8.3 C
Amsterdam

Baren buiten de box: discriminatie in de geboortezorg

Ewoud Butter
Ewoud Butter
Onderzoeksjournalist.

Lees meer

In het boek Baren buiten de box beschrijft verloskundige en wetenschapper Bahareh Goodarzi samen met auteur Daan Borrel waarom de geboortezorg niet voor iedereen gelijkwaardig is. 

Discriminatie kan een kwestie van leven en dood zijn. Dat begint al aan het begin van het leven. Zwangere vrouwen en baby’s met een migratieachtergrond bijvoorbeeld hebben door discriminatie een hogere kans om te overlijden dan witte zwangere vrouwen en baby’s zonder migratieachtergrond.

Bahareh Goodarzi. Foto: Luciano Ölz.

Bahareh Goodarzi is als wetenschapper en docent verbonden aan de afdeling Verloskundige Wetenschap van het Amsterdam UMC, aan het Groningse UMC en aan AVAG, een onderwijs- en onderzoeksinstituut op het gebied van de verloskunde bij InHolland. Voor Goodarzi is discriminatie in de zorg sinds de Black Lives Matter-protesten in 2020 een belangrijk thema, waar bovendien nog weinig over is geschreven. Dat geldt helemaal voor discriminatie in de geboortezorg.

Goodarzi: ‘Daarom wilde ik er graag een boek over schrijven. Als ik begin over discriminatie in de Nederlandse geboortezorg krijg ik vaak verbaasde blikken. Ik wilde laten zien dat zelfs met de beste intenties van zorgverleners het systeem toch discriminerend kan zijn. Ik ben gaan interviewen en schrijven en heb samengewerkt met Daan Borrel. Zij heeft me enorm geholpen om het verhaal toegankelijk te maken. We hebben tien wetenschappers en beleidsmakers, waaronder ikzelf, geïnterviewd.’

Bewustzijn over discriminatie

In haar werkkamer in Amsterdam legt ze uit waarom ze daarvoor amper met het onderwerp bezig was. 

‘Ik ben geboren in Iran en woon sinds mijn zevende in Nederland. Ik heb altijd geprobeerd om er helemaal bij te horen, om volledig te voldoen aan de norm van ‘Nederlander zijn’. Dit leidde ertoe dat ik me afzette tegen mijn Iraanse achtergrond. Ik zag geen discriminatie. Ik wilde niet zien dat mensen die anders zijn, anders behandeld worden. Ik had het gevoel dat ik vooral dankbaar moest zijn dat ik in Nederland mocht zijn.’ 

Ze promoveerde in 2021 op risicoselectie in de geboortezorg. Tijdens haar promotieonderzoek werd ze zich steeds meer bewust van de impact van discriminatie en besloot ze actie te ondernemen. Ze nam contact op met haar beroepsorganisatie, de Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen (KNOV), en stelde samen met verloskundigen, gynaecologen, kinderartsen en kraamverzorgenden een manifest op. 

Discriminatie en racisme in de zorg

In het boek legt Goodarzi uit dat discriminatie en racisme in de zorg voor een deel te herleiden zijn tot het onderscheid tussen menselijke rassen, dat in koloniale tijden werd gebruikt om uitbuiting van de kolonies en slavernij te rechtvaardigen. Hoewel dit onderscheid in rassen al lang wetenschappelijk achterhaald is, wordt het in de medische wereld nog steeds toegepast.

‘Ze hebben een grotere kans om pas later geholpen te worden als ze pijn melden’

Goodarzi geeft hier enkele voorbeelden van. Zo stelt de racistische aanname dat het bekken van witte vrouwen beter geschikt zou zijn voor de bevalling zwarte vrouwen en vrouwen van kleur bloot aan een hogere kans op een onnodige keizersnede. Het waanidee dat mensen van kleur minder pijn ervaren heeft tot gevolg dat zij een hogere kans hebben om geen pijnmedicatie te krijgen als ze daarom vragen. Ze hebben een grotere kans om pas later geholpen te worden als ze pijn melden bij een levensbedreigende situatie, zoals een baarmoederscheur. 

Goodarzi wijst verder op het gebruik van medische apparaten die zijn afgestemd op de witte norm. Ze geeft als voorbeeld de vingeroximeter, waarmee zuurstof in het bloed wordt gemeten. Dit apparaat werkt minder goed bij mensen met een donkere huid. Dit kan leiden tot minder nauwkeurige resultaten, zoals het onderschatten van hypoxemie (laag bloedzuurstofniveau).

Maatschappelijke context

In haar boek benadrukken Goodarzi en de andere geïnterviewden de invloed van de maatschappelijke context op gezondheid. In wetenschappelijk onderzoek worden voor gezondheidsverschillen die voortkomen uit discriminatie vaak verklaringen gegeven als bijvoorbeeld slechte eetgewoonten, weinig lichaamsbeweging, hoge bloeddruk of roken. Dit zijn reële problemen, maar wat mist is de maatschappelijke positie waarin die ontstaan. De oplossing wordt dan meestal gezocht in het uitbreiden van medische behandelingen, terwijl de beperkte kansen die mensen van kleur hebben in het onderwijs en op de arbeids- en woningmarkt ook hun slechtere gezondheid kunnen verklaren.

Daan Borrel en Bahareh Goodarzi. Foto: Luciano Ölz.

Goodarzi pleit daarom voor een bredere diagnose: ‘We kijken gericht naar de gezondheid van een persoon of een aspect daarvan, maar negeren hoe iemands maatschappelijke positie, het verleden en zelfs eerdere generaties hierop van invloed kunnen zijn. Hierdoor hebben we een blinde vlek, lopen we continu achter de feiten aan en kunnen we mensen zelfs zieker maken.’ 

Een systeem dat discriminatie kan bevorderen

Het gaat volgens Goodarzi om systemische, institutionele problemen, diepgeworteld in onze maatschappelijke structuren. De geboortezorg is daar geen uitzondering op. ‘In mijn carrière heb ik zelf, onbewust, ook bijgedragen aan deze vormen van discriminatie. Ik geloof dat het essentieel is om bewust te worden van deze systemische problemen, omdat dit de eerste stap is naar verandering. Racisme, maar ook seksisme en klassisme (vooroordelen over sociale klassen red.) zijn zo diepgeworteld in onze maatschappij dat iedereen moet nadenken over hun associatie hiermee en hoe ze dit kunnen veranderen.’

Goodarzi is voorzichtig met het direct aanspreken van individuele personen. ‘Dan krijg je al snel een reactie als: ‘Dus je noemt mij een racist?’ Dan stopt vaak het gesprek en dat is niet wat ik wil. Ik wil niet focussen op het aanwijzen van enkele daders, daar ligt niet het probleem, maar juist aanzetten tot het gezamenlijk aanpakken van structurele vormen van uitsluiting. Het gaat er om dat we erkennen dat we allemaal deel uitmaken van een systeem dat discriminatie kan bevorderen, vaak zonder onze bewuste intentie. Door dit te erkennen, kunnen we samenwerken aan het veranderen van deze systemen en een meer inclusieve samenleving creëren waarin we diversiteit omarmen, mensen als gelijkwaardig gaan zien en iedereen dezelfde kansen krijgt; dezelfde kwaliteit van en toegang tot geboortezorg.’

‘Iemand uit een hogere klasse kan een levensverwachting hebben die tot 18 jaar langer is dan die van iemand uit een lagere of minderbedeelde klasse’

Daarbij is het volgens haar van belang dat ieder zich bewust is van zijn eigen perspectief en startpositie. Goodarzi: ’Niemand is neutraal. We zijn allemaal opgegroeid in een samenleving die inherent discriminerend is. Zo is het ook aantoonbare onzin dat mensen ‘geen kleur zien’. We nemen allemaal onze eigen achtergrond mee. Sociale ongelijkheid gaat vaak generaties terug. En dat kan grote gevolgen hebben: Iemand uit een hogere klasse kan een levensverwachting hebben die tot achttien jaar langer is dan die van iemand uit een lagere of minderbedeelde klasse. Het kan vier generaties duren om op de sociale ladder te klimmen. Je moet dat niet terugbrengen tot een individuele verantwoordelijkheid van burgers, maar tot een gemeenschappelijke.‘

Mensen in machtsposities aan zet 

Goodarzi hoopt met haar boek vooral mensen in machtsposities te bereiken die echt wat kunnen veranderen. ‘De verandering moet komen van degenen die ik verantwoordelijk houd, inclusief mezelf, de academische wereld, het onderwijs en de plekken waar beleid wordt gevormd, zorg wordt verleend. Daarom hebben we ook mensen uit deze gebieden geïnterviewd om te reflecteren op het thema discriminatie. Mijn focus ligt niet op het overtuigen van de tegenstanders, maar op het mobiliseren van bondgenoten op allerlei niveaus, zoals Jerry Afriyie van Kick Out Zwarte Piet dat bijvoorbeeld doet. 

Ze heeft ook ideeën over wat er zou kunnen gebeuren. Als het gaat om gezondheidsproblemen die gerelateerd zijn aan sociaaleconomische posities is het bijvoorbeeld primair aan de overheid om structurele oplossingen te bieden. Als voorbeeld geeft ze discriminatie op de arbeidsmarkt: ‘Zolang mensen nog steeds worden afgewezen voor een baan op grond van hun achternaam, beginnen ze al in een achterstandspositie die negatieve gevolgen heeft voor hun gezondheid.’    

Wat kan de zorg doen?

Maar de zorg zelf kan volgens haar ook veel meer doen. ‘Als ik kijk naar mijn eigen vak, de geboortezorg, dan kunnen we bepaalde racistische kennis in onze richtlijnen en protocollen aanpakken en veranderen. Er kan veel actiever beleid gevoerd worden tegen racisme. We zouden bijvoorbeeld jaarlijks van organisaties moeten eisen dat ze aantonen hoe ze discriminatie tegengaan. Het gaat om artikel 1 van de Grondwet. Het is de basis van alles.’ 

Om discriminatie te voorkomen zou er volgens Goodarzi meer geïnvesteerd moeten worden in diversiteit en inclusie. ‘De groep geboortezorgprofessionals bestaat nu voornamelijk uit witte vrouwen. Over geneeskunde weten we dat het vooral mensen aantrekt zonder migratieachtergrond, uit de hoogste inkomensgroepen, met ouders die ook al vaak in de zorg werken of arts zijn, een vrij elitaire groep dus. Aan deze selectie kunnen we iets doen.’ 

Daarnaast kunnen organisaties volgens Goodarzi kritischer kijken naar de inclusiviteit van hun organisatie. ‘Het is zo eenvoudig om jezelf daarop te testen. Hoe inclusief is je organisatie op het gebied van lichamelijke beperkingen, gender, of religie? Hoe inclusief zijn je protocollen, richtlijnen, je onderwijsmaterialen? Dit zijn basiszaken waar je meteen iets aan kunt doen.’

Goodarzi heeft niet de verwachting dat discriminatie op korte termijn kan worden verholpen.‘Het probleem is daarvoor te complex, het vraagt grote veranderingen. We moeten niet verwachten dat het snel opgelost is, gezien ons koloniale en patriarchale verleden. Maar verandering moet er wel komen. Uiteindelijk gaat het over mensenlevens. Discriminatie in de zorg kan niet genegeerd worden. Dit is fundamenteel voor onze samenleving. Als we ervoor kunnen zorgen dat kinderen in een iets betere positie worden geboren, dan kunnen we een positief, zichzelf versterkend effect in gang zetten, de toekomstige generaties gezonder maken en problemen uit het verleden helen.’

Baren buiten de box – De Arbeiderspers. €21,99. Op 21 mei wordt het boek gepresenteerd in het Amsterdamse Pakhuis de Zwijger.

Dit artikel is het eerste in een reeks over discriminatie in de gezondheidszorg. 

Nu u hier toch bent...

Goede journalistiek kost geld. Leden en donaties maken onze gebalanceerde berichtgeving over biculturaliteit, zingeving en vrijheid mogelijk. Steun ons daarom als u ons werk belangrijk vindt.

Vertel mij meer!
- Advertentie -