In september resulteerde de berichtgeving van NRC en Nieuwsuur over de opmars van salafistisch islamitisch onderwijs in het gedwongen ontslag van imam Said Abarkan. Maar het rommelt al jarenlang binnen de Essalam-moskee in de Rotterdamse wijk Hillesluis. Een verslag van een strijd tussen bezoekers, bestuursleden, geldschieters en managers, waarbij men soms letterlijk rollebollend over straat ging en waarmee zelfs de politiek en de rechterlijke macht zich bemoeiden.
Op 17 december 2010 openden Burgemeester Aboutaleb en wethouder Karakus de nieuwe moskee, op de huidige locatie in Rotterdam Zuid. 23 jaar eerder richtten Marokkaans-Rotterdamse moslims de oorspronkelijke Essalam-moskee op.
De kleine moskee was een belangrijke schakel in de wijk waar allerlei onderwerpen besproken werden. Naast het gebed en geloofsonderwijs werden ook lezingen gehouden over de omgang met buren en andersgelovigen en over gematigdheid binnen het geloof.
In de loop der jaren werd het gebouw aan de Polderlaan, dat 450 gelovigen kon huisvesten, te klein voor de groeiende Marokkaanse moslimgemeenschap. Tijdens het vrijdaggebed en de Ramadan baden moslims noodgedwongen op straat. Daarom besloot het bestuur in mei 1998 om een grotere moskee te bouwen en wel op een steenworp afstand van de Kuip. Omdat het eenmaal een religieuze plicht is voor elke moslim, werd een beroep gedaan op de vrijgevigheid van de gemeenschap om geld te doneren.
Het inzamelen gebeurde door middel van tal van initiatieven. Elke dag liepen direct na het avondgebed meerdere mensen rond in de moskee om te collecteren. Spaarrekeningen werden leeggehaald, gouden armbanden en kettingen werden omgesmolten en al gauw had men een mooi bedrag bij elkaar gesprokkeld.
Het was echter lang niet genoeg en dat was het moment dat de Al Maktoum Foundation om de hoek kwam kijken. Deze stichting uit Dubai – genoemd naar de geestelijk leider ervan, de steenrijke sjeik Al Maktoum – ging acht miljoen euro bijdragen aan de bouwkosten. Het moskeebestuur stelde nadrukkelijk dat er geen inhoudelijke voorwaarden aan de financiering waren gesteld. Desondanks eiste de sjeik drie van de zes bestuurszetels op en plantte zijn vertegenwoordigers in het bestuur van de Rotterdamse moskee.
In oktober 2003 werd de eerste paal geslagen en kon worden begonnen met de bouw. Het Duitse aannemersbedrijf Karl König werd aangesteld om de bouw te realiseren en zou in 2005 klaar zijn. Maar op 17 maart 2008 staakte het aannemersbedrijf de werkzaamheden wegens achterstallige betalingen. Het bedrijf legde zelfs beslag op de moskee als onderpand voor de achterstallige betaling van 1 miljoen euro.
Omgekeerd eiste het moskeebestuur 1,9 miljoen euro terug van de Duitse aannemer omdat de moskee, waarvan de kosten aan het eind uiteindelijk ongeveer 7 miljoen euro bedroegen, niet binnen de afgesproken termijn was afgebouwd. In de loop der jaren keerden meerdere bedrijven de moskee de rug toe en kwam de bouw keer op keer maandenlang stil te liggen.
Wethouder Karakus baalde dat de stad opgezadeld zat met een halve moskee en dreigde met dwangsommen en het intrekken van de bouwvergunning. Mede door de bemoeienis en harde taal van de wethouder werd de bouw in januari 2010 hervat.
‘God laat zijn huis nooit vallen’
Protesten en klappen
De bouwproblemen zorgden ook binnen de moskeegemeenschap voor spanningen. In 2008 liepen de gemoederen hoog op toen de bezoekers hun onvrede over de gang van zaken duidelijk wilden maken. Ze waren boos omdat de oplevering zo lang op zich liet wachten en eisten openheid van zaken en het vertrek van het bestuur. De mensen wilden weten wat er gebeurd was met het geld dat zij hadden bijgedragen aan de bouw.
Een paar maanden later liep een betoging rond het vrijdaggebed volledig uit de hand. Ongeveer tweehonderd gelovigen hadden zich bij de woning, behorend bij de moskee, van de vicevoorzitter verzameld. Ze forceerden zijn deur en verhinderden bestuursleden om naar binnen te gaan. De politie schermde het drietal af toen er rake klappen vielen.
Vicevoorzitter Abdelrezak Boutaher deed daarna aangifte van doodsbedreigingen. De woede van de moskeegangers richtte zich ook op Ahmed Ajdid, de verantwoordelijke projectleider, en op diens auto. De betogers sloegen de man en vernielden een ruitenwisser, waarna het portierraam aan diggelen ging. Ook hij deed aangifte tegen zijn belagers. De rechtbank legde aan vijf actieleiders een moskeeverbod op.
Arabieren versus Rotterdammers
In 2010 hebben de verschillende partijen, in het bijzijn van onder anderen wethouder Karakus en het dagelijks bestuur van de deelgemeente Feijenoord, vrede met elkaar gesloten. Uitgangspunt hierbij was dat de moskee zou worden gerund door de Rotterdamse moslimgemeenschap. Het bestuur bestond nog steeds uit drie Rotterdammers en drie vertegenwoordigers van de Al Maktoum Foundation. Na de opening werd een roerige periode afgesloten en was de rust enigszins weergekeerd. Al Maktoum steunde de moskee sinds dat moment ook jaarlijks met een half miljoen euro.
Maar vanaf 2014 begon de ellende weer. Vooral de drie ‘Arabische’ bestuursleden – voorzitter Mirza al Sayegh, Nooh al-Kaddo en Mohammad bin Ghannam – waren in de ogen van de lokale bestuurders een probleem. Ze zouden geen enkele binding hebben met de Rotterdams-Marokkaanse moslimgemeenschap. Overigens was de Irakees Al-Kaddo, die vanuit Dublin opereerde, tegelijkertijd directeur van het door Al Maktoum Foundation gefinancierde Islamic Cultural Centre of Ireland (ICCI). Bovendien was hij bestuurslid van de stichting Al Maktoum in Dubai.
Toen één van de Rotterdamse bestuursleden kwam te overlijden en zijn plek niet werd ingevuld, vond men de verhoudingen niet meer eerlijk. In datzelfde jaar werd de Rotterdamse bekeerling Jacob van der Blom aangesteld als adjunct-directeur. Van der Blom was voorzitter van de Blauwe Moskee in Amsterdam en bestuurslid van Europe Trust Nederland, een vastgoedorganisatie die met financiële steun vanuit Koeweit de Blauwe Moskee had opgericht.
Van der Blom was ook betrokken bij de op bekeerlingen gerichte Native European Muslims Assembly (NEMA). Volgens de eigen website is dat een onderdeel van de Federatie Islamitische Organisaties Nederland (FION), de Nederlandse tak van Federation of Islamic Organisations in Europe (FIOE), oftewel: de Moslimbroederschap in Europa, die op haar beurt gesponsord werd door de Qatar Foundation van de omstreden sjeik Yusuf al Qaradawi. Toenmalig minister Guusje ter Horst (PvdA) bevestigde in 2009 dat de FION inderdaad onderdeel uitmaakte van de Europese Moslimbroeders.
Rinkelende belletjes en een boze Tweede Kamer
In februari 2015 bereikte het conflict binnen het bestuur een kookpunt. De Rotterdammers kregen een concept in handen van een voorgenomen statutenwijziging waarmee de Arabische geldschieters blijkbaar nog meer invloed kregen.
Vooral de wijziging dat de Marokkaans-Nederlandse gemeenschap niet langer hoofdgebruiker is en de exploitatie volledig in handen zouden komen van Al Maktoum deed bij de Rotterdammers allerlei belletjes rinkelen. De exploitatie werd al bekostigd door de Al Maktoum Foundation, maar nu zouden de Arabische financiers de moskee daadwerkelijk in bezit willen krijgen. De maandelijkse exploitatiekosten – onderhoud, salarissen personeel en stookkosten – bedroegen ongeveer 40.000 euro.
Het protest werd met de dag luider. Volgens de Rotterdammers probeerde Al Maktoum via het bestuur de Marokkaanse gelovigen te beïnvloeden om de door hun voorgestane beleving van het salafisme over te nemen.
Ondertussen bemoeide ook de Haagse politiek zich met buitenlandse financiering voor Nederlandse moskeeën. De Tweede Kamer maakte zich al een tijdje zorgen over de invloed van het salafisme.
Twee jaar eerder nam het parlement een motie van ChristenUnie-fractievoorzitter Gert-Jan Segers aan, waarin het kabinet om duidelijkheid werd gevraagd. Het Amerikaanse onderzoeksbureau Rand stelde een onderzoek in, dat in maart werd gepresenteerd aan de Tweede Kamer. Volgens dit gerenommeerde onderzoeksbureau werkten de gebedshuizen niet genoeg mee om openheid van zaken te geven.
Een meerderheid van de Kamer reageerde geërgerd: ‘Wat hebben de ‘gerenommeerde onderzoekers’ dan in vredesnaam gedaan?’ Diezelfde Kamer wil nu dat inlichtingendienst AIVD-onderzoek gaat doen naar de geldstromen. ‘Als uit het onderzoek blijkt dat die financiering leidt tot jihadistische activiteiten, dan zou er een verbod op die financiering moeten komen’, aldus Segers.
‘Toen wij achter de voorgenomen statuutwijziging kwamen, trokken we meteen aan de bel’
Opnieuw naar de rechter
De Rotterdamse bestuursleden – nu in de minderheid door het sterfgeval – eisten meer Rotterdammers in het bestuur: anders zou het gebedshuis worden bezet. Vooral Al-Kaddo en de door hem aangestelde Jacob van der Blom moesten het ontgelden tijdens een bestorming van een bestuursvergadering. Op zijn beurt liet Al-Kaddo vanuit Ierland weten dat er nooit sprake was om de statuten te wijzigen en berustte alles op een misverstand. Het zou slechts om een aanpassing gaan van de veranderde functie van gebedshuis naar een islamitisch centrum. Maar ondertussen werd de onrust steeds groter.
Eén van de hoofdrolspelers in het conflict was vicevoorzitter Abdelrezak Boutaher. In mei 2015 schreef de Rotterdammer de Arabieren uit bij de Kamer van Koophandel en verving ze door drie Rotterdamse bestuurders.
Boutaher: ‘Toen wij achter de voorgenomen statuutwijziging kwamen, trokken we meteen aan de bel. Adjunct-directeur Jacob Van der Blom stapte, samen met Al-Kaddo, hiervoor naar de advocaat. De rest van het bestuur was hier niet van op de hoogte gesteld. Wij hebben in vijftien jaar nooit samen vergaderd. Elke keer als ik de heren in het buitenland vroeg om bij elkaar te komen zat er één in Amerika en de ander in Dubai. Ik heb meerder malen gesproken met de voorzitter in Dubai en gevraagd of hij langs wilde komen om te praten. Telkens gaf hij aan dat de moskee teruggegeven zou worden aan de Marokkaanse gemeenschap. Maar de consequentie hiervan zou zijn dat de geldkraan zou worden dicht gedraaid. Ik heb toen aangegeven dat de Rotterdamse gemeenschap uitstekend zelf in staat is de moskee draaiende te houden. In één van de telefoongesprekken, die deels zijn opgenomen, lieten ze weten dan geen behoefte meer te hebben aan een bestuurszetel. Toen heb ik ze uitgeschreven.’
Volgens advocaat Jules Debije van de Al Maktoum Foundation sprak de voorzitter nooit over het ‘teruggeven’ van de moskee. ‘Het is onmogelijk om die financiële steun te stoppen. De kosten van de moskee zijn ontzettend hoog en niet op te brengen voor de Marokkaanse gemeenschap. Ze stevenen op een faillissement af.’
De Arabische bestuurders stapten naar de rechter en spanden een kort geding aan. Hierin eisten zij dat de mutaties van de vicevoorzitter teruggedraaid moesten worden. Twee weken later deed de rechter uitspraak en bepaalde dat de Arabische bestuursleden ten onrechte waren afgezet, omdat niet bewezen was dat zij inderdaad af wilden van hun bestuursfunctie. Maar dat de Essalam-moskee failliet zou raken als de Arabieren hun geldkraan dichtdraaien gaat volgens de Rotterdammers niet op. In hun ogen is de moskee Gods huis. Boutaher: ‘En God laat zijn huis nooit vallen. Er is in Nederland nog nooit een moskee failliet gegaan.’
Geldkraan dicht en een nieuw bestuur
De Rotterdammers lieten het daar echter niet bij zitten. ‘Deze moskee is van de Marokkaans-Rotterdamse gemeenschap. Niemand pakt dat van ons af’, zei Boutaher. Hij verwoordde wat er leefde bij een deel van de Marokkaans-Nederlandse gemeenschap, vooral bij de oudere generatie. Die was immers in de jaren negentig van de vorige eeuw tijdens verschillende gelegenheden rondgegaan om geld in te zamelen.
Eind 2017 voelden de Rotterdammers zich gesterkt door een ander vonnis van de rechter: een deel van de bestuurders had die zetels nooit mogen hebben. In de oorspronkelijke statuten staat namelijk dat er alleen bestuurders mogen worden gekozen die in Rotterdam wonen. De rechter vond dat de wijzigingen destijds onrechtmatig waren en verklaarde ze nietig. De Rotterdammers mochten een nieuw Rotterdams bestuur kiezen en een paar maanden later draaiden de Arabieren de geldkraan dicht. Zeven medewerkers werden ontslagen, waaronder Van der Blom en imam Azzedine Karrat.
Maar de keuze voor Karrats opvolger, Said Abarkan, was opmerkelijk: daar waar de Rotterdammers eerst streden tegen inmenging uit Dubai, kozen zij nu voor een imam die actief was in de Al Mukaram-moskee in Rotterdam-West, die bekend staat als salafistisch.
Abarkan raakte drie weken geleden in opspraak na de berichtgeving van NRC en Nieuwsuur over salafistisch moskeeonderwijs. Daarbij doken ook opnames op waarin Abarkan onder andere stelt dat moslims horen in een islamitisch land: ‘Ook al heb je een Nederlands paspoort, Nederland is niet ons land.’ De verbijstering bij het nieuwe, huidige moskeebestuur was groot en al snel werd Aberkan de laan uitgestuurd.
Hoe de maandelijkse kosten van de moskee nu gefinancierd moeten worden en welke impact deze aderlating kan hebben is onduidelijk. De moskee draait nu op vrijwilligers en de moskeegangers dragen de lopende kosten voorlopig zelf. De Rotterdammers hadden na het dichtdraaien van de Arabische geldkraan nog wel een boodschap voor elkaar: ‘We moeten nu op eigen benen staan.’ De vraag is: houden zij dit vol?
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!