‘Luister naar de verhalen van bewoners van de Verzetsheldenbuurt in Nieuw West over verzet in heden en verleden’, luidt het kopje van de paneldiscussie waar ik gister op Bevrijdingsdag aan meedeed. Ik moet eerlijk toegeven dat een wirwar aan gevoelens door mijn hoofd sjeesden toen ik de uitnodiging ontving van Open Joodse Huizen/Huizen van Verzet.
Aan de ene kant voelde ik me vereerd om mee te doen aan een initiatief dat zich ten doel heeft gesteld om het verhaal van de Holocaust en van verzetsstrijders levend te houden, maar aan de andere kant voelde precies dat ook als inbreken in een geschiedenis die niet de mijne is. En enerzijds dacht ik genocides moet je altijd en overal herdenken, maar anderzijds dacht ik ook aan de genocidale oorlog in Gaza, die politici voor het gemak overslaan op de Nationale Dodenherdenking.
Ja, het gepolariseerde klimaat leidt ook bij mij tot spanning en achterdocht. Waarom word ik gevraagd? Moet ik de moslim uithangen die het officiële narratief van herdenking en bevrijding bestendigt, terwijl vanuit multiculturele hoek al jaren de roep klinkt om die de facto witte herdenking te verbreden? Is dit mijn moslimbijdrage aan verbinding en integratie, om voor de rest van het jaar vast te zitten in mijn eigen bubbel in Geuzenveld, in een stad die steeds meer segregeert en onbetaalbaarder wordt? Wat voor nut heeft herdenken eigenlijk, als mensen de huur niet meer kunnen betalen en op eigen benen kunnen staan?
Is dit mijn moslimbijdrage aan verbinding en integratie?
Nieuw-West is dan ook een vreemde eend in de bijt in de Amsterdamse of nationale herinneringscultuur. Dat weten de organisatoren van het Amsterdamse 4 en 5 Comité inmiddels zelf ook al en dat blijkt onder meer uit de uitnodiging: ‘Hoewel Nieuw-West net na de Tweede Wereldoorlog werd gebouwd, vormen de straten en bruggen een levendige herinnering aan de verzetshelden die ieder op hun eigen manier verzet hebben gepleegd tegen de bezetter. Met de Arondeusstraat en de Joop IJisbergstraat eert Nieuw-West de verzetshelden van weleer.’
De Tweede Wereldoorlog heeft zich dus grotendeels niet voltrokken in een stadsdeel dat nog niet bestond en waarvan de demografische samenstelling (lees: Turkse en Marokkaanse Amsterdammers) ook geen directe binding mee heeft. En toch moeten we ‘gezellig’ meedoen. Met deze gevoelens zat ik gisteren daar. Verras me maar, mede-Amsterdammers!
En dat gebeurde onmiddelijk. De plek ‘Broedplaats HW10’ – hoe kan het ook anders in een gegentrificeerd stadsdeel – bleek een deel van het oude (dependance) schoolgebouw Pro Rege te zijn. Daar had ik als leerling van het Hervormd Lyceum West (HLW) nog wiskunde en geschiedenis gehad. Mevrouw Mbarki, het Marokkaans-Nederlandse panellid, had er nog vroege herinneringen aan. Zij liep er stage voor de IPABO. En de 15-jarige Assila, het derde panellid, zit nu op ditzelfde lyceum. Ten slotte woont Tatjana Almuli, de moderator van de dag, zelf vijf jaar in Nieuw-West. Zo was de cirkel rond.
De vader van mevrouw Mbarki zat in het Franse vreemdelingenlegioen
In het gesprek kwam onder meer de Marokkaanse bijdrage aan de Tweede Wereldoorlog aan de orde. De vader van mevrouw Mbarki zat in het Franse vreemdelingenlegioen, zo vertelde ze, en had dus meegevochten tegen de nazi’s en een steentje bijgedragen aan de bevrijding van Europa. Assila vertelde over de onderdrukte positie van Afghaanse vrouwen en hun stille verzet tegen de Taliban.
En ik? De Turkse positie rond 4 en 5 mei lijkt mij complexer. Die kun je niet zomaar met een beroep op ‘inclusie’ erin fietsen. De historische positie van de Turken is veel beter te vergelijken met die van de Duitse dadergroep. De Turkse staat heeft tijdens de Eerste Wereldoorlog en in de jaren daarna genocides uitgevoerd. En dankzij Kemal Atatürk hebben we uiteindelijk gewonnen. Het verschil met de Duitsers is dat zij de oorlog uiteindelijk hebben verloren. ‘Wie herinnert zich vandaag de dag nog de uitroeiing van de Armeniërs?’, zou Adolf Hitler in 1939 hebben gezegd, vlak voordat de Duitse legers Polen binnenvielen. Turkije wil nog steeds niet aan deze genocide herinnerd worden. Geschiedenis wordt geschreven door de overwinnaars. We herdenken de Holocaust, maar wie zou zich vandaag de dag de uitroeiing van de Joden herinneren als nazi-Duitsland de oorlog had gewonnen?
Dat de meeluisterende Hollandse Nieuw-Westerlingen instemmend knikten, maakten mijn Bevrijdingsdag compleet.
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!