19.8 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 719

In Gaza tikt de corona-tijdbom

0

Terwijl de Palestijnen in Gaza met humor op sociale media reageren op de coronacrisis, proberen de autoriteiten koste wat het kost een rampscenario te voorkomen. Israël heeft het gebied bezet en controle over de grens, maar laat weinig van zich horen.

De Gazastrip staat bekend als de grootste openluchtgevangenis ter wereld. Met twee miljoen mensen op een gebied ongeveer twee keer zo groot als Texel is het ook nog eens het meest dichtbevolkte stukje land in de wereld. Terwijl de rest van de wereld worstelt met de gezondheidscrisis naar aanleiding van COVID-19 zit Gaza – met slechts zeventien gemelde coronagevallen – ook in lockdown. Het verschil is dat de Gazastrip ook voor de uitbraak van het coronavirus al in een lockdown zat, door de blokkade die meer dan tien jaar geleden door Israël werd opgelegd.

Voor de uitbraak van het coronavirus ging chirurg Mohamed Reyad Hajjaj iedere dag naar zijn werk bij het Al-Shifa ziekenhuis in Gazastad. In april zag hij het dagelijks leven langzaam veranderen. De scholen en moskeeën gingen dicht en de restaurants in Gaza waren tot voor kort gesloten. Iedereen die binnenkomt moet voor 21 dagen in quarantaine en het beperken van sociale contacten wordt door de autoriteiten streng geadviseerd.

Op zijn werk is er voor Hajjaj weinig veranderd. Hij heeft er nog geen coronapatiënt gezien, die zijn er per slot van rekening ook nauwelijks. Ondanks het lage aantal besmettingen lijken de autoriteiten in het Palestijnse gebied de risico’s serieus te nemen. Voor de inwoners ligt dat volgens de chirurg anders: ‘De mensen hier zijn zo ongeïnteresseerd dat het dom is. Ze lezen verhalen en zien video’s van over de hele wereld over het virus, en toch doen ze alsof ze niet weten dat het levensgevaarlijk is.’

Net als de chirurg houdt mensenrechtenactivist Mohamed Abu Sitta daarom zijn hart vast. ‘De Gazanen zijn roekeloos. Ze hebben zoveel crises en oorlogen meegemaakt, dat zij zich nergens meer druk om maken – zelfs niet om de dood.’

Slechte gezondheidszorg

Een grotere uitbraak met meerdere besmettingen zou volgens de activist een ramp zijn. ‘Er zijn niet genoeg ziekenhuizen. De ziekenhuizen die er zij kunnen zich niet goed voorbereiden op een uitbraak, omdat er onvoldoende intensive care bedden en beademingsapparaten zijn.’

Volgens Dana Moss van actiegroep Physicians for Human Rights Israel (PHRI) zaten de mensen in Gaza ook voor de coronavirusuitbraak in een barre situatie. ‘Er zijn weinig sanitaire voorzieningen. Dokters en verpleegkundigen kunnen niet buiten Gaza studeren. Hierdoor blijft de gezondheidszorg op een lager niveau dan bijvoorbeeld in Israël.’

De Gazastrip kent op dit moment 87 intensive care-bedden met beademingsapparatuur. Matthias Schmale, uitvoerend directeur van de VN in Gaza, waarschuwde in april al dat als slechts tweeduizend van Gaza’s twee miljoen inwoners ernstig ziek zouden worden van het coronavirus, het zorgsysteem volledig zou overstromen.

‘Als wanhopige mensen nergens naartoe kunnen tijdens een uitbraak, of als zij ziek zijn, wetende dat medische hulp aan de Israëlische kant beschikbaar is, dan zullen ze proberen door het grenshek heen te dringen,’ zegt Schmale tegen EUobserver.

PHRI bracht in de afgelopen zes weken 100.000 shekel (ongeveer 26.000 euro) aan medische apparatuur naar de Gazastrip. Volgens Moss is dat lang niet genoeg.

‘Gaza heeft meer handgel, gezichtsmaskers en andere persoonlijke bescherming nodig. Maar er is meer aan de hand dan alleen de gevaren van het coronavirus. Gaza is al dertien jaar volledig afgezonderd van de rest van de wereld. Veel patiënten gaan normaal gesproken naar ziekenhuizen in Oost-Jeruzalem of Israël, maar zij krijgen nu geen vergunning van Israël om Gaza te verlaten. Wat gebeurt er bijvoorbeeld met kankerpatiënten die nu niet geholpen kunnen worden?’

Moss vindt dat Israël het beleid ten aanzien van Gaza fundamenteel veranderen moet. ‘Deze crisis legt veel onderliggende problemen bloot, zoals de slechte sanitaire voorzieningen en de slechte gezondheidszorg, als gevolg van de blokkade. Als bezetter heeft Israël de verantwoordelijkheid om de rechten van de mensen in Gaza te respecteren, gezondheid is daar onderdeel van.’

‘De Gazanen hebben zoveel crises en oorlogen meegemaakt, dat zij zich nergens meer druk om maken – zelfs niet om de dood’

Physicians for Human Rights Israel bood vorige week een petitie aan de bij de Hoge Raad van Israël, waarin de actiegroep Israël vraagt de Gazastrip en de Westelijke Jordaanoever te helpen bij het bestrijden van Covid-19. Ook moet Israël met een plan komen hoe deze hulp eruit zou moeten zien. ‘Het is geen politieke kwestie meer, maar een kwestie van gezondheid. Israël zou meer van zijn kennis en protocollen moeten delen, naast het beschikbaar stellen van benodigdheden als alcoholgel’, aldus Moss.

De Israëlische Hoge Raad neemt later deze week een besluit over de petitie van Physicians for Human Rights. Maar ook daarna heeft Israël nog altijd de touwtjes in handen. Van de eerste honderd duizend testkits die Israël bemachtigde, gingen er slechts tweehonderd naar Gaza en vierhonderd naar de Westelijke Jordaanoever. Ook na de uitslag van de Hoge Raad ligt het definitieve besluit bij de Israëlische overheid. Het zou daarom goed kunnen dat de bewegingsvrijheid en medische benodigdheden beperkt blijven.

Toch hoopt Moss dat met hulp van de Hoge Raad en druk vanuit de internationale gemeenschap Israël zal besluiten Gaza uitvoeriger te steunen. ‘Dat de Hoge Raad onze petitie in behandeling heeft genomen, is al een goed teken.’

Coronahumor

Het coronavirus in Gaza lijkt vooralsnog onder controle. En terwijl het virus in de rest van de wereld grote paniek veroorzaakt, vallen de Palestijnen terug op humor.

‘Nu het coronavirus grensoverschrijdend is, lijkt het erop dat het belegerde Gaza de veiligste plek ter wereld zal zijn’, grapt de Palestijnse HR-consultant Taysir Balbisi uit Gaza op Twitter.

‘We zijn niet gestorven aan vier oorlogen, chemische aanvallen, giftige gassen die de helft van onze jeugd bij het de grens met Israël heeft ingeademd, bommen of fosfor. Denk je dat we zouden sterven aan corona? Rustig aan, mensen’, schrijft activiste Nadia AbuShaban op Facebook.

Ook de eerdergenoemde activist Abu Sitta ziet ironie in de huidige situatie: ‘De blokkade en de isolatie waar wij in Gaza onder lijden, heeft ons eigenlijk beschermd tegen het virus.’

Hoe lang houdt het patriottistische ‘rally round the flag’-effect nog stand?

2

Pas tijdens een crisis zien we dat burgers van een land zich massaal achter hun leider(s) scharen. In de politicologie staat dit effect bekend als het ‘rally round the flag’-effect, een patriottistische reflex die voor het eerst in de jaren zeventig in de VS werd geconstateerd. Deze reflex trad en treedt met name op gedurende oorlogen, maar ook andere crises, zoals de coronacrisis. En op dit moment zien we dit niet alleen in Amerika, maar ook in Europa gebeuren. En het is de vraag hoe lang het nog stand houdt.

Hier in Nederland zijn het Mark Rutte en zijn VVD die hiervan profiteren. Met reden. Rutte betoont zich tijdens deze crisis een leider als nooit tevoren. Ondanks enkele misstappen lijkt het huidige kabinet de coronacrisis voortvarend aan te pakken. De koers van het kabinet is niet links of rechts maar pragmatisch, waarbij men vertrouwt op experts en doet wat nodig is om deze crisis te overkomen.

De burger ziet dat ook en schaart zich daarom ook achter de premier, zijn partij en het kabinet. De VVD is de afgelopen weken niet voor niets enorm in de peilingen gestegen. Sowieso zien we in tijden van crisis vaak patriottisme opleven. Dat geldt nu ook voor Nederland. Nu is het moment om elkaar en ons land te steunen, zo denken velen, om samen zo goed als mogelijk de crisis door te komen.

De vraag is echter hoe lang dit effect stand houdt. Daarnaast moeten we ons afvragen of het wel zo goed is. Over het eerste punt kunnen we kort zijn. Het ‘rally round the flag’-effect is per definitie tijdelijk. Als de crisis overgaat, of minder ernstig wordt, verdwijnt het effect ook. Dit hebben we in het verleden zien gebeuren en zo zal dat ook nu zijn.

Als het kabinetsbeleid niet meer wordt gesteund door de meerderheid van de bevolking, wat dan?

Het is niet erg dat dat het patriottische gevoel verdwijnt. Hoewel patriottisme ook goede kanten heeft – denk aan solidariteit, gemeenschapszin en burgerlijke gehoorzaamheid – kunnen we ook een aantal schaduwkanten vaststellen. Kritiek op het gevoerde beleid wordt vaak niet bon ton geacht. Het is op dit moment immers niet patriottistisch om je uit te spreken tegen het gevoerde beleid van het kabinet en zijn experts.

Maar naarmate de crisis langer duurt worden onze economie, onze rechten en vrijheden, en de democratie zelf steeds meer beschadigd. Dit heeft niet alleen te maken met het feit dat de coronacrisis nu al maanden duurt, maar ook met de wijze waarop we deze bestrijden.

In het Outbreak Management Team zitten bijvoorbeeld alleen medici, waardoor we ons af kunnen vragen of andere belangen en perspectieven wel voldoende meegewogen worden. Ook ontbreekt de democratische controle vrijwel volledig. De Tweede Kamer bezit simpelweg niet de expertise om nu optimaal te kunnen opereren. Veel rechten en vrijheden zijn daarnaast ingeperkt. De vraag is hoe lang we dit nog moeten toestaan.

Het ‘rally round the flag’-effect is al aan het afnemen. We zien burgers geleidelijk aan steeds ongehoorzamer worden en steeds meer mensen gaan de straat op. Mensen worden ongeduldig en wachten op de versoepeling van de lockdown. Net als ondernemers, die graag willen redden wat er nog te redden valt.

Nog altijd zijn er velen die zich met goede redenen achter het kabinet en zijn beleid scharen, maar deze steun zal minder worden bij het voortschrijden van de tijd. En als het kabinetsbeleid niet meer wordt gesteund door de meerderheid van de bevolking, wat dan?

Hoe lang duurt eigenlijk een ‘bezetting’?

2

Dezer dagen herdenkt Nederland dat vijfenzeventig jaar geleden een einde kwam aan de Tweede Wereldoorlog en daarmee aan de Duitse Bezetting. Die nemen in onze nationale herinnering zo’n dominante plaats in dat het adjectief vaak wordt weggelaten: wie over ‘De Oorlog’ en ‘De Bezetting’ spreekt, is al duidelijk genoeg. De term ‘bezetting’ wordt sowieso amper voor iets anders dan 1940-1945 gehanteerd.

Voor de vorige keer dat Nederland door een grote mogendheid overweldigd werd, namelijk de periode 1810-1813 door de Fransen van Napoleon, spreken historici niet van bezetting, maar van inlijving – wat staatkundig ook correct is: Nederland verloor in 1810, anders dan in 1940, ook formeel zijn zelfstandigheid. Het werd deel van het Franse keizerrijk, waaraan overigens wel een militaire bezetting was voorafgegaan.

Hoe lang kan men van een ‘bezetting’ spreken? Ik kom daarop door het stuk van Fitria Jelyta in de Kanttekening van februari over de tegengestelde kijk van Indische en Indonesische Nederlanders op de koloniale periode. Daarin wordt een woordvoerder van de laatste groep geciteerd, Jeffry Pondaag: ‘De Nederlandste staat geeft geen gehoor aan de Indonesische slachtoffers van de 350 jaar durende illegale bezetting door Nederland.’

Het herinnerde mij aan het historisch museum van Corsica in het stadje Corte, dat ik in 2017 bezocht. Daar werd in de bijschriften gesproken van ‘250 jaar Franse bezetting’. In het Frans, dat wel. Wat mij vervolgens weer een Ierse pensionhoudster van zeven jaar eerder te binnen deed schieten, die weemoedig de verengelsing van haar land beklaagde – maar dit ook alleen in het Engels kon doen, omdat zijzelf evenmin nog het Keltisch machtig was.

Pondaags uitspraak roept twee interessante vragen op: wanneer spreken we (nog) van een bezetting, en, in samenhang daarmee, wanneer en hoe lang zijn machthebbers illegaal? Daarbij moeten we onderscheid maken tussen formele legaliteit en morele legitimiteit. Wat dat formele aspect betreft: vrijwel elk land in het verleden is voor een groot deel door verovering, dus ‘illegaal’, ontstaan.

Geen historicus zal bij Karel V en Filips II snel van een halve eeuw Spaanse ‘bezetting’ spreken

Tot de opmars van het democratisch denken met de Verlichting kwam zelfs niemand op het idee om de legitimiteit van de macht aan volksinspraak te koppelen. Het fiat van God, of gewoon de macht van het zwaard, volstond. Of het erfrecht. Door dat laatste kwam Nederland in Spaanse handen, zoals het door verovering vijftien eeuwen eerder in Romeinse handen gekomen was.

Als gezegd: in Nederland spreken wij ten aanzien van ‘vreemde’ overheersers – ook een interessant punt trouwens, dat ‘vreemd’ – alleen in het Duitse geval van een bezetting. Geen historicus zal bij Karel V en Filips II snel van een halve eeuw Spaanse ‘bezetting’ spreken. En indertijd was het ook juist de Opstand tegen hun gezag, en niet dat gezag zelf, die legitimatie behoefte.

Ook voor de Romeinen ben ik de term nooit tegengekomen. Natuurlijk: het is rond het jaar nul heel concreet met een militaire verovering en dito bezetting begonnen, met legioenen in de nieuwe Limes langs de Rijn. Die legioenen en Limes bleven ook vier eeuwen. Maar waar de ‘oorspronkelijke’ bewoners van de Lage Landen de Romeinen bij hun komst vast als veroveraars en bezetters hebben gezien, is het onwaarschijnlijk dat dat rond het jaar 400 nog steeds zo was.

Om een heel simpele reden: omdat het na vier eeuwen moeilijk meer te zeggen viel wie precies afstammelingen van de oorspronkelijke bewoners waren. Die hadden zich al vele generaties lang tijdens hun voortplantingsproces met Romeinse kolonisten gemengd, en ook die weinigen die genetisch misschien nog ‘zuiver’ waren gebleven waren cultureel volledig geromaniseerd. Voor hen was het Romein-zijn even vanzelfsprekend als water dat is voor een vis.

En dat brengt mij op de kloof tussen Indische en Indonesische Nederlanders, die we ook zien bij tussen al generaties lang in Ierland wonende Britten en ‘echte’ Ieren: voor de Indonesische blijft de indringer van voorheen tot op het laatst een indringer, ook na vele honderden jaren. Voor de Indische is, vanwege hun gemengde etnische wortels, die indringer ook deel geworden van henzelf. Dat is de kern van hun tragiek: zij worden zowel door de Nederlanders als door de Indonesiërs als buitenstaander gezien.

Pakistan zoekt putjesscheppers: alleen christenen mogen solliciteren

1

In Pakistan zijn niet-moslims en sjiieten tweederangs burgers. Zo adverteerde het Pakistaanse leger dat rioolschoonmakers worden gezocht, maar dat alleen christenen mogen solliciteren. Dit schrijft the New York Times.

Nadat activisten hiertegen protesteerden, besloot het leger de religieuze functie-eisen toch maar te verwijderen.

Christenen maken slechts 1,6 procent uit van de Pakistaanse bevolking, maar 80 procent van de rioolschoonmakers is christen. De rest is hindoe en van de laagste kaste. Moslims willen dit werk niet doen: ze noemen de rioolschoonmakers ‘choora’, vies.

Pakistaanse artsen weigeren om rioolschoonmakers te helpen als ze ziek zijn, omdat ze als onrein en onaanraakbaar worden beschouwd. Het werk van rioolschoonmaker is gevaarlijk. Soms sterven schoonmakers tijdens hun werk.

China neemt maatregelen vanwege racisme tegen zwarte mensen

0

De zuidelijke Chinese provincie Guangdong neemt antidiscriminatiemaatregelen in reactie op het racisme tegen zwarte mensen. Zij worden gediscrimineerd omdat zij het coronavirus zouden verspreiden. Dit schrijft het internationale nieuwsmedium Quartz.

De maatregelen volgen op een groot schandaal in april. Afrikaanse bewoners werden in provinciehoofdstad Guangzhou uit hun huizen gehaald en verplicht in quarantaine gezet. Ook bij hotels en bij de McDonalds mochten zij niet meer binnen.

Beelden van discriminatie gingen viral op social media, waarna Ghana, Kenia, Nigeria en Oeganda besloten de Chinese ambassadeur op het matje te roepen. Het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken waarschuwde Afro-Amerikaanse ondernemers om de stad Guangzhou te mijden.

Aanvankelijk ontkenden de communistische machthebbers in Beijing alles. Ze gaven de westerse media de schuld die nepnieuws zouden verspreiden, ondanks het feit dat Afrikaanse media de eerste media waren die met dit nieuws kwamen. Maar nu heeft de Chinese overheid besloten om toch wat te doen, volgens critici omdat de racistische incidenten slecht zijn voor het imago van China in Afrika.

‘Elke organisatie of persoon mag het aanbieden van hotelaccommodatie en het verhuren van huizen aan een specifieke groep mensen niet beperken of weigeren vanwege hun nationaliteit, ras, geslacht of huidskleur. Ze mogen evenmin de vrije toegang worden ontzegd tot openbare gelegenheden zoals lokale gemeenschappen, winkels en parken’, staat in een nieuwe bepaling.

Waarnemers verwachten dat hotels en andere etablissementen in Guangzhou zich snel aan deze regels gaan houden, omdat in het communistische China alles top-down geregeld wordt.

‘Erdogan moet voor oorlogstribunaal verschijnen’

3

De regionale kantonraad van het Noord-Syrische gebied Afrin vindt dat de internationale gemeenschap de Turkse president Erdogan voor een tribunaal voor oorlogsmisdaden moet verschijnen. Dit meldt Koerdisch Nieuws.

Erdogan moet berecht worden vanwege voortdurende oorlogsmisdaden door Turkse militairen en hun jihadistische bondgenoten in Noord-Syrië, vindt de Kantonraad.

De kantonraad verkeert in ballingschap vanuit het vluchtelingenkamp Veger, waar de ontheemden uit Afrin wonen. Het kamp is gelegen in het district Serawa, een deel van Afrin dat niet helemaal bezet is door de Turks-jihadistische legermacht.

Turkije veroverde in januari 2018 Afrin, dat door Koerden werd bezet. Tijdens de verovering van Afrin raakten honderdduizenden mensen ontheemd. Meer dan duizend mensen raakten gewond. Honderden burgers, waaronder ook vrouwen en kinderen, werden gedood.

Volgens de kantonraad van Afrin zijn Turkije en de jihadistische pro-Turkse milities bezig met een etnische zuivering:

‘De Koerdische bevolking in Afrin bedraagt nu slechts 27 procent. Vóór de invasie was 97 procent van de inwoners Koerdisch. Heiligdommen en pelgrimsoorden van de Yezidi-gemeenschap worden systematisch vernietigd. Leden van niet-islamitische religies worden geïslamiseerd. Afrin, waar ooit een grote verscheidenheid aan geloofsovertuigingen en culturen leefde, is nu slechts nog een stapel puin.’

Witte politiekorpsen en veiligheidsdiensten

0

Politiebaas Erik Akerboom vertrekt dit jaar naar de AIVD. Op zich weinig uitzonderlijk nieuws. We zien wel vaker een politietransfer naar de veiligheidsdiensten. Zo stapte Pieter-Jaap Aalbersberg als hoofd Amsterdamse politiekorps twee jaar geleden over naar de NCTV. De nieuwe korpschef, diegene die Akerboom dus gaat vervangen, is Henk van Essen.

U ziet de bui vast al hangen: de klok slaat allemaal witte mannen. De diversiteitskwestie binnen het korps leverde een interessant vraaggesprek op met Erik Akerboom in de Volkskrant. Hierin heeft Akerboom het over de ‘moeizame veranderbaarheid van de organisatie’ en wordt hij aan de tand gevoeld over zijn doelstellingen. Heeft hij bereikt wat hij heeft willen bereiken met betrekking tot diversiteit?  Ik heb een aantal dingen opgesomd. Dingen die we de volgende keer maar beter achterwege kunnen laten.

Ten eerste: kunnen we alsjeblieft stoppen om de etnische achtergrond van mensen met een migratieachtergrond een ‘multiculturele achtergrond’ te noemen? Al helemaal in een interview waar de witte achtergrond van de witte, autochtone of blanke mensen onbenoemd worden gelaten. Voor de laatste keer: we leven in een multiculturele samenleving, waar iedere burger een etnische achtergrond heeft.

De vraag die de journalisten stellen aan Erik Akerboom – ‘Uw plaatsvervanger is geen vrouw en heeft ook geen ‘multiculturele achtergrond’’ –  blijft wel relevant natuurlijk. Het antwoord van Erik Akerboom:

‘Het zou fantastisch zijn als we daar een vrouw of iemand met een migratieachtergrond konden benoemen, of beide, maar korpschef is niet een baantje waarmee je experimenteert. Ik had graag gezien dat Henk had kunnen concurreren met vrouwen die het willen, kunnen en de ervaring hebben. Maar die ervaringsopbouw naar leidinggevende topfuncties bij de politie is zeer beperkt.’

Houd me vast: kunnen we alsjeblieft ook stoppen met de implicatie dat mensen met een migratieachtergrond of vrouwen onbetrouwbaar of onkundig zijn? Heel goed overigens dat de journalisten de politievrouw Liesbeth Huyzer noemen. Haar woordvoerder heeft laten weten dat Huyzer niet door de minister is gevraagd. Die minister is Ferdinand Grapperhaus, van Veiligheid en Justitie. Ja, precies diegene die in het Vondelpark ‘drie chickies’ aansprak terwijl zij keurig op 1,5 meter afstand zaten te picknicken.

U ziet de bui vast al hangen: de klok slaat allemaal witte mannen

Erik Akerboom vindt verder dat we de discussie over de hoofddoek niet naar het korps moeten trekken. Dat betekent dus sowieso dat die discussie binnen het korps keihard speelt. Dat zegt hij zelf ook:

‘De ene helft [van de politietop] zei: het dragen van het uniform met een hoofddoek betekent dat je geloof islamitisch is, maar dat je in de eerste plaats de rechtsstaat dient. En de andere helft zei: een hoofddoek is een teken van onderdrukking. Je ziet die tweedeling door het hele korps en om die reden zegt Erik de korpschef: het momentum is ongeschikt. Ik sluit niet uit dat het in de toekomst, als die beladenheid eraf is, gewoon kan. Voor nu is mijn lijn: het uniform draag je zonder uitingen van geloofsovertuiging. Punt.’

Kan de volgende politiechef zo spoedig mogelijk stoppen met het discrimineren van moslima’s die politieagent willen worden? In de eerste plaats slaat die schijntegenstelling tussen het ‘dienen van de rechtstaat’ en ‘dat je geloof islamitisch is’ helemaal nergens op. De rechtstaat betekent juist dat de vrijheid van godsdienst gewaarborgd dient te zijn.

En wat betreft dat ‘ongeschikte momentum’: voor wie is dat ongeschikt? Zeker niet voor de moslima die in haar carrière wordt gehinderd door een discriminerende regel. Het momentum voor verandering is ten slotte altijd nu en mag nooit bepaald worden door mensen die op ongefundeerde basis tegen verandering zijn.

Maar goed. Erik Akerboom was zo’n slechte nog niet. Hij moest diversiteit ‘forceren’ om het volume aan culturen binnen te krijgen. ‘Het gaat erom dat we die mensen binnenhouden’. De volgende politiechef moet gewoon doorpakken. ‘Als je geen diversiteitsdoelen stelt, gaat het niet gebeuren’, zegt Akerboom. Hiermee neemt hij wel een standpunt in, dat ze rauw lusten bij de politie.

Ik hoor graag dat Akerboom die diversiteitsdoelen ook stelt voor de AIVD, en andere veiligheidsdiensten. Alleen op die manier kunnen de veiligheidsdiensten rechtvaardiger worden.

Ophef over 4 mei-lezing Arnon Grunberg: ‘Racisme zit diep in onze cultuur’

5

In zijn 4 mei-voordracht tijdens de Nationale Herdenking waarschuwde Arnon Grunberg voor herlevend racisme. ‘Deze herdenking is altijd ook een waarschuwing’, zei hij. En: ‘Als ze het over Marokkanen hebben, dan hebben ze het over mij.’ Op social media en op rechtse blogs zorgden de uitspraken van Grunberg voor veel commotie.

Als we de Holocaust herdenken kunnen we voorkomen om toekomstige daders te worden, aldus Grunberg. Antisemitisme en racisme diep zitten diep in onze cultuur, zegt hij. Dit erkennen kan ervoor zorgen dat we niet vatbaar zijn voor ‘giftige woorden’ tegenover andere bevolkingsgroepen. ‘Dat een Nederlander in Auschwitz kerosine over levende vrouwen en kinderen moest uitgieten begon met woorden, met toespraken van politici.’

In zijn speech vertelt Grunberg – kind van Joodse ouders – over zijn eigen familiegeschiedenis. Zijn moeder overleefde Auschwitz. ‘De meeste slachtoffers hebben het kamp door de schoorsteen verlaten. Mijn moeder was een uitzondering; haar ouders, mijn grootouders, niet.’

De schrijver krijgt vandaag de dag ook met antisemitisme te maken, bekent hij. Vanwege zijn columns sturen mensen antisemitische e-mails naar Grunberg. Daarover is hij verbaast, legt hij uit. ‘Ik dacht toen dat het taboe te groot was. Dat was naïef.’

Er is veel waardering voor Grunbergs 4 mei-toespraak, maar hij krijgt ook felle kritiek. Dit komt vooral vanwege de volgende passage: ‘Voor mij was het van begin af aan duidelijk: als ze het over Marokkanen hebben, dan hebben ze het over mij.’ Ook zegt Grunberg dat Kamerleden en ministers het goede voorbeeld moesten geven, ‘om het woord géén gif te laten zijn’.

Radicaal-rechtse blogger Sietske Bergsma reageert als door een wesp gestoken. ‘Wat een walgelijke verkrachting van humaniteit en inlevingsvermogen’, twittert ze. Tim Engelbart van de Dagelijkse Standaard schrijft dat Grunberg de Tweede Wereldoorlog voor zijn politieke karretje spant om Geert Wilders en Thierry Baudet zwart te maken.

Over de ophef op social media ontstond ook weer de nodige commotie. ‘Misschien kan iedereen als ‘ie klaar is met schuimbekken, ook eens de moeite nemen om de speech van Grunberg echt te luisteren’, aldus twitteraar Rik de Jong. ‘Integraal. Met de familiegeschiedenis erbij. Als je dan nog zo tekeer gaat, dan gaat de speech echt over jou.’

Koerdische journalist schrijft innig boek over Friesland: ‘Ik werd verliefd’

0

De Koerdische journalist Ibrahim Sediyani, die tegenwoordig in Duitsland woont, heeft een boek over Friesland geschreven. Het heet Frizya ve Günümüzde Frizler (Friesland en de tegenwoordige Friezen).

Seydani voelt zich verbonden met de emancipatiestrijd van de Friezen, vertelt hij aan Kurdistan 24.

‘Ik heb Friesland meerdere keren bezocht en ik werd verliefd op Friesland’, vertelt hij. ‘Natuurlijk was ik ook geïnteresseerd in dit onderwerp omdat ik Koerdisch ben, aangezien Koerdistan ook versnipperd en verdeeld is. Degenen die niet dezelfde taal spreken maar met dezelfde emoties, die begrijpen elkaar.’

Volgens Sediyani zijn er veel overeenkomsten tussen Friesland en Koerdistan: Friesland is verdeeld in drie delen, Koerdistan in vier delen. Beide volkeren zijn onderworpen aan eeuwenlang assimilatiebeleid, zegt hij. En veel mensen zijn hun moedertaal vergeten.

Daarnaast zijn er ook verschillen, zegt de journalist. Nederland, Duitsland en Denemarken zijn democratische naties, maar Turkije, Syrië, Irak en Iran zijn dat niet. Nederland heeft de Friese taal erkend en deze taal is onderdeel van het curriculum, de Koerdische taal wordt daarentegen onderdrukt. ‘Turkije moet dezelfde rechten geven aan de Koerden’, aldus Sediyani.

Het boek van Sediyani is voor zover bekend nog niet in de Friese taal verschenen. Wel is er een Turkse editie beschikbaar.

FunX stopt met ramadanshow na doodsbedreigingen

0

Het radioprogramma Ramadan Late Night van NPO-zender FunX is gisteren per direct gestopt. Meerdere medewerkers kregen via social media doodsbedreigingen binnen.

Vorige week deed dj Morad el Ouakili (foto) aangifte van een aantal doodsbedreigingen. De dreigers komen uit islamistische hoek. Het zou moreel verkeerd zijn dat El Ouakili tijdens de ramadan muziek draait.

‘Morad, stel je eens voor dat je na een lange nacht de studio uitloopt, je twee jongens in regenpakken van een motorscooter ziet afstappen en vervolgens je borstkas doorzeven met kogels’, aldus een van de bedreigers.

De bedreigingen zijn begonnen op het Instagram-account van de controversiële vlogger Youness Ouaali. Volgens de bedreigde dj El Ouakili heeft Ouaali Instagram-trollen afgestuurd op hem. ‘Het gaat echt om een kleine groep radicale moslims die roet in het eten gooit, maar hun stem is zo ontzettend luid en lelijk’, zegt de dj.

Youness Ouaali werd drie weken geleden landelijk nieuws toen hij op zijn YouTube-kanaal een podium bood aan een van de ‘homospugers’ in Amsterdam. Volgens Ouaali waren het juist de homospugers die slachtoffer zijn, en wel van discriminatie en moslimhaat.

Een meerderheid onder de islamitische geleerden vindt dat muziek draaien tijdens de ramadan niet is toegestaan.