10.5 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 3

Artsen zweren eigenlijk nergens bij

0

Het is nu al tien jaar geleden. Een goede vriend stierf na een kort ziekbed. Hij was net veertig, in de bloei van zijn leven, geliefd door iedereen. Maar zo is het leven: er is een tijd van komen en een tijd van gaan. Wanneer je aan de beurt bent, is voor jou een raadsel.

Hij was dus geliefd. Heel erg geliefd. In zijn laatste dagen in het ziekenhuis werd hij overstelpt met bezoekers die hem wilden zien en afscheid kwamen nemen. Op zijn laatste dag ontving hij, in zijn rolstoel bij de liften in de hal, nog vele bezoekers.

Velen konden het niet geloven. Hoe kan een jong iemand zomaar binnenkort sterven? De medische stand was toch zo ontwikkeld? Iemand zei dat zijn vrouw in een ander ziekenhuis werkte, en dat dát ziekenhuis het allerbeste was – onze vriend zou hier verkeerd liggen. Mensen keken naar mij; u zult begrijpen dat ik me aangesproken voelde.

Ik pakte de telefoon en belde dat ziekenhuis. Ze verbonden me door met de dienstdoende arts. De vriendelijke arts-assistent hoorde het verhaal aan. Ze legde uit dat ook dat ziekenhuis niets meer kon betekenen. Ik bedankte en hing op.

‘Laten we het proberen en kijken hoe de werking bij u zal zijn’

Er kwamen ook mensen met alternatieve behandelingen: poedertjes, drankjes. Ik ben vergeten wat er allemaal binnenkwam. Ineens meldde zich een oude vriend, net aangekomen met het vliegtuig uit Turkije. Hij had een alternatief drankje meegenomen. Het zou een genezende werking hebben.

Alternatieve geneeswijzen zijn nog steeds populair. Ieder zweert bij zijn eigen thee, poeder, drankje of cuppinkje. Wij artsen zweren eigenlijk nergens bij. Nou ja, tegenwoordig misschien een beetje bij Ozempic, maar dat is een ander verhaal. In principe zeggen wij: ‘Laten we het proberen en kijken hoe de werking bij u zal zijn.’

Zolang het niet schadelijk is, horen alternatieven bij het leven. Alleen wanneer iemand in de klauwen van een alternatieveling dreigt te vallen, die veel te veel geld vraagt, waarschuw ik. Maar ik heb geen tijd om op straat op charlatanjacht te gaan.

Felle kritiek op islamitische landen om steun aan Trumps vredesplan voor Gaza

0

Het Amerikaanse vredesplan voor Gaza leidt tot felle reacties. Terwijl Israël het omarmt, spreken critici van verraad en uitsluiting. Acht islamitische landen steunen het plan, ondanks Palestijnse woede en bezorgdheid.

Het vredesplan voor Gaza dat de Amerikaanse president Donald Trump deze week in Washington presenteerde, zorgt voor grote verdeeldheid. Terwijl de Israëlische premier Benjamin Netanyahu het akkoord bejubelt, zijn veel Palestijnen en internationale waarnemers juist diep verontwaardigd. Opvallend genoeg schaarden acht Arabische en islamitische landen zich achter het plan, ondanks dat het volgens critici nauwelijks perspectief biedt op een levensvatbare Palestijnse staat.

Volgens David Hearst, oprichter en hoofdredacteur van Middle East Eye, komt hun steun neer op verraad. ‘Een verraad dat als genocide wordt uitgevoerd is in volle gang, en de Israëlische premier Benjamin Netanyahu heeft van Trump groen licht gekregen om ermee door te gaan.’

Qatar en Egypte zouden volgens Hearst zeer ontstemd zijn over de manier waarop hun rol is gemarginaliseerd. Qatar werd buitengesloten als bemiddelaar, terwijl Egypte ontevreden is dat de Palestijnse Autoriteit verder is afgezwakt en dat Israël permanent troepen mag houden bij Rafah en de grens met de Sinaï.

Toch prijken beide landen nog steeds met hun naam onder de gezamenlijke verklaring waarin het plan werd verwelkomd. Hearst noemt het vredesplan een bittere beloning voor twee jaar Palestijns lijden.

Een belangrijk kritiekpunt is dat Palestijnen zelf niet zijn geraadpleegd. ‘Geen van de acht leiders, premiers of ministers van Buitenlandse Zaken van Turkije, Qatar, Saoedi-Arabië, de Verenigde Arabische Emiraten, Jordanië, Egypte, Indonesië en Pakistan heeft de Palestijnen geconsulteerd voordat zij met dit plan instemden’, benadrukt Hearst.

Het akkoord legt volgens hem de sleutels volledig in handen van de Israëlische premier Benjamin Netanyahu. Israëlische troepen hoeven Gaza niet te verlaten, en de levering van hulpgoederen en wederopbouwmaterialen blijft afhankelijk van Israëlische toestemming. Maar Hearst hekelt vooral het gebrek aan een eigen visie van de Arabische staten: ‘Waar was het Arabische alternatief? Dat bestaat niet.’

Volgens Hearst is het gevolg van Trumps initiatief dat de Palestijnen geïsoleerd achterblijven. ‘Na twee jaar genocide hebben we nu een voorgestelde regeling die aanzienlijk slechter is dan de situatie die op 6 oktober 2023 bestond’, stelt hij.

Het plan, zegt hij, garandeert geen Palestijnse staat maar wel blijvende Israëlische controle. ‘De Arabische en islamitische leiders hebben gereageerd op de moed en standvastigheid die de Palestijnen in Gaza hebben getoond, met angst, lafheid en eigenbelang.’

Aan de Kanttekening vertelde diplomaat Benjamin Duerr dat je voor een duurzame vrede iedereen aan tafel moet zien te krijgen, naast een wenkend economisch perspectief. ‘Alleen zo kun je een regionale orde creëren met afspraken over vraagstukken als veiligheid, grenzen en economische samenwerking.’

Waarom generatie Z de straat op gaat

0

Wie regelmatig Rabat bezoekt zal gewend zijn geraakt aan het kluitje mensen dat op een steenworp afstand van het parlement demonstreert. Ze zijn er altijd, met spandoeken en luidsprekers. De groepen komen uit alle geledingen van de samenleving maar wat ze gemeen hebben is dat ze schreeuwen om verbetering van hun levensomstandigheden. Heel zelden hoort het parlement wat er wordt geschreeuwd.

Vaak zijn het studenten met een diploma op zak die demonstreren voor een baan bij de overheid. De private sector in Marokko is onderontwikkeld, een goede baan vind je alleen via connecties. Talenten vluchten naar het buitenland. Salarissen zijn zo laag dat een huishouden maar nauwelijks rondkomt, prijzen van voedsel en brandstof zijn enorm gestegen. Lekkernijen als vijgen en cactusvruchten zijn onbetaalbaar geworden voor de gewone man.

Het lukt de overheden ondanks de sterke economische groei niet om de hoge werkloosheidscijfers in te lopen. Ondertussen pleegt de overheid gigantische investeringen in infrastructuur en sport om het land klaar te krijgen voor het wereldkampioenschap voetbal, een operatie die heeft geleid tot de bouw van ten minste drie grote sportcomplexen in de hoofdstad Rabat alleen al, met als absolute hoogtepunt het Moulay Abdallah Stadion, een immens sportpaleis dat in een Europese stad niet zou misstaan.

Alles voor het plaatje, daar zijn Marokkanen, daar zijn wij, eerlijk is eerlijk, heel goed in. En juist dat klatergoud heeft kwaad bloed gezet bij de jonge bevolking (meer dan vijftig procent is jonger dan achttien jaar) die tot de conclusie is gekomen dat de belangen van de politieke elite allang niet meer gelijklopen met de belangen van het volk. Aan de kant van de politieke macht is sprake van onverschilligheid en hogra, vernedering, als het gaat om de belangen van de gewone man en vrouw.

Zeven zwangere vrouwen sterven in Agadir door complicaties bij keizersneden

En toen kwamen de verschrikkelijke gebeurtenissen in de ziekenhuizen naar buiten want in deze tijd wordt alles gefilmd. Zeven zwangere vrouwen sterven in Agadir door complicaties bij keizersneden. Hoe kon dit gebeuren? De incidenten werden breed gevoeld want elke familie heeft wel een horrorverhaal te vertellen.

Elke Marokkaan weet het: wie naar een staatsziekenhuis moet voor een behandeling loopt het risico daar het loodje te leggen. Elke Marokkaan weet het: het publieke onderwijs is ingehaald door privéonderwijs wat heel veel geld kost. Wie de toekomst van zijn kinderen wil veiligstellen moet diepe zakken hebben.

Deze klachten zijn er altijd geweest; de afgelopen jaren bogen kenners van economie, politiek en samenleving zich over de Marokkaanse malaise. Politieke en economische analisten leggen in de tientallen podcasts die op YouTube te bekijken zijn het falende overheidsbeleid op de snijtafel en laten er niets van heel.

Wat maakte deze demonstraties anders? Ten eerste is het zoeken naar een leider want een leider is er niet. Dit is de opstand van generatie Z, een generatie die het leiderschapsmodel naar de prullenbak heeft verwezen, zoals ook in andere landen is gebeurd. Geen sterke man, maar een flotilla. Geen woordvoerder, maar een stille mars. Het collectief als kracht.

Generatie Z bedient zich van sociale media, maar dat deed de generatie van de Arabische Lente ook, dus wat is er veranderd? Deze keer is sociale media een tool, geen spreekbuis. Er zijn de genoemde podcasts, maar ook liedjes, sketches en mini-documentaires die vanuit woonkamers in een handomdraai worden gemaakt. En A.I. helpt deze generatie om sfeerbeelden te maken die internationaal resoneren.

De jeugd is wijzer, realistischer en eerlijker dan de woordvoerders van de overheid

Praten kunnen Marokkanen wel. De jongeren, sommigen nog kind, leggen in heldere bewoordingen de vinger op de zere plek: hebben wij geen recht op goede scholen, hebben onze ouders geen recht op een ziekenhuis, hebben wij geen recht op perspectief? Hartverscheurend is het om te zien hoe jochies die bij mij in Tanger door de straten zwerven, lijmsnuivers, op deze volwassen toon hun grieven onder woorden brengen. De jeugd is wijzer, realistischer en eerlijker dan de woordvoerders van de overheid. En iedereen weet het.

In een podcast vergelijkt een Marokkaanse YouTuber Marokko met de mooiste kamer in het huis, hier worden alleen gasten ontvangen en is alles prachtig, glanzend en gastvrij. Maar de bewoners van het huis zullen nooit in de gastenkamer gaan zitten. Die slapen in de keuken. Op een matrasje. Of op straat.

Generatie Z is in de gastenkamer gaan zitten en niet van plan om er weg te gaan. Het is hun gastenkamer. Het is hun Marokko.

Progressieve partijen scoren goed op democratie, rechtse partijen onvoldoende

0

Het tijdschrift Vrij Nederland onderzocht hoe partijen scoren op democratische principes. Progressieve partijen doen het goed, rechtse partijen scoren onvoldoende.

De democratie staat wereldwijd onder druk. Ook in Nederland is dat het geval, waar de PVV in de opiniepeilingen nog steeds de grootste partij is, de VVD meestemt met een motie om antifa te typeren als terroristische organisatie en BBB de Raad van State wil ‘depolitiseren’ door zijn leden voortaan te laten benoemen door de Tweede Kamer.

Vrij Nederland heeft nu een overzicht gemaakt van anti-democratische tendensen in het Nederlandse politieke landschap. Het progressieve tijdschrift baseerde zich op de verkiezingsprogramma’s van verschillende politieke partijen.

Daarbij keek Vrij Nederland naar twee zaken. Ten eerste werd de houding van de partijen ten opzichte van democratische instituties onderzocht. Denk bijvoorbeeld aan de rechterlijke macht, de journalistiek en het maatschappelijk middenveld. Ten tweede keek het maandblad naar hoe de partijen zich verhouden tegenover verschillende democratische rechten, zoals gelijke rechten voor etnische en seksuele minderheden.

Wat blijkt: extreemrechtse partijen zoals FvD, PVV, JA21, BBB, maar ook VVD en SGP, scoren een onvoldoende. Met deze partijen aan de macht wordt de democratie in Nederland ondermijnd.

Voor de versterking van democratische instituties en rechten moet de kiezer aan de progressieve kant van het politieke spectrum zijn, met de Partij voor de Dieren en D66 aan kop. Zij scoren het positiefst op deze principes. Daarna volgen Volt en GroenLinks-PvdA.

Daartussen bungelen partijen zoals het CDA, de SP, de ChristenUnie en NSC.

Toen VN het overzicht opstelde, was het verkiezingsprogramma van Denk nog niet bekend. Ook Bij1 ontbreekt in het overzicht.

Informele groep Kamerleden lobbyt voor Israël, toont nieuwe documentaire aan

0

Een nieuwe documentaire van The Rights Forum laat zien hoe de Israëllobby in Nederland opereert. De ruim 30 minuten durende film onthult een informeel netwerk van politici dat zich inzet voor een uitgesproken pro-Israëlische agenda.

In de documentaire onderzoek The Rights Forum de invloed van de Israëllobby in Nederland, met name de rol van de Israel Allies Foundation Europe, een netwerkorganisatie die politici uit verschillende landen en partijen verbindt rond een uitgesproken pro-Israël-agenda.

‘Het begon met een eenvoudig onderzoek’, vertelt Simcha de Vries, één van de makers van deze documentaire. Welke Nederlandse politici zijn aangesloten bij de Israel Allies Foundation (IAF) en wat doen ze precies? Voormalig SGP-leider Kees van der Staaij en voormalig ChristenUnie-Kamerlid Joël Voordewind hebben de Nederlandse tak van de lobbygroep opgezet in 2013. In de documentaire focust The Rights Forum zich op de Kamerleden van christelijke huize, maar ook politici van BBB (parlementariër Claudia van Zanten), PVV (de Roon) en JA21 (de senatoren Ruben Baumgarten en Annabel Nanninga) zijn bij de groep betrokken.

De Vries: ‘Samen vormen zij een informele vriendengroep in de Staten Generaal. Het is geen formele lobby, maar een informeel netwerk. Maar door te kijken welke politici naar evenementen van IAF zijn geweest kan je wel raden wie er bij horen. Zo is van Zanten van de BBB al 2 keer geweest.’

Hoe ziet dat pro-Israëlische netwerk er precies uit?

‘Inmiddels zijn er volgens het IAF zelf wereldwijd 62 van dit soort ‘caucuses’ (Engels voor politieke vergaderingen, red.) verbonden aan de koepelorganisatie. In de Verenigde Staten is Mike Pence, voormalig vicepresident, een van de oprichters van de Amerikaanse tak. Ook voormalig minister van Buitenlandse Zaken Mike Pompeo is erbij betrokken. In Europa coördineert Leo van Doesburg de activiteiten. Hij was hiervoor voorzitter van de European Christian Political Movement, een Europese politieke beweging waar onder andere de SGP en de ChristenUnie bij zijn aangesloten. Het hoofdkwartier van de ECPM, die sinds 2025 de ECPP heet, zat op hetzelfde postadres als de Europese afdeling van IAF. Inmiddels zitten er een paar straten tussen, maar beide organisaties zitten nog steeds vrij dicht op elkaar in Amersfoort. Ook ex-Europarlementariër Bas Belder (SGP) werkt nu voor deze pro-Israëlische lobbyorganisatie.’

Sharren Haskel in gesprek met Caspar Veldkamp. Beeld: Caspar Veldkamp, The Rights Forum

En hoe werken deze netwerken?

‘Ze organiseren bijeenkomsten, brengen Knessetleden naar Den Haag, en stemmen hun agenda’s af. Een van die Knessetleden was Sharren Haksel (tegenwoordig onderminister van Buitenlandse Zaken van Israël, red.), die ontvangen werd door parlementariërs van de kleine christelijke partijen, de rechtspopulistische partijen en de VVD. Het CDA liet deze ontmoeting aan zich voorbijgaan, de linkse partijen uiteraard ook.

‘Israëlische gasten worden tijdens hun bezoek aan Nederland vrijwel altijd geïnterviewd door Wierd Duk van De Telegraaf, ook een hartstochtelijke verdediger van de Israëlische regering.

‘Verder heeft de Israel Allies Foundation uiteraard een nauwe band met Christen voor Israël (CVI). Toen Haskel Nederland bezocht, zat ook hun huisjurist Andrew Tucker bij de gesprekken.’

Israëlische gasten worden tijdens hun bezoek aan Nederland vrijwel altijd geïnterviewd door Wierd Duk van De Telegraaf

De kleine christelijke partijen SGP en CU lijken hierin een sleutelrol te spelen. Hoe zie jij hun rol?

‘Ze zijn de lobby. Ze hoeven niet overtuigd te worden, ze trekken zelf aan de kar. Van der Staaij en Voordewind zijn altijd uitgesproken pro-Israël geweest en hebben voor hun lobbywerk ook prijzen gekregen in Israël.

‘Je ziet dat de SGP sinds de oprichting van de Israel Allies Foundation in 2013 veel actiever pro-Israël is geworden. Kees van der Staaij dient veel moties in over Israël, waarbij hij steun kreeg van andere rechtse partijen. CU en SGP waren ook fel tegen de genocidezaak tegen Israël bij het Internationaal Gerechtshof in Den Haag. Jack van der Tang, een evangelische voorganger in Den Haag, organiseerde met geestverwanten een internationale conferentie, genaamd The Trial. Op deze conferentie, waar ChristenUnie-Kamerlid Don Ceder een acte de présence gaf, zeiden sprekers dat het Internationaal Gerechtshof moest ‘instorten’ en de vijanden van Israël moesten worden uitgeroeid. Ceder zegt zelf deze denkwijze niet te delen, maar omringt zich wel consequent met dit soort figuren.’

IAF. Beeld: Screenshot X.

Hoe succesvol is de Israëllobby?

‘Hun grootste successen liggen in het bestrijden van pro-Palestijnse organisaties. Denk aan de motie om Samoudin op de terroristenlijst te zetten. Ook het criminaliseren van de BDS-beweging (Boycott, Divestment, Sanctions, red.) is een typisch voorbeeld.

‘Maar op dit moment maakt Israël het zichzelf moeilijk: de bombardementen op Gaza en de humanitaire crisis daar maken het lastiger om politieke steun te blijven mobiliseren. Je ziet dat de ChristenUnie inmiddels wel iets voorzichtiger is: ze steunen bijvoorbeeld de medische evacuatie van kinderen uit Gaza. Dat is een stap in een andere richting.’

De bombardementen op Gaza en de humanitaire crisis daar maken het lastiger om politieke steun te blijven mobiliseren

Zijn de PVV, JA21 en VVD niet logischer om te targeten, gezien hun zetelaantallen?

‘De lobby verbindt politici over de partijen heen. Je hoeft je niet aan te melden of lid te worden, het is een informele club. VVD-politicus Ruben Brekelmans was bijvoorbeeld aanwezig toen Sharren Haskel in de Kamer was, maar de VVD is verder niet betrokken bij de club.

‘Ook de PVV doet tegenwoordig mee. Voormalig PVV-Kamerlid Wim Kortenoeven klaagde ooit dat de PVV-fractie weliswaar een grote mond had, maar in de praktijk weinig voor Israël betekent. Dat is inmiddels veranderd. Raymond de Rhoon dient veel pro-Israëlische moties in, met succes.’

Wat wil je met je documentaire bereiken?

‘Dat er meer aandacht is vanuit de journalistiek voor de Israel Allies Foundation. Sinds de oprichting van de Europese tak, die dus in Nederland is gehuisvest, hebben ze dus Haskel naar de Kamer gehaald, maar ook was er een exclusief diner met een extremistische hoogleraar Mordechai Kedar en er is een Jeruzalemdag in Den Haag georganiseerd in het teken van een ondeelbaar Jeruzalem.

‘Er was veel aandacht voor de reis van Wilders naar Israel, maar dat Don Ceder inmiddels in zijn korte kamertijd drie keer naar bezet gebied is geweest en extreme figuren zoals kolonistenleider Israel Ganz heeft bezocht bleef tot nu toe onder de radar.’

Hoge Raad: beslissing over export F-35-onderdelen ligt bij minister

0

Het is aan de minister, en niet aan de rechter, om te beoordelen of de door- en uitvoer van F-35-onderdelen in strijd is met het oorlogsrecht. Een exportstop wordt dan ook niet afgedwongen door de Hoge Raad, zo maakte het orgaan vandaag bekend.

De Hoge Raad der Nederlanden oordeelde vandaag in de zaak die drie ngo’s hebben aangespannen tegen de staat. Pax Nederland, Oxfam Novib en Human Rights Forum eisen van de staat dat de uit- en doorvoer van F-35-onderdelen naar Israël wordt stopgezet.

In december 2023 oordeelde de rechtbank Den Haag dat de Nederlandse regering ‘de relevante belangen’ voldoende had afgewogen en dat het conflict in Gaza een complexe situatie is, waardoor het onduidelijk is of een exportstop gerechtvaardigd was. De ngo’s gingen in hoger beroep tegen deze uitspraak.

In februari 2024 oordeelde het hof in hun voordeel. Er zou wel sprake zijn van een ‘duidelijk risico’ dat de uitgevoerde F-35-onderdelen gebruikt werden bij serieuze schendingen van het internationaal humanitair recht. De staat zou onrechtmatig handelen door de uit- en doorvoer niet te verbieden. De uit- en doorvoer naar Israël werd toen stilgelegd, maar de staat bracht de zaak voor de Hoge Raad, het hoogste rechtsorgaan in Nederland.

Het hof is niet in de positie om dit besluit voor de minister te nemen

Dit orgaan oordeelt nu dat de klachten van de staat ‘deels gegrond’ zijn. Het hof is niet in de positie om dit besluit voor de minister te nemen; dit moet de minister zelf doen. Het hof had niet mogen oordelen over de manier waarop de minister de vergunning heeft herzien. Hier past de rechter terughoudendheid, aldus de Hoge Raad.

De minister is bovendien niet verplicht om de vergunning te herzien. Als hij dit wel doet, moet dat volgens bepaalde afspraken. Als hij daarbij vaststelt dat er een duidelijk risico bestaat dat de te exporteren goederen zullen worden gebruikt voor het plegen van ernstige schendingen van het internationaal humanitair recht, moet de uit- en doorvoer wel worden opgeschort.

Teleurstelling

De Hoge Raad geeft de minister nu alsnog de opdracht om binnen zes weken tot een weloverwogen herbeoordeling van de vergunning te komen. Tot die tijd blijft de export stop staan.

‘Het is wel teleurstellend. Je hoopt natuurlijk dat je gelijk krijgt’, reageert Thomas van Gool, Projectleider Israël-Palestina bij Pax. ‘Tegelijkertijd zit er ook wel iets positiefs in de uitspraak. De minister moet alsnog de vergunning herzien. Wat ons betreft kan dit maar tot een conclusie leiden, namelijk dat F-35-onderdelen niet vanuit Nederland geleverd mogen worden.’

Of de minister van Handel en Ontwikkelingssamenwerking er net zo overdenkt, zal moeten blijken. Inmiddels is de situatie veranderd, zo ook de minister. Het kabinet heeft de laatste paar maanden steeds meer stelling ingenomen tegen de genocide in Gaza en de rol van de Nederlandse overheid om hier iets aan te veranderen. ‘We zien allemaal wat er gebeurt. Wat mij betreft is er maar conclusie, en dat is dat de levering van F-35-onderdelen bijdraagt aan de schending van mensenrechten’, aldus Van Gool.

‘Aanstaande zondag is er weer een Rode Lijn-demonstratie. Dat gaat ook hier over’

De ngo’s zullen nu moeten wachten op het besluit van de minister, legt hij uit. Of ze nog druk zullen uitoefenen op dit besluit? ‘Nou ja, aanstaande zondag is er weer een Rode Lijn-demonstratie. Dat gaat ook hier over. We moeten met heel veel mensen van ons laten horen en we hopen dan ook op een grote opkomst in Amsterdam’, aldus Van Gool.

Achtergrond

Nederland is partner in het F-35-programma. Onderdelen van de F-35-vliegtuigen worden opgeslagen in een regionaal magazijn in Woensdrecht. Vanuit daar worden ze geëxporteerd naar de Verenigde Staten voor de productie van de gevechtsvliegtuigen. De Verenigde Staten exporteren ze vervolgens naar andere landen, waaronder Israël.

In 2016 is voor deze logistiek de algemene vergunning NL009 ingesteld. Dit stelde Nederland in staat om F-35-onderdelen te exporteren naar landen die deel uitmaken van het F-35-programma (inclusief Israël), zonder dat voor elk transport afzonderlijk een vergunning nodig was.

Naar aanleiding van het geweld in Gaza kwam er toenemende kritiek op wapenleveranties aan Israël vanwege mogelijke schendingen van het internationaal humanitair recht (oorlogsrecht). Dit was voor de drie ngo’s reden om de staat voor de rechter te dagen.

Koerden in Diyarbakir verlangen naar langdurige vrede

0

Pina Bontius verbleef in mei en juli in de overwegend Koerdische stad Diyarbakir, in het zuidoosten van Turkije, en peilde er de stemming. Daar zorgt Öcalans oproep tot ontwapening van de PKK voor hoop, maar ook voor twijfel.

Op 27 februari 2025, bijna een decennium na het einde van het laatste officiële vredesproces tussen de Turkse staat en Koerdische groepen, doet Abdullah Öcalan een uitspraak die zorgt voor een nieuwe wending en een golf van hoop in Diyarbakir. In een brief van anderhalve pagina roept Öcalan tijdens het Koerdisch Nieuwjaar, Newroz, op tot ontwapening van de PKK, de gewapende Koerdische arbeiderspartij, waarna de PKK twee maanden later inderdaad haar wapens neerlegt. Naar eigen zeggen heeft de groep ‘zijn historische missie vervuld’. Betekent demilitarisering een werkelijke ommezwaai in de Koerdische kwestie, waarbij Turkse en Koerdische partijen dichter bij elkaar komen, of is het eenvoudigweg een andere draai in een decennialange, omstreden geschiedenis?

In de overwegend Koerdische stad Diyarbakir, in het zuidoosten van Turkije, leeft hoop dat dit keer meer mogelijk is dan tijdens eerdere onderhandelingen tussen Koerdische en Turkse groepen. Toen in oktober 2024 Devlet Bahçeli, leider van de nationalistische politieke partij MHP, in het parlement pleitte voor een mogelijke vrijlating van Öcalan, leek de deur naar een onderhandelingsproces definitief opengezet. ‘Laat de leider van de PKK roepen dat het terrorisme over is’, opperde Bahçeli in het parlement. Voor de publieke oproep tot ontwapening had Öcalan brieven gestuurd naar talloze betrokkenen in Turkije en de Koerdische regio’s, waarna de verklaring uiteindelijk eind februari 2025 openbaar werd gemaakt.

Koerdische vrouwen zitten buiten bij een theehuis in Diyarbakir. Beeld: Pina Bontius

Een algemeen secretaris van de lokale gemeente benadrukt dat er een verzachting van de Turks-Koerdische relaties aan de gang is. ‘De Turkse overheid heeft gezegd: ‘Kom, laten we praten en oplossen!’. Mijn verwachting is dat op korte termijn meer autonomie zal volgen; autonomie in de vorm van vrijheid om cultuur met minder of zelfs zonder restricties uit te oefenen.’

Ook binnen de Koerdisch-gezinde Dem-partij klinkt optimisme. Omgeven door campagneaffiches in de groene en paarse kleuren van de partij, stelt Celal Alphan, vicepresident van de Diyarbakir-afvaardiging, dat nu de PKK de wapens heeft neergelegd de kans op een succesvolle uitkomst van de vredesonderhandelingen groter is. ‘Als Öcalan bevrijd wordt, zal het vertrouwen in het proces en in de politiek significant stijgen. Zijn gezag blijft groot. Voor ons zullen de woorden, daden en bevelen van Abdullah Öcalan altijd doorslaggevend zijn. Er is hoop dat we ditmaal niet alleen praten, maar echte stappen zetten.’

Beladen onderwerp

Ontwapening blijft een beladen onderwerp in de context van de PKK. Vahap Cosgun, een bekende hoogleraar aan de Dicle Universiteit in Diyarbakir, waarschuwt dat het ontbreken van wettelijke bescherming voor voormalige strijders een obstakel kan zijn voor een effectieve en duurzame oplossing tussen de PKK en de Turkse staat. ‘Het elimineren van wapens creëert ruimte voor dialoog, maar garanties voor Koerden zijn er nooit. Het vredesproces anno 2025 is onvergelijkbaar met eerdere vredesonderhandelingen, zoals bijvoorbeeld tussen 2013 en 2015. Ditmaal zijn er geen verzoeken van de Koerdische kant, we willen enkel vrede.’

Toch heerst er teleurstelling onder Koerden in de stad vanwege het ontbreken van werkelijke concessies door de Turkse staat in de afgelopen maanden. De kans bestaat dat de Koerden met lege handen achterblijven als de PKK zich zonder gestelde voorwaarden ontwapent.

Het vredesproces in 2025 wordt sterk beïnvloed door de nadruk van de Turkse staat op nationale veiligheid. Al meer dan twee decennia beschouwt het bestuur in Ankara de PKK als de grootste binnenlandse dreiging. Deze benadering leidde ertoe dat Koerdische culturele uitingen in het publieke domein verbonden worden met de PKK als ‘terroristische organisatie’. De algemeen secretaris van de lokale gemeente Diyarbakir benadrukt dat deze associatie diep ingrijpt in het vertrouwen van de bevolking in de Turkse nationale wet.

‘Werk dat niets met politiek te maken heeft, wordt onder de PKK  geschaard’

Ondanks de hoop na de oproep van Öcalan blijft de dagelijkse realiteit voor velen in Diyarbakir bedrukt. Uitingen van Koerdische taal en cultuur worden nauwlettend in de gaten gehouden door Turkse diensten. Omar Fidan, werkzaam bij de gemeente Kayapinar in Diyarbakir, legt uit hoe Koerdische expressie structureel in verband wordt gebracht met de PKK. ‘Het is ingrijpend dat we het Koerdisch niet vrijuit kunnen spreken. Culturele evenementen die met Koerdische taal of geschiedenis te maken hebben, worden gekort onder het mom van ‘bezuinigingen’. Zelfs werk dat niets met politiek te maken heeft, wordt onder de PKK en dus het ‘terroristen-narratief’ geschaard.’

De dynamiek illustreert een bekend patroon in de verhouding tussen Koerden en Turken, waarbij de Turkse staat weigert Koerden te erkennen en meer autonomie te geven, uit vrees voor ontwrichting en onsamenhangendheid in het land. Herhaaldelijk leidt de onenigheid hierover tot nieuw geweld en onaangekondigde repressie en beperkingen.

Schoolgebouw met vlinders

De Zarokistan Perperike-school, een lieflijk aandoend schoolgebouw met een door vlinders gedecoreerde ingang, tevens in de gemeente Kayapinar en omgeven door grijze hoogbouw, is een zeldzaam voorbeeld van culturele ruimte. Jonge kinderen krijgen er les in diverse dialecten Koerdisch, wat volgens docente Medya Yerlikoya ‘revolutionair’ is. Uitgebreid toont ze kleurrijke werkboeken in Kurmanci en Zazaki, de twee meest gesproken Koerdische dialecten in Diyarbakir.

De Koerdische taal blijft toenemend kwetsbaar. Uit onderzoek van het Kurdish Studies Center blijkt dat slechts 9 procent van de ouders thuis nog consequent Koerdisch met hun kinderen spreekt, terwijl slechts één op de vijf kinderen onder de elf de taal vloeiend spreekt.

Ondanks beperkingen op de Koerdische taal blijven lokale actoren in Diyarbakir veelvuldig actie ondernemen om de Koerdische identiteit in het dagelijks bestaan te verweven. In een map laat de secretaris van de lokale gemeente voorbeelden zien van beleidsrapporten waarin ze Koerdische woorden en namen heeft opgeschreven, in plaats van de Turkse taal te hanteren.

‘Voor ons doen de verschillen er niet toe’

Voor Koerden in Diyarbakir blijft de vraag leven of de ontwapening en nieuwe gesprekken leiden tot een werkelijk duurzame vrede of opnieuw stranden in politieke en economische kwelling. De herinnering aan de mislukking van het vredesproces in 2015 weegt zwaar, evenals de heftige destructie die in de nasleep ervan plaatsvond en nog altijd zichtbaar is in de oude stad van Diyarbakir.

Beeld: Pina Bontius

Naast pijnlijke herinneringen blijft scepsis aanwezig door gebeurtenissen als de arrestatie en vervanging van prominente politici met een Koerdische achtergrond, zoals Selahattin Demirtaş in 2015 en recenter Ekrem Imamoglu in maart dit jaar. De Turkse politieke ruimte is beperkt en Diyarbakir ademt in het najaar van 2025 zowel verwachting als voorzichtigheid, hoewel er zowel lokaal als institutioneel besef leeft dat er een kans ligt om wonden te helen.

Op de campus van de Dicle Universiteit zit een groepje bevriende studenten te kletsen, een deel van hen blijkt Koerdisch, de anderen Turks. ‘Het is goed dat er op politiek niveau weer gesproken wordt, maar voor ons doen de verschillen er niet toe. Onze vriendschap is wat altijd blijft tellen.’

Eén schip doorbrak Israëlische blokkade Gaza

0

Van de 44 schepen van de Gaza-vloot heeft eentje de Israëlische blokkade doorbroken. Israëlisch heeft met succes de vloot gestopt en honderden activisten gearresteerd, maar toch wist één boot door te varen richting Gaza, zo meldt de Arabische nieuwszender Al Jazeera.  

De vloot werd al geruime tijd van tevoren bestookt door drones, vermoedelijk van Israëlische makelij. Israël wilde de schepen allemaal tegenhouden.

‘Jullie zijn allemaal terroristen,’ riep de extremistische Israëlische minister Itamar Gvir hen toe, waarna hij doorging met zijn tirade: ‘Jullie steunen moordenaars, jullie steunen Gaza, dit is geen humanitaire hulp.’

Toch wist één boot, de Poolse Marinette met zes bemanningsleden, de blokkade te doorbreken en verder te varen richting Gaza. De Australische kapitein van het schip, die zich alleen identificeerde als Cameron, vertelt aan Al Jazeera dat hij ‘met enkele stevige Turken en een vrouw uit Oman’ doorvaart.

‘De wereld heeft gezien wat er gebeurt wanneer burgers een blokkade doorbreken en de Marinette vaart door’, citeerde het Franse persbureau AFP de woorden van de kapitein.

De Israëlische marine begon woensdag met het enteren van de boten van de Gaza-vloot. De organisatoren spreken van ‘illegale onderscheppingen en ontvoeringen.’ Ook enkele Nederlanders die meededen zijn opgepakt. Gisteren werd bekend dat demissionair premier Dick Schoof zijn landgenoten niet wil helpen.

Vrouwen kwamen ook in verzet tijdens de slavernij

0

Tijdens het symposium Vrouwelijk verzet in stilte en stem maandag ging het over de vaak vergeten rol van vrouwelijke tot slaaf gemaakten. Zij droegen op verschillende manieren bij aan verzet.

Het symposium in de Haagse Hogeschool werd georganiseerd door Our HERitage, dat via historische portretten de kracht en diversiteit van Caribische vrouwen naar voren wil brengen. En als er iets tijdens deze bijeenkomst boven water kwam, dan is het wel de kracht van vrouwen. Fausia S. Abdul, oprichter van Our HERitage, mocht het spits afbijten voor een zaal geïnteresseerden dames en enkele heren.

Fausia S. Abdul. Beeld: Anne Rose-Hermer

‘De drie gezichten van vrouwelijk verzet, toen en nu, zijn stil, cultureel en actief. De moed van mannen als Tula (een bekende verzetsstrijder uit Curaçao, red.) was groot, maar er waren ook ontelbare moedige vrouwen van wie de daden vaak niet in archieven te vinden zijn. Vrouwen zijn immers altijd bezig met verzet. Zwijgen in de archieven betekent niet dat er niets was. Het betekent vaak dat niemand luisterde.’

Stil verzet en cultureel verzet lijken op elkaar. Voorbeelden van stil verzet zijn het doorgeven van uit het thuisland afkomstige recepten van moeder op dochter, zodat ze niet verloren gaan. Met andere woorden: we zijn uit ons eigen land ontvoerd en werden tot slaaf gemaakt, maar we vergeten onze afkomst niet.

Een andere vorm van stil verzet was het zingen van slaapliedjes met daarin namen verwerkt uit het thuisland. Een bekend voorbeeld van het voortzetten van dergelijk verzet is Margarita Vueda Martis, afkomstig van Curaçao en geboren in 1900. Ze was een yaya. Oorspronkelijk waren yaya’s tot slaafgemaakten en inheemsen. Later waren het nazaten en vrije vrouwen. Een yaya was degene die kinderen van kolonisten opvoedde, inclusief borstvoeding en het doorgeven van culturele tradities. De yaya’s speelden een sleutelrol van de creolisering van Curaçao.

Cultureel verzet 

Cultuur is geen luxe, maar een levenslijn, een manier om te zeggen dat wij bestaan. Het uitvoeren van dansen uit het land van herkomst en het blijven zingen van de liedjes is een vorm van cultureel verzet. ‘Louisa Denswil (1897) was een Afro-inheemse vroedvrouw, opgegroeid op een plantage. Op papier was ze landarbeidster, maar in werkelijkheid zette ze kinderen op de wereld en leerde ze andere vrouwen hoe je kon helpen bij een bevalling. Later was ze de stuwende kracht achter het ontstaan van de opleiding voor vroedvrouwen in Suriname en zette ze zich in voor veilige bevallingen. Voor al haar inzet kreeg ze in 1970 een lintje van de toenmalige koningin Juliana.’

‘Op papier was ze landarbeidster, maar in werkelijkheid zette ze kinderen op de wereld’

Een andere vorm van verzet werd gepleegd door de eerste vrouw in de Cariben die erin slaagde om een echtscheiding aan te vragen. Destijds een enorme stap vooruit voor veel vrouwen.

Actief verzet was luid en gevaarlijk. Ook vrouwen stonden in de frontlinie. Wat stil verzet lijkt, spreekt misschien wel het hardste door generaties heen. Toch was actief verzet heel belangrijk. ‘Collectief het werk neerleggen op de plantages of het wegsmokkelen van kinderen was niet zonder gevaar. Nog steeds worden vrouwen en subgroepen over het hoofd gezien als het om verzet gaat. Diversiteit is en blijft belangrijk’, zegt Abdul.

Hoedenvlechtster

Volgens journaliste Janice Deul, die het symposium in goede banen leidde, zijn vrouwen sowieso dragers van cultuur.

Symposium in de Haagse Hogeschool. Beeld: Anne-Rose Hermer

Petronella Alexandrina Lard (1887), ook Mai Nia genoemd, was een dame die het verdient om even in het zonnetje gezet te worden. Haar beroep was hoedenvlechtster en ze woonde op Curaçao. Ze zong veel in de tambu-stijl. Tambu was ontstaan tijdens de slavernij. Deze muziek bulkt van de emotie, verborgen boodschappen en improvisatie. Je zou het een vorm van cultureel verzet kunnen noemen. Voor Mai Nia was tambu een middel om onrecht dat vrouwen werd aangedaan onder de aandacht te brengen. Haar kracht een doorzettingsvermogen om vrouwen een stem te geven mag niet vergeten worden. Ze komt onder andere dankzij Our HERitage opnieuw in de belangstelling.

Plakkaten uit de koloniale tijd

Hilde Neus is een ervaren onderzoeker, gespecialiseerd in Surinaamse en Caribische geschiedenis. Toen ze 16 jaar was werd ze smoorverliefd op een Surinaamse man. Sinds 1990 woont ze in Suriname, maar ze is regelmatig in Nederland. Neus wijst er op dat er in Suriname tijdens de koloniale tijd veel nieuwe wetgeving kwam, die bekend werd gemaakt via plakkaten. Uiteraard vormen die plakkaten een bron van informatie. Tegenwoordig zijn veel archieven gedigitaliseerd, maar in bijvoorbeeld 2010 kreeg Hilde Neus nog een beurs om iets te onderzoeken waarvoor ze in Nederland drie maanden archiefonderzoek moest doen. ‘Ik heb heel veel foto’s gemaakt en later alles uitgezocht. Nu alles gedigitaliseerd is gaat dat allemaal veel eenvoudiger.’

Ook Hilde Neus houdt zich bezig met de rol van vrouwen bij het verzet tegen de slavernij. ‘De stemmen van vrouwen werden niet gehoord. Aanvankelijk werden de stemmen van álle tot slaaf gemaakten genegeerd. Een enorme schat aan informatie wordt gevormd door de zogenoemde verhoren, verslagen van gesprekken naar aanleiding van problemen. Daaruit blijkt heel veel verzet. Er is niet alleen sprake van een slachtofferhouding, maar ook van eigenwaarde.’

Neus geeft een voorbeeld uit 1709, van een meisje van negen jaar. Ze had een witte vader en een zwarte moeder. In het gezin waar ze op de plantage woonde werd ze mishandeld en ze kwam in opstand tegen deze situatie. ‘Ik wil terug naar de stad of ik spring in de rivier’, liet dit moedige meisje weten. Het bleek dat haar vader was overleden, maar hij had opdracht gegeven om haar vrij te kopen. Nadat ze vrij was, kon ze van hem erven.

Iemand uit de zaal vertelt over een dodelijke vorm van verzet. Een vrouwelijke tot slaaf gemaakte had draadjes met arsenicum in kledingstukken van de plantagehouder en zijn gezinsleden verwerkt. Ze stierven allemaal. De vraagsteller wil graag weten of er een lijst bestaat van dergelijke situaties. En wie bepaalt er eigenlijk was verzet is? Het antwoord is simpel. Er is geen lijst met dergelijke vormen van verzet, wel zijn er formele aanklachten, bijvoorbeeld van moord.

Hilde Neus is als onderzoeker op veel uitingen van verzet gestuit, maar één zaak uit 1778 trof haar het meest. ‘70 voormalig tot slaaf gemaakte vrouwen dienden een gezamenlijke klacht in, omdat ze moesten betalen voor de stadswachten. In Suriname was het gebruikelijk dat je belasting moest betalen voor de burgerwachten. De vrijgemaakte vrouwen kwamen in verzet tegen het feit dat ze moesten betalen, vooral omdat er een regeling was die had bepaald dat bijvoorbeeld weduwen niet hoefden te betalen. Het ging om een principekwestie. Ik kan geen enkele andere zaak noemen waarbij zóveel vrouwen gezamenlijk in verzet kwamen.’

Het symposium op de Haagse Hogeschool. Beeld: Anne-Rose Hermer

De vogelgrens oversteken

Tijdens het symposium werden twee boeken besproken, samen met de auteurs. In De vogelgrens oversteken laat Bernice Vreedzaam zien dat het koloniale verleden van het nu 50 jaar onafhankelijke Suriname voortleeft over de landsgrenzen en generaties heen. Het boek past niet bij een specifiek label, want het bevat zowel proza als poëzie, waarbij de mystieke zangvogel Sankofa als gids optreedt en de lezer meeneemt op reis van Afrika naar Suriname. Centraal staat de geschiedenis van de Marrons (ontsnapte tot slaafgemaakten en hun nazaten, red.).

Het tweede boek is een kinderboek, geschreven door Mahesvari Autar. In het dagelijks leven is ze projectleider en cultuurmaker, maar ze schrijft ook. In haar boek, Radha’s eerste concert, wordt aandacht besteed aan de Hindostaanse cultuur. Onder andere via muziek. Haar hoofdpersoon Rhada bespeelt de bansuri, een Indiase fluit. Ze wil daar graag beroemd mee worden. Het boek verscheen vorig jaar, deels in het teken van 150 jaar Hindostaanse emigratie van Brits-India naar Suriname. Natuurlijk is dit een mooi verhaal voor kinderen, maar er zit nog meer achter. Er verschijnen ontzettend weinig kinderboeken rondom de Hindostaanse cultuur.

GenZ-protesten in Marokko: ‘Het wantrouwen is groot en het groeit’

0

De GenZ-protesten in Marokko houden aan. Jongeren willen sociale rechtvaardigheid en zijn klaar met het corrupte systeem. Inmiddels zijn er al twee doden gevallen. ‘Er moet geluisterd worden naar het volk.’

Marokko staat in het teken van de jongerenprotesten die deze week zijn losgebarsten. De directe aanleiding was het overlijden van acht vrouwen na mislukte keizersneden vorige week in Agadir.

Gisteren kregen de protesten een gewelddadig karakter, toen bewapende jongeren een politiebureau wilden bestormen. De politie schoot met scherp, met twee dodelijke slachtoffers tot gevolg.

De protesten laten Marokkaanse Nederlanders vanzelfsprekend niet ongemoeid. Op sociale media laten zij van zich horen.

Zo ook docent en schrijver Bilal Ben Abdelkarim. Op Facebook reageerde hij onder meer als volgt: ‘…de verantwoordelijkheid ligt altijd bij de machthebbers die hun machtspositie misbruiken, niet bij de mensen die lijden onder die macht. Escalatie is begonnen toen men niet als burger werd gezien maar als onderdaan die alle vernederingen geduldig moet ondergaan. De macht escaleert en dan roepen dat burgers rustig moeten blijven, dat kan enkel en alleen uit een brein komen dat het slaaf-zijn volledig geïnternaliseerd heeft.’

De Kanttekening praat met hem verder. ‘Eigenlijk is het opborrelende ongenoegen dat al jaren in Marokko speelt, dat nu naar buiten komt’, zegt hij. ‘Het gaat om de enorme werkloosheid onder jongeren, de miserabele toestand van het zorgsysteem en het onderwijs. Er worden miljoenen gespendeerd om de Afrika Cup te organiseren over twee maanden en over vijf jaar het WK. Dat zet gewoon veel kwaad bloed.’

Said Bouddouft, voormalig bestuurslid en voorzitter van Samenwerkingsverband Marokkaanse Nederlanders (SMN), spreekt van een ‘cynisch bestuur’ in Marokko dat de bevolking verwaarloost. ‘En dat nu ook geen protesten wil toelaten. Dan kies je eigenlijk voor confrontatie met de bevolking’, zegt hij. Bouddouft denkt dat de Marokkaanse overheid koste wat kost wil voorkomen dat de protesten uitgroeien tot een beweging zoals de Hirak in 2016.

‘Die protesten duurden toen heel lang. En op een gegeven moment moest de overheid ook toen ingrijpen. Dat is gebeurd. Nu dacht de overheid dat het vanzelf zou verdwijnen, maar dat is niet gebeurd.’

Publicist Ahlam Benali volgt de gebeurtenissen in Marokko op de voet. ‘Wat deze protesten uniek maakt, is het spontane karakter. Ze zijn ontstaan en worden verspreid via sociale media, maar zonder een duidelijke leider of georganiseerde structuur. De initiatiefnemers blijven onbekend. Het is nog steeds onduidelijk wie hierachter zit. GenZ eist verbetering van de zorg, de onderwijskwaliteit en de sociale voorzieningen’, aldus Benali.

Volgens haar is de ‘verwerping van alle corruptie’ de samenvattende leus én het grootste frustratiepunt onder de Marokkaanse jeugd die de straten blijft opgaan. ‘Dit terwijl de overheid er juist alles aan lijkt te willen doen om in een kwaad daglicht te komen. Uit de geschiedenis (Hirak-beweging, red.) blijkt bovendien dat de overheid in het verleden journalisten en demonstranten streng heeft aangepakt. Dit wordt bevestigd door de zaak van Nasser Zefzafi, die in 2016 soortgelijke eisen stelde en nu een gevangenisstraf van 20 jaar moet uitzitten. De demonstranten roepen de overheid op om het geweld tegen het volk onmiddellijk te staken en naar hun eisen te luisteren.’

De filosoof Khadija al Mourabit wijst ook op de controledrang van de Marokkaanse overheid op het heersende beeld over de protesten. ‘De staat probeert het narratief te controleren door de protesten af te schilderen als geïsoleerde incidenten of aangestookt door buitenlandse krachten. Dat doen ze altijd en tegelijkertijd beloven ze hervormingen om de woede te sussen, maar het wantrouwen van de bevolking is groot en groeit.’

Ook wijst Al Mourabit op het effect dat de protesten nu al op de overheid hebben. ‘De minister van Volksgezondheid is op het matje geroepen nadat die vrouwen overleden waren in dat ziekenhuis in Agadir. Hij is langs allerlei ziekenhuizen gegaan om te inspecteren en er is een debat in het parlement uitgezonden, zodat iedereen kan zien dat de regering heus wel werkt aan oplossingen. Dat is een strategie. Maar over het algemeen heerst bij de bevolking een enorm en terecht wantrouwen.’

Ben Abdelkarim is verbouwereerd over de reactie van de overheid. ‘Op de een of andere manier voelt de overheid zich toch zo geïntimideerd dat ze het protest zo snel mogelijk de kop wil indrukken. Maar ook hier geldt: hoe repressiever er gereageerd wordt, hoe meer er gedemonstreerd wordt. Hoe groter de onvrede. Ik bedoel: hebben ze niks geleerd van de Arabische Lente?’

Volgens hem ligt de oplossing bij de overheid, die deze omstandigheden voor het volk heeft gecreëerd. ‘Er moeten flinke hervormingen in de zorg en het onderwijs plaatsvinden, als zij hun bestaansrecht niet op het spel willen zetten en geloofwaardig willen blijven. Dan moet er geluisterd worden naar het volk. En daar kunnen ze maar beter vandaag mee beginnen’, vindt Abdelkarim.

Bouddouft denkt dat er ook ‘steun van buiten’ moet komen om de toestanden in Marokko te verbeteren. ‘De overheid moet echt anders gaan regeren, want het is eigenlijk een grote teleurstelling en desillusie voor het volk. De minister van Financiën is nu ook de voorzitter van de Marokkaanse voetbalbond. Hij heeft wel geld voor de bouw van stadions, maar niet voor onderwijs en gezondheidszorg. Dat kan toch niet?’

Ahlam Benali vertelt ook over de oproep van GenZ voor ingrijpen door de Marokkaanse koning. ‘Ze willen dat de koning de regering laat vallen en dat er nieuwe verkiezingen worden uitgeschreven. Alleen is dat nog steeds geen uitgemaakte zaak, want de grondwetswijziging van 2011 heeft de bevoegdheid van de koning om de regering eenzijdig te ontslaan beperkt. Het blijft een zorgwekkende situatie met veel spanning tussen de overheid en het volk.’

Inmiddels is bekend geworden dat GenZ212 ‘voorlopig’ alle demonstraties hebben gestaakt, vanwege de dodelijke slachtoffers bij het protest. Maar op veel plekken gaan de demonstraties nog door.