10.9 C
Amsterdam

Turkije eist uitlevering journalist Bülent Kenes, maar: ‘Zweden beschermt mij’

Tayfun Balcik
Tayfun Balcik
Journalist en historicus.

Lees meer

De Turkse president Erdogan vraagt Zweden hoogstpersoonlijk om de uitlevering van journalist Bülent Kenes, die Turkije ontvluchtte vlak na de coup van 2016. Turkije ziet Kenes als prominent lid van Gülenbeweging, die volgens Erdogan achter de coup zit. Maar Kenes ziet Zweden niet buigen voor deze ‘onredelijke eisen van een despoot’.

Erdogan roept NAVO-aspirant Zweden nogmaals op om alle ‘terroristen die misbruik maken van de Zweedse democratie’ uit te leveren aan Turkije. Daarmee bedoelt hij dissidente Koerden en mensen die geassocieerd worden met de Gülenbeweging. Slecht nieuws voor Bülent Kenes, oud-hoofdredacteur van de aan de Gülenbeweging gelieerde krant Zaman. Erdogan noemde expliciet zijn naam tijdens een persconferentie met de Zweedse premier Ulf Kristersson, die vorige week in Ankara was om de plooien glad te strijken.

Turkije wil dat de Zweden de uitlevering van ‘terroristen’ serieus zal nemen. Deze zomer waren daar al afspraken over gemaakt, maar volgens Turkije vat Zweden die te vrijblijvend op. Erdogan dreigt alsnog met een veto vanuit het parlement van Turkije, dat als NAVO-lid de Zweedse lidmaatschapsaanvraag nog moet goedkeuren. De Zweedse premier zei de eerdere afspraken volledig uit te voeren, maar ging niet in op het deportatieverzoek voor Kenes. Voor Kenes zijn de Zweedse rechtsstaat, Europese asielverdragen en het internationale humanitaire recht, waar Zweden zich altijd loyaal aan heeft verklaard, het enige houvast.

‘Afgezien van AKP-trollen op sociale media hebben niet veel mensen mij lastiggevallen’, vertelt Kenes als we hem vragen of hij nu extra wordt bedreigd. ‘Helaas zijn mijn familie en ik gewend geraakt aan dergelijke onaangename situaties. We zijn bekend met dergelijke aanvallen uit onze jaren in Turkije’, zegt hij met een glimlach via Zoom.

Kenes oogt koelbloedig. Hij zegt naar de persconferentie van Erdogan met een ‘pokerface’ te hebben gekeken, om zijn familie niet ongerust te maken. Intussen wordt de journalist in het geheim gevolgd door Turkse staatsmedia. Zo publiceerde de Erdoganistische krant Sabah in het geheim genomen foto’s van deze ‘terrorist’ en publiceerde aHaber TV een video van hem.

‘Het is duidelijk dat deze beelden en foto’s niet het solowerk zijn van journalisten als Abdurrahman Simsek (Sabah, red.), die in verband wordt gebracht met de Turkse inlichtingendienst’, zegt Kenes. ‘Ze werken waarschijnlijk met een groot team. Ze moeten zich bijvoorbeeld dagenlang voor de Lidl (een Duitse supermarktketen, red.) hebben verstopt om mij te filmen en foto’s van mij te maken. Ze hebben die beelden op twee verschillende data gemaakt. Dit is geen journalistiek werk. Het is een geval van ‘vluchtelingen bespioneren’, dat rechtstreeks verband houdt met de Turkse inlichtingendienst.’

U ziet er niet echt bang uit. Bent u echt niet bang dat Zweden u toch zal uitleveren?

‘Natuurlijk kan ik niet zeggen dat het me niet helemaal raakt. Natuurlijk heeft het effect. Ik zou zoiets niet willen meemaken, maar Zweden is een ontwikkelde rechtsstaat. Ik word beschermd door de Zweedse wet en de internationale verdragen waaraan Zweden gebonden is.

‘Natuurlijk maakt Zweden een buitengewone tijd door vanwege de Russische dreiging. De NAVO-lidmaatschapsaanvraag van Zweden is een grote en paradigmatische verandering, na tweehonderd jaar neutraliteit. Maar in Zweden staan de mensenrechten, de vrijheid van meningsuiting en de persvrijheid voorop. Deze zijn sinds 1776 grondwettelijk gewaarborgd. Met meer dan 250 jaar traditie en de waarden die Zweden tot Zweden maken, verwacht ik niet dat ze deze lange traditie opgeven en toegeven aan de onredelijke eisen van een despoot.’

Maar de situatie lijkt te zijn veranderd. Zweden kent sinds kort een rechtse regering, die ook luistert naar geluiden die vluchtelingen sowieso niet willen opvangen. De regering zou eieren voor haar geld kunnen kiezen en een paar Turkse dissidenten kunnen uitleveren om toch NAVO-lid te worden.

‘Natuurlijk: als je mij zes of zeven maanden geleden had gevraagd hoe ik mij voelde, zou ik u gezegd hebben dat ik mij geen enkele zorgen maakte. Vandaag baren de onderhandelingen over het NAVO-lidmaatschap en de verschuiving naar rechts in de binnenlandse politiek van Zweden mij wel zorgen. Maar een grote meerderheid vindt de mogelijke uitlevering van politieke vluchtelingen in onderhandelingen met Erdogan verraad aan alle waarden en tradities die Zweden tot Zweden maken. Sommigen zeggen zelfs dat de regeringscoalitie het niet zou overleven als de huidige regering geneigd zou zijn toe te geven aan de eisen van Erdogan om journalisten van de Turkse oppositie en andere figuren uit te leveren. Dit alles in aanmerking genomen, denk ik persoonlijk dat de kans op uitlevering nihil is.’

Wat is uw huidige juridische situatie in Zweden?

‘Bureaucratische zaken gaan in dit land meestal traag. Mijn verzoek om politiek asiel werd aanvaard op 31 mei 2018. In april 2021 heb ik een permanente verblijfsvergunning aangevraagd omdat ik aan de voorwaarden voldeed. Ik verwacht dat mijn permanente verblijfsvergunning de komende dagen aankomt. Zodra die aankomt, zal ik de procedures voor het staatsburgerschap starten.’

‘Ik ben pessimistisch over de mogelijkheid dat Turkije weer een democratie wordt’

Heeft u enige hoop voor de democratie in Turkije?

‘Er is een goede uitdrukking in het Turks: ‘Zolang het leven nog niet uit het lichaam is geweken, is er hoop.’ Maar eerlijk gezegd ben ik nogal pessimistisch over de mogelijkheid dat Turkije terugkeert naar een democratie. Erdogan is niet het enige probleem waarmee het land kampt. Het probleem is veel groter en heeft ook sociale dimensies. Als Turkije een democratische samenleving was, dan zouden bijvoorbeeld de corruptie, de manier waarop de Gezi-protesten (in 2013, red.) werden onderdrukt, de steun aan IS en aan Al Qaida gelieerde jihadistische terreurgroepen in met name Syrië, de misdaden tegen de menselijkheid binnen Turkije en de oorlogsmisdaden in aangrenzende gebieden die militair zijn aangevallen (Noordoost-Syrië, Noord-Irak en Nagorno-Karabach, red.) tot de val van de regering hebben geleid. Toch heeft het volk in Turkije Erdogan te beloond voor deze kolossale misdaden en hem aan de macht gelaten. Erdogan is betrokken bij zoveel nationale en internationale misdaden dat hij niet langer de luxe heeft om de macht uit handen te geven. Hij zal alles doen wat nodig is, legaal of illegaal, om de macht niet te verliezen.’

Het Westen weet dit ook allemaal, maar blijft toch samenwerken met Erdogans regime.

‘Het Westen voert een beleid van appeasement. Turkije’s geopolitieke grondwaarde is een geluk voor Erdogan. Het Westen is bang om Erdogan voor het hoofd te stoten, omdat hij dan Rusland meer zal bevoordelen. Maar dit werkt niet erg goed. Het regime van Erdogan is al dichter bij Rusland gekomen en speelt de rol van Poetins paard van Troje, waardoor het westerse bondgenootschap wordt verlamd. Het enige verschil tussen Poetin en Erdogan is dat de laatste militair gezien minder machtig is. Anders zou Erdogan een nog grotere bedreiging voor de wereldvrede en -stabiliteit kunnen vormen dan Poetin.’

Stel dat Erdogan volgend jaar de verkiezingen verliest van de seculieren. Dan is het voor Gülen-sympathisanten, die ook door de seculieren gehaat worden, nog steeds geen feest.

‘Ik heb nooit beweerd dat Turkije onmiddellijk na een gunstige verkiezingsuitslag zal overschakelen naar een democratie. Maar ik betwijfel of zelfs zo’n gunstige uitslag zal gebeuren. Minimumvoorwaarden voor democratische, pluralistische en eerlijke verkiezingen bestaan niet. Er is geen onafhankelijke rechterlijke macht, er zijn geen vrije media. Selahattin Demirtas (de voormalige leider van de pro-Koerdische partij HDP, red) en honderden andere Koerdische politici zitten nog steeds in de gevangenis. Vanuit regeringszijde worden telkens opnieuw onderzoeken gestart tegen Kemal Kilicdaroglu (de seculiere oppositieleider, red.).

‘Onder deze omstandigheden is het onmogelijk te zeggen dat een verkiezing democratisch zal zijn. Erdogan zal alles doen om de samenleving bang te maken en te polariseren. Daarbij hoort ook een escalatie van geweld en terreur, net als in 2015 (toen Turkije werd opgeschrikt door terroristische aanslagen, waardoor Erdogan de verkiezingen mede won, red.). Maar dit is niet onverwacht. De meerderheid van het volk wilde het zo. Ondanks al zijn corruptie en zijn misdaden heeft het volk Erdogan gekozen. Zij verkozen Erdogan boven democratie, recht, transparantie, vrijheid en rechtvaardigheid.’

Erdogan is ooit mede dankzij de steun van de Gülenbeweging groot geworden. Hoe kijkt u terug naar die periode?

‘Allereerst wil ik zeggen dat ik een onafhankelijke journalist ben die bij veel verschillende mediagroepen heeft gewerkt. Ik ben niet loyaal aan een groep, partij of leider. In dit verband kan ik niet namens een groep spreken, ik kan alleen spreken over de krant waarvan ik hoofdredacteur was.

‘Maar natuurlijk heb ik spijt. Het belangrijkste: het niet onderzoeken van het Vuurtoren-corruptieschandaal, een groot corruptieschandaal uit 2008 rond Erdogan en zijn familieleden. Door de aanklagers, rechters en politieagenten in dit onderzoek te zuiveren, leerde Erdogan de wet met voeten te treden wanneer grotere corruptieschandalen, zoals die van 2013 (dat draaide om tientallen AKP-kopstukken) aan het licht kwamen. Met de kennis van vandaag had ik veel meer moeite gedaan om de doofpot van het Vuurtoren-schandaal te voorkomen.

‘Anderzijds heb ik, zoals alle democraten in Turkije en in het Westen, in de eerste periode van Erdogans bewind de democratiserings- en hervormingsinspanningen van zijn regering gesteund, met het oog op het EU-lidmaatschap voor Turkije. Ik heb er geen spijt van dat ik de juiste stappen heb gesteund en tegelijkertijd kritische afstand heb bewaard en de verkeerde stappen heb bekritiseerd.

‘Ik voerde mijn kritiek op vanaf de verkiezingen in 2011, toen Erdogan terugkeerde naar zijn oude radicaal-islamistische agenda en zich stap voor stap verwijderde van democratie, recht, EU-doelstellingen en goede betrekkingen met de buurlanden. Ik werd regelmatig onderworpen aan digitale lynchpartijen, karaktermoord, bedreigingen en laster door de Erdogan-media en Erdogan-aanhangers op social media. Er werden tientallen onderzoeken en rechtszaken tegen mij aangespannen. Ik werd verschillende keren vastgehouden. Een keer ben ik gearresteerd en gevangengezet, maar werd ik na internationale druk vrijgelaten. Ik kreeg een uitreisverbod en mijn paspoort werd afgenomen. Toch heb ik nooit spijt gehad van mijn strijd tegen Erdogan, die zich steeds meer ontpopte tot een autoritaire leider. Vandaag de dag is hij een volwaardige despoot. Ik zal niet aarzelen hem te bekritiseren.’

‘Ik ben een journalist die zijn werk goed probeert te doen, Erdogan is een despoot’

U wordt, als iemand die in verband wordt gebracht met de Gülenbeweging, ook voor de coup van 15 juli 2016 verantwoordelijk gehouden. Wat is uw verweer daartegen?

‘Volgens het regime van Erdogan ben ik niet alleen een putschist, maar ook lid van een terroristische organisatie, heb ik geprobeerd het parlement te ontwrichten en de regering omver te werpen en ben ik een separatist. Nee, ik ben geen van deze dingen. Ik ben een journalist die zijn werk goed probeert te doen, Erdogan is een despoot.

‘Het Turkse leger heeft er een traditie van gemaakt om staatsgrepen te plegen. Sinds 1960 heeft het leger om de tien jaar een directe staatsgreep gepleegd of zich indirect met de politiek bemoeid. Turkse mensen weten wat een staatsgreep is. Wat op 15 juli 2016 gebeurde, lijkt in niets op de eerdere coups. Het was een false flag-operatie, in scène gezet en een gegarandeerde mislukking. Een symbolisch aantal soldaten met verschillende opvattingen werd in de val gelokt door de Turkse inlichtingendienst en hoge commandanten van het leger, in overeenstemming met de wensen van Erdogan.

‘2016 is te vergelijken met Hitlers Rijksdagbrand in 1933. Ik ben voor niemand een advocaat, maar na 15 juli werden bijna 180 van de 360 generaals in het leger ervan beschuldigd Gülenist te zijn en ontslagen. De meesten van hen werden gevangen gezet. Waarom zou een groep, die 180 generaals met dezelfde opvattingen in een leger heeft, proberen een staatsgreep te plegen?

‘De waarheid is dat de Gülenbeweging nooit zoveel macht heeft gehad in het leger. Dankzij deze complottheorie heeft het regime van Erdogan alle generaals en officieren kunnen zuiveren die geen voorstander waren van latere militaire interventies in Syrië, Libië en Irak. Ik geloof niet dat de meeste officieren en generaals die als Gülenisten worden bestempeld iets met Gülen te maken hebben. Sommigen kunnen natuurlijk sympathisanten van Gülen zijn, maar ik denk dat de meerderheid kemalisten, alevieten of van soortgelijke groeperingen zijn.’

Enkel Gülen-sympathisanten zijn sinds 2016 de gebeten hond. Hoe verklaart u dat?

‘Dit is een succes van de propaganda van Erdogans. Zijn regime geeft de Gülenbeweging de schuld van alle recente rampzalige gebeurtenissen, waarvan de daders al duidelijk zijn onthuld. In gevallen waarin dat onmogelijk is, bestempelt het regime de daders als crypto-Gülenisten, om de door hen gecreëerde perceptie in stand te houden. Zelfs de moorden op de schrijver Necip Hablemitoglu in 2002 en journalist Hrant Dink in 2007, waarvan bekend is dat de daders nationalisten waren, en het bloedbad op christelijke missionarissen in Malatya Zirve in 2007 werden aan Gülenisten toegeschreven.’

En toch heeft het Turkse volk daar oren naar…

‘Tja, wat kun je anders verwachten van een samenleving waar 95 procent van de media onder directe controle van Erdogan staat en de rest indirect, via druk en andere middelen? Na de inbeslagname van Zaman schreef ik, in een van mijn artikelen in een krant die ik samen met enkele collega’s uitgaf, dat de strijd voor democratie in Turkije was mislukt en dat ik door Erdogans regime zou worden verpletterd: ‘Als waarden als democratie, recht, vrijheid en rechtvaardigheid ondanks al je inspanningen en strijd niet tot je komen, ga dan naar ze toe. Ik volgde mijn eigen advies en daarom kwam ik naar Zweden.’

‘Mijn enige loyaliteit gaat uit naar de liberale democratische waarden, binnen het kader van de fundamentele mensenrechten en vrijheden, de universele mensenrechtenbeginselen en de rechtsstaat. Elke groep, partij, leider of formatie die in strijd handelt met deze waarden verdient mijn kritiek. Zoals het een goed journalist betaamt, heb ik altijd geprobeerd een kritische afstand tot zulk antidemocratische spelers te bewaren – en dat zal ik blijven doen.’

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -