12.5 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 812

Indiase bisschop luidt noodklok: ‘Christenen leven hier in angst’

1

De Indiase regering heeft banden met extremistische groepen die christenen bedreigen en molesteren. Dit zegt bisschop Kishore Kumar Kujur uit Rourkela, een gebied in het noorden van India dat nog altijd herstelt van een omvangrijke christenvervolging.

De bisschop wil niet precies zeggen waar de dreiging uit bestaat en van wie deze uitgaat. Wie zich in detail uitspreekt tegen de onderdrukking van christenen zou zijn leven niet zeker zijn. Volgens de bisschop worden christenen aangezien voor buitenlanders die terug moeten naar hun eigen land.

Sinds de hindoe-nationalistische BJP-partij van premier Narendra Modi aan de macht is zouden behalve moslims in India ook christenen de klos zijn. Vanwege het ‘gevaar’ dat christenen anderen zouden bekeren zijn ze niet populair bij hindoe-nationalisten, aldus bisschop Kujur.

Vorig jaar waren in India 477 antichristelijke incidenten en moesten zo’n honderd kerken hun deuren sluiten na bedreigingen en geweld, aldus de Amerikaanse NGO Persecution Relief. Vorig jaar was het in India groot nieuws dat vijf buitenlandse medewerksters van een christelijke NGO slachtoffer waren van een groepsverkrachting.

Hoewel hindoes en christenen lange tijd in vrede naast elkaar hebben geleefd lijkt de stemming om te slaan. Volgens de bisschop komt dit enerzijds omdat Modi’s BJP aan de macht is in het land. Ook zou een zwijgende meerderheid wegkijken van het onrecht. ‘Ze blijven stil en zijn bang’, aldus de bisschop.

Onder Kujurs bisdom valt de deelstaat Odisha, waar in 2008 een gewelddadige pogrom tegen christenen plaatsvond. Die leidde toen tot honderden doden, duizenden daklozen en een enorme ravage. Behalve ongeveer 250 kerken werden toen ook zo’n 4.500 huizen beschadigd.

‘Doel van Baudet en lieden als Jared Taylor is dat racisme acceptabeler wordt’

1

Yernaz Ramautarsing, in 2018 kandidaat-gemeenteraadslid voor Forum voor Democratie, kreeg een storm van kritiek over zich heen toen hij een link legde tussen zwart zijn en het hebben van een laag IQ. Partijleider Thierry Baudet verdedigde hem echter: Ramautarsing zou zich gewoon baseren op de wetenschap. Angela Saini schreef een boek over de terugkeer van de rassentheorie, waarin ze waarschuwt tegen deze manier van denken. ‘Racisten zeggen: ons racisme is geen vooroordeel, maar wetenschap.’

De Britse Angela Saini is wetenschapsjournalist voor BBC-radio. Haar werk is onder meer gepubliceerd in New Scientist, Marie Claire en the Economist. Ook won ze prijzen van de Association of British Science Writers en de American Association for the Advancement of Science. Onlangs kwam haar derde boek uit, met de alarmerende titel Superieur. De terugkeer van de rassentheorie. Daarin behandelt ze de geschiedenis van ras in de wetenschap.

‘Over hoe manipulatief dit was’, zegt ze stellig. ‘En hoe uiterst rechts met deze ‘wetenschap’ aan de haal gaat.’ De Kanttekening sprak in het Ambassade Hotel in Amsterdam met Saini over haar boek, het Forum voor Democratie, identiteitspolitiek en het belang van medemenselijkheid.

We zitten in hetzelfde hotel als waar Thierry Baudet twee jaar geleden vijf uur lang heeft zitten borrelen met rassentheoreticus Jared Taylor. Wist u dat?

‘Haha, hetzelfde hotel. Wel, dat vind ik wel een beetje eng hoor. Jared Taylor is een hele belangrijke figuur in de wereld van het ‘intellectuele’ racisme. Daar is zijn carrière op gebaseerd. Taylor heeft veel ideeën in het ‘wetenschappelijke’ racisme ontwikkeld. Racisten zeggen: ons racisme is geen vooroordeel maar wetenschap. Maar dat is helemaal niet waar. Ras is een sociaal construct, geen biologische categorie. Het rasdenken is fout, daar is echt niks wetenschappelijks aan. Racisten zeggen dat sommige ‘kritische’ wetenschappers uit politieke correctheid tot zwijgen worden gebracht. Er zouden allemaal hidden truths zijn. Maar dat is onzin. Iedereen mag onderzoeken wat hij wil. De enige waarheid hierover is: ras is een sociaal construct.’

Jared Taylor (Foto: Wikimedia Commons)

In het boek The Bell Curve van Charles Murray en Richard Herrnsteinax uit 1994 wordt beweerd dat zwarte mensen een lager IQ hebben. Waar komt dat dan vandaan?

‘Veel auteurs die dit boek citeren hebben geschreven in Mankind Quarterly, een blad dat wetenschappelijk racisme promoot. The Bell Curve heeft een foute basis en verwijst naar onbetrouwbare wetenschappers. Mankind Quarterly wordt gefinancierd door zuidelijke racisten. Je moet dit wantrouwen.’

Is objectief onderzoek naar de relatie tussen IQ en ‘ras’ überhaupt wel mogelijk?

‘Nee. Ik heb een psycholoog geïnterviewd die politiek gezien behoorlijk rechts is. Maar hij was wel een echte wetenschapper. Hij vertelde mij dat het geen zin heeft om intelligentieverschillen tussen de verschillende volkeren te onderzoeken. Je kunt alleen een zinvolle vergelijking maken als alle andere omstandigheden gelijk zijn. Maar dat is nooit zo. In het ‘witte’ Westen hebben mensen gewoon betere voeding, beter onderwijs, enzovoort. Dit zijn de doorslaggevende factoren. Dat mensen uit lagere sociale groepen een lager IQ hebben komt door hun slechtere omstandigheden. Je ziet ook dat geadopteerde kinderen een hoger IQ hebben. Dat bewijst volgens mij definitief dat er geen relatie is tussen IQ en ‘ras’.’

‘Ras is een sociaal construct, geen biologische categorie’

Thierry Baudet, die dus gezellig borrelde met Jared Taylor, verdedigde ook zijn partijgenoot Yernaz Ramautarsing. Die legde een relatie tussen zwart zijn en het IQ van mensen. Dit is gewoon wetenschap, zei Baudet later op vragen van journalisten. Hoe onschuldig zijn dit soort statements? En is het niet verdacht dat een politieke partij opeens een ‘wetenschappelijke’ discussie over ras wil beginnen?

‘Dat deze racistische opvatting wetenschap is, dat is de ultieme kaart die Baudet speelt. Maar wetenschap is nooit helemaal neutraal. En ‘raswetenschap’ was vanaf het begin af aan al politiek. Dat er een hiërarchie zou zijn tussen verschillende rassen is niet gefundeerd in wetenschap, dit zijn vooroordelen. Sowieso moet je sceptisch zijn als politici bepaalde wetenschappelijke ‘feiten’ opeens omarmen.  Doel van Thierry Baudet en van lieden als Jared Taylor is dat racisme meer acceptabel wordt. Dit spel wordt al meer dan honderd jaar lang gespeeld.’

Over Jared Taylor gesproken: hoe komt het dat hij en andere ‘ras-wetenschappers’ tegenwoordig zo succesvol zijn?

‘Jared Taylor was lange tijd behoorlijk marginaal. Hij is de oprichter van American Renaissance, een maandblad dat racistische ideeën promoot. Maar in de loop der tijd zijn de ideeën van hem en andere racistische theoretici prominenter geworden. Politiek rechts beweegt zich steeds meer naar etnisch nationalisme. Veel mensen zeggen tegenwoordig: we zijn helemaal niet racistisch, wat wij vinden is intellectueel. Vooral dankzij de opkomst van internet zijn deze racistische, zogenaamd intellectuele ideeën veel populairder geworden. Gelijkgezinde mensen zoeken elkaar op: mensen die dit soort ideeën altijd al hadden vinden bevestiging in hun vooroordelen, er ontstaan echokamers als de alt-rechtse sociale media Gab en 8Chan.’

Veel mensen vinden hun eigen grote gelijk interessanter dan de waarheid, toch?

‘Precies. Het ideaal was dat internet een marktplaats van ideeën was, en dat de beste ideeën zouden winnen. Maar dat is helemaal niet gebeurd. Het omgekeerde gebeurde. Dankzij internet geloven een heleboel mensen in de complottheorie van de platte aarde, in racistische theorieën, in de antivaccinatie-beweging. Pseudowetenschap en radicale ideeën weten zich dankzij het internet razendsnel te verspreiden. Vooral mensen die geen kennis en een gebrek aan echt kritisch denkvermogen hebben zijn gevoelig voor dit soort verhalen. In het debat winnen de mensen met de grootste megafoon. Dit is een gevaar voor de democratie. We zien het ook met al die desinformatiecampagnes, bemoeienis van Rusland bij de verkiezingen, trollenfabrieken en Cambridge Analytica, dat data van Facebookgebruikers misbruikte om mensen te manipuleren. Het Verenigd Koninkrijk heeft zijn status van mazelenvrij land onlangs verloren. Dit komt door de campagne van de antivaccinatie-beweging. Er is een enorm wantrouwen tegen betrouwbare informatie, tegen democratische instituties.’

‘Politiek rechts beweegt zich steeds meer naar etnisch nationalistisme’

Zijn sommige wetenschappen niet ontzettend links? Denk aan het vak genderstudies, dat één van de pijlers vormt van identiteitspolitiek.

‘In het publieke debat is er meer oog voor extreme stemmen, dat klopt. Ik vind daarom dat we meer aandacht moeten geven aan de gematigde, meer redelijke stemmen en dat het om expertise moet draaien. Dat linkse wetenschappers die radicale dingen roepen veel aandacht krijgen is niet uniek, overal krijgen de hardste roepers de meeste aandacht. Ook vind ik dat de politiek van haat ons niet helpt. Ik heb moeite met de gemene aanvallen op witte mannen die op de persoon zijn. Je moet de ideologie aanvallen, de standpunten, niet de mensen.’

Dat is toch vloeken in de feministische kerk?

‘Het feminisme zie ik als een hele brede kerk, het is voor mij geen sekte. Ik lees veel literatuur, ik vorm mijn eigen oordelen. Ik zie racisme als een universeel probleem. Niet alleen witte mensen maken zich hier schuldig aan, het vindt ook plaats in India, waar ik vandaan kom. Het kastensysteem zie ik ook als een racistisch systeem. We zijn, als het over racisme gaat, allemaal slachtoffers en daders. We moeten niet bepaalde groepen mensen aanvallen.’

Maar volgens de heersende antiracistische opvattingen van nu kunnen zwarte mensen niet racistisch zijn, want racisme heeft met macht te maken. Dat hebben zwarte mensen niet, alleen witte mensen, is de theorie.

‘Racisme heeft inderdaad altijd met macht te maken, met groepen die hun macht willen legitimeren. Mijn boek begint met het Oude Egypte, waar de zwarte Nubiërs als minderwaardig werden beschouwd. Maar het interessante is: de Nubiërs deden precies hetzelfde toen zijn in Egypte aan de macht kwamen. We moeten racisme niet zien als iets wat alleen witte mensen hebben. Tegenwoordig zijn er Chinese wetenschappers die beweren dat zij niet van de eerste mensen afstammen, die uit Afrika kwamen, maar zelf zijn ontstaan in China. Chinezen zijn volgens deze theorie exceptioneel, beter dan de andere mensen. Maar dit is niet uniek, want bijna alle volkeren op deze wereld geloven dat zij uniek zijn.’

Wat vindt u eigenlijk van identiteitspolitiek op ‘links’?

‘Volgens mij is niemand geboren om andere mensen te haten, zelfs niet als je meer naar misantropie geneigd bent. Politiek verdeelt mensen. Identiteitspolitiek is niet per se verkeerd. Dat gemarginaliseerde groepen als zwarte mensen, homo’s en vrouwen zich emanciperen is een goede zaak. Vrouwen waren tot het midden van de twintigste eeuw ook in veel wetenschappelijke velden uitgesloten. Maar ik vind het vermoeiend worden als je mensen telkens aanspreekt op ‘foute’ uitspraken, de politiek van policing each other. Ik begrijp wel dat mensen boos kunnen zijn. We moeten wat meer empathisch voor elkaar zijn, ook op boze mensen. De één is boos over zijn strenge religieuze opvoeding, de ander omdat zij veel racisme heeft ervaren. Je moet elkaar leren te begrijpen.’

‘Het feminisme zie ik als een hele brede kerk, het is voor mij geen sekte’

De postmoderne denker Edward Saïd betoogde in zijn magnum opus Orientalism uit 1978 dat de westerse wetenschap en literatuur over het Midden-Oosten tot doel hadden de ‘Oriënt’ te onderwerpen. Doet u eigenlijk niet hetzelfde met uw boek over ‘raswetenschap’?

‘Nee, ik sta niet de postmoderne traditie en deconstrueer wetenschap niet. Ik ben ook geen literatuurwetenschapper of filosoof, maar een wetenschapsjournalist. Ik onderzoek wetenschap kritisch, maar ik wil het wetenschappelijke ideaal niet ondermijnen.’

Gelooft u dan in objectieve wetenschap?

‘Als ideaal om na te streven. Maar ik geloof niet dat we dit ideaal kunnen bereiken. We moeten het niettemin wel proberen.’

Saini’s nieuwe boek ‘Superieur’ (Foto: Ten Have)

In uw boek ontbreken de namen van Renaud Camus van Le grand replacement (‘De grote omvolking’), Douglas Murray van The Strange Death of Europe en Bat Ye’or van Eurabia. Maar zijn deze ondergangsdenkers, die waarschuwen voor omvolking, vluchtelingen en de islam, eigenlijk niet veel gevaarlijker dan die saaie rassentheoretici?

‘Van de omvolkingstheorie heb ik pas heel recent gehoord, vlak nadat mijn boek af was. Een Britse denktank deed onderzoek naar deze theorie en ontdekte dat de term ‘replacement’ (vervanging, omvolking, red.) pas de laatste jaren veel op Twitter werd gebruikt. Een vriend van mij, die onderzoek doet naar radicalisering en deradicalisering, legde mij uit hoe het radicaliseringsproces in zijn werk gaat. Vaak zijn de mensen die radicaliseren aanvankelijk best wel redelijk. Ze zijn echter heel nieuwsgierig naar bepaalde dingen, lezen hierover en worden vervolgens in een nieuwe wereld gezogen, in ‘the rabbit hole’ (het konijnenhol waar het avontuur van Alice in Wonderland begint, red.). Ze omarmen de ideologie van deze nieuwe wereld, zijn ‘red pilled’ en geloven dat zij de wereld zien zoals die echt is, net zoals Neo in de film The Matrix. Deze gelovigen geloven alleen in hun eigen waarheid. Wat anderen zeggen, dat zijn allemaal leugens. Vaak gebeurt de radicalisering online. Daar ontstaan radicale islamisten, antivaccinatie-gelovigen, ‘rasrealisten’, enzovoort.’

Welke relatie bestaat er eigenlijk tussen ‘rassenwetenschap’ en genocides zoals de Holocaust?

‘Die relatie bestaat inderdaad. Niet alleen beschouwden de nazi’s hun racisme als wetenschappelijk, maar er waren ook veel wetenschappers bij de Holocaust betrokken. Ze waren ook nodig om het technologische systeem van uitroeiing mogelijk te maken, denk aan dokters en chemici. Het Max Planck Instituut in Duitsland heeft tijdens het Derde Rijk meegeschreven aan de zwarte bladzijden, prominente wetenschappers waren betrokken bij naziprogramma’s. Interessant is ook dat de eugenetica, die een belangrijke basis vormde voor het nazisme, een belangrijke wetenschap was in het Westen en was uitgevonden in het Verenigd Koninkrijk.’

Strafrechtelijk onderzoek naar Franse intellectueel om ‘racisme en moslimhaat’

0

De openbaar aanklager in Parijs is een strafrechtelijk onderzoek begonnen naar uitlatingen door de controversiële Franse intellectueel Eric Zemmour.

Zemmour hield afgelopen zaterdag een toespraak voor de Convention de la droite, een symposium voor radicaal-rechtse politici en intellectuelen in Frankrijk. In zijn speech zou Zemmour zich schuldig hebben gemaakt aan racisme en moslimhaat.

In zijn speech hekelde Zemmour vluchtelingen. Hij noemde hen ‘kolonisten’ en sprak over de ‘islamisering van de straten’. Volgens Zemmour zorgen migranten uit islamitische landen ervoor dat de christelijke bevolking wordt ‘vervangen’. ‘Zullen jonge Fransen accepteren dat ze straks leven als minderheid in het land van hun voorouders?’, vroeg Zemmour zich retorisch af.

Op Zemmours optreden is veel kritiek gekomen, onder andere van de Franse premier Edouard Philippe. Hij noemt de gewraakte speech ‘misselijkmakend en uitermate in strijd met het idee dat we hebben van Frankrijk.’

Op nieuwszender LCI kwam ook veel kritiek, omdat die de speech van Zemmour integraal en zonder commentaar uitzond. LCI heeft inmiddels spijt betuigd. De gevierde Franse schrijver en journalist Claude Askolovitch is echter blij met de uitzending, omdat Zemmour zichzelf voor het oog van de natie zou hebben ontmaskerd als fascist.

In zijn column in Le Figaro en in zijn optredens bij actualiteitenprogramma’s proefde je Zemmours vreemdelingenhaat ook wel, stelt Askolovitch, maar hij kwam er altijd mee weg. Nu kunnen mensen die Zemmours uitlatingen verdedigden of bagatelliseerden geen excuses meer verzinnen.

Zemmour is de auteur van het geruchtmakende pamflet Le suicide Français (‘De Franse zelfmoord’) uit 2014. Daarin betoogt hij dat het Angelsaksische neoliberalisme, de Europese Unie, het linkse multiculturalisme en migratie van moslims het oude Frankrijk kapot hebben gemaakt.

Ook veroorzaakte hij ophef met zijn uitspraken. Zo zei hij dat Joden in het vooroorlogse Frankrijk te veel macht hadden en dat iedereen in Frankrijk een christelijke – ‘Franse’ – voornaam zou moeten hebben.

In 2015 schreef hij een lovende recensie over Thierry Baudets proefschrift De aanval op de natiestaat, in het Frans uitgebracht onder de titel Indispensables frontières. Pourquoi le supranationalisme et le multiculturalisme détruisent la démocratie (‘Onmisbare grenzen. Waarom supranationalisme en multiculturalisme de democratie vernietigen’).

Op 3 oktober 1795 stierf slavenleider Tula een wrede marteldood. Wie was hij?

3

Op 3 oktober 1795 werd Tula, de leider van de grote slavenopstand op Curaçao, op gruwelijke wijze geëxecuteerd. Net als de Surinaamse schrijver en verzetsstrijder Anton de Kom (1898-1945) is Tula bij het Nederlandse publiek nauwelijks bekend. Wie was Tula? En wat is zijn historische betekenis?

Over het leven van Tula voor de grote slavenopstand van 17 augustus 1795 is eigenlijk niet heel veel bekend. Waar en wanneer hij geboren was, is nergens overgeleverd gebleven. Wat we wel weten is dat hij en zijn ouders als slaaf te werk waren gesteld op de Curaçaose plantage Kenepa, eigendom van de Nederlander Caspar Lodewijk Van Uytrecht. Met ongeveer vijftig andere mannen en vrouwen moest hij hard werken onder erbarmelijke omstandigheden.

Hoewel de gronden op Curaçao plantages werden genoemd, groeiden er geen gewassen zoals suiker en tabak, de gebruikelijke gewassen op de andere Caraïbische eilanden. Vanwege de droogte konden hier alleen voedingsmiddelen zoals Turkse tarwe en vruchten als mango, limoen, en sinaasappel worden geteeld. Daarnaast deden plantages aan veeteelt, voor de zuivel, het vlees en de huiden. Plantages telden maximaal vierhonderd slaven. Zulke grote slavenpopulaties waren nodig om het zout uit de zoutpannen te vergaren en de andere werkzaamheden op de plantage te verrichten. Maar wat maakte de Nederlandse plantages op Curaçao eigenlijk zo beroerd?

In de jaren voor 1795 was de onvrede op de plantages in Curaçao zodanig aangezwollen dat er een opstand in de lucht hing. De leef- en werkomstandigheden voor slaven waren abominabel en straffen zonder aanleiding waren schering en inslag. Bovendien was er voor de slaven maar weinig voedsel en het voedsel dat er was, was van slechte kwaliteit. Slaven op Curaçao moesten sinds kort ook op zondag werken en met het weinige geld dat ze daarmee verdienden moesten ze hun eigen levensmiddelen kopen. Uiteraard bij de eigenaar van de plantage, die daarvoor een hoge prijs rekende.

Dit waren omstandigheden die, zelfs binnen het repressieve, inhumane plantagesysteem, ingingen tegen het slavenreglement. Een plantagehouder had immers altijd nog de plicht om de mensen te voeden die hij gratis voor hem liet werken. De slavenopstanden in de Franse koloniën in het Caraïbische gebied vanaf 1791 hebben het vrijheidsvuur bij Tula en de zijnen aangestoken. Tula kreeg niet voor niets de bijnaam ‘Rigaud’, naar André Rigaud, de leider van de slavenopstand op het door de Fransen bestuurde Haïti.

Fragment uit de film: Tula, the revolt (Foto: YouTube)

Paniek in Willemstad

Als de Franse Revolutie met de idealen van vrijheid, gelijkheid en broederschap in de jaren na 1792 over Europa uitwaaiert – en uiteindelijk ook op de punten van Franse bajonetten onze contreien bereikt, wordt De Republiek der Zeven Verenigde Nederland in 1795 omgedoopt tot de Bataafse Republiek. De Bataafse Republiek was een satellietstaat van Frankrijk, dat in 1794 de slavernij had afgeschaft. Tula grijpt dit momentum aan om de al bestaande onvrede te concretiseren en eist dat de slaven worden vrijgelaten.

Samen met een kleine groep vrienden en vertrouwelingen die kwamen van plantages uit de omgeving – Bastiaan Carpata en Pedro Wacao zijn de namen die we nu nog kennen – organiseert Tula bijeenkomsten. Binnen een paar dagen wordt een klein leger gevormd dat bereid is om te vechten voor vrijheid en een menswaardig bestaan.

Het is 17 augustus 1795 wanneer Tula besluit om te stoppen met werken. Met een groep van bijna vijftig man stapt hij af op plantage-eigenaar Caspar Lodewijk Van Uytrecht, om bij hem te pleiten voor hun vrijheid. Van Uytrecht verwijst Tula en de zijnen door naar de gouverneur in Willemstad, die zetelt in Fort Amsterdam.

‘Wij willen niemand kwaad doen, maar wij willen vrijheid’

Op hun tocht daarnaartoe komen de opstandelingen langs verschillende plantages op het eiland: Lagun, Santa Cruz, Porto Marie, San Nicolas, Santa Martha en San Juan. Steeds meer slaven sluiten zich aan bij de protesterende groep mannen. Ook bevrijden Tula en zijn vrienden slaven die gevangen zaten. Uiteindelijk zwelt de groep aan tot ongeveer tweeduizend man.

Ondertussen zit de Koloniale Raad met de handen in het haar. Met het vertrek van Tula uit Kenepa had Van Uytrecht zijn eigen zoon te paard naar gouverneur De Veer in Willemstad gestuurd, met een briefje waarin hij waarschuwde voor een mogelijke slavenopstand.

Diezelfde avond nog houdt de Koloniale Raad een spoedbespreking. Naast het reguliere garnizoen worden alle vrije zwarte militairen en mulatten opgeroepen om de hele nacht te patrouilleren rondom Willemstad, zo bang was het koloniale bewind voor Tula en zijn mannen. Commandant Wierts van het marineschip Medea, dat in de haven aangemeerd ligt, wordt gevraagd om Fort Amsterdam en de stad te verdedigen indien dat nodig was.

De successen van Louis Mercier

Tula stuurt zijn volgeling Louis Mercier terug naar Kenepa om de andere slaven te bevrijden. Onderweg valt Mercier ook de plantage Santa Cruz aan en neemt hij een commandant en tien van zijn mulatten gevangen. Daarnaast bevrijdt Mercier slaven van andere plantages en maakte hij meer wapens buit. Bij de plantage Fontein doodt Mercier de Nederlandse schoolmeester Sabel uit medelijden. Een van de andere opstandelingenleiders, Pedro Wacao, had Sabel namelijk achter een paard gebonden. De schoolmeester werd het eerste echte slachtoffer van de rebellen.

Mercier maakt wapens en een kanon buit op plantage Fontein en treft voorbereidingen om de heuvel Seroe Fontein dichtbij het landhuis te bezetten. Vanaf de heuvel kunnen de opstandelingen de weg van Willemstad naar Bandabou controleren. Tula en zijn kameraden kunnen inmiddels rekenen op de hulp van de meerderheid van de slaven en vrije zwarten op Bandabou. Veel plantage-eigenaars op het platteland hadden hun huizen verlaten en waren naar de stad gevlucht. De opstandelingen hebben hierdoor de beschikking over genoeg voedsel en water.

In de stad besluit de Koloniale Raad om een kleine strijdmacht, bestaande uit twaalf militairen en dertig vrije zwarten onder commando van luitenant R.G. Plegher, naar Bandabou te sturen. Deze groep gaat per boot van Willemstad naar Boca San Michiel en van daar te voet naar Portomari, waar Tula en zijn volgelingen hun kamp hadden opgeslagen. Op 19 augustus lijdt Plegher een gevoelige nederlaag op de plantage Oud St. Marie. De rebellen komen hierdoor in het bezit van tachtig extra geweren. Hun aantal is inmiddels tot twaalfhonderd gegroeid. Tula en zijn opstandelingen zijn een serieuze bedreiging geworden voor de koloniale macht.

Onderhandelingen

De Koloniale Raad stuurt hierop een groter leger naar Bandabou. Dat bestaat uit 93 soldaten, 62 mariniers en 45 burgers te paard. Ze staan onder commando van garnizoenskapitein Baron van Westerholt tot de Leemcule. Hij heeft orders om de rebellen clementie aan te bieden, om zo levens te redden. Met deze groep gaat ook Jacobus Schink mee, een pater van de franciscaner orde.

Schink spreekt met Tula en probeert hem over te halen om zich over te geven. Hij tekent dit gesprek ook op. Tula antwoordt: ‘Zij hebben ons erg slecht behandeld. Wij willen niemand kwaad doen, maar wij willen vrijheid. Is niet iedereen op aarde een afstammeling van Adam en Eva? Deed ik er fout aan om 22 broeders uit de gevangenis te bevrijden, waar ze ten onrechte in zaten? Ai, vader, zelfs een dier krijgt een betere behandeling.’

Tula vertelt Schink ook dat hij weet dat de Franse slaven op Haïti waren vrijgelaten. Omdat Nederland in Franse handen is, beredeneert hij dat de slaven op Curaçao dan ook de vrijheid verdienen. Hij neemt daarom geen enkel aanbod aan.

Schink keert terug naar Baron van Westerholt en licht hem in over de voorwaarden van Tula. Maar Van Westerholt is niet bereid om in te gaan op deze eisen en besluit om versterkingen te halen. Hij gaat in de aanval en geeft orders om te schieten op elke gewapende slaaf. Negen slaven worden gedood, velen raken gewond en twaalf opstandelingen worden gevangengenomen. De overige opstandelingen weten te vluchten.

Verraden en gebroken

Tula en zijn kameraden geven de strijd nog niet op. Zij vergiftigen het drinkwater van hun vijand en veroveren voedselvoorraden. Hun guerrillaoorlog gaat door totdat Tula en Carpata op 19 september 1795 worden gevangengenomen. Ze worden verraden door een slaaf die was gezwicht voor de buitengewoon aanlokkelijke beloning dat was uitgeloofd voor degene die een of meerdere opstandelingenleiders kan uitleveren.

Louis Mercier was al eerder gevangengenomen in de buurt van de plantage Kenepa. Op het moment dat de belangrijkste leiders zijn gearresteerd is de opstand voorbij. Tula wordt gedwongen een valse bekentenis te ondertekenen, waarin staat dat hij het op witte en gekleurde mensen had voorzien.

Op 3 oktober 1795 worden Tula, Bastiaan Carpata en Pedro Wacao publiekelijk ter dood gebracht. Tula wordt als eerste terechtgesteld. Met een ijzeren staaf worden alle botten in zijn lichaam gebroken. Daarna wordt zijn gezicht verbrand en uiteindelijk wordt hij onthoofd. Bastian Carpata moet – vastgebonden op een kruis – toekijken hoe Tula aan zijn einde komt, om uiteindelijk hetzelfde lot te ondergaan. Vervolgens wordt Pedro Wacao met touw om de benen rond het schavot gesleept, waarna zijn handen worden afgehakt. Zijn hoofd wordt met een moker verbrijzeld.

De lichamen van de drie mannen, of wat daarvan over was, worden met stenen verzwaard en in de zee gegooid. 29 andere gevangen genomen slaven wacht een ‘genadiger’ lot en worden ‘slechts’ opgehangen.

Pasobra mi ta pretu zeggen ze daar: ‘omdat ik zwart ben’’

Verzwegen geschiedenis?

In de Nederlandse geschiedschrijving werd Tula lange tijd verzwegen. Maar het NiNsee, het Nationaal Instituut Nederlands Slavernijverleden en erfenis, vindt niet dat Tula hier tegenwoordig nog tekort wordt gedaan. ‘Sinds 2003 worden in Amsterdam en Rotterdam nationale herdenkingen georganiseerd op 17 augustus, de dag dat de slavenopstand begon. Ook wordt er een herdenkingsconcert verzorgd en is er jaarlijks een uitverkochte Tula-lezing’, vertelt Ronny Rens van het NiNsee. Wel vindt het NiNsee dat er binnen het Nederlandse onderwijs meer ruimte moet komen voor de slavernijgeschiedenis in het algemeen.

In Curaçao is Tula inmiddels alom bekend en een ware held. Hij kreeg een standbeeld aan de kust van Willemstad en er is een Ruta Tula: een historische route langs alle plekken waar Tula is geweest tijdens zijn slavenopstand. Ook kwam er een Tula Museum. In 2010 werd hij de nationale held van het eiland en drie jaar later kwam er zelfs een Engelstalige speelfilm over hem uit: Tula: the revolt.

‘De Curaçaose slavernijdeskundige en literair auteur Giby Bacilio heeft gevochten voor een ruimere historische bewustwording rondom de figuur Tula’, vertelt Rens. Dat deed Bacilio vanaf de jaren tachtig aan de hand van gedichten, straattoneel, columns, romans en andere vormen van kunst en literatuur, gewijd aan het koloniale verleden en de slavernij.

Volgens Bacilio zijn sleutelfiguren als Tula belangrijk omdat de slavernij voortleeft in het hoofd van de Curaçaoënaars. Bacilio stelt dat de Curaçaoënaar gedwongen wordt tot een zoektocht naar de eigen identiteit vanwege de afhankelijkheid van de Nederlandse Antillen, maar ook vanwege een dominante witte aanwezigheid in het land. Zoeken afro-Antillianen verbinding met elkaar door een gemeenschappelijke geschiedenis, dan komen verzetsstrijders als Tula al gauw op hun pad, aldus Bacilio.

Bacilio vindt de nagedachtenis aan Tula op Curaçao zelfs belangrijker dan de herdenking aan de afschaffing van de slavernij, omdat Curaçao nog altijd niet onafhankelijk is – in tegenstelling tot Suriname. De strijd is in zijn ogen nog altijd gaande zolang de onafhankelijkheid niet is behaald. De vrijheid van de slaven werd namelijk van bovenaf opgelegd, terwijl Tula van onderaf een opstand wist te bewerkstelligen. Bacilio zei daarover: ‘Zo’n vorm van verzet spreekt onderdrukten aan, vooral omdat op Curaçao nog altijd sprake is van rassenongelijkheid: de zwarte man wordt nog altijd achtergesteld. Pasobra mi ta pretu zeggen ze daar: ‘omdat ik zwart ben’.’

Kindereuthanasie toestaan is geen oplossing

0

Kindereuthanasie… Toen ik het pleidooi van D66 voorbij zag komen had ik mijn oordeel al klaar: ‘Wat een onzin!’  Toch bracht dat pleidooi mij kort terug naar 2011, toen ik mijn zoontje naar de huisarts bracht.

Hij had opgezwollen lymfklieren. De huisarts zei dat er bloed geprikt moest worden. Een dag later kregen we de uitslag: ons zoontje had te veel witte cellen in zijn bloed. De arts vertelde ons dat het er niet goed uit zag, maar hij hield een slag om de arm. Ik vroeg de huisarts: ‘Waar denkt u dan aan?’ Hij antwoordde: ‘Ik zie veel witte cellen in het bloed en we kunnen niet uitsluiten dat het leukemie is.’

Het kwam binnen als een donderslag bij heldere hemel. Alleen dat besef al, dat jouw kind mogelijk door deze vreselijke ziekte getroffen is, doet je wereld schudden op haar grondvesten. Vanwege de onzekerheid gingen we door een hel. We wisten niet wat ons overkwam. Op dat moment gaat er van alles door je hoofd.

Gelukkig kregen we na een grondig onderzoek te horen dat het om een virus ging dat binnen enkele dagen zou verdwijnen. We kregen medicijnen, en inderdaad: na een week was het over. Een enorme opluchting! Ik kan mij goed herinneren dat mijn vrouw en ik ons kind knuffelden alsof we hem voor het eerst zagen. Wát waren we God dankbaar.

Maar terug naar 2019. Afgelopen zaterdagavond zond Nieuwsuur een hartverscheurend item uit over het uitzichtloze lijden van ongeneeslijk zieke kinderen. Omdat zij wilsonbekwaam zijn komen zij, anders dan dementerende ouderen,  per definitie niet in aanmerking voor euthanasie.

In de uitzending zagen we het verhaal van Nuria. Een verhaal dat mij, als mens én als ouder, diep heeft geraakt. Mijn Almachtige, die arme ouders die hun kind op deze manier moeten laten gaan. Afschuwelijk. Wat hartverscheurend om je kind te laten sterven. Wat moet dat een pijnlijk proces zijn geweest, zowel voor de ouders als voor het kind.

Sinds deze uitzending vraag ik mij af wat dit besluit heeft gedaan met de ouders. Zijn zij, voor zover dat kan in deze vreselijke context, nu ‘gelukkiger’? Voelen zij een zekere mate van verlichting? Achtervolgt dit besluit de ouders? Of lijden zij aan een ander soort pijn of verdriet? Vele persoonlijke, menselijke en vooral ook ethische vragen zijn in de uitzending echter onaangeroerd gebleven.

En dat is ook het element dat ik in dit Nieuwsuur-item miste: tegenargumenten. Het nieuwsitem was te eenzijdig en had geen aandacht voor de ethische kant van het verhaal. De vraag die mij relevant lijkt: hoe gaan deze ouders door het leven? Met welke gemoedstoestand doen ze dat? En waarom? We hebben het hier niet over een eenvoudig besluit. Het gaat om het sterven van een kind dat juridisch gezien wilsonbekwaam is.

Je denkt natuurlijk dat de ouders die zo’n zwaar besluit nemen het ‘voor het kind doen’, maar in hoeverre is dat het geval? Niet iedereen heeft dezelfde intellectuele en emotionele intelligentie om goed met dit soort complexe situaties om te gaan. Wat als de ouders te snel besluiten om de stekker er maar uit te trekken, omdat hun emoties hen te machtig worden? De ethische kant van de zaak is te zwaar en te gewichtig om slechts beperkt aan te stippen. Het gaat hier immers om een onomkeerbare beslissing, over leven en dood.

God neem het besluit over leven en dood

De zorg voor ernstig zieke kinderen is complex en zwaar. Het kan gepaard gaan met veel pijn en verdriet. Maar euthanasie introduceren versimpelt het ethische dilemma niet. Euthanasie toestaan is geen oplossing, maar een extra ‘optie’.

In mijn ogen betekent euthanasie niet dat je iemand ‘op een menswaardige manier laat sterven’. Met euthanasie vertel je dat er in het leven een moment bereikt kan worden waarop het leven het niet langer waard is om geleefd te worden. En, aanvullend, dat de beslissing genomen kan worden om het leven te beëindigen.

Vanuit islamitisch standpunt is er consensus onder de geleerden dat euthanasie op geen enkele manier is toegestaan, anders dan abortus en palliatieve sedatie. Over deze laatste twee is er binnen de theologie ruimte voor discussie. Actieve euthanasie uitvoeren is echter simpelweg verboden.

De mens is niet in staat leven te scheppen. Hij kan zichzelf niet creëren, maar ook geen ander leven. De mens mag daarom ook niet ‘nemen’. Het besluit over leven en dood neemt God. De mens dient niet te interveniëren. Niemand kan het leven en de dood uitstellen of versnellen, behalve als God het wil.

De voorgestelde vorm van euthanasie zal in de praktijk gebaseerd zijn op ons gevoel en op onze perceptie, niet op die van het kind. Ook ben ik, op basis van de consensus onder islamitische geleerden, geen voorstander van euthanasie bij volwassenen.

De meeste patiënten waarover – en in sommige gevallen ook waarmee – gesproken wordt over euthanasie lijden ook geestelijk ernstig als gevolg van hun ziekte. Het bieden van psychologische, geestelijke en spirituele zorg kan een betere optie zijn dan hen te doden.

Laten we als meelevende maatschappij investeren in palliatieve zorg en trachten het leed voor de kwetsbaren in dit leven te verzachten. Laten we vooral niet voor het relatieve ‘gemak’ kiezen wanneer anderen onze hulp het meest nodig hebben.

De Profeet, v.z.m.h., heeft gezegd: ‘Allah de Almachtige toont Zijn barmhartigheid slechts aan de barmhartigen. Wees barmhartig voor degenen op de Aarde, zodat degenen in de Hemelen barmhartig zullen zijn voor jou’ (Tirmizi, Birr 16; Ebu Davud, Edeb 66).

Erdogan dreigt eigenhandig ‘safe zone’ in Noord-Syrië op te zetten, zonder steun VS

0

Amerika wil niet meewerken aan het opzetten van een zogeheten safe zone in Noord-Syrië, iets waar Turkije al langer op aandringt. Toch wil president Recep Tayyip Erdogan het plan doorzetten, zo zei hij in het Turkse parlement.

In augustus praatten Turkije en de Verenigde Staten over een bufferzone in Syrië aan de Turkse grens. Erdogan wil in de bufferzone in Syrië twee miljoen van de drieënhalf miljoen Syrische vluchtelingen onderbrengen. Over de grootte en samenstelling hiervan werden de NAVO-bondgenoten het niet eens.

De Verenigde Staten steunen de Koerdische YPG-strijders, tot woede van Erdogan. De VS traint en bewapent YPG-milities omdat zij helpen in de strijd tegen IS. Turkije beschouwt de YPG als een terroristische organisatie vanwege de banden met de Koerdische PKK-strijders, waartegen het Turkse leger nu drie decennia lang een verbeten strijd voert.

Erdogan dreigt nu op eigen houtje Syrië binnen te trekken. ‘We kunnen plotseling op een nacht verschijnen’, zo citeert de staatsgezinde krant Hürriyet de president.

Voorzitter Britse studentenunie spreekt niet op Tory-congres om ‘islamofobie’

2

De voorzitter van de National Union of Students (NUS) in Groot-Brittannië heeft geweigerd om op een conferentie van de Conservatieve Partij in Manchester te spreken. De reden: ‘verontrustende islamofobie’.

NUS-voorzitter Zamzam Ibrahim zou tijdens twee sessies op de conferentie het woord voeren, maar heeft uiteindelijk besloten zich terug te trekken. Van twitteraars vernam ze dat de conferentie veelal draaide om de definitie van het begrip ‘islamofobie’, stelt ze.

Critici van het begrip zijn van mening dat de term ‘islamofobie’ moslimhaat en kritiek op de islam op één hoop gooit, met als doel critici van de islam monddood te maken. Ze zijn bang dat als het Britse parlement een al te brede definitie van ‘islamofobie’ gaat hanteren de vrijheid van meningsuiting in gevaar komt.

Ibrahim ziet dit anders. Volgens haar ontkent de Conservatieve Partij dat moslims dagelijks met vooroordelen en haat te maken krijgen. Ook zou er tijdens een paneldiscussie op dat congres ‘zeer verontrustende en openlijke islamofobie’ hebben plaatsgevonden.

Tijdens de paneldiscussie Challenging ‘islamophobia’ zei schrijver Trevor Phillips dat hij ooit eens was genomineerd voor de ‘Islamofoob van het jaar’-award. Mensenrechtenactivist Peter Tatchell antwoordde ironisch dat hij jaloers was. Ibrahim zag op Twitter dat hierover ophef was en voor haar was dat de druppel: ze besloot op het laatste moment om weg te blijven.

Als voorzitter van de NUS en als moslima kon ze niet met een goed geweten deelnemen aan zo’n conferentie, verklaarde Ibrahim. In reactie op alle ophef stelt Tatchell dat hij en de andere panelleden moslimhaat niet hebben verdedigd, maar zich zorgen maken over een al te brede definitie van het begrip ‘islamofobie’.

VN-rapport: vlucht uit Myanmar wordt steeds gevaarlijker voor Rohingya

0

VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR heeft een rapport over de situatie van de Rohingya-moslims gepubliceerd. Daarin stelt zij dat veel Rohingya-moslims overlijden bij hun vlucht uit Myanmar.

Uit het rapport blijkt dat van elke 69 Rohingya die Myanmar nu ontvluchten via de zee er één omkomt of vermist raakt op zee. Die route op zee is dodelijker geworden dan in de periode 2013-2015. Toen kwamen, als gevolg van verscheidene conflicten in de Zuid-Aziatische regio, één op 81 vluchtelingen op zee om.

De zee zorgt nu voor de meeste doden onder Rohingya-vluchtelingen. In de voorgaande jaren waren mensensmokkelaars nog verantwoordelijk voor de meeste doden. Rohingya sterven als gevolg van molestaties, kogelwonden, honger en dorst. Daarnaast lopen Rohingya-vrouwen en meisjes een verhoogd risico op seksuele uitbuiting door mensensmokkelaars.

Volgens het rapport blijven Rohingya-moslims Myanmar ontvluchten zolang de achterliggende oorzaken van de crisis niet zijn opgelost. De VN roept de landen in de regio op voor veiligere vluchtroutes te zorgen, zodat er minder mensen omkomen.

Sinds augustus 2017 zijn meer dan 740.000 Rohingya Myanmar ontvlucht, vanwege het geweld dat eerder al door de VN als genocidaal werd aangemerkt. Myanmar is een overwegend boeddhistisch land, de Rohingya zijn moslim.

Griekenland wil dat Turkije tienduizend vluchtelingen terugneemt

0

De Griekse regering wil duizenden vluchtelingen terugsturen naar Turkije. Ze komt met dit plan na een dodelijke brand die uitbrak in een overvol vluchtelingenkamp op het Griekse eiland Lesbos. Een vrouw kwam daarbij om, zeventien mensen raakten gewond.

Voor het einde van 2020 zouden tienduizend vluchtelingen naar Turkije moeten worden teruggestuurd, om op die manier de druk op overvolle vluchtelingenkampen te verzachten. Een belangrijke beleidsverandering van de nieuwe conservatieve premier Kyriakos Mitsotakis, die blijkbaar van de harde lijn is.

Onder het linkse Syriza, tot voor kort aan de macht in Griekenland, werden er 1.805 vluchtelingen teruggestuurd in een periode van vijf jaar. Mitsotakis wil ook dat de marine meer gaat patrouilleren in de Egeïsche Zee en de centra sluiten voor uitgeprocedeerde asielzoekers.

NGO’s zijn het niet met Griekenland eens. De oplossing ligt bij de EU, niet bij Turkije, zeggen zij. De EU-landen zouden moeten meer vluchtelingen opnemen. ‘Mensen die in Griekenland arriveren moeten naar veilige plekken over heel de EU worden verplaatst, niet worden gepropt in gevaarlijke plaatsen waar hun leven in gevaar is’, stelt Oxfam Novib.

Dissidente Marokkaanse journaliste veroordeeld om vermeende abortus

0

De dissidente journaliste Hajar Raissouni is tot een jaar gevangenisstraf veroordeeld omdat ze een abortus en seks voor het huwelijk zou hebben gepleegd. In Marokko zijn beide praktijken strafbaar. Raissouni ontkent en zegt dat het proces politiek gemotiveerd is.

Raissouni werd een maand geleden opgepakt nadat ze een gynaecologische kliniek in de hoofdstad Rabat had verlaten. Volgens haar advocaat moest ze naar het ziekenhuis vanwege een interne bloeding. De aanklager geloofde dit niet en beschuldigde Raissouni, die ongetrouwd is, van abortus en seks voor het huwelijk.

De aanklager verklaart dat de detentie van Raissouni niets te maken heeft met haar werk als journalist. De advocaat van Raissouni stelt echter dat ze is opgepakt vanwege haar werk voor Akhbar al Yaoum, een Arabisch dagblad dat al langer op slechte voet staat met het regime. Raissouni zou zijn opgepakt voor een misdaad die ze niet heeft gepleegd.

Raissouni vertelde tijdens de rechtszaak dat ze tijdens het politieverhoor vragen kreeg over haar familie – waaronder ook haar oom die als columnist bij een krant werkt – en over haar eigen journalistieke publicaties. Daarnaast zou het medische onderzoek waaraan ze werd onderworpen een vernedering zijn die feitelijk op marteling zou neerkomen. Raissouni gaat tegen haar veroordeling in hoger beroep.

Taoufik Bouachrine, de eigenaar van Raissouni’s krant Akhbar al Yaoum, werd in november tot twaalf jaar gevangenisstraf veroordeeld omdat hij zich schuldig zou hebben gemaakt aan seksuele misdrijven op de redactie.

Akhbar al Yaoum wordt beschouwd als één van de weinige kranten die zich kritisch opstelt richting de Marokkaanse overheid. Ook is de krant gelieerd aan de islamistische beweging binnen Marokko.

Er gaan dan ook stemmen op dat de Marokkaanse overheid via het oppakken van Bouachrine en Raissouni de islamisten een loer wil draaien. De islamistische partij PJD won bij de laatste verkiezingen in 2016 en wordt sindsdien als een bedreiging gezien voor de relatief tolerante staatsislam die koning Mohammed VI voorstaat.

Dat Hajar Raissouni het nichtje is van geestelijke en PJD-ideoloog Ahmed Raissouni, speelt in deze theorie een belangrijke rol. Iemand uit zo’n vooraanstaande strenggelovige familie die zulk ‘onzedig gedrag’ tentoonspreidt – de overheid zou hiermee een vermeende hypocrisie willen blootleggen.