13.6 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 214

Alevieten in Turkije eisen seculier onderwijs en fatsoenlijk bestaan

0

Op zondag 10 december, op de Internationale Dag van de Mensenrechten, demonstreerden alevieten in Istanbul voor een fatsoenlijk bestaan, seculier onderwijs en onafhankelijke rechtspraak in Turkije. Zo meldt de Turkse nieuwssite Duvar.

Alevitische organisaties, gesteund door seculiere (CHP) en pro-Koerdische politici (HDP), beschuldigen de regering van machtsmisbruik tegen minderheden. De alevieten vormen een religieuze minderheid in Turkije, waar de soenitische islam de dominante religieuze stroming is. Ook kleinere, linkse groeperingen waren van de partij in de demonstratie voor een ‘democratisch Turkije’, zoals de Turkse Arbeiderspartij.

De voorzitter van de alevitische Federatie, Mustafa Arslan, denkt dat er onder het meer dan twintigjarige bestuur van Erdogan dagelijks een vorm van ‘Turkse sharia-wetgeving’ wordt doorgevoerd, tegen de republikeinse principes in. De alevitische organisaties eisen dat het onderwijssysteem in Turkije ‘seculier’ en ‘wetenschappelijk’ wordt.

‘Dit land is van ons, we zullen het niet overlaten aan racisten, autocraten en xenofoben’, aldus Arslan.

Alevieten maken ongeveer 15 tot 25 procent uit van de Turkse bevolking. De Turkse regering weigert al jaren alevitische gebedshuizen (cemevi) als zodanig te erkennen, waardoor ze geen staatsfinanciering ontvangen zoals moskeeën die krijgen. De cemevi zouden volgens de AKP geen religieuze, maar een ‘culturele entiteiten’ zijn.

Syriër opgepakt voor misdaden in eigen land

0

De politie heeft vrijdag in het Gelderse dorpje Druten een 55-jarige Syrische man opgepakt die verdacht wordt van ‘misdaden tegen de menselijkheid’ in Syrië.

De man wordt met name verdacht van seksueel geweld en martelingen, aldus het Openbaar Ministerie. ‘Het is voor het eerst dat iemand in Nederland van dit zware misdrijf wordt beschuldigd.’

De verdachte zou tussen 2013 en 2014 aan het hoofd hebben gestaan van de verhoorafdeling van de National Defense Forces (NDF), een pro-regeringsmilitie, in de Syrische stad Salamiyah. In 2021 kwam hij naar Nederland, waar hij een tijdelijke asielvergunning kreeg. Vorig jaar verhuisde hij met zijn gezin naar Druten.

Het Team Internationale Misdrijven (TIM) kreeg hem kort na aankomst in Nederland in het vizier. Dit gebeurde dankzij een tip dat een persoon met een vergelijkbare naam hoofdverhoorder was geweest bij de NDF in Salamiyah. Vandaag wordt de verdachte voorgeleid bij de rechter-commissaris.

Een Joodse activist voor Palestina: het verhaal van Benji de Levie

0

Hij demonstreerde in de jaren zestig in zijn eentje tegen de Vietnamoorlog voor het Amerikaanse consulaat in Rotterdam en organiseerde onlangs in diezelfde stad een grote pro-Palestijnse demonstratie. Wie is Benji de Levie? En welke rol speelt zijn Joodse achtergrond in zijn pro-Palestijnse activisme?

Benji de Levie (76) is al jaren actief voor de Palestijnse zaak, onder andere voor het Nederlands Palestina Komitee, Rotterdam voor Gaza en DocP. Ook was hij actief voor de Vietnambeweging, de anti-apartheidsbeweging (tegen de apartheid in Zuid-Afrika) en verleende hij steun aan de linkse krachten in El Salvador (het Front Farabundo Martí voor Nationale Bevrijding, FMLN). In november organiseerde hij de grote Palestinademonstratie in Rotterdam. De Kanttekening ging in gesprek met deze ‘Keith Richards van de linkse beweging’. Wat beweegt hem? Hoe denkt hij over Israël en Hamas? En wat hebben zijn familiegeschiedenis en de Palestijnse zaak met elkaar te maken?

Activist

‘Mijn eerste demonstratie als anarchist was een eenmansdemonstratie tegen de Vietnamoorlog voor het Amerikaanse consulaat in Rotterdam’, vertelt De Levie. ‘Die duurde nog geen 15 minuten. Ik had een bord bij me, waarop ik de Amerikaanse president vergeleek met een zekere Duitse politicus uit de jaren 1933-1945, en dat werd niet bepaald op prijs gesteld.’

In 1967 werd De Levie zich voor het eerst bewust van de Palestijnse zaak. ‘Ik was toen net van school gegaan en werkte in Engeland. Het was de tijd van de Zesdaagse Oorlog en de daaropvolgende bezetting van Gaza en de Westelijke Jordaanoever. In Nederland was iedereen pro-Israël, maar in Engeland hoorde je ook andere geluiden.’

Enkele jaren later, in 1969-1970, maakte hij een reis door Palestina en kreeg toen een beter beeld van het gebied. Terug in Nederland volgde De Levie Palestina wel, maar hield zich bezig met andere kwesties: de anti-apartheidsbeweging tegen de Zuid-Afrikaanse regering en de beweging die solidair was met El Salvador.

Inspectieteam DocP bij supermarkt, om te kijken of er ook producten zijn uit de bezette gebieden © Benji de Levie

‘Pas medio jaren tachtig, een jaar of twee voor de Eerste Intifada, heb ik mij echt op de Palestijnse kwestie gestort. Samen met anderen en het Komitee Marokkaanse Arbeiders Nederland (KMAN, red.) richtte ik het Nederland Palestina Komitee opnieuw op in Rotterdam. Ik ben daar 30 jaar actief voor geweest, waarvan 15 jaar in het landelijk bestuur. Later nam ik samen met Sonja Zimmerman het initiatief voor de Nederlandse afdeling van de BDS-beweging (BDS staat voor Boycot, Desinvesteringen en Sancties), onder de naam DocP. Het doel was dat DocP de tegenhanger van het Centrum Informatie Documentatie Israël (CIDI) zou worden, met betaalde krachten. We hoopten met deze naam ook subsidies binnen te halen. Maar dat is helaas niet gelukt. Onze ambities waren te groot. We hebben we de naam DocP laten varen en nu is het gewoon BDS Nederland. BDS zit tegenwoordig op de actiemodus en organiseert veel demonstraties. Het Nederlands Palestina Komitee deed dat vroeger ook wel, maar houdt zich nu vooral bezig met documentatie en het uitgeven van een blad.’

‘Ons doel was een stedenband tussen Rotterdam en Gaza. Beide steden zijn havensteden’

Op dit moment is Benji de Levie actief voor de Stichting Palestina en Rotterdam voor Gaza. Die laatste club heeft geen bestuur, geen vaste organisatie, maar wel twee coördinatoren, legt De Levie uit. Hijzelf was dat een tijdje samen met Ineke Palm. ‘Het begon als een samenwerkingsverband tussen het Palestina Komitee Rotterdam en de Socialistische Partij Rotterdam. Ons doel was een stedenband tussen Rotterdam en Gaza. Beide steden zijn havensteden. En ze hebben beide geleden onder een bombardement. De hele linkerflank van de gemeenteraad steunde dit aanvankelijk, maar burgemeester Ivo Opstelten (VVD) stak hier een stokje voor, door twee PvdA-raadsleden om te praten. Daarom ging het feest helaas niet door. Maar hoewel er nooit formele banden kwamen, ondersteunen we – via Stichting Palestina – humanitaire projecten.’

Helaas heeft De Levie geen archief, vertelt hij. ‘Het Nederlands Palestina Komitee heeft veel materiaal naar het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG) in Amsterdam gebracht, maar het Rotterdamse archief zit daar niet bij. Ik was aanvankelijk de enige die alles bijhield, in mappen. Daarna gooide ik die weg en zette ik alles op de computer, maar toen die crashte was alles weg. Doodzonde. Maar de belangrijke informatie zit gelukkig nog wel in mijn hoofd.’

Op dit moment is De Levie niet actief voor een politieke partij. In 1971 werd hij lid van de Pacifistisch-Socialistische Partij (PSP), een van de voorlopers van GroenLinks. ‘Aanvankelijk was ik als anarchist tegen verkiezingen. Ik had me in laten sluiten in een jongerencentrum en ’s nachts illegaal een paar duizend pamfletten gestencild, met de tekst ‘Wie stemt verliest zijn stem’. Het was een strafbaar feit, maar nu verjaard, dus ik kan je dit vertellen. Ik koos uiteindelijk toch voor de PSP omdat ik mij realiseerde dat politieke samenwerking helpt om echt iets te bereiken. Ik heb voor de PSP veel bestuurswerk gedaan en daarna ook voor GroenLinks. Zo was ik de eerste voorzitter van GroenLinks Rotterdam. In 1996 besloot ik mijn lidmaatschap op te zeggen, toen de partij te gematigd werd, een soort D66, en geen duidelijk geluid meer liet horen tegen de NAVO.’ Tegenwoordig stemt De Levie BIJ1, waar veel Palestina-activisten lid van zijn, onder andere Dorien Bal van BDS Nederland. ‘Maar helaas is BIJ1 nu niet meer in de Kamer vertegenwoordigd.’ De Levie noemt Denk een goede samenwerkingspartij op het gebied van Palestina, maar de partij is verder ’te conservatief’.

Hamas

Hoe kijkt De Levie aan tegen Hamas? Hij stoort zich aan het feit dat Hamas in het Nederlandse discours meteen als een terroristische organisatie wordt bestempeld. ‘Het etiket terroristische organisatie is niet gebaseerd op objectieve criteria. De Koerdische Arbeiderspartij PKK wordt terroristisch genoemd, omdat Turkije dat zo graag wil. Alles heeft te maken met politieke machtsverhoudingen. Dat gezegd hebbende is Hamas een organisatie die ook terrorisme bedrijft. Want wat op 7 oktober dit jaar gebeurde was terrorisme. Het was zwaar geweld tegen non-combattanten. Natuurlijk moet je deze actie zien in de context van 75 jaar Israëlische bezetting, maar tegelijkertijd had Hamas het niet op deze manier moeten doen. Interessant is de Palestijnse reactie op 7 oktober. Mensen die niets te verliezen hebben juichten de aanval toe. Zij hebben geen perspectief. Zij juichen alles toe. Ik ben het niet met deze mensen eens, maar snap hen wel, ze zitten in een wanhopige situatie. Mensen die wel iets te verliezen hebben, hun baan, hun carrière, hun toekomst, zij reageerden veel gematigder op de gebeurtenissen, of zij zwegen.’

Volgens De Levie heeft Hamas ingecalculeerd dat Israël keihard zou terugslaan. ‘Hamas wilde met deze aanval de vredesbesprekingen tussen Israël en Saoedi-Arabië torpederen. Saoedi-Arabië kan nu de diplomatieke betrekkingen met Israël niet normaliseren, want dat zullen de Saoedische onderdanen niet accepteren.’

‘Het belangrijkste effect van de aanval van Hamas is dat de gematigde, vredelievende geluiden zijn verstomd’

De aanval van Hamas is geen antisemitische aanval, stelt De Levie. ‘Het was een aanval op alles en iedereen. Mensen werden niet aangevallen omdat ze Joods waren. Ook niet-Joodse mensen werden aangevallen.’ Maar het belangrijkste effect van de aanval van Hamas is dat als gevolg hiervan de gematigde, vredelievende geluiden zijn verstomd, concludeert De Levie. ‘Zes maanden lang demonstreerden progressieve Israëliërs tegen de extreemrechtse regering van Benjamin Netanyahu. Ze negeerden aanvankelijk de Palestijnse kwestie, maar langzaam maar zeker begon het besef in te dalen bij de demonstranten dat ze tegen dezelfde mechanismen vochten als de Palestijnen. Dit besef is nu helemaal weg. Na de aanval van Hamas is er van de solidariteit met de Palestijnen niets meer over. Netanyahu en Hamas hebben allebei behoefte aan een tegenstander die ze zwart kunnen maken. Dat is hen helaas gelukt.’

Familiegeschiedenis

Benji de Levie heeft een Joodse achtergrond. Hij is hier niet zo mee bezig, vertelt hij. ‘Een Ander Joods Geluid is een Joodse organisatie in Nederland die expliciet, vanuit het Joods-zijn, kritisch over Israël is. Ik was voor die tijd al kritisch over Israël bij pro-Palestijnse organisaties. Mijn Joods-zijn was daar nooit een issue, nooit een onderwerp van discussie.’

Wel heeft hij, zo vertelt De Levie, van zijn twaalfde tot zijn zeventiende een ‘hele religieuze periode’ gehad. ‘Ik werd getrokken door het samenzijn, dat je bij iets betrokken werd, het gebeuren eromheen. Maar ik realiseerde mij dat ik nooit echt in God heb geloofd. Wat moet je dan?’

De familie van zijn grootmoeder aan moederskant komt oorspronkelijk uit het huidige Belarus. Zij vluchtten in de zeventiende eeuw vanwege de antisemitische pogroms naar Palestina, waar ze een school oprichtten in Jeruzalem. De vader van Benji’s moeder kwam uit Polen. Hij was naar Jeruzalem gegaan om daar voor rabbijn te studeren. Maar hij besloot te trouwen en met zijn vrouw te emigreren naar Amerika, omdat er daar meer toekomst was. Ze monsterden aan op een schip en kwamen aan in Engeland, waar ze zich vestigden en waar ook Benji’s moeder opgroeide.

‘Van de meer dan zestig neven en nichten van mijn vader overleefden er maar zes de oorlog’

De familie van Benji’s vader emigreerde rond 1700 van Oost-Europa naar Oost-Groningen, waar ze als veeboeren en slagers werkten. In de twintigste eeuw trok de familie naar Rotterdam, Benji’s vader in 1936 als laatste. ‘Toen de Duitsers op 10 mei 1940 Nederland binnenvielen, wilde mijn familie naar Engeland vluchten. Bij IJmuiden was er een kapitein die hen naar Engeland zou brengen, maar hij vertrok nadat ze net al hun spullen op de boot hadden geladen. Ze stonden alleen op het strand. Maar gelukkig zagen ze een verlaten roeiboot liggen. Ze konden de eigenaar ervan niet vinden. Daarom besloten ze de boot te confisqueren en ermee naar Engeland te roeien. Ze hebben vijf dagen geroeid en geprobeerd te navigeren op de sterren. Ze dreven af naar het zuiden en werden voor de Franse kust opgepikt. Gelukkig door een Engels schip. Zo kwam mijn vader in Engeland terecht en overleefde hij de Holocaust. Van de meer dan zestig neven en nichten van mijn vader overleefden er maar zes de oorlog.’

Benji’s vader ging het leger in en werd gelegerd in Noord-Engeland, waar hij Benji’s moeder tegen het lijf liep, die etentjes organiseerde voor Joodse militairen die daar gelegerd waren. Ze werden verliefd en trouwden in 1944, vlak voor de invasie van Normandië. ‘Mijn vader is op de kust in Normandië geland, niet met de eerste troepen hoor, en maakte de bevrijding van West-Europa mee, van Noord-Frankrijk tot Breda. Na de oorlog kwam mijn moeder over naar Nederland. Ze zouden daarna weer naar Engeland teruggaan, maar dat is nooit gebeurd.’

Palestijnen

Vanwege deze familiegeschiedenis kan Benji de Levie zich goed identificeren met de Palestijnen, vertelt hij. ‘De Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever, Gaza en in de diaspora zijn ook nazaten van vluchtelingen. Ze zijn gevlucht vanwege de Nakba, de etnische zuivering van 1948.’

Benji de Levie op een poster in Maastricht
(Beeld: De Levie)

Maar is het niet lastig om als iemand met een Joodse achtergrond zo pro-Palestina te zijn? Word je dan niet als een ‘verrader’ beschouwd? ‘Er zijn Joodse mensen in Rotterdam die mij mijn pro-Palestijnse houding kwalijk namen’, antwoordt Benji de Levie. Ik had onlangs een e-mailwisseling met een voormalige minister van Buitenlandse Zaken (Uri Rosenthal, red.) hierover. Kijk, ik kan mij voorstellen dat mensen die de Holocaust hebben overleefd, dat zij naar een veilige plek willen. Israël is dat niet trouwens. Maar nu, ruim 75 jaar later, geldt dat argument niet meer. Je moet een veilige plek maken in het land waar je nu bent. Je moet geen land afpakken van een ander volk.’

Benji de Levie is een voorstander van een eenstaatoplossing: Palestina. ‘Mij lijkt dit de enige juiste oplossing, maar het is aan de bewoners – inclusief de teruggekeerde Palestijnen – om hierover het laatste woord te hebben. Om deze situatie te kunnen bereiken zullen er uiteindelijk onderhandelingen moeten worden gevoerd. Daarvoor is een gelijkwaardiger speelveld nodig. En om dat te bereiken moet er volgens de BDS-beweging aan drie voorwaarden worden voldaan: het einde aan de apartheid in de gebieden die Israël in 1948 veroverde, een volledige terugtrekking uit de gebieden die in 1967 zijn bezet en de implementatie van de VN-resolutie dat Palestijnse vluchtelingen het recht hebben terugkeer. De Verenigde Staten, de Europese Unie, de Arabische landen en misschien ook China moeten meewerken aan het realiseren van een duurzame vrede. Dit gaat nog heel lang duren, dat begrijp ik ook wel. Er moet heel veel gerepareerd worden. Maar mensen moeten een betere toekomst krijgen daar.’

Sit-ins voor staakt-het-vuren in Gaza leiden tot emotionele reacties

0

Meerdere Nederlandse treinstations waren gisteren het toneel van zogenoemde sit-in acties voor een staakt-het-vuren in Gaza. ‘Stop met het bombarderen van Gaza’, werd gisteren bijvoorbeeld in Utrecht gescandeerd. De demonstraties werden druk bezocht, maar er is ook veel kritiek en boosheid op sociale media.  

‘Mijn familie heeft niet zulke goede ervaringen met de trein naar Duitsland’, zegt PvdA-lid Bob Maas op X en vervolgt, ‘Dat hier een stelletje antisemieten op de eerste dag van Chanoeka en eerder tijdens Kristallnacht dit mogen flikken, terwijl de NS net als in ‘40-‘45 wegkijkt en faciliteert is werkelijk ontstaanbaar’ (sic).

Melissa Koutouzis van het Woonprotest kan er met haar gedachten niet bij. ‘’Stop bombing Gaza’ en ‘ceasefire now’ is antisemitisch? We zijn 15 duizend doden verder en 1,5 miljoen mensen op de vlucht, wie kijkt hier nou weg?’, reageert ze op de post van Maas. ‘En je vergelijkt een sit-in op ’t station met treinen naar concentratie kampen? Snap je zelf hoe bizar dat is..?’, voegt ze daar nog aan toe.

De historicus Nadia Bouras volstaat met de mededeling dat ze het ‘een afschuwelijke tweet’ vindt.

In Amsterdam was er ook een sit-in, meldt AT5. De radicaal-rechtse partij JA21 heeft vragen gesteld aan het stadsbestuur, waarin wordt gesuggereerd dat de demonstranten bewust de dag van Joodse Chanoeka-viering hebben uitgepikt voor de sit-ins. Volgens burgemeester Femke Halsema zijn er geen aanwijzingen zijn dat er extra demonstraties zijn georganiseerd vanwege Chanoeka.

Naast Amsterdam en Utrecht waren er gisteren ook protestacties in Almere, Zwolle, Eindhoven, Rotterdam, Enschede, Nijmegen, Den Haag, Haarlem en Alkmaar.

Europees Parlementslid bezoekt Osman Kavala in gevangenis

0

De filantroop Osman Kavala, die al meer dan zes jaar vastzit in Turkije, is bezocht door Nacho Sánchez Amor, de Turkije-rapporteur van het Europese Parlement. Zo meldt de Turkse nieuwssite Duvar.

Kavala wordt beschuldigd van het orkestreren van de Gezi-protesten in 2013 én de couppoging in 2016, maar het Turkse OM kan hier geen bewijs voor leveren. Hij is, ondanks meerdere uitspraken van het Europees Hof van de Rechten van de Mens die Kavala vrijpleit van alle beschuldigingen, voor levenslang veroordeeld door de Turkse rechter. Het Europese Parlement heeft die uitspraak zonder bewijs al eerder ‘streng veroordeeld’.

Amor is de eerste Europese parlementariër die Kavala in zes jaar heeft bezocht in de gevangenis. Hij deelde de ontmoeting op sociale media en noemde Kavala een ‘indrukwekkend persoon’. Hij bedankte daarbij ook de Turkse ministeries van Justitie en Buitenlandse Zaken, voor het faciliteren van het bezoek en hoopt daarbij dat de ontmoeting ‘een voorloper’ wordt van ‘verbeterde verhoudingen tussen Turkije en de EU’.

De toetredingsonderhandelingen tussen Turkije en de EU, die in 2004 begonnen, staan al meer dan een decennium in de ijskast. In de tussentijd werd Turkije onder president Erdogan een autocratischer land. Om de zoveel tijd zijn er pogingen om de betrekkingen met de EU glad te strijken, maar aan beide kanten zijn er serieuze bedenkingen. De mensenrechtenschendingen in Turkije, die vanaf het mislukken van het vredesproces met de Koerdische PKK in 2015 en de couppoging in 2016, blijven daarbij het grootste struikelblok. Wel is er samenwerking tussen Turkije en de EU in de vorm van migratiedeals en via de NAVO.

 

Extremistische kolonisten uit Israël niet langer welkom in België

0

De Belgische premier Alexander De Croo zegt dat zijn land geen Israëlische extremisten zal toelaten die geweld plegen tegen Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever. Dit schrijft hij op X. ‘Geweld tegen burgers zal gevolgen hebben’, schrijft hij.

‘Extremistische kolonisten op de Westelijke Jordaanoever komen België niet meer in. ‘We zullen met de Verenigde Staten samenwerken als het gaat om sancties tegen personen die betrokken zijn bij acties die de vrede, veiligheid en stabiliteit op de Westelijke Jordaanoever
ondermijnen.’

De Belgische maatregelen tegen Israëlische extremisten volgen op die van de Verenigde Staten. Eerder deze week kondigde het ministerie van Buitenlandse Zaken aan dat er een reisverbod komt tegen extremistische kolonisten die betrokken zijn bij aanvallen op Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever. Minister van Buitenlandse Zaken Anthony Blinken kondigde deze stap aan, nadat hij Israël vorige week had gewaarschuwd dat de regering van president Joe Biden actie zou ondernemen in reactie op de aanvallen.

Blinken heeft geen individuele visumverboden aangekondigd, maar woordvoerder Matthew Miller vertelde het reisverbod afgelopen dinsdag van kracht is gegaan en betrekking zouden heeft op ‘tientallen’ kolonisten en hun families. Er volgen nog meer reisverboden als het kolonistengeweld niet stopt.

Denemarken verbiedt Koranverbrandingen

0

Het Deense parlement heeft een wet aangenomen die het in het openbaar verbranden van een exemplaar van de koran verbiedt. Dit bericht de Arabische nieuwszender Al Jazeera.

Het wetsvoorstel werd donderdag aangenomen met 94 stemmen voor en 77
tegen in de 179 zetels tellende Folketing, het Deense parlement. Het
voorstel verbiedt ‘ongepaste behandeling van geschriften met
aanzienlijk religieus belang voor een erkende religieuze gemeenschap’.

Degenen die deze wet overtreden riskeren een geldboete of een
gevangenisstraf van maximaal twee jaar. De Deense koningin moet de wet
nog ondertekenen voordat de wet formeel van kracht wordt. Dat gebeurt
vermoedelijk nog deze maand.

Dit jaar werden in Zweden en Denemarken in het openbaar korans verbrand door rechtsextremisten. Deze koranverbrandingen hebben tot woedende
reacties in de islamitische wereld geleid. Zo probeerde een woedende
menigte in juli dit jaar de Deense ambassade in Bagdad te bestormen.In
Nederland verscheurde Edwin Wagensveld van Pegida begin dit jaar een
exemplaar van de koran. ‘De Koran is een fascistisch boek. Net zo erg
als Mein Kampf. Aanhangers volgen dezelfde ideologie als Hitler’, zei
hij toen. Voor zijn uitspraken kreeg Wagensveld in november 40 uur
taakstraf, wegens groepsbelediging. Het verscheuren of verbranden
van een koran is echter nog niet strafbaar in Nederland.

Hoe wereldburger Thung hoogleraar virologie werd

0

Thung Tjeng Hiang (1897-1960) was Chinees, Indonesiër en ook Nederlander. En hij was de eerste hoogleraar virologie in de wereld. Journalist Frans Glissenaar schreef zijn fascinerende biografie, ‘Tussen de vier zeeën’.

Zijn levensverhaal is om twee redenen heel bijzonder, legt Glissenaar uit. ‘Ten eerste waren de Chinezen uit Nederlands-Indië van zijn generatie de eersten die de gelegenheid kregen om in Nederland te studeren. Daardoor kreeg hij een heel andere kijk op de wereld dan als hij in Indië was gebleven. Ten tweede was hij een voorloper in de ontwikkeling van de virologie. Nederland heeft hierin altijd een vooraanstaande rol gespeeld. Nederlandse wetenschappers waren de eersten die het bestaan van virussen ontdekten en hier onderzoek naar deden. Wetenschapper Martinus Willem Beijerinck was degene die de term ‘virus’ bedacht.’

Hoe kwam Thung in virologie terecht, waarom koos hij dit als specialisme?

‘Thung ging naar Wageningen. Zijn familie zat in landbouw. Ze hadden theeplantages in Indië. Het was logisch dat hun zoon iets moest gaan studeren op het gebied van de landbouw, want dan hadden zij er ook iets aan. Aanvankelijk deed Thung de algemene richting, maar hij specialiseerde zich in plantenziektenkunde. Veel plantenziekten werden veroorzaakt door virussen. Daarin heeft hij zich steeds verder verdiept en hij ontdekte ook nieuwe dingen, hoe virussen functioneerden.’

Wat was zijn belangrijkste wetenschappelijke ontdekking?

‘Dat virussen konden muteren. Hij noemde woord ‘muteren’ niet, maar schreef dat virussen zich aanpassen aan de veranderende omstandigheden. Virussen zijn een levend iets, ontdekte Thung. Dat was een nieuw inzicht in die tijd. Veel van zijn kennis is trouwens nu wel een beetje verouderd, ingehaald door nieuwe wetenschappelijke inzichten. Maar dat betekent niet dat zijn eerste stappen overbodig zijn. Want je bouwt kennis op bestaande kennis.’

Thung als student. © Herkomst reproductie: Special Collections, Wageningen University & Research – Library

‘Toen Thung zich in de jaren twintig en dertig verdiepte in virussen kon je die nog niet zien, want de elektronenmicroscoop bestond nog niet. Die kwam pas eind jaren dertig. Later gebruikte Thung deze microscoop ook en publiceerde hij over wat hij zag.

‘Vlak na de oorlog schreef Thung het boek Grondbeginselen der virologie. Dat is jarenlang, tot in de jaren zestig, gebruikt als handboek door Nederlandse studenten. Nu is het verouderd.

‘In Wageningen kwam een apart laboratorium voor virologie. Aanvankelijk wilde de universiteit dat alleen plantenvirussen bestudeerd zouden worden, maar Thung stak hier een stokje voor. Een virus is een virus, zei hij. Laten we dit laboratorium voor virologie noemen. Want we willen virussen bestuderen. Plantenvirussen gedragen zich niet anders dan andere virussen.

´Nederlanders ontworpen daarom een soort apartheidssysteem, met aparte wijken waar Chinezen mochten wonen’

‘Thung voelde aan dat zijn werk belangrijker zou worden. Want de wereld wordt steeds kleiner en mensen reizen steeds meer. Daardoor worden virussen ook sneller verspreid. Dat hebben we nu ook kunnen zien met covid-19.’

De Chinese Thung groeide op in Indonesië, toen dat nog een Nederlandse kolonie was. Hoe was de positie van de Chinezen?

‘Je kunt hun positie vergelijken met die van de Joden in de diaspora. De Joden waren verspreid over veel landen, eeuwenlang. In heel Azië woonden grote groepen Chinezen buiten China. In Thailand, Maleisië, Indonesië. China is een groot en dichtbevolkt land. Er gebeurde daar veel, oorlogen, epidemieën, enzovoort. Die leidden ertoe dat veel mensen hun geluk buiten China gingen zoeken. De Chinezen buiten China waren werkzaam in de handel, omdat ze vaak werden uitgesloten voor andere beroepen. Dat is heel erg te vergelijken met de positie die Joden eeuwenlang in Europa innamen. En net als de Joden werden en worden de Chinezen als buitenstaanders gezien, die een bedreiging zouden vormen voor de lokale bewoners.

‘Toen Nederlanders steeds meer gebieden gingen bezetten, kregen ze steeds vaker te maken met Chinese middenklasse. Zij waren nodig om economie draaiende te houden. De Nederland wilden de Chinezen niet als concurrenten. Ze moesten in het gareel worden gehouden. Nederlanders ontworpen daarom een soort apartheidssysteem, met aparte wijken waar Chinezen mochten wonen en met plekken waar ze niet mochten wonen. Ook wezen de Nederlanders vertegenwoordigers aan die namens Chinese gemeenschap moesten onderhandelen met het bestuur.’

Thung in 1960. © Herkomst reproductie: Special Collections, Wageningen University & Research – Library

Maar de positie van Chinezen was wel beter dan die van Javanen en andere Indonesiërs toch?

‘Inderdaad. Ze hadden bepaalde privileges. Ze konden land pachten, land kopen enzovoort. Chinezen waren ook in de positie om eisen aan Nederlands-Indische regering te stellen. Bijvoorbeeld dat ze goed onderwijs kregen. De koloniale overheid wilde dat aanvankelijk niet. Daarop gingen de Chinezen in Indië hun docenten uit China halen. Dat vonden de koloniale autoriteiten niet zo fijn, want ze vreesden voor buitenlandse invloed. Daarom kwamen er Nederlands-Chinese scholen.’

Hoe rijk en invloedrijk was de familie van Thung?

‘Zijn vader kwam uit een invloedrijke familie. Hij had samen met zijn broers de succesvolle naamloze vennootschap ‘De negen broeders’ opgericht. Thungs vader was niet zo rijk en succesvol als zijn broers, maar bezat wel een theeplantage en een rijstpellerij. ’

Waarom ging Thung studeren in Nederland? En wat vond hij van Nederland?

‘In Nederlands-Indië kon je niet studeren, de middelbare school was hoogste wat je kon doen. Dat kwam voort uit het idee dat inlanders niet hoefden te studeren. En witte Nederlanders konden voor studie wel naar Nederland. Dus als je wilde studeren moest dat buiten Indië gebeuren. Nederland was daarvoor de meest logische plek, vanwege de taal.’

‘Thung ging samen met twee neven naar Nederland om te studeren. Dit was wellicht een familiebesluit, om de oudste zoons naar Nederland te sturen om daar te studeren. Dat was goed voor ‘De negen broeders’. De familie wilde meegaan in vaart der volkeren, op de hoogte zijn van nieuwste ontwikkelingen. En studeren was ook goed voor je maatschappelijke status.’

Hoe beleefde Thung Nederland?

‘Hij werd positief ontvangen. Je merkte wel paternalisme. Medestudenten noemden Thung hun ‘bruine broeder’. Dat was niet-discriminerend bedoeld, maar het was wel taal die we tegenwoordig discriminerend noemen. Thung schreef in het studentenblad van Wageningen over de Chinese cultuur en over Nederlands-Indië, om uit te leggen wie hij was, als buitenbeentje.

‘Thung heeft zich nooit gediscrimineerd gevoeld, zei hij zelf. Wel werd hij als exotisch gezien. Er waren maar weinig niet-witte studenten in Wageningen. Een van zijn neven studeerde er en een andere Indonesiër.

‘Indonesië was voor Nederlandse studenten in Wageningen geen onbekend land. Veel studenten verdiepten zich in tropische landbouw omdat ze naar Indonesië wilden gaan. Studentenverenigingen organiseerden rijsttafels en lezingen met sprekers over Indonesië.’

Hoe stond Thung tegenover het Indonesische nationalisme? Was hij een voorstander van de Indonesische onafhankelijkheid?

‘Thung stond daarin ambivalent. In zijn studententijd steunde hij de Indonesische nationalistische beweging. Hij kende enkele leiders ook, waaronder Soewardi Soerjaningrat en Mohammed Hatta, die in Rotterdam studeerde. Ook werd Thung redacteur van het blad van de Liga tegen Imperialisme en Koloniale Onderdrukking, een best wel linkse organisatie die – zoals later bleek – was geïnfiltreerd door Moskou.

Frans Glissenaar

‘Maar toen Thung was afgestudeerd werd hij gematigder. Hij wilde een baan zoeken in Nederlands-Indië. Via een collega-student vond hij een baan bij het Proefstation voor Vorstenlandsche Tabak, een organisatie van koloniale planters. Het was een hele tour om daar te mogen werken, want enkele planters hadden lucht gekregen van Thungs ideologische opvattingen. Thung kon er werken als hij zou zwijgen over politiek. Dat heeft vervolgens ook gedaan. In de loop der tijd is hij zich ook steeds meer als een koloniaal gaan gedragen bovendien…’

Vertel.

‘In het blad voor tabaksplanters schreef Thung een artikel over hoe bepaalde virussen zich via onkruid konden verspreiden. Hij gaf planters tips over hoe ze het onkruid konden weghalen. Thung schreef dat dit niet zo veel hoefde te kosten, je kon hiervoor kinderen, van twaalf jaar, inzetten. Hij pleitte in dit artikel dus voor kinderarbeid.’

‘Thung kreeg, vanwege zijn Nederlandse opleiding, een goed salaris, 1100 gulden per maand, net als de witte Nederlanders. Indo-Europeanen kregen een lager salaris, tussen de 400 en 500 gulden. Javanen ten slotte verdienden tussen een tientje en honderd gulden. Er was een duidelijk rassenonderscheid, als het ging om belonen. Thung had ook veel Javanen in dienst. Een chauffeur, een kok, een meisje voor de kinderen. Hij ging zich, en dat was denk ik onvermijdelijk, koloniaal gedragen.’

Heeft hier later nog kritisch op gereflecteerd? Of op zijn linksere positiekeuze in zijn studententijd?

‘Nee, Thung was heel flexibel voor zichzelf, hij was niet een hele principiële persoon. Tijdens de Indonesische onafhankelijkheidsstrijd voerde hij een middenkoers. Hij zei tegen de witte Nederlanders dat ze meer begrip moesten hebben voor de Indonesische positie, maar tegelijkertijd kwam hij ook op voor de Chinezen. Voor de Chinezen was de Indonesische Onafhankelijkheidsoorlog een moeilijke tijd. Veel Indonesiërs beschouwden de Chinezen als de handlangers van de Nederlanders. Dat was niet helemaal terecht. Maar het leidde wel tot discriminatie van en geweld tegen Chinezen.

´Veel Indonesiërs beschouwden de Chinezen als handlangers van de Nederlanders´

‘Aan het nieuwe Indonesië heeft Thung trouwens een belangrijke bijdrage geleverd. Hij heeft de landbouwfaculteit opgezet van de Universiteit van Indonesië in Bogor. Een van zijn leerlingen, Tojib Hadiwidjaja, werd later rector van deze universiteit en minister van Landbouw van Indonesië. Thung is bovendien in 1956 nog een jaar gasthoogleraar op deze universiteit geweest.’

De Chinezen hadden in de koloniale tijd een betere positie dan de Indonesiërs. Hoe veranderde hun positie toen de Nederlanders eind 1949 de soevereiniteit overdroegen aan de Republiek Indonesië?

‘Zeker in eerste instantie verslechterde hun positie. De Chinezen, Indo-Europeanen en zelfs aan de Nederlanders werd na de soevereiniteitsoverdracht de keuze voorgelegd om Indonesiër te worden. Maar ze moesten wel hun andere paspoort opgeven. Je kon niet én Indonesiër én Nederlander zijn, of én Indonesiër én Chinees. Het was of-of. Vrijwel alle Nederlanders, twee derde van de Indo-Nederlanders en ongeveer de helft van de Chinezen wilden daarom geen Indonesiër blijven.

‘Halverwege de jaren vijftig, tijdens de zogenoemde Konfrontasiepolitiek, kozen veel Nederlanders, Indo-Europeanen en Chinezen die wel voor het Indonesische staatsburgerschap hadden gekozen er alsnog voor om hun koffers te pakken, omdat ze door president Soekarno als zondebok werden bestempeld. Chinezen werden fysiek aangevallen en soms voor de rechter gesleept, omdat ze geldwoekeraars zouden zijn. Veel Chinezen vertrokken naar China, anderen naar Nederland. Daarom kreeg Nederland vanaf de jaren vijftig zo veel Chinees-Indonesische restaurants. Nog steeds worden Chinezen in Indonesië gediscrimineerd. Elke keer als er onrust is in het land worden Chinezen aangevallen. Tegelijkertijd spelen rijke Chinezen nog een steeds een belangrijke rol in de Indonesische economie. Maar dat is een kleine groep. De meeste Chinezen in Indonesië zijn helemaal niet zo rijk.’

Voelde Thung zich Chinees, Indonesiër of Nederlander?

‘Alle drie, denk ik. Hij bleef zich altijd verdiepen in de Chinese cultuur. Hij had zijn studie in Wageningen ook tijdelijk stopgezet, om in Leiden sinologie en filosofie te studeren. Thung was trots op zijn Chinese wortels, maar vond ook dat Chinezen zich moesten ontwikkelen. Ze konden leren van westerse wetenschap, hij stelde een symbiose voor.

‘Het grootste deel van zijn leven heeft Thung in Nederland gewoond en gewerkt. Hij voelde een band met Indonesië, maar ik denk dat hij zich toch net een beetje meer Nederlander voelde.’

En voelde Thung zich ook een wereldburger? De titel van uw boek is namelijk ‘Tussen de vier zeeën zijn wij allen broeders’, een citaat van Confucius dat Thung graag aanhaalde.

‘Voor Thung betekende het wereldburgerschap in de eerste plaats dat wetenschappers over de hele wereld contact hadden met elkaar. Hij vond tijdens de Koude Oorlog dat westerse wetenschappers ook in contact moesten blijven met wetenschappers uit de Sovjet-Unie en China. Hij stond een detente voor en maakte zich grote zorgen over het gevaar van kernwapens.’

‘In 1960 overleed Thung plotseling, aan de gevolgen van een hartaanval. Dat was tijdens een bijeenkomst van de plaatselijke Rotary in Wageningen, waar de Nederlandse staatssecretaris van Buitenlandse Zaken  Hans van Houten een verhaal hield. Vlak voor zijn dood hield Thung een vurig pleidooi voor ontwapening, een cri de coeur. Mogelijk werd die hartenkreet hem fataal.’

Deze oorlog moet eindigen

0

Het gebruik van artikel 99 van het Handvest van de Verenigde Naties door secretaris-generaal Antonio Guterres heeft aanzienlijke onrust veroorzaakt in de wereldgemeenschap. Zijn stap werd genomen om de aandacht te vestigen op de escalerende en uiterst ernstige humanitaire crisis die zich nu afspeelt in Gaza. Dit illustreert de ernst van de huidige crisis, aangezien er slechts vier keer eerder in de geschiedenis van de Verenigde Naties is gegrepen naar dit artikel.

Guterres waarschuwt dat het aantal Palestijnse slachtoffers in het conflict de 16.000 heeft overschreden. Daarbij is meer dan 80 procent van de inwoners van Gaza gedwongen hun huizen te verlaten en staat de gezondheidsinfrastructuur op instorten. De brief beschrijft levendig de ernstige vernietiging van civiele infrastructuur, het verlies van meer dan duizend VN-hulpverleners en het feit dat de burgerbevolking in Gaza niet wordt beschermd. Gaza zal met onherroepelijke gevolgen te maken krijgen. Gevolgen die de vrede en veiligheid bedreigen van niet alleen Israël en Palestina, maar ook van de rest van de wereld.

De buitengewone maatregel van de VN-chef beoogt de Veiligheidsraad tot actie te dwingen. De Raad heeft eerder problemen ondervonden bij het aannemen van bindende resoluties over het conflict, vanwege zorgen van de Verenigde Staten.

Hoewel Guterres persoonlijk niet de macht heeft om actie af te dwingen, verplicht de aanroeping van artikel 99 de Raad om zich over de kwestie te beraden. Arabische landen, zoals de Verenigde Arabische Emiraten, pleiten momenteel voor een snelle uitvoering van een resolutie die oproept tot onmiddellijk staakt-het-vuren. Desalniettemin zijn er nog steeds aanzienlijke meningsverschillen tussen de leden van de raad.

Onze humaniteit eist dat leiders, voordat er meer kinderen onnodig sterven, de moed moeten hebben om vrede na te streven

Israël handhaaft krachtig verzet tegen elke resolutie, omdat Hamas hiervan zou profiteren.  En verder zijn er de westerse landen die tegen de resolutie stemmen, of zich onthouden van stemming, om Israël tegemoet te komen. Er is een grote kans dat dit opnieuw zal gebeuren. Andere strategieën, zoals het pleiten voor humanitaire pauzes, hebben er niet toe geleid dat het geweld stopte. Bovendien beweren sommigen dat het gebruik van artikel 99 meer symbolisch van aard is en de politieke overwegingen binnen de Raad niet ingrijpend veranderen.

Daarom, hoewel Guterres zijn bezorgdheid heeft geuit, zijn de onderliggende factoren die de VN-interventie belemmeren niet significant veranderd. Er is onvoldoende bewijs om aan te geven dat de strijdende partijen bereid zijn een duurzame politieke overeenkomst te bereiken. Zonder een dergelijke houding zullen inspanningen om een ​​bestand tot stand te brengen blijven stagneren.

Guterres heeft gelijk: het voorkomen van humanitaire catastrofes moet de hoogste prioriteit krijgen. Toch is de kans op een oplossing even klein als voorheen. De oorlog, die nu al meer dan dan zestig dagen duurt, is buitengewoon complex van aard. De vastberaden deelname van Guterres geeft aan dat de VN erkennen dat ze niet stoïcijns kunnen blijven toekijken, gezien het alarmerende aantal burgerslachtoffers. Maar zijn buitengewone daad an sich kan geen vrede afdwingen. Guterres heeft de wereld op de situatie in Gaza gewezen, maar liet na een routekaart naar de vrede te presenteren, terwijl de diverse partijen zich verder ingraven in hun grote gelijk. Het voorkomen van rampen die niet te herstellen zijn vereist politieke concessies, die momenteel echter ontbreken.

De 16.000 doden in Gaza zijn het verschrikkelijke gevolg van het falen van de diplomatie en de keuze van de staat Israël om geweld te gebruiken. Want los van alle politieke complexiteiten moeten we de menselijke kant niet uit het oog verliezen. Er zijn Palestijnen vermoord. Er zijn ook Israëliërs vermoord. Al die levens zijn intrinsiek waardevol. Op een gegeven moment wordt het geweld te zinloos om nog door te gaan. Wanneer moeders vrezen voor hun kinderen, te midden van bombardementen, en burgers sidderen van angst, niet wetend of ze de dag zullen overleven. Als dat gebeurt dan zijn we te ver afgedwaald van de kern van wat ons menselijk maakt. Want het besef dat alle levens van waarde zijn vormt een potentiële gemeenschappelijke grond, die bittere vijanden met elkaar delen.

We moeten, met het oog op alle mensen die zijn omgekomen, op zijn minst een poging doen om vrede te stichten. Dat zijn we aan hen verplicht. Onze humaniteit eist dat leiders, voordat er meer kinderen onnodig sterven, de moed moeten hebben om vrede na te streven, in plaats van wraak te zoeken via geweld. Dat is de enige weg. De weg van diplomatie en co-existentie. Dat moet, na zestig dagen bloedvergieten. De mensen die zijn gestorven zijn verdienen het. Degenen die de slachting hebben overleefd verdienen het. De rede eist het. Deze oorlog moet eindigen.

VN-baas roept Veiligheidsraad bijeen vanwege Gaza

0

Secretaris-generaal António Guterres van de Verenigde Naties wil dat de VN-Veiligheidsraad bijeenkomt vanwege de situatie in Gaza en doet daarvoor een beroep op artikel 99 van het VN-Handvest. Zo meldt de Arabische nieuwszender Al Jazeera.

Artikel 99 van het VN-Handvest geeft de VN-chef de gelegenheid om zaken voor te leggen aan de Veiligheidsraad die de ‘internationale vrede en veiligheid’ zouden bedreigen. Het gebeurt maar zelden dat een secretaris-generaal naar dit middel grijpt.

Volgens Guterres bedreigt de oorlog in Gaza de internationale rechtsorde. Hij herhaalde zijn oproep voor een ‘onmiddellijk staakt-het-vuren’.

De Verenigde Arabische Emiraten hebben in reactie op de oproep een nieuwe resolutie gemaakt die een nieuw, humanitair staakt-het-vuren moet opleveren. ‘We kunnen niet wachten’, zegt de afgevaardigde van de Emiraten en zegt dat de situatie in Gaza ‘catastrofaal en onomkeerbaar’ is.

Mocht er een resolutie aangenomen worden, zonder veto van deze of gene partij, dan kan dat de VN sancties instellen en zelfs interveniëren. Maar de kans dat dat gebeurt is uiterst klein, gezien de veto’s die Amerika, bondgenoot van Israël, herhaaldelijk inzette, vanwege het zogenoemde Israëlische recht om zichzelf te verdedigen.

Nederland heeft zich in een eerdere stemming voor een staakt-het-vuren afzijdig gehouden.