Het samenwerkingsverband van regionale moskeekoepels, de K7, heet voortaan K9. Afgelopen weekend is het uitgebreid met de noordelijke en zuidelijke tak van de Turkse moskeevereniging Milli Görüs (IGMG).
De grote uitdagingen waar de islamitische gemeenschap voor staat, de enorme druk vanuit de politiek en de voortdurende verdachtmakingen in de media, nopen tot meer betrokkenheid op elkaar, schrijft de K9 in een persbericht. De koepelorganisatie heeft een tienpuntenplan, waar ook discriminatiebestrijding en een vrij Palestina onder vallen. Deze punten, die het opstelde na de verkiezingen van november 2023, moeten zorgen voor herstel van het beschadigde vertrouwen tussen moslims en de overheid, aldus de organisatie.
Politicoloog en islamonderzoeker Roemer van Oordt merkte onlangs al op dat de koepelorganisatie zich steeds meer politiek en maatschappelijk gaat profileren. ‘De koepel is vooral de stem van een nieuwe generatie, die hier is geboren en getogen en zijn plek opeist in de Nederlandse maatschappij’, zei hij in een interview met de Kanttekening.
De autoriteiten in Istanbul hebben vandaag alle demonstraties voor vrouwenrechten verboden en beperkingen opgelegd voor het openbaar vervoer rondom het Taksim-plein, meldt de Turkse nieuwssite Bianet.
De Internationale Dag voor de Uitbanning van Geweld tegen Vrouwen wordt jaarlijks gehouden op 25 november. Turkse vrouwengroepen laten op deze dag traditioneel van zich horen in de straten van Istanbul en andere grote steden. Maar onder het Erdogan-regime, met name sinds 2015 (het mislukken van het vredesproces met de Koerdische PKK) en 2016 (de mislukte couppoging), worden demonstraties in Istanbul verboden.
De districts-gouverneur, benoemd door de president, stelt dat ‘terroristische organisaties’ de demonstraties kunnen kapen en incidenten kunnen veroorzaken met ‘provocaties’. Daarom zijn er nu in het toeristische hart van Istanbul overal politiebarrières opgeworpen. Mensen worden actief uit het centrum geweerd, onder meer door het openbaar vervoer stil te leggen.
Vanaf drie uur in de middag rijden er geen metro’s en trams meer in het district Beyoğlu. Wanneer het openbaar vervoer weer hervat wordt, is onbekend.
Femicide is een groot probleem in Turkije. Eerder dit jaar werden acht Turkse vrouwen op één dag vermoord door hun partner. Onlangs liet de Turks-Nederlandse burgemeester Huri Sahin in ons land weten dat ze zich actief inzet tegen vrouwenmoord. ‘Het kan overal gebeuren, in zowel goede als kwetsbare wijken’, zei ze.
In de serie Nieuwe Pioniers interviewt de Kanttekening migranten met een eigen onderneming. In deze nieuwe aflevering komt Ehsan Momenzadah (38) aan het woord. Hij is geboren in Afghanistan en heeft een kickboksschool. ‘Ik begon met een omzet van 150 euro per maand.’
Ehsan Momenzadah is eigenaar van de bedrijven KickSports, een kickboksschool, en Kick2Move, dat zich inzet om kwetsbare jongeren weer op de rails te zetten. Daarnaast is hij docent bij de opleiding tot leraar lichamelijke opvoeding (ALO) aan de Hanzehogeschool in Groningen.
Ehsan heeft letterlijk en figuurlijk een lange weg afgelegd om te komen waar hij nu is. Zijn verhaal leest als een road movie. Maar het is meer dan dat: het is een reis vol beproevingen en onzekerheden, maar met durf, doorzettingsvermogen en kracht.
Om de drive van Ehsan te snappen is het goed om zijn verhaal te kennen. Veel tijd voor zelfreflectie had hij vroeger niet. Tegenwoordig wel, vertelt hij: ‘Het leven wordt voorwaarts geleefd om achterwaarts te snappen.’
Vliegeraar
De kleine Ehsan Momenzadah heeft een fijne jeugd in Afghanistan. ‘Het land is machtig mooi en de luchten zijn blauwer dan blauw’, vertelt hij. Net als de hoofdpersoon in de roman De vliegeraar van Khaled Hosseini was Ehsan als kind veelvuldig op daken te vinden om te vliegeren. Zijn beide ouders werkten voor de overheid. ‘Afghanistan is altijd onrustig geweest, maar we hadden het oké.’
Dit alles veranderde toen de Taliban het land in 1996 binnenviel. De dag waarop de militanten in hun Range Rovers Kabul binnenrijden, kan Ehsan zich nog goed voor de geest halen. ‘De ramen geblindeerd, de gezichten bedekt en hun wapens vol in het zicht.’
Traditionele Afghaanse kleding droeg de familie Momenzadah over het algemeen niet. Ehsan ging gekleed in een T-shirt en een spijkerbroek. Uit angst voor de Taliban besluit hij op die bewuste dag naar huis te vluchten. ‘Een irrationele gedachte natuurlijk, waarom zouden zij een kind aanhouden? Ik voelde sterk de drang om mijzelf in veiligheid te brengen.’
Gezin in gevaar
Doordat de ouders van Ehsan als overheidsfunctionarissen werkten, is het gezin in gevaar. ‘Symbolisch hing de Taliban ambtenaren op, midden op rotondes. Daar gaven ze een boodschap mee af.’
De ouders van Ehsan besluiten met hun drie kinderen het land te verlaten. ‘Midden in de nacht zijn we vertrokken richting de grens met Pakistan.’ Het is het begin van wat uiteindelijk een jarenlange vlucht naar verschillende landen zal blijken met als eindstation Nederland.
Ehsan vertelt zijn verhaal in het Friese Oudehaske, een dorpje in de buurt van Heerenveen. Daar runt hij zijn kickboksschool en welzijnsorganisatie. Data en feiten van belangrijke gebeurtenissen staan in zijn geheugen gegrift. Namen van personen die hem in zijn leven geholpen hebben, heeft hij helder voor de geest en spreekt hij liefdevol en met ontzag uit.
‘We vertrokken in een busje, bestemming onbekend’
De vlucht van Ehsan en zijn familie gaat via smokkelaars en smokkelroutes, een wereld waar geld bepalend is. ‘We pakten niet ons paspoort en boekten geen ticket’, verklaart Ehsan. ‘Mijn ouders hadden een busje geregeld en we vertrokken gewoon. Bestemming onbekend.’
Uiteindelijk verblijft het gezin ruim twee jaar in Pakistan. ‘Ik dacht dat het iets tijdelijks was, als kind hoop je weer terug te kunnen.’ De situatie in Pakistan werd extremer en het werd steeds ingewikkelder om daar als vluchteling te leven.
Respect
‘Voor de duidelijkheid’, benadruk Ehsan, ‘ik heb begrip en respect voor alle landen waar ik gewoond heb. Ik ben alle volkeren dankbaar. We waren daar te gast en we hebben er kunnen leven, mensen wilden ons helpen. Wat gewoon niet meer ging, was de onzekerheid en onbetrouwbaarheid. Pakistani zijn lief, maar de politie is vrij corrupt.’
Het gezin vlucht naar Moskou. Wederom komen zij in het smokkelcircuit terecht. ‘We zaten in kleine bootjes, vrachtwagens en hadden soms busreizen van vijf dagen en nachten achter elkaar. Als we dan op een nieuwe locatie kwamen, gingen de lichten aan en bleken er nog twintig mensen in die ruimte te zitten, allemaal in dezelfde situatie.’
‘Je legt het lot van je kinderen in handen van onbetrouwbare smokkelaars’
Ehsan kan zich niet voorstellen hoe dit voor zijn ouders gevoeld moet hebben. ‘Je legt het lot van je kinderen in de handen van smokkelaars die je niet vertrouwt. Die angst en pijn, dat moet afschuwelijk voor ze geweest zijn.’
In totaal duurt de reis naar Moskou twee maanden. Daar komt het gezin met zijn vijven in een klein eenkamerappartement te wonen. ‘Overdag klapten we de slaapbank dicht en ’s nachts trokken we er een paar matrassen bij. Dat was ons leven.’
In Moskou merkt Ehsan voor het eerst in zijn leven dat mensen anders naar hem kijken. Hij voldoet niet aan de Russische norm van ‘blond haar, blauwe ogen’. Het leidt ertoe dat de familie Momenzadah op straat wordt lastiggevallen. Daarnaast moeten ze overal waar ze komen smeergeld betalen om vooruit te komen. Het gezin mag niet aan het werk, kan geen aanspraak maken op een uitkering en er zijn geen organisaties om hen te ondersteunen.
Bolani
Daarom moeten ze wederom verder reizen. ‘Weer hetzelfde liedje met smokkelaars’, verzucht Ehsan. Met de trein komen ze aan in Charkiv in Oekraïne. Om geld te verdienen besluit Ehsan eten te verkopen aan de Afghaanse handelaren op de markt in de stad. Samen met zijn moeder maakt hij traditionele Bolani, die Ehsan vervolgens aan de man brengt.
Het zijn de eerste stappen die Ehsan als ondernemer zet. Niet veel later staat hij voor de keuze om een eigen stand op de markt te hebben of bij een handelaar in dienst te komen. Hij kiest voor het eerste. Hij huurt een meter en verkoopt geleende spullen, de winst is voor hem.
‘Het voelde of moest ik rennen voor mijn leven’
De zaken gaan goed en Ehsan krijgt een eigen klantenbestand. Tot op een dag in Charkiv een ander type agenten patrouilleert. Ze zijn gecamoufleerd en dragen rode baretten. In een loods zetten ze Ehsan klem en bevelen hem om hun zijn geld te geven. ‘Ik was zó bang, dat ik besloot te rennen. Het voelde of rende ik voor mijn leven. Ik schoot een taxi in en zo ben ik naar huis gegaan.’
Als niet veel later zijn vader in Kiev wordt mishandeld besluit het gezin om ook Oekraïne te verlaten. ‘Van alle ellende die we kenden, was de mishandeling doorslaggevend. Wij moesten verder.’
Voor de laatste maal legt de familie contact met smokkelaars. ‘Smokkelaars zijn rotzakken die je kaal proberen te plukken. Op een gegeven moment moesten we in een bootje stappen en al onze spullen achterlaten. Het was midden in de nacht, we wisten niet hoever het bootje moest varen dus overhandigden wij hen alles.’ In dit bootje steken ze een rivier over die uiteindelijk vijftig meter breed blijkt te zijn.
Zevenaar
Ehsan komt uiteindelijk in 2002 met zijn ouders, broertje en zusje aan in Zevenaar. Het gezin is veilig, maar een periode van onzekerheid breekt aan. Zijn ouders krijgen een ’terugkeertraining’ aangeboden. Vijf jaar zit het gezin in verschillende azc’s.
Ehsan gaat op school naar de Internationale Schakelklas en daarna vanaf 2004 naar het Centraal Instituut Opleiding Sportleiders (CIOS). ‘In oktober van dat jaar zou ik achttien worden en dan zou mijn opleiding niet meer bekostigd worden. Dit voelde als mijn enige kans.’
Een kans die Ehsan met beide handen aangrijpt. Hij leert dat kleine gebaren van anderen een wereld van verschil kunnen maken. Of het nu gaat om docenten die verslagen beoordelen op inzet en niet op theoretische kwaliteit, of azc-bewoners die Ehsan voor zijn opleiding aan het CIOS hun computer en printer laten gebruiken.
Kickboksen
Op het CIOS komt Ehsan voor het eerst in aanraking met kickboksen. De vader van een van zijn vrienden had een sportschool en nodigde Ehsan uit om langs te komen. ‘Ik had blijkbaar zoveel woede en boosheid in mij, dat ik goed bleek te kunnen kickboksen.’
Binnen drie maanden heeft Ehsan zijn eerste wedstrijd, die hij wint. De acht wedstrijden daarna wint hij ook. ‘Daarmee kreeg ik een nieuwe identiteit’, vertelt Ehsan trots. ‘Ik was niet meer de buitenlander die de taal niet machtig was. Ik was nu de atleet. De sport gaf mij status. Van niemand werd ik iemand.’
‘De sport gaf mij een identiteit’
Vijf jaar lang kickbokst Momenzadah op het hoogste niveau in Nederland. Hij speelt nationale en internationale wedstrijden en verdient er geld mee. In 2012 studeert hij af aan de ALO. De Hanzehogeschool in Groningen biedt hem een baan aan voor tweeënhalve dag per week. ‘Ik ben nog altijd trots als ik mijn auto bij de school parkeer.’
Krantenwijk
Omdat de sport hem zo geholpen heeft, wil Ehsan daar iets mee. In 2016 start hij met KickSports. Voor tien euro per uur huurt hij een zaaltje. Hij heeft tien leden die allemaal 15 euro per maand betalen. Mensen in zijn omgeving vragen hem of hij dit er wel naast wil doen, hij is toch immers een goed betaalde docent?
‘Dan denk ik altijd terug aan mijn vader. In Arnhem had hij een krantenwijk, huis-aan-huis, en hij verdiende 150 tot 200 euro per maand. Waarom zou ik dit dan niet kunnen doen voor 150 euro? Ik heb doorgezet.’ Ehsan spreidt zijn armen in zijn met ramen omgeven kantoor. ‘Moet je kijken wat ik nu heb.’
Bij Kick2Move hoopt Ehsan jongeren met zijn verhaal te kunnen inspireren. Lang vond hij dat maar ingewikkeld, omdat hij graag beoordeeld wil worden op wie hij is en niet op zijn verleden. Het was een collega die Ehsan vertelde dat zijn verhaal ’te mooi’ was om verborgen te houden en hem overhaalde het wereldkundig te maken. Volgens Ehsan helpt dit soort verhalen om elkaar beter te leren begrijpen, zeker in een gepolariseerde wereld.
‘Ik ben gemaakt van pijn, verdriet en tegenslag’, besluit Ehsan. ‘Nu sta ik hier. Het verleden heeft mij gretig gemaakt. Het leven geeft mij een kans.’
‘Wij zijn allemaal Palestijnen’ is de naam van de solidariteitsactie die is opgezet tegen de zogenoemde ‘criminalisering van de Palestijnse beweging’ door politiek Den Haag. Meer dan tachtig organisaties hebben de verklaring ondertekend, waaronder vredesbeweging Pax en hulporganisatie Artsen voor Gaza.
De actie blijft niet beperkt tot een solidariteitsverklaring; er is ook een oproep om op zaterdag 30 november massaal de straat op te gaan om de ‘genocide in Gaza’ te stoppen.
‘Een gebied ter grootte van Rotterdam is in puin gelegd. Minstens 43.000 mensen zijn direct omgekomen door toedoen van het Israëlische leger. Het werkelijke dodental ligt vermoedelijk veel hoger. Wetenschappers schreven in juli in het gerenommeerde tijdschrift The Lancet al dat naar schatting minstens 186.000 mensen waarschijnlijk gedood zullen worden,’ stellen de actiegroepen.
De Nederlandse staat wordt door hen als ‘medeplichtig’ gezien, onder verwijzing naar oordelen van het Internationaal Gerechtshof (ICJ). Daarnaast heeft het Internationaal Strafhof (ICC) een arrestatiebevel uitgevaardigd tegen de Israëlische premier Benjamin Netanyahu en oud-defensieminister Yoav Gallant, die worden beschuldigd van oorlogsmisdaden.
De actiegroepen richten zich ook tegen politici die volgens hen haat zouden aanwakkeren tegen moslims. ‘Door minderheden tegen elkaar op te zetten, creëren zij een voedingsbodem voor racisme en antisemitisme’, aldus de actiegroepen.
In Tanger zette ik voor het eerst voet aan Marokkaanse wal. De veerboot had ons van Tarifa naar Tanger gebracht. In de Koran staan verzen over zeeën die van elkaar gescheiden zijn. Vanaf het dek van de boot zagen we dat er in de Straat van Gibraltar een grenslijn was tussen de Atlantische Oceaan en de Middellandse Zee. Aan de ene kant was het water donkergrijs en aan de andere kant meer blauw.
In het oude centrum van Tanger zat ons groepje nog in een winkel waar ze van alles verkochten dat met arganolie te maken had. Mijn vrouw en ik gingen op een terrasje in het smalle straatje zitten. Alle stoelen waren naar de straat gericht. We kregen Marokkaanse thee geserveerd. Uit de verte hoorden we stemmen die we niet konden plaatsen. De Marokkaanse mensen die ook op het terras zaten, stonden allemaal op. Ik dacht dat er een hoogwaardigheidsbekleder langskwam. Het was hier ook een soort autoritair regime. Misschien voelden mensen zich daarom verplicht om te gaan staan. Wij gingen ook staan.
De Marokkaanse mensen die ook op het terras zaten, stonden allemaal op
De stemmen kwamen dichterbij. Het klonk als zang of gebed. Het werd steeds drukker. We bleven staan. We zagen een menigte naderen. Boven hun hoofden droegen ze een overledene in een kist. Onze terrasgenoten waren dus uit respect voor de begrafenisstoet opgestaan.
De dagtrip naar Tanger smaakte naar meer. Daarna ben ik meerdere keren in Marokko geweest. In Marrakesh wilden we de Ben Joesoef Madrassa bezoeken. Vanwege renovatie was deze gesloten. Een paar jaar later was het weer open. Nu kon ik wel naar binnen. Je vergaapt je aan de fijne kunstzinnigheid van de Marokkaanse architectuur. Hier zijn gedurende eeuwen moslimgeleerden opgeleid. Het effect ervan zie je nog steeds terug in de huidige Marokkaanse samenleving. Deze is doordrenkt met een zachte soefi-cultuur.
Vanuit de huisartsenpost gingen we naar een oudere Hollandse vrouw in een portiekflat in Rotterdam-Zuid. Ze was niet zo ziek dat ze naar het ziekenhuis moest, maar ze had daar ook helemaal geen zin in. Ze was wel te oud om goed voor zichzelf te zorgen. Ik vroeg hoe ze het met het eten deed. Ze antwoordde: ‘Ik krijg elke dag warm eten van mijn Marokkaanse buurvrouw.’
De politie besteedt veel meer aandacht aan antisemitisme dan aan andere vormen van discriminatie, zoals die op basis van ras, religie of herkomst. Dit concludeerde Mounir Samuel na onderzoek voor zijn boek Nederland voor de Nederlanders.
Hoewel het aantal aangiftes en meldingen op basis van herkomst veel groter is dan dat op basis van antisemitisme, worden veel vaker zaken van antisemitisme doorgestuurd naar het Openbaar Ministerie (OM). Het OM vervolgt bovendien slechts een klein aantal van deze zaken, waardoor discriminatie op andere gronden dan antisemitisme relatief vaak onbestraft blijft.
De conclusies worden uitgebreid besproken in Samuels boek, dat op 10 december verschijnt. Samuel besloot de cijfers alvast te delen nadat Jair Schalkwijk van Controle Alt Delete zijn berekeningen had bevestigd. Vandaag verscheen hierover een uitgebreid artikel in Vrij Nederland. De Kanttekening sprak met beide onderzoekers over de opmerkelijke resultaten.
‘Het begon eigenlijk met een onderzoek naar de toename van discriminatie sinds 7 oktober vorig jaar’, zegt Samuel. ‘Ik verzamelde cijfers over aangiftes en meldingen en legde deze naast die van het OM. Toen viel me op hoe sterk deze verschillen. Ik was geschokt en vroeg Controle Alt Delete om de cijfers te controleren.’
De cijfers
In 2023 steeg het aantal meldingen en aangiftes van discriminatie met 33 procent, tot een totaal van 8.990. Bijna de helft daarvan betrof discriminatie op basis van herkomst. Hieronder vallen onder meer migratie-, vlucht- of adoptieverleden, etniciteit en huidskleur. Daarna volgden seksuele gerichtheid en antisemitisme als discriminatiegronden.
‘De politie vindt antisemitisme blijkbaar ernstiger dan andere vormen van discriminatie’
Toch was antisemitisme de voornaamste discriminatiegrond in zaken die door de politie aan het OM werden doorgestuurd. Van de 535 zaken die het OM bereikten, ging 33 procent (181 zaken) over antisemitisme, terwijl antisemitische incidenten minder dan tien procent van alle meldingen en aangiftes uitmaken.
Eenzelfde aantal zaken (181) behandelde discriminatie op basis van seksuele gerichtheid. Zaken over discriminatie vanwege herkomst, religie, handicap/chronische ziekte, leeftijd en geslacht/gender samen bedroegen 173 zaken, terwijl deze groepen samen goed waren voor 5.593 meldingen en aangiftes.
Voetbalstadions
Uit een presentatie van de politie blijkt dat antisemitisme vaak wordt geuit door hooligans, vertelt Schalkwijk, die de presentatie bijwoonde. In voetbalstadions wordt het woord ‘jood’ regelmatig gebruikt als scheldwoord. Dit gebeurde zelfs vaker dan antisemitisme door moslims, blijkt uit de cijfers.
‘Dat klopt’, zegt Samuel. ‘Het OM stelt dat deze gevallen makkelijker op te volgen zijn. Maar dat verandert niets aan het feit dat er onderscheid wordt gemaakt in de aanpak van discriminatie. In stadions worden ook vaak het n-woord en apengeluiden gebruikt, en er wordt gescheld met ‘homo’. De politie vindt antisemitisme blijkbaar ernstiger dan andere vormen van discriminatie.’
Schalkwijk voegt daaraan toe: ‘Het klopt dat het vaak hooligans betreft. Maar de vraag blijft waarom de politie zoveel alerter is op aangiftes van antisemitisme dan op andere gronden.’
Corresponderen met de politie
Beide onderzoekers hebben geprobeerd deze vraag te beantwoorden. Schalkwijk sprak uitgebreid met de politie, terwijl Samuel contact had met het OM. Opvallend genoeg ontkende niemand de conclusies.
‘Ik heb anderhalve maand met de politie gecorrespondeerd om te achterhalen wat hiervan de oorzaak kan zijn’, zegt Samuel. ‘Ik vroeg bijvoorbeeld of het komt doordat minder aangiftes worden gedaan door mensen die gediscrimineerd worden op basis van herkomst of ras, terwijl die groepen juist veel meldingen doen. De politie kon geen duidelijkheid geven over het aantal aangiftes en of dat een verklaring is.’
Samuel beschrijft zijn ervaring met het OM als dubbelzinnig. ‘Sommigen waren geschokt, terwijl anderen vooral defensief reageerden. Ze wezen naar de politie of de samenleving als schuldige. Sommige medewerkers leken meer verontwaardigd over mijn onderzoek dan over de inhoud van de cijfers.’
Moslimdiscriminatie wordt niet apart geregistreerd
Volgens Schalkwijk is er sprake van institutionele discriminatie. ‘Alleen al het feit dat antisemitisme een aparte categorie is, terwijl anti-moslimdiscriminatie wordt samengevoegd met religieuze discriminatie, is opvallend’, zegt hij. ‘Hier vragen we al jaren aandacht voor. Er zijn veel aanbevelingen geweest om moslimdiscriminatie apart te registreren, maar dat gebeurt nog steeds niet.’
Samuel vreest dat dit onder het huidige kabinet alleen maar erger wordt. ‘Antisemitisme is nu al veel makkelijker te vervolgen dan andere vormen van discriminatie. Afgelopen week nam de Tweede Kamer een lange lijst moties aan om de strafbaarstelling en strafmaat voor antisemitisme te vergroten. Het kabinet-Schoof moet nog een reeks maatregelen presenteren, maar de ongelijkheid in de aanpak van discriminatiezaken zal hierdoor waarschijnlijk toenemen.’
Hij voegt toe: ‘Voor mij is dit een duidelijke boodschap dat ik niet kan rekenen op bescherming. Als Egyptisch-Nederlandse trans-man van kleur met een visuele beperking voel ik me vogelvrij, omdat mijn identiteiten onvoldoende worden beschermd door de politie en het OM.’
Denise steekt nog elke dag een kaarsje aan voor haar vorig jaar overleden vader. Het huis in Amsterdam-Noord was officieel van haar vader, maar zij woonde er zelf al meer dan tien jaar. Strikt genomen had ze na zijn overlijden de woning moeten verlaten. Ze spande een rechtszaak aan, maar de woningcorporatie bleek coulant en liet haar in de woning blijven, zo meldt AT5.
‘Te snel. Je bent zo snel gegaan. Er was nog geen tijd om te praten’, luidt het begin van een gedicht dat aan de muur hangt in het huis van haar overleden vader. Denise kampt met psychische problemen en agorafobie, een angststoornis voor onbekende plekken.
Uit huis gezet worden zou haar medische toestand alleen maar verergeren, vertelde ze aan AT5 in een interview eerder deze week. Kort daarna besloot woningcorporatie De Alliantie alsnog flexibel te zijn. Ze gaven Denise de woning.
‘Toen mijn advocaat me het vertelde, barstte ik meteen in tranen uit’, reageert ze tegenover AT5. ‘Ik kan het nog steeds niet helemaal geloven. Ik vroeg me direct af of ik de woning niet alsnog kwijt zou kunnen raken, maar het staat zwart-op-wit.’
In Amsterdam blijven veel jongvolwassenen noodgedwongen bij hun ouders wonen. Door de woningnood en hoge huren is het voor hen vaak onmogelijk om een eigen plek te vinden. Wanneer hun ouders overlijden, raken zij soms dakloos of belanden ze tijdelijk op de bank bij vrienden of familie.
Volgens officiële cijfers van de gemeente Amsterdam zijn er in de hoofdstad naar schatting ruim 15.000 personen dakloos of dreigen dakloos te raken.
Uit gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) blijkt dat leerlingen met een migratieachtergrond – het steeds beter doen. Ze gaan steeds vaker naar de havo en het vwo, zo meldt het CBS in het rapport Integratie en Samenleven 2024.
Vorig jaar kreeg 49 procent van de zogenoemde ’tweede generatie’ leerlingen met een migratieachtergrond (waarbij beide ouders in het buitenland zijn geboren) een havo- of vwo-advies. Dat is ruim tien procent meer dan tien jaar geleden, aldus het CBS.
Maar niet alleen de in Nederland geboren kinderen van migranten doen het beter; ook leerlingen die zelf in het buitenland zijn geboren (migranten) krijgen steeds vaker een havo- of vwo-advies.
Nog steeds onder het gemiddelde
De percentages voor tweede generatie leerlingen met een migratieachtergrond blijven wel lager dan de gemiddelde cijfers voor alle leerlingen. In totaal krijgt 54 procent van de leerlingen een havo- of vwo-advies.
Sterkste stijging onder Marokkaanse Nederlanders; Caribische en Turkse Nederlanders scoren het laagst
Volgens het CBS is de sterkste stijging te zien bij de tweede generatie Marokkaanse Nederlanders. Zij hebben in tien jaar tijd hun collectieve cijfers weten op te krikken van 34 procent naar 50 procent havo/vwo. Tweede generatie Turkse en Caribische Nederlanders hebben ook een stijging gerealiseerd, respectievelijk van 36 procent en 43 procent. Deze groepen blijven echter achter met de laagste cijfers voor havo en vwo.
Beste scores voor Indonesiërs en migranten met een Europese herkomst
Tweede generatie Indonesische Nederlanders en migranten met een Europese herkomst scoren het hoogst. Respectievelijk 63 procent en 62 procent krijgt een havo/vwo-advies.
In het rapport Integratie en Samenleven 2024 wordt overigens niet alleen naar het opleidingsniveau gekeken, maar naar een breed scala van terreinen met betrekking tot de positie van Nederlanders met een buitenlandse herkomst. In algemene termen signaleert het CBS verschillen op diverse domeinen.
‘Zo wonen Nederlanders met een migratieachtergrond gemiddeld in kleinere woningen, verlaten ze vaker het onderwijs zonder startkwalificatie, hebben ze minder vaak werk, een lager inkomen en zijn ze vaker afhankelijk van een uitkering. Ook worden hun loopbanen op de arbeidsmarkt zwaarder getroffen door laagconjunctuur’, aldus het rapport. Toch vindt er een ‘inhaalslag’ plaats. ‘Binnen de Turkse, Marokkaanse, Surinaamse en Nederlands-Caribische herkomstgroepen verschilt de tweede generatie op het gebied van wonen, sociaaleconomische positie en onderwijs minder van het bevolkingsgemiddelde dan de eerste generatie migranten.’
Met andere woorden: de tweede generatie woont in grotere huizen, heeft vaker een koophuis, een hogere arbeidsparticipatie, een hoger inkomen en behaalt vaker een hbo- of wo-diploma. Dit niveau ligt echter nog niet op het landelijk gemiddelde.
Nederland telde op 1 januari 2024 17,9 miljoen inwoners, waarvan 2,9 miljoen in het buitenland zijn geboren, meldt het CBS. Van de in Nederland geboren inwoners hebben 2,1 miljoen ten minste één ouder die buiten Nederland is geboren (de tweede generatie). Gezamenlijk vormen deze groepen meer dan een kwart van de bevolking, waarvan twee derde een zogenoemde ‘buiten-Europese herkomst’ heeft. Nederlanders met Turkse, Marokkaanse, Surinaamse, Indonesische of Nederlands-Caribische herkomst vormen de grootste buiten-Europese herkomstgroepen.
Yarin Eski is universitair hoofddocent aan de Vrije Universiteit in Amsterdam en doet onderzoek naar onder meer georganiseerde criminaliteit, maritieme veiligheid en ruimtecriminaliteit. Hij heeft mede naar aanleiding van de ontwikkelingen in politiek Den Haag het boek Republiek der fascisten geschreven. De ondertitel is: Een kleine Nederlandse dystopie.
In dit korte verhaal kijkt de protagonist vanuit 2031 terug op onze huidige tijd. Hij schreeuwt als het ware om zijn landgenoten te waarschuwen, want in 2031 is het te laat. Het land is inmiddels overgenomen door fascisten en hij betreurt dat hij zijn mond niet eerder heeft opengetrokken.
Het boek is overweldigend en wellicht ‘on-Nederlands’ overdreven, maar gezien de huidige ontwikkelingen in Amsterdam en politiek Den Haag toch een belangrijke waarschuwing. Dit interview voor de Kanttekening is een openhartig gesprek tussen twee hoogopgeleide Nederlanders met een migratieachtergrond, die tegenwoordig in rechtse kringen als een ‘integratieprobleem’ worden aangewezen.
Hoe lang heb je nagedacht voordat je dit boek schreef? Gebeurde het in een opwelling, of ging er een langdurig proces aan vooraf?
‘Om eraan te beginnen? Daar heb ik niet echt lang over nagedacht. Het overviel me op een bepaalde manier, maar ik heb dit verhaal al een leven lang ‘gevoeld’.’
Wat bedoel je?
‘Onlangs is onze kleine jongen geboren. Het is het mooiste wat je kan overkomen. Tijdens m’n verlof zat ik heerlijk in de babybubbel, maar het is niet zo dat je niks meer van de buitenwereld meekrijgt. Sterker nog, vanaf begin oktober tot en met nu heb ik mezelf behoorlijk lopen opwinden. Met het racistische ‘kabinet’ – het stelletje clowns dat nu regeert is de classificatie kabinet niet waardig – de Gaza-genocide, Poetins dodelijke doorbeuken, klimaatverandering en de aanval op het hoger onderwijs en de wetenschap, kon ik moeilijk nog naïef en vrolijk in de babybubbel zitten. Het voelde op sommige momenten zelfs hypocriet.’
Yarin Eski
Nieuw leven was dus een katalysator?
‘Bij een van die slapeloze nachten, toen m’n zoontje eindelijk sliep en ik klaarwakker was, hoorde ik mezelf tegen hem fluisteren: ‘In wat voor wereld heb ik jou toch geboren laten worden?’ Niet alleen voel ik schaamte voor die wereld, maar ook dat ik er samen met m’n partner voor gekozen heb dit pareltje te verwelkomen. Dat motiveerde mij een brief aan hem te schrijven. Trek ik mijn mond open ter bescherming van de democratische rechtsstaat of zwijg ik? Kortom, ik schreef dit boek in een opwelling, maar er is een leven aan voorafgegaan. Misschien dat het daarom zich zo gemakkelijk liet opschrijven.’
Precies op tijd, lijkt het.
‘Echt bizar, want het verhaal dat verscheen op 1 november, wordt nu al ingehaald door de werkelijkheid. En ik had niet eens de bedoeling het boekje voorspellende waarde te geven. Maar ik schreef op dat Trump de verkiezingen zou winnen en dat de instrumentalisering van antisemitisme door de regering verkapt racisme is – en dat is ook uitgekomen.’
In het boek voert het fascistische regime van de toekomst een Wet op Nederlandse Cultuurveiligheid (NCV) in. Wat is dat?
‘De NCV is een voorbeeld van wat er gebeurt als de instrumentalisering van antisemitisme – en in bredere zin die van racisme en seksisme – wettelijk verankerd wordt. Ik beschrijf hoe men het doel heeft de Nederlandse weerbaarheid – whatever that may be – te versterken. En hoe men dat wil bereiken door de Nederlandse cultuur – again, whatever that may be – veilig te stellen tegen bedreigingen die men ervaart van binnenuit en buitenaf. Dus stel je voor, in 2031 zou je geen broodje döner meer kunnen eten, want dat wordt ervaren als een bedreiging van de ‘gezonde Hollandse pot’.’
‘Loyaliteit kan in enkele stappen omgezet worden in uitsluiting en racisme
Je schrijft ook over de rol van oud-defensieminister Hans Hillen (CDA) bij het stopzetten van een loyaliteitsprogramma voor het leger, genaamd de Oranje Baretten. Hoe kwam je daar op?
‘Voor de titel en omslag van het boek zocht ik iets wat vergelijkbaar kon zijn met een soort Nederlandse SS. Ik dacht aan iets van Oranje Baretten. Maar toen ik dat voor de zekerheid googelde, kwam ik erachter dat er daadwerkelijk een speciaal jongerenprogramma van de Koninklijke Landmacht heeft bestaan, voor tieners tussen elf en zestien jaar. Met diezelfde naam: Oranje Baretten. In 2011 was Hillen de minister die dit programma stopzette.’
Wat hield dat programma precies in?
‘Uit wat er nog online over terug te vinden was, begreep ik dat doel was om jongeren op kinderlijke wijze te enthousiasmeren voor het leger. Zo werd geadverteerd dat je ‘als Oranje Baret wordt ingezet tijdens belangrijke operaties. Elke operatie bevat een aantal spannende missies. Zo ga je als Oranje Baret bijvoorbeeld parachutespringen om een eiland, dat verwoest is door een orkaan, te bereiken.’ En: ‘In de verschillende missies werk je aan vrede en veiligheid voor lokale bevolking, en verdien je bovendien punten. Zit jij aan het einde bij de hoogste totaalscores, dan krijg je een spectaculaire beloning!’
Ik denk overigens dat met het Oranje Barettenprogramma zoals dat tot dertien jaar geleden bestond niet racistisch gemotiveerd was. Echter, het was en blijft natuurlijk erg bedenkelijk om op speelse wijze kinderen te werven voor defensie, omdat dit werk veelal juist niet leuk is, maar dodelijk. Dat was ook de kritiek waardoor het jongerenprogramma is opgeheven. Er werd zelfs gesproken over kindsoldaten.’
Kan je loyaliteit afdwingen?
‘Soms wel, soms niet. In het verhaal gaat het erom hoe loyaliteit kan bestaan – ook racistische loyaliteit – en hoe die loyaliteit in enkele stappen omgezet kan worden in actieve uitsluiting en racistisch geweld. Dat zie je terug in de Maccabi-fans die vernielingen aanbrachten en geweld gebruikten tegen mensen en in de jongeren die het hadden over ‘jodenjacht’ en daar ook op acteerden. Maar denk ook aan knokploegen zoals die georganiseerd werden tijdens de Duitse bezetting en aan de knokploegen die het Nederlandse verzet tegen de nazi’s vormden. Ze zijn allemaal gebaseerd op loyaliteit, bestaande uit veelal eerlijke, oprechte gevoelens, ook oprechte haat – hoe verschrikkelijk ook – die gecreëerd wordt door machthebbers en vervolgens uitgebuit.’
‘Ik haal Adolf Hitler aan, die zich impliciet afvroeg wie zich in de toekomst nog een vernietiging van het Joodse volk zou herinneren’
Wat is de rol van politieke elites?
‘Het zijn vrijwel altijd machthebbers aan wie we trouw zweren, die onze loyaliteit gebruiken om ons tegen elkaar uit te spelen. In Wilders’ reactie op de Amsterdamse geweldsincidenten zie ik een dergelijke mobilisering van racistische loyaliteit die leeft onder Nederlandse bevolking. Dat is gevaarlijk en destructief. Er moet per direct korte metten mee gemaakt worden. Voordat je het weet gaan er nog veel meer en veel vaker knokploegen de straat op, uit verzet waartegen weer andere knokploegen worden georganiseerd. Dan kun je vrij snel in een situatie belanden waarin, bijvoorbeeld, de Hutu’s en Tutsi’s zich ooit begaven. Dan hebben we in no time genocidaal geweld in Nederland. Dat is een oprechte zorg van me.’
De protagonist vertelt hoe het is om een wetenschapper van kleur te zijn. Is uitsluiting in hogere kringen hardnekkiger dan onderaan de ladder?
‘Hardnekkiger, dat weet ik niet. Het is volgens mij wel sluikser, verkapter en volgens mij daardoor ook giftiger. Ik vraag me wel af of dit ook bewust zo gedaan wordt. Ik zie nog maar weinig hoogleraren van kleur, zoals er ook nog steeds meer mannelijke hoogleraren zijn dan vrouwelijke. Het sluikse zit er bijvoorbeeld in, dat er voor bepaalde onderwerpen, zoals migratie, bijzonder hoogleraren zijn, veelal met een migratieachtergrond. ‘Gewone’ hoogleraren met een algemene leerstoel, die voor het leven benoemd zijn, zijn veelal nog wit en man. Maar uitsluiting komt op allerlei manieren voor: zowel bovenaan als onderaan de ladder.’
In je boek heb je aandacht voor Mikael, een Armeens-Amsterdamse puber die uiteindelijk is uitgezet. We zijn hem alweer vergeten. Hoe zit het met ons collectieve geheugen?
‘Pfoeh, ons collectieve geheugen? Dat is een grote vraag die ik juist klein heb geprobeerd te maken met het voorbeeld van Mikael Matosjan en zijn moeder. Zijn casus staat natuurlijk niet op zichzelf, maar laat vanuit een individueel geval zien waar het om gaat, namelijk hoe selectief ons collectief geheugen kan zijn. Ik haal in het boek Adolf Hitler aan, die vroeg wie zich nog de Armeense genocide herinnerde. Impliciet vroeg hij zich af wie zich in de toekomst een vernietiging van de Joodse bevolking zal herinneren.’
Waarom haal je dat voorbeeld aan?
‘Het is pervers dat radicaal-rechtse partijen tegenwoordig de Holocaust gebruiken om antisemitisme aan te pakken, terwijl ze tegelijk onder Nederlanders de islamofobie versterken. Tegelijkertijd wilden diezelfde radicaal-rechtse partijen, die eerst heel pretentieus de Armeense Genocide hebben erkend, een paar jaar later Mikael en zijn moeder naar Armenië uitzetten. Mijn duisterste vermoeden is dat als Wilders tot massageweld zal oproepen als hij de mogelijkheid ziet en dat hij dit zelfs wettelijk wil verankeren. Ik denk ook dat we later, voorbij 2031, nog gaan zullen terugkijken op wat er na de rellen in Amsterdam allemaal door hem verkondigd is in de Tweede Kamer. En ook door anderen, recht voor onze neus. Dan zullen we ons afvragen: ‘Waarom deden we toen niks? In vredesnaam, waarom niet?!’ NSC-staatssecretaris Nora Achahbar deed gelukkig wel iets. Het is tijd dat wij in Nederland zien hoe wij bespeeld worden – en dat over de rug van miljoenen Europese Joden die zijn omgekomen tijdens de Holocaust. En over de rug van meer dan een miljoen Armeniërs die zijn omgekomen aan het begin van de twintigste eeuw. En over de rug van de tienduizenden Palestijnen.’
In Republiek der fascisten is de genocide in Gaza inmiddels al acht jaar bezig.
‘Omdat er niet wordt ingegrepen door de internationale gemeenschap.’
‘Steeds meer Nederlanders zijn het racisme van het kabinet beu en beginnen ertegen op te staan’
Je spreekt in je boek over mentale uitputting, doordat we steeds al dat massale geweld in onze feeds binnenkrijgen. Ook dat speelt fascisme in de kaart, stel je. Zijn we als mensheid verdoemd?
‘Nog niet. Het verhaal gaat over een tijd waarin we het hebben opgegeven. Ook ik. Het is geschreven om de lezer nu wakker te schudden. Ik denk dat we hier in Nederland nu nog iets tegen kunnen doen.’
Zwijgen Nederlanders over fascisme omdat ze naïef zijn of omdat ze zelf fascistisch zijn? Of denken ze dat het zo’n vaart niet zal lopen?
‘Deze vraag is precies wat ik problematisch vind in ons landje: het over één kam scheren van een hele groep. Niet alle Nederlanders zwijgen. Ik ben daar al een voorbeeld van. Niet alle Nederlanders zijn naïef, niet alle Nederlanders denken hetzelfde. Niet alle Nederlanders doen hetzelfde.’
Waarom zijn er dan geen mensenmassa’s op straat om te demonstreren tegen het kabinet?
‘We horen politiek taalgebruik over hoe antisemitisme ‘in de genen’ zou zitten van Marokkanen, zoals minister Faber beweerde, en doen dat af als onzin. Of we zwijgen erover. En dat is gevaarlijk. Daar moeten we echt nooit van wegkijken, want zwijgen is toestemmen. Sterker nog, daar moeten we tegen in opstand komen. Juist nu.’
Hoe?
‘Mijn hoop is dat er een opstand komt, door burgerlijke én bestuurlijke ongehoorzaamheid. En ik denk, als ik heel eerlijk ben, dat we daar in de afgelopen weken de eerste hoopvolle sprankjes van hebben gezien. Met Jaïr Stranders in Buitenhof, met Nora Achahbar die uit het kabinet stapt, en nog veel meer Nederlanders, allemaal Nederlanders, die het racisme van het kabinet beu zijn en ertegen op beginnen de staan. Laat dat antifascisme maar vaart krijgen.’
Yarin Eski, Republiek der fascisten – een kleine Nederlandse dystopie, uitgever Olivia Media. Het boek is hier gratis te downloaden.
Moet ik meegaan in de exodus uit X? Deze vraag knaagt aan me sinds ik me realiseerde dat Elon Musk dit platform had gekocht simpelweg om Donald Trump aan de macht te helpen, met een politiek programma waarin overal de invloed van Musk te merken is.
Inmiddels is X een speeltje van de miljardair geworden. Het platform heeft zijn nut als instrument om de geesten te besmetten ruimschoots bewezen. Toen ik met collega’s in het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten discussieerde over wat ik moest doen, greep The Guardian plots het initiatief. Het liberale dagblad kondigde aan niet langer te zullen posten op haar officiële accounts op X.
‘De Amerikaanse presidentsverkiezingen hebben alleen maar onderstreept wat wij al langere tijd ervaren: dat X een giftig mediaplatform is en dat haar eigenaar, Elon Musk, in staat is gebleken zijn invloed te gebruiken om het politieke discours te beïnvloeden‘, schrijft de krant.
Het patroon bij Musk is duidelijk: nadat hij Trumps overwinning veilig had gesteld door alle digitale sluizen van nepaccounts open te zetten en de propaganda te laten stromen, is hij de verpersoonlijking van Goebbels in de wereld van vandaag. De droom van die laatste was om ‘de hele Duitse pers te veranderen in één enkele typemachine’. Musk, die de volledige controle over X behoudt en veel minder geletterd is dan zijn Duitse rolmodel, zal er zeker alles aan doen om een Orwelliaanse wereld te creëren.
Onlangs blokkeerde X op verzoek van de regering in Ankara de toegang tot accounts van enkele kritische Turkse journalisten
Het is duidelijk dat Musk opzettelijk versterkt wat Steve Bannon, een van de belangrijkste architecten van Trumps eerste overwinning in 2016, beschreef als strategie. ‘De echte oppositie zijn de media. En de manier om met hen om te gaan is om hun domein te overspoelen met stront’, zei Bannon ooit.
Jonathan Rauch, auteur van het uitstekende boek The Constitution of Knowledge: A Defense of Truth, verduidelijkt wat Bannon bedoelde: ‘Dit gaat niet over overtuiging: dit gaat over desoriëntatie… Zie Twitter als een mini-model van de burgeroorlogen en geloofsconflicten – vergelijkbaar met de verschrikkelijke Europese godsdienstoorlogen van de zestiende en zeventiende eeuw, dat de mensheid tot ongeveer 1700 in feite als haar standaard bestuurlijke systeem kende.”
En Jill Lepore schreef lang voor de Amerikaanse presidentsverkiezingen in de New Yorker: ‘X is de uitgestelde droom van de technocraten, een manier om de samenleving, de economie en de politiek naar hun hand te zetten. Extreem kapitalisme – muskisme – als het antwoord op existentieel risico. Met een beetje geluk wordt het een ramp.’
Er is zeker al een of andere beproeving gaande. Mijn alarmbellen gingen rinkelen toen Musk na de aankoop van X ervoor zorgde dat de gebruikers die je hebt geblokkeerd – bijvoorbeeld omdat het racisten, neonazi’s, vrouwenhaters of vijanden van de democratie zijn – toch weer jouw posts kunnen zien. Dat zette de deur open voor verdere online intimidatie.
Ook de samenwerking tussen X en autocratieën versnelt. Onlangs blokkeerde X op verzoek van de regering in Ankara de toegang tot accounts van enkele bekende, kritische Turkse journalisten. Gezien de conjunctuur kun je meer van dit soort acties verwachten.
Het Spaanse dagbladLa Vanguardia volgde enige tijd later het voorbeeld van The Guardian. En na de overwinning van de alt-right in de VS besloten enkele beroemde kritische stemmen, zoals Stephen King en Jamie Lee Curtis, eveneens te stoppen.
Ik heb onlangs mijn betaalde premium-abonnement bij X opgezegd
De vraag is dus hoe we dat gaan doen. Misschien is de beste optie om X helemaal te verlaten en, zoals ongeveer een miljoen gebruikers na de verkiezingen hebben gedaan, te verhuizen naar alternatieve platforms zoals Bluesky. Anderen pleiten ervoor om, naar de lijn van The Guardian, als gebruiker op X inactief te worden. Er zijn tot slot ook mensen die met het oude argument komen om te blijven en ‘van binnenuit’ te vechten. Hoe dan ook, enige vorm van actie lijkt onvermijdelijk, aangezien Musk X heeft getransformeerd tot een propagandamachine die de grens tussen feit en fictie verder zal vervagen, om zo de traditionele media uit te roeien.
Ik kom elke dag dichter bij een conclusie. Ik heb onlangs mijn betaalde premium-abonnement bij X opgezegd en ook gepost waarom ik dat deed. Ik heb ongeveer 126.000 volgers, van wie velen elke dag op mijn berichten reageren. Waar ik mij echter echt zorgen over maak, is het archief dat ik heb opgebouwd sinds ik veertien jaar geleden lid werd van dit platform. Om die twee redenen zal ik, terwijl ik geleidelijk naar Bluesky migreer, mijn account op X inactief laten voortbestaan. Misschien zal ik er alleen mijn artikelen aanprijzen, zoals deze column. Of links plaatsen naar content die kritisch is op Musk en zijn wegen.
Bannon heeft gelijk: nu we het donkere tijdperk ingaan, zal het belangrijkste slagveld op het medialandschap plaatsvinden. Nu de winter eraan komt, vraagt het lied van Pete Seeger er als het ware om gezongen te worden: Whose side are you on?
Onze site gebruikt cookies en vergelijkbare technologieën onder andere om u een optimale gebruikerservaring te bieden. Ook kunnen we hierdoor het gedrag van bezoekers vastleggen en analyseren en daardoor onze website verbeteren.
Deze website gebruikt cookies om uw gebruikservaring op deze website te verbeteren. Van deze cookies worden cookies aangemerkt als "Noodzakelijk" in uw browser bewaard, deze cookies zijn essentieel voor het functioneren van de website. Bijvoorbeeld het opslaan van uw keuze of u wel of geen cookies wilt hebben. Wij maken ook gebruik van cookies van derde partijen die ons helpen met het analyseren en begrijpen van de gebruik van deze website door u. Deze cookies worden alleen gebruikt als u daar toestemming toe geeft. U heeft ook de mogelijkheid om uzelf uit te sluiten voor deze cookies. Dit zal echter effect hebben op uw gebruikerservaring.
Noodzakelijke cookies zijn absoluut nodig voor het functioneren van de website. De cookies in deze categorie zorgen alleen voor de veiligheid en het functioneren van deze website . Deze cookies bewaren geen persoonlijke gegevens
Deze cookies zijn niet strict noodzakelijk, maar ze helpen de Kanttekening een beter beeld te krijgen van de gebruikers die langskomen en ons aan te passen aan de behoeftes van onze lezers. Hiervoor gebruiken wij tracking cookies. Bij het embedden van elementen vanuit andere websites zullen er door deze sites ook cookies worden gebruikt.