Marteling, ontvoering en andere mensenrechtenschendingen. Daaraan heeft de Turkse regering onder leiding van president Recep Tayyip Erdogan zich schuldig gemaakt, stelt de Belgische jurist Johan Vande Lanotte. Hij is de drijvende kracht achter het Turkije Tribunaal, dat vandaag een klacht indient bij het Internationaal Strafhof in Den Haag.
Het Turkije Tribunaal bestaat uit een gemêleerd gezelschap van internationale juristen en experts. Ze beschuldigen de regering van Erdogan van ‘misdaden tegen de menselijkheid’ gericht tegen Gülenisten, Koerden en linkse groeperingen. Er zijn 200.000 mensen getroffen door de daden van de regering van Erdogan. Dertienhonderd van hen werken mee aan deze aanklacht voor het ICC.
De bekendste zaken uit Gülenistische hoek zijn ontvoeringen van leerkrachten vanuit het buitenland naar Turkije. De Turkse regering houdt de Gülenbeweging verantwoordelijk voor de mislukte staatsgreep in 2016. De gevolgen voor aanhangers van die beweging zijn groot. Zo werd Orhan Inandi op 1 juni 2021 in Kirgizië ontvoerd en gefolterd. De Turkse staat ziet in hem de organisator van het scholennetwerk van de Gülenbeweging in Centraal-Anatolië. Ook Selahaddin Gülen is ontvoerd, gefolterd en 28 dagen later aan de pers in Turkije voorgesteld.
Een van de meer bekende zaken is de dood van Gökhan Acikkollu nadat hij in de gevangenissen werd gefolterd. Doktersrapporten geven overduidelijk aan dat hij gefolterd werd en het Mensenrechtencomité van de VN heeft bevestigd dat de Turkse overheid in de fout ging.
Tegen Koerden en linkse groeperingen zijn wetteloze handelingen, zoals martelingen van de Turkse staat al jaren bekend. Het rapport van het Turkije Tribunaal noemt onder meer de opsluiting en aftuiging van de dorpsbewoners van Altinsu in 2017 en de marteling van de vermeende militant Ayten Ötztürk genoemd.
‘Er zijn veel burgers omgekomen’, zei de gevluchte Koerdische journalist Meltem Oktay in 2021 in Geneve. ‘Zoals Selamet Yesilmen, een huisvrouw, of Ahmet Sönmez, een man van 55 die helemaal is doorzeefd met kogels, alleen maar omdat hij zijn eigen voordeur opendeed in een conflictgebied.’
De initiatiefnemers van het Tribunaal willen dat het Hof de daders vervolgt. Daarbij noemen ze geen mensen bij naam. De aanklacht is gericht tegen functionarissen van het regime, politiek en bestuurlijk. De rechters van het ICC hebben zes maanden de tijd om na te gaan of ze tot vervolging kunnen overgaan of niet.
Het Turkije Tribunaal ontstond twee jaar geleden als een symbolisch tribunaal in Genève. De Kanttekening sprak destijds met Gülenistische en Koerdische slachtoffers van illegale opsluitingen en martelprakrijken. De gevluchte geschiedenisdocent Erhan Dogan vertelde toen over ‘naakt betast worden bij de geslachtsdelen’ en de strappado (een folterinstrument) die tot de ontwrichting van de schouders leidt. ‘Ik dacht dat al mijn botten waren gebroken’, zei hij toen tegen de rechters.
De Kanttekening spreekt naar aanleiding van de aanklacht bij het ICC met de Belgische advocaat en emeritusprofessor Johan Vande Lanotte, voormalig vicepremier van België. De Turkse staat moet volgens Vande Lanotte terecht staan, ‘niet alleen vanwege grove mensenrechtenschendingen’, maar ook vanwege ‘misdaden tegen de menselijkheid’, zoals martelingen, ontvoeringen en illegale opsluiting. ‘Dat gaat nog een stap verder.’
Wat wilt u hiermee bereiken? Turkije heeft het Statuut van Rome niet ondertekend, dat de basis vormt voor het ICC. Dan is de aanvraag toch al bij voorbaat kansloos?
‘Nee, dat is niet zo. Turkije heeft dit statuut dan wel niet ondertekend, maar sommige van de misdaden die wij aan het Hof voorleggen zijn gepleegd in landen die dat wel hebben gedaan, zoals Zwitserland, Albanië, Moldavië en Roemenië. Dan is het Hof wel bevoegd. In het geval van ontvoeringen in bovengenoemde landen door de Turkse geheime dienst mag het Hof juridisch gezien vervolgen. De ontvoeringen werden bijvoorbeeld uitgevoerd in Kenia, Cambodja en Albanië.
Iets vergelijkbaars is eerder gebeurd rond de deportatie van Rohingya’s uit Myanmar. Deze islamitische bevolkingsgroep is vanaf 2011 naar Bangladesh verdreven. Myanmar erkent het Strafhof niet, maar Bangladesh wel. Een deel van de misdaden die in die aanklacht zijn opgenomen, vindt plaats in Bangladesh, maar valt onder de verantwoordelijkheid van Myanmar. Daardoor vallen ze onder de jurisdictie van het Hof. Zoals ook de oorlogsdaden van Rusland, dat geen partij is in het ICC, in Oekraïne onder de jurisdictie van het Hof vallen.’
In Myanmar gaat het om zaken die grenzen aan genocide, met meer dan 600.000 mensen die zijn gedeporteerd. Zijn de Turkse wandaden in andere landen wel zwaar genoeg om het Internationaal Strafhof in te schakelen?
‘Hier speelt de zogenoemde zwaarte-eis van het Hof. Dat is een beetje een technische discussie, maar de misdaden van het Turkse regime die wij aanhangig willen maken bij het Hof hebben betrekking op meer dan 200.000 personen wiens rechten willens en wetens worden geschonden. Dit allemaal in een context van bewuste minachting en schending van alle basisprincipes van de rechtsstaat door de Turkse regering. Meerdere besluiten van het Europees Hof van de Mensenrechten, maar ook van de eigen Turkse rechters, zijn aan de laars gelapt.
Het is een andere oorlog dan die van Rusland in Oekraïne, maar het Turkse regime voert wel degelijk een oorlog tegen iedereen die het als ‘vijanden van de staat’ beschouwd. Zo is twee jaar terug Orhan Inandi gewelddadig uit Kirgizië ontvoerd. Zijn arm was op drie plekken gebroken. Dit kan alleen in een systeem van complete straffeloosheid. Erdogan daagt het internationale rechtssysteem bewust uit. Hij is er zelfs trots op. Als we bovendien zouden aanvaarden dat deze 200.000 slachtoffers niet zwaar genoeg wegen, dan is dat een uitnodiging aan alle dictatoriale regimes om toch minstens zoveel slachtoffers te maken.’
U noemt de oorlog in Oekraïne. Turkije is als bondgenoot belangrijk als NAVO-lidstaat, ook vanwege de militaire en politieke steun aan Oekraïne en de bemiddelende rol tegenover Rusland Kan het feit dat Turkije in die oorlog aan onze kant staat nog roet in het eten gooien voor het Turkije Tribunaal?
‘Dit is het terrein van de politiek. En daar wil ik niet over spreken. Maar het zou in beginsel niets moeten uitmaken. Bij misdaden tegen de menselijkheid kijk je naar het strafrecht en niet naar politiek. Het ICC heeft al de kritiek gekregen te veel begrip te hebben voor westerse landen. Turkije is in dit geval een bondgenoot van het Westen. Hopelijk weerlegt het Hof deze kritiek nu.’
Ook de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en andere westerse landen hebben zich met de ‘oorlog tegen terreur’ jarenlang schuldig gemaakt aan ontvoering en marteling. Is dat waar het ICC te veel begrip voor heeft?
‘Deze misdaden zouden in alle gevallen ontoelaatbaar moeten zijn. Dat is inderdaad de bekende kritiek op het Hof, dat het Westen buiten schot blijft. Die kritiek is terecht en we hopen dat deze situatie wordt rechtgetrokken. Het zou totaal niet mogen uitmaken welke kleur de dader heeft.’
Hoe komt het dat u, als Belg, zich bezighoudt met de Turkije Tribunalen?
‘Dat is enigszins toeval. In België is ons advocatenkantoor na de couppoging in 2016 benaderd door Turken die last hebben van de lange arm van Erdogan. We zijn toen procedures opgestart. Die hebben ons weinig geholpen. Daarna hebben we het Turkije Tribunaal georganiseerd, om de publieke opinie te sensibiliseren over onder andere de martelpraktijken.’
Wie zijn het doelwit van de Turkse staat? Moeten journalisten die voor de Kanttekening werken zich ook zorgen maken?
‘Het zijn met name mensen met een Turkse en Koerdische afkomst die worden bedreigd. Ook zijn er gevallen van fysiek geweld bekend in Duitsland (journalist Erk Acarer is aangevallen vanwege zijn kritische berichtgeving over Erdogan, red). Er is onvoldoende kennis over de angsten die potentiële slachtoffers moeten doorstaan. Eigenlijk moet iedere opponent van het Erdogan-regime zich zorgen maken.
Neem het nieuws over de arts Sebnem Fincanci. Alleen omdat ze zei dat de Verenigde Naties onderzoek moest doen naar het gebruik van gifgas door het Turkse leger tegen Koerdische militanten in Noord-Irak, moest ze drie maanden de gevangenis in.
Bijna iedereen die kritisch is op het regime kan van terrorisme beschuldigd worden. Onschuldige mensen kunnen plots doelwit zijn. Ook de manager van het hotel in Zwitserland waar het symbolische Turkije Tribunaal is gehouden werd door de Turkse ambassadeur gecontacteerd om ons van terrorisme te beschuldigen. Hij zou door ons welkomen te heten, ‘terroristen’ hebben gehuisvest voor een paar dagen. Wat een gotspe. Dit waren allemaal gewezen, onafhankelijke rechters.’
Een groot deel van de Turkse oppositie verwijt Gülenisten dat zij in het verleden samenwerkten met Erdogan en pas in verzet komen sinds ze zelf slachtoffer zijn van diens regime. Wat vindt u van die kritiek?
‘Dat is twee jaar geleden met name door Koerden gezegd, die aanwezig waren bij het Turkije Tribunaal in Genève. Het was een terechte opmerking en dat mag gezegd worden. Maar dat is nog geen excuus voor wat mensen nu aangedaan wordt. We hebben het over folteringen, vermissingen, illegale opsluiting, seksuele misdrijven, alleen maar omdat mensen geassocieerd worden met de Gülenbeweging. Ook zonder aanklacht of het minste bewijs voor ‘terrorisme’.
Wat er in het verleden is gebeurd, kan dus geen vrijbrief zijn voor misdaden tegen menselijkheid. De rechtsstaat is er voor iedereen, niet voor de eigen politieke groep of etniciteit. En dat is ook waar ik naar kijk.’
Nu u hier toch bent...
Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.
Vertel mij meer!