 maanden zonder anesthesie keizersneden uitvoeren en ledematen amputeren (‘highest number of child amputees in the world’). De schreeuw van een arts die onder het laken haar eigen moeder aantreft. Hulpverleners die niet meer kunnen en toch doorgaan. Mannen die elkaar troosten bij het gebroken lijfje van een kind, het zoveelste verlies. Een vader met een brood in een plas bloed gedood door een drone. Kinderen trillend in shock. Beelden die je brein weigert te interpreteren omdat de uiteengespatte bloedsinaasappel een overreden hoofd blijkt.
We lezen dat artsen en journalisten bewust getarget worden, daar soms zelfs per sms bericht over krijgen en we zien ze wegvallen uit onze timelines. Nour en Omar die hun leven in Gaza met de wereld delen blijken dood of gewond. Ze verliezen het kind dat je gister nog op een moedig-blije foto op het strand van Gaza zag. Mohammed is heartbroken omdat zijn kat Leo door shrapnel geraakt is. Artsen verdwijnen in gevangenissen om maanden later uitgemergeld en gemarteld weer op te duiken. Journalisten worden on camera vermoord met hun pers-vest aan. Hun collega’s, zoals Hind Khoudary en Anas Al-Sharif, doen live verslag. En nu heeft iedereen honger en een gofundme. We zien onze DM’s vollopen met wanhopige hulpvragen.
We zien ouders die met blote handen graven naar hun kinderen in het puin van de school waar ze schuilden
Ondertussen filmen Israëlische soldaten zelf ook. We zien hoe ze lachend poseren in lingerie van vermoorde vrouwen. Ze schieten trots een kind van zijn fiets, maken kinderspeelgoed met verbijsterende gretigheid stuk of vragen hun geliefde ten huwelijk met gestolen juwelen. We zien filmpjes van gewone Israeli’s die rouwende Palestijnen nadoen, verkleed en jammerend. Popsterren die populaire genocidale liedjes vertolken. Voetbalsupporters zingen dat er geen scholen meer zijn in Gaza omdat alle kinderen dood zijn. Soldaten plassen op een koran of blazen een heel dorp op. We zien kinderen op tanks gebonden als menselijk schild (every accusation is a confession) en blokkades van hulpgoederen bij de grens. Uithongering als instrument.
We zijn niet de enigen die alles zien. De speciaal rapporteur van de VN voor de bezette gebieden Francesca Albanese rapporteert onophoudelijk over de gruwelen in Gaza. Artsen die er werkten zoals Tanya Haj-Hassan vertellen over de vele kinderen die met kogels in het hoofd gericht zijn neergeschoten. We zien hoe zij zichtbaar aangedaan het gebrek aan actie van de wereld aanklagen bij deze ‘eerste ge-livestreamde genocide’. Ngo’s spreken zich uit net als het ICJ en ICC ook over de druk op de aanklager vanuit de VS. Dat zelfs hún pleidooien geen consequenties hebben en nauwelijks verslagen worden, dat decennia aan VN-resoluties door Israël straffeloos genegeerd kunnen worden, dat de VS standaard tegen staakt-het-vuren stemt en Nederland zich onthoudt, ook dat zien we en het vergroot die kloof nog verder.
Geen westerse journalisten
Het is daarbij niet alleen wat we wel/niet terugzien in onze media, we zien ook hoe nieuws gebracht wordt. Wie is geloofwaardig, wie niet. Berichten uit Gaza komen gehuld in voorzichtigheid. We zien kanttekeningen (‘zou’) bij Palestijnse bronnen die we net met gevaar voor eigen leven verslag zagen doen bij Al Jazeera. Want het zijn weliswaar journalisten maar geen westerse (die mogen van Israël Gaza niet in) en kennelijk is het dan niet onafhankelijk genoeg. Bij Israëlische (leger)woordvoerders ontbreekt diezelfde behoedzaamheid terwijl partijdigheid daar een gegeven is. Dat zien we ook.
Historica Assal Rad bestudeert koppen en fixt die. ‘The war in Gaza is making orphans’ wijzigt ze in ‘Israel is making orphans in Gaza’ en ‘Palestinians say: last bone surgeon in Gaza killed’ in ‘Israel kills last bone surgeon in Gaza’. Die koppen zien we hier ook. In ‘Doden bij bombardement ziekenhuis Gaza’ ontbreekt wíe de raket afschoot. Des te opvallender als je berichten over Gaza en Oekraïne naast elkaar legt en constateert dat Rusland vaak wel en Israël vaak niet expliciet als dader benoemd wordt. Dat is ook nog eens scheef.
Taal telt. We lezen ‘conflict’ of ‘oorlog tussen Israël en Hamas’, terwijl we zien hoe de gehele Palestijnse bevolking onder vuur ligt. Volgens internationaal onbetwiste cijfers van het ministerie van Volksgezondheid in Gaza zijn er nu 46.000 doden. Wie echter niet geclaimd wordt (omdat iedereen die dat kan doen dood is of onder puin ligt), telt niet mee. The Lancet berekende in de zomer al 186.000 doden. ‘Not a conflict, not a war’ roepen we bij demonstraties, ‘this is genocide’. De term ‘genocide’ las je echter het afgelopen jaar zelden. Het argument is dat genocide nog niet vaststaat, hoewel elke deskundige kan uitleggen dat een ICC-vonnis jaren duurt en actie nu geboden is. We zien hoe ophef over woorden groter is dan wat die woorden beschrijven.
We zien hoe kritiek op Israël vanuit demonstranten antisemitisch genoemd wordt en hoe de angst om daarvan beschuldigd te worden, leidt tot grote voorzichtigheid ook bij media en tot verdachtmaking en soms zelfs tot criminalisering van het protest van ons, de mensen die alles zien.
Onder ons zijn mensen die 200(!) geliefden verloren hebben of de mars alleen in tranen kunnen volbrengen
Media streven naar neutraliteit, maar dat werkt niet altijd. Zoals bisschop Tutu zei ‘als je neutraal bent in situaties van onrecht, kies je de kant van de onderdrukker’.
We lezen hoe mensenrechtenactivisten als Martin Luther King, Malcolm X, James Baldwin, Angela Davis, Mandela zich uitspraken voor Palestina, dat (inwoners van) landen met een geschiedenis als kolonisator lang loyaal aan de zijde van Israël blijven staan, terwijl landen die gekoloniseerd waren sympathiseren met Palestijnen. Het is niet toevallig dat juist Zuid-Afrika met een aanklacht naar het strafhof trok. Kolonialisme en apartheid.
Groot-Israël
We zien dat Netanyahu kaarten toont van Groot Israël en leden van zijn kabinet zeggen ‘trots te zijn op de Holocaust in Gaza’. We zien ook hoe de leider van de grootste partij in ons parlement diezelfde Netanyahu eeuwig steun toezegt ondanks een arrestatiebevel van het Internationaal Strafhof. Hoe hij zich non-stop en ondubbelzinnig negatief uitlaat over moslims en Nederlanders met een migratieachtergrond, over ‘woke links’ en demonstranten tegen genocide en hoe daar een handige overlap in zit.
Omdat we alles zien, demonstreren we al 14 maanden. Ook daar lees je zelden iets over. Dagelijks staan er activisten bij het centraal station, we lopen wekelijks een mars door de stad – en dat is alleen nog maar Amsterdam. Onder ons zijn mensen die 200(!) geliefden verloren hebben of de mars alleen in tranen kunnen volbrengen.
Zij die alles zien, zoeken elkaar op. ‘Sorry if I’m a little on edge I’ve just seen a dead child on my phone every day for the past year’ kun je niet delen met wie het niet ook ziet. We zijn verbonden in het zien.
Er is een diepe kloof tussen zij die weinig tot niets zien van Gaza en zij (wij) die álles zien.
Dit is een ingezonden opinie en geeft niet noodzakelijk het standpunt van de Kanttekening weer.