13.8 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 150

Turkije pakt 544 verdachten op vanwege ‘banden met Gülen-beweging’

0

In Turkije zijn bij een nationale operatie 544 verdachten die ‘banden’ zouden hebben met de verboden Gülenbeweging opgepakt. Dat heeft de Turkse minister van Binnenlandse Zaken Ali Yerlikaya bekendgemaakt. Zo meldt de Turkse nieuwssite Duvar.

In Turkije wordt de Gülenbeweging als een terreurorganisatie gezien en vervolgd. Na de mislukte couppoging in 2016, waar volgens de Turkse regering de Gülenisten achter zaten, zijn duizenden mensen opgepakt en achter de tralies gezet. Anderen zijn hun bezittingen en banen kwijtgeraakt en gevlucht naar het buitenland.

Toch gaan de operaties onverminderd door. De nieuwste arrestatiegolf vond plaats in 62 provincies in Turkije tegen verdachten die ‘als individuen’ in verschillende lagen van de staat zouden ‘zijn geplaatst door de verboden beweging’, aldus het ministerie van Binnenlandse Zaken.

De 544 verdachten zouden zich op basis van ‘directieven’ van hogerhand hebben ‘verschanst’ in publieke instellingen en naar toelatingsexamens zijn gedirigeerd. Ook zouden sommige verdachten gebruikers zijn van de communicatie-app Bylock, die na de couppoging in 2016 door de Turkse staat werd gezien als aanwijzing voor banden met de Gülenbeweging.

Onrust in Nieuw-Caledonië vanwege nieuwe kieswet

0

De autoriteiten van Nieuw-Caledonië hebben gisteren een avondklok aangekondigd en openbare bijeenkomsten verboden. De door Frankrijk bestuurde eilandengroep in de Stille Oceaan was de afgelopen dagen het toneel van ernstige rellen, waarbij meerdere doden zijn gevallen.

De afgelopen dagen plunderden groepen jonge demonstranten, vaak gemaskerd, winkels en staken ze auto’s in brand in de hoofdstad Nouméa. Ook in de naburige steden Dumbea en Mont-Dore werden verschillende supermarkten geplunderd. De politie schoot op de demonstranten, maar niet met scherp. Toch zijn er enkele mensen omgekomen, bericht Nu.nl.

Aanleiding van de rellen is een omstreden hervorming van de kieswet. Fransen die tien jaar of langer in Nieuw-Caledonië wonen mogen straks ook gaan stemmen bij de provinciale verkiezingen, besloot Parijs. De inheemse Kanak-bevolking verzet zich daar heel erg tegen, omdat hierdoor de Franse grip op het eiland wordt versterkt. Inheemsen willen juist onafhankelijk worden.

In 2021 boycotten de Kanaks een referendum over onafhankelijkheid, vanwege de coronapandemie. Ze wilden dat het referendum zou worden uitgesteld, zodat meer mensen hun stem konden uitbrengen. De Franse autoriteiten gingen daarmee niet akkoord.

Tijd dat ook UvA-docenten de rechtsstaat serieus nemen

0

Velen maken zich terecht zorgen over de rechtsstaat nu er al maanden wordt onderhandeld over een coalitie met de PVV. Is de rechtsstaat nog wel in goede handen? Dat deze zorg niet ongegrond is, blijkt uit het feit dat de onderhandelende partijen over een ‘basislijn’ spraken. De rechtsstaat moet een startpunt zijn, geen kwestie waarover compromissen gesloten kunnen worden. Alsof het een onsje meer of minder kan. Dit brengt ons bij de Universiteit van Amsterdam (UvA).

De studentenprotesten van de afgelopen weken zijn u ongetwijfeld niet ontgaan. Soms was het vreedzaam, soms niet. Soms waren het studenten, soms waren het buitenstaanders. Hoe ernstig de situatie is blijkt uit het feit dat medewerkers afgelopen maandag in paniek wegvluchtten voor allerlei aanstormend gespuis dat vernielingen kwam aanrichten. Het punt dat universitair personeel moet ‘wegvluchten’ heeft de krantenkoppen niet gehaald. Je moet er in de artikelen naar zoeken, maar dat maakt het niet minder alarmerend.

Hoe kan dit?

Je vraagt je af hoe zoiets kan. Er is veel aandacht voor de vraag of dit wel protesten van studenten zijn. De UvA zegt dat de demonstratie van maandag eigenlijk vreedzaam verliep en pas later ontaardde in chaos en vernieling. Volgens de UvA waren de studenten toen al grotendeels weg en hadden buitenstaanders de boel overgenomen. Lastig in te schatten of dit waar is, al is het maar omdat het moeilijk is een overzicht te krijgen van zo’n meute. Maar goed, laten we aannemen dat de UvA het goed gezien heeft.

Het probleem is: daarmee is de kous niet af. De protesten komen niet alleen van studenten. Sympathiserende docenten twitteren hun afkeuring over de wijze waarop de UvA de situatie heeft behandeld. Een willekeurig voorbeeld is Sarah Bracke, hoogleraar gender studies, die naar aanleiding van maandag twittert:

First, the violence of riot police. Once more, riot police is called to campus, with dogs and batons, beating students for protesting genocide. Our universities must stop unleashing riot police on students. Riot police have no place on campus.

Deze tweet is niet bepaald uniek: meer UvA-docenten claimen dat de UvA de ME niet mag inroepen om de studentenprotesten te beëindigen. De ME hoort niet op de campus thuis. Hier zien we hoe de rechtsstaat niet alleen onder druk staat door extreemrechts, maar ook door academici.

Zonder ME is er nooit een grens

Wat stellen de UvA-docenten dan voor? Het begon vorige week met een tentenkamp op het UvA-terrein en het was logisch geweest dat kamp daar gewoon te laten staan. Maar er zijn altijd grenzen aan demonstraties. Het tentenkamp was eigenlijk wel acceptabel, het verbouwen van de hal en kantoren van het Roeterseilandscomplex niet. We kunnen eindeloos soebatten over wie de daders waren en waar de grenzen van protest zouden moeten liggen, maar dat ergens rode lijnen liggen, is zeker.

Grenzen bepalen

Als je zegt dat de ME sowieso niet op de campus thuishoort, geef je alle actievoerders – student of niet – carte blanche om te doen wat men wil. Het is een legitimatie om je van geen enkele regel iets aan te trekken. Misschien willen rechtse mensen eerder en harder ingrijpen bij protesten dan UvA-docenten, maar zonder ME is er nooit een grens en zijn het vernielen van hele etages en het wegjagen van academisch personeel dus bezigheden die niet met een directe tegenreactie worden bestreden.

Leve de rechtsstaat. We hebben met elkaar afgesproken dat er regels zijn, dat we ons daaraan houden en dat overtredingen bestraft kunnen worden. In extreme gevallen heeft de overheid het geweldsmonopolie om de orde te herstellen. Liever niet, maar als het moet, moet het. En daar mag je vervolgens weer over discussiëren, je kunt zelfs achteraf klagen en journalistiek onderzoek doen. Maar op voorhand deze optie uitsluiten, is zeggen dat de rechtsstaat bij de UvA alleen geldt als het je uitkomt. Dat die dus niet geldt.

Dat is toch een opmerkelijke overeenkomst tussen UvA-docenten en Geert Wilders.

Protest tegen Nakba verstoord door relschoppers

Op zaterdag 11 mei kwamen duizenden pro-Palestina demonstranten in Amsterdam bijeen om te protesteren tegen de ‘voortdurende Nakba’, oftewel de etnische zuivering van Palestijnen op hun grondgebied. Het protest dat vreedzaam verliep, werd aan het einde op Museumplein verstoord door extreemrechtse relschoppers.

‘Waar is de politie’?, schreeuwden demonstranten in shock. In een verklaring hekelen onder andere de Internationale Socialisten en BDS Nederland de politie die pas ‘achteraf’ zou hebben ingegrepen.

‘Waar zijn de verontwaardiging en de Kamervragen over het geweld tegen de Palestinabeweging de afgelopen week?’, staat in een verklaring van actievoerende pro-Palestina organisaties. De pro-Palestina demonstranten zijn boos over de stilte aan de rechterkant van de politiek, die te druk bezig zou zijn met het criminaliseren van de Palestinabeweging. Volgens hen schept dat een klimaat  waarin rechtsextremisten het zelfvertrouwen hebben om demonstraties voor Palestina te verstoren.

Protest 11 mei. Foto: Tayfun Balcik

De voortdurende nakba

Terug naar zaterdag, waar ondergetekende bij was. Op de Dam komen duizenden mensen bijeen. Palestijnse sprekers vertellen over de Nakba, die elk jaar op 15 mei wordt herdacht.  ‘De reden waarom elke Palestijn als vluchteling is geboren, heeft te maken met de voortdurende Nakba’, zo klinkt het uit de speakers.

De Nakba, dat ‘ramp’ in het Arabisch betekent, refereert aan de etnische zuivering die plaatsvond bij de oprichting van de staat Israël. Meer dan 700.000 Palestijnen ontvluchtten toen huis en haard om plaats te maken voor kolonisten, die met geweld de Palestijnse inwoners verdreven.

Sindsdien vieren Israëliërs hun onafhankelijk op 14 mei. Palestijnen op hun beurt herdenken ‘de ramp’ op 15 mei.

Op de Dam wordt uiteraard ook de huidige oorlog in Gaza genoemd, die met 35.000 doden, meer dan 80.000 gewonden en miljoenen vluchtelingen inmiddels een grotere catastrofe is geworden.  ‘Jullie hebben allemaal gezien en gehoord hoe slecht het er nu voor staat in Gaza. Hoe Gazanen gedood worden terwijl ze op zoek zijn naar voedsel’, roept een Palestijnse vluchteling op het podium.

Een oudere witte vrouw die voor Madame Tusseads staat luistert rustig mee. Ze heeft een Stand up voor Palestine T-shirt aan en heeft pas in de jaren tachtig voor het eerst over de Nakba gehoord. ‘In Nederland is daar weinig begrip voor’, zegt ze en voegt eraan toe dat dit ook komt door ‘streng-religieuze christenen’ die aan de kant van Israël blijven staan. Ze denkt dat Netanyahu ‘zijn eigen graf graaft’ met alle geweld in Gaza. ‘Hier komt niks goeds uit voort’, zegt ze.

Verderop staat een Marokkaans-Nederlandse twintiger met een Palestijnse vlag op haar rug. Ze gelooft dat steeds meer mensen ‘wakker’ worden in Nederland en eindelijk begrijpen wat er met de Nakba bedoeld wordt. ‘Ik sta hier voor al die onschuldige kinderen die vermoord worden. Genoeg is genoeg’, zegt ze.

Ze protesteert al van jongs af aan tegen het Israëlische regime. ‘Toen was het eigenlijk vooral een Arabisch gebeuren. Als ik nu om me heen kijk, zie ik dat ook veel mensen van andere culturen zich het leed van de Palestijnen aantrekken. Steeds meer mensen staan op voor de waarheid.’

Ze denkt dat dit komt doordat nu meer mensen islamitische vrienden hebben, maar denkt ook dat er bij jongeren een groot gevoel van rechtvaardigheid meespeelt. ‘Ze zien ook elke dag de beelden van het bloedbad in Gaza. En dan al die leugens van politici en media daarover. Ze zien de hypocrisie en de ontkenning. Er valt niks meer goed te praten’, zegt ze. Op de vraag wat ze ervan vindt dat Israëliërs op 14 mei hun onafhankelijkheid vieren, antwoordt ze: ‘Welke onafhankelijkheid?’ Ze heeft daar geen kennis van.

De verzamelde stoet trekt dan het Rokin op en loopt scanderend door de straten van Amsterdam. ‘Amsterdam is saying no to genocide’, ‘Free, free Palestine’, schreeuwen ze onvermoeibaar.

Het is een zonnige dag, waardoor de meesten uiteindelijk uitgeput aankomen op het Museumplein. Net wanneer iedereen aan het nagenieten is in de zon, vindt er een aanval plaats. Op beelden op sociale media is te zien dat de groep gekleed in het zwart vuurwerk afsteekt, ‘wegwezen’ schreeuwt en schoppend de aanval opent tegen vreedzame demonstranten. Politie in burger is er snel bij, maar er vallen wel klappen. Een doodsbenauwde ouder fietst met zijn kind snel weg.

Tunesische advocaten in opspraak tegen arrestatie Dahmani

0

Tunesische advocaten zijn gisteren een landelijke staking begonnen. Aanleiding van deze actie is de arrestatie van hun collega Sonia Dahmani. Zij werd afgelopen weekend gearresteerd vanwege het maken van een sarcastische opmerking tijdens een televisie-uitzending vorige week dinsdag.

Afgelopen zaterdag deed de politie een inval in het hoofdkantoor van de beroepsvereniging van advocaten, waar Sonia Dahmani haar toevlucht had gezocht. Ze weigerde om voor de rechtbank te verschijnen vanwege een opmerking die ze vorige week dinsdag maakte, tijdens een uitzending van de zender Carthage Plus TV.

Dahmani reageerde tijdens deze uitzending op een opmerking van een migratiedeskundige, die zei dat zwarte migranten uit landen ten zuiden van de Sahara zich in een welvarend Noord-Afrikaans land willen vestigen. Daarmee bedoelde hij Tunesië. ‘Over welk buitengewoon land hebben we het?’, vroeg Dahmani sarcastisch. Hiermee liet ze merken dat Tunesië geen land is waar het prettig leven is.

De Tunesische president Kais Saied was niet in zijn nopjes met deze grap. Hij waarschuwt al langere tijd tegen de komst van zwarte migranten, die de Arabische, islamitische cultuur van Tunesië zouden bedreigen. Volgens de autoriteiten waren de opmerkingen van Dahmani gericht tegen Saied. Ze werd zaterdag gearresteerd op grond van Decreet 54, dat het verspreiden van ‘fake news‘ verbiedt. Dit artikel wordt tegenwoordig door het regime misbruikt om kritische geluiden in de kiem te smoren.

Tunesische advocaten vrezen dat de repressie in hun land nog verder zal toenemen. De situatie is nog slechter dan onder dictator Zine El Abidine Ben Ali, zei Fadoua Braham, een Tunesische advocaat, tegen het internationale persbureau Associated Press. Ben Ali, die in 2011 het veld moest ruimen, respecteerde de Orde van Advocaten. Kais Saied daarentegen viel het hoofdkantoor van de beroepsvereniging van advocaten binnen.

Geen parlement meer voor Koeweit

0

De emir van Koeweit heeft het parlement voor maar liefst vier jaar ontbonden, bericht Middle East Eye. Volgens analisten bedreigt deze stap mogelijk het ‘semi-democratische’ systeem in het land.

Afgelopen vrijdag kondigde emir Mishal al-Ahmed Al Sabah aan dat de Nationale Vergadering zal worden ontbonden. Ook verschillende artikelen van de Grondwet zullen buiten werking worden gesteld. Hierdoor hoeft er na de ontbinding van het huidige parlement geen nieuw parlement worden gekozen en kan de emir straks wetten maken zonder goedkeuring van het parlement.

De emir is tot dit extreme besluit gekomen omdat de recente politieke onrust de staat zou bedreigen. ‘Ik zal op geen enkele manier toestaan dat de democratie wordt uitgebuit om de staat te vernietigen’, aldus Mishal al-Ahmed.

Analisten waarschuwen dat de recente besluiten kunnen leiden tot een autoritair Koeweit. ‘Deze stap zou de unieke traditie van pluralisme en liberalisme van Koeweit kunnen schaden, die niet alleen uitzonderlijk is in de Golf, maar ook in de bredere Arabische wereld’, zegt zegt Sean Yom, een expert op het gebied van de politiek in het Midden-Oosten aan de Temple University in de Verenigde Staten.

Koeweit is de enige Golfstaat met een gekozen parlement. Saoedi-Arabië, de Verenigde Arabische Emiraten (VAE), Qatar en Bahrein zijn strenge monarchieën.

Cultuuroorlog in Istanbul

0

Een bezoek aan — of het leven in — de Turkse stad Istanbul betekent dat je duizenden geneugten aangeboden krijgt. Een daarvan is een absoluut genot: Chora, of Kariye zoals de kerk ook wel wordt genoemd. De geschiedenis van de Chora begint al in de vierde eeuw, maar de huidige kerk is in de elfde eeuw gebouwd. Chora staat als een wonder van de geschiedenis, net aan de voet van de Byzantijnse muren die de oude stad Constantinopel omringden.

Waar de gigantische Hagia Sophia diende als de keizerlijke kerk van het Byzantijnse Rijk, behoorde de Chora tot een landelijk kloostercomplex. Wat de kerk uniek maakt, zijn de prachtige mozaïeken en fresco’s. Daarom staat de kerk ook op de Werelderfgoedlijst van Unesco.

Om het simpel te zeggen, de afbeeldingen op de muren van Chora lijken op die uit een modern stripboek. Het is een reeks verhalen over de maagd Maria, in achttien prachtige mozaïekpanelen. In een andere vleugel van Chora zijn scènes uit het leven van Jezus Christus afgebeeld. Experts zijn het erover eens dat dergelijke opeenvolgende afbeeldingen zeer zeldzaam zijn in de christelijke kunst. Kortom, de Chora, die decennialang diende als museum, is een juweel. Een must voor elke bezoeker die houdt van kunst, geschiedenis en wat mysterie.

Onder normale omstandigheden is een staat of stad zuinig op zo’n bijzondere plek. Je hoeft als bezoeker niet christelijk of religieus te zijn om trots te zijn dat je binnen de vier muren van dit meesterwerk van de geschiedenis hebt gelopen. Tot voor kort, tot 6 mei om precies te zijn, kon dat ook gewoon. Nu niet meer, de Chora is een moskee geworden.

Een kleine geschiedeniscursus: na de verovering van Constantinopel door sultan Mehmet II in 1453 werd de Chora-kerk omgebouwd tot een moskee. Dat zou het gebouw tot 1945 blijven. Daarna werd het een museum, dat in 1958 werd opengesteld voor het publiek.

Waarom moest de Chora-kerk een moskee worden?

De Turkse president Erdogan heeft in 2020 besloten om de Hagia Sophia en de Chora-kerk weer in moskeeën te veranderen. De schoonheden van de Chora-kerk zijn nu gesluierd, want religieuze afbeeldingen zijn in de islam verboden.

Waarom moest de Chora-kerk een moskee worden? Zijn er soms te weinig moskeeën in de stad? Welnu, volgens het Turkse Instituut voor Statistiek (TÜIK) staan er bijna 90 duizend moskeeën in Turkije, waarvan er 3555 in Istanbul. Minstens vijf moskeeën liggen binnen een straal van 800 meter van Chora.

Het sleutelwoord is dus niet ‘behoefte’ of ‘sociale vraag’. Het heeft te maken met een ander begrip in deze context: ‘verovering’.

Toen de Hagia Sophia in 2020 weer werd ingewijd als moskee verscheen Ali Erbas, het hoofd van het Turkse soennitisch-religieuze gezag Diyanet, op de kansel met een zwaard. Dat was Ottomaanse symboliek. Constantinopel was opnieuw veroverd. Ditmaal door president Erdogan.

Ihsan Eliacik, een theoloog en Turkije-kenner vertelde Deutsche Welle dat het opnieuw transformeren van kerken en musea in moskeeën een belangrijk beleidsdoel is van de regering-Erdogan.

Maar heeft dit alleen te maken met kleinzielige binnenlandse politiek en populistische winst? Als je het aan Foti Benlisoy vraagt, een lokale Griekse historicus uit Istanbul, heeft het diepere implicaties. Hij ziet het ‘islamiseren’ of ‘de-westerniseren’ als een teken van een ‘neo-Ottomaanse oriëntatie’, die als doel heeft een ‘alternatieve nationale identiteit’ op te bouwen gebaseerd op polarisatie. Volgens Benlisoy leiden cultuuroorlogen zoals deze tot een vijandig klimaat jegens minderheden, zoals de Grieken in Istanbul.

Sommige monumenten, religieus of niet, zijn zo significant van omvang dat ze toebehoren aan de mensheid. De oprichter van de Turkse Republiek, Mustafa Kemal Atatürk, begreep dit. Maar Erdogan heeft maling aan dit universalisme. Noch UNESCO, noch de Grieken, noch kunst- en geschiedenisliefhebbers zijn blij met de transformatie van het Chora-museum.

Turkije was in 2005 een van de initiatiefnemers van de Alliantie der Beschavingen. Een VN-samenwerking dat de moslimwereld en het Westen nader tot elkaar wil brengen op cultureel en sociaal gebied. Men is niet ver gekomen met dit project, of wel?

Baren buiten de box: discriminatie in de geboortezorg

0

In het boek Baren buiten de box beschrijft verloskundige en wetenschapper Bahareh Goodarzi samen met auteur Daan Borrel waarom de geboortezorg niet voor iedereen gelijkwaardig is. 

Discriminatie kan een kwestie van leven en dood zijn. Dat begint al aan het begin van het leven. Zwangere vrouwen en baby’s met een migratieachtergrond bijvoorbeeld hebben door discriminatie een hogere kans om te overlijden dan witte zwangere vrouwen en baby’s zonder migratieachtergrond.

Bahareh Goodarzi. Foto: Luciano Ölz.

Bahareh Goodarzi is als wetenschapper en docent verbonden aan de afdeling Verloskundige Wetenschap van het Amsterdam UMC, aan het Groningse UMC en aan AVAG, een onderwijs- en onderzoeksinstituut op het gebied van de verloskunde bij InHolland. Voor Goodarzi is discriminatie in de zorg sinds de Black Lives Matter-protesten in 2020 een belangrijk thema, waar bovendien nog weinig over is geschreven. Dat geldt helemaal voor discriminatie in de geboortezorg.

Goodarzi: ‘Daarom wilde ik er graag een boek over schrijven. Als ik begin over discriminatie in de Nederlandse geboortezorg krijg ik vaak verbaasde blikken. Ik wilde laten zien dat zelfs met de beste intenties van zorgverleners het systeem toch discriminerend kan zijn. Ik ben gaan interviewen en schrijven en heb samengewerkt met Daan Borrel. Zij heeft me enorm geholpen om het verhaal toegankelijk te maken. We hebben tien wetenschappers en beleidsmakers, waaronder ikzelf, geïnterviewd.’

Bewustzijn over discriminatie

In haar werkkamer in Amsterdam legt ze uit waarom ze daarvoor amper met het onderwerp bezig was. 

‘Ik ben geboren in Iran en woon sinds mijn zevende in Nederland. Ik heb altijd geprobeerd om er helemaal bij te horen, om volledig te voldoen aan de norm van ‘Nederlander zijn’. Dit leidde ertoe dat ik me afzette tegen mijn Iraanse achtergrond. Ik zag geen discriminatie. Ik wilde niet zien dat mensen die anders zijn, anders behandeld worden. Ik had het gevoel dat ik vooral dankbaar moest zijn dat ik in Nederland mocht zijn.’ 

Ze promoveerde in 2021 op risicoselectie in de geboortezorg. Tijdens haar promotieonderzoek werd ze zich steeds meer bewust van de impact van discriminatie en besloot ze actie te ondernemen. Ze nam contact op met haar beroepsorganisatie, de Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen (KNOV), en stelde samen met verloskundigen, gynaecologen, kinderartsen en kraamverzorgenden een manifest op. 

Discriminatie en racisme in de zorg

In het boek legt Goodarzi uit dat discriminatie en racisme in de zorg voor een deel te herleiden zijn tot het onderscheid tussen menselijke rassen, dat in koloniale tijden werd gebruikt om uitbuiting van de kolonies en slavernij te rechtvaardigen. Hoewel dit onderscheid in rassen al lang wetenschappelijk achterhaald is, wordt het in de medische wereld nog steeds toegepast.

‘Ze hebben een grotere kans om pas later geholpen te worden als ze pijn melden’

Goodarzi geeft hier enkele voorbeelden van. Zo stelt de racistische aanname dat het bekken van witte vrouwen beter geschikt zou zijn voor de bevalling zwarte vrouwen en vrouwen van kleur bloot aan een hogere kans op een onnodige keizersnede. Het waanidee dat mensen van kleur minder pijn ervaren heeft tot gevolg dat zij een hogere kans hebben om geen pijnmedicatie te krijgen als ze daarom vragen. Ze hebben een grotere kans om pas later geholpen te worden als ze pijn melden bij een levensbedreigende situatie, zoals een baarmoederscheur. 

Goodarzi wijst verder op het gebruik van medische apparaten die zijn afgestemd op de witte norm. Ze geeft als voorbeeld de vingeroximeter, waarmee zuurstof in het bloed wordt gemeten. Dit apparaat werkt minder goed bij mensen met een donkere huid. Dit kan leiden tot minder nauwkeurige resultaten, zoals het onderschatten van hypoxemie (laag bloedzuurstofniveau).

Maatschappelijke context

In haar boek benadrukken Goodarzi en de andere geïnterviewden de invloed van de maatschappelijke context op gezondheid. In wetenschappelijk onderzoek worden voor gezondheidsverschillen die voortkomen uit discriminatie vaak verklaringen gegeven als bijvoorbeeld slechte eetgewoonten, weinig lichaamsbeweging, hoge bloeddruk of roken. Dit zijn reële problemen, maar wat mist is de maatschappelijke positie waarin die ontstaan. De oplossing wordt dan meestal gezocht in het uitbreiden van medische behandelingen, terwijl de beperkte kansen die mensen van kleur hebben in het onderwijs en op de arbeids- en woningmarkt ook hun slechtere gezondheid kunnen verklaren.

Daan Borrel en Bahareh Goodarzi. Foto: Luciano Ölz.

Goodarzi pleit daarom voor een bredere diagnose: ‘We kijken gericht naar de gezondheid van een persoon of een aspect daarvan, maar negeren hoe iemands maatschappelijke positie, het verleden en zelfs eerdere generaties hierop van invloed kunnen zijn. Hierdoor hebben we een blinde vlek, lopen we continu achter de feiten aan en kunnen we mensen zelfs zieker maken.’ 

Een systeem dat discriminatie kan bevorderen

Het gaat volgens Goodarzi om systemische, institutionele problemen, diepgeworteld in onze maatschappelijke structuren. De geboortezorg is daar geen uitzondering op. ‘In mijn carrière heb ik zelf, onbewust, ook bijgedragen aan deze vormen van discriminatie. Ik geloof dat het essentieel is om bewust te worden van deze systemische problemen, omdat dit de eerste stap is naar verandering. Racisme, maar ook seksisme en klassisme (vooroordelen over sociale klassen red.) zijn zo diepgeworteld in onze maatschappij dat iedereen moet nadenken over hun associatie hiermee en hoe ze dit kunnen veranderen.’

Goodarzi is voorzichtig met het direct aanspreken van individuele personen. ‘Dan krijg je al snel een reactie als: ‘Dus je noemt mij een racist?’ Dan stopt vaak het gesprek en dat is niet wat ik wil. Ik wil niet focussen op het aanwijzen van enkele daders, daar ligt niet het probleem, maar juist aanzetten tot het gezamenlijk aanpakken van structurele vormen van uitsluiting. Het gaat er om dat we erkennen dat we allemaal deel uitmaken van een systeem dat discriminatie kan bevorderen, vaak zonder onze bewuste intentie. Door dit te erkennen, kunnen we samenwerken aan het veranderen van deze systemen en een meer inclusieve samenleving creëren waarin we diversiteit omarmen, mensen als gelijkwaardig gaan zien en iedereen dezelfde kansen krijgt; dezelfde kwaliteit van en toegang tot geboortezorg.’

‘Iemand uit een hogere klasse kan een levensverwachting hebben die tot 18 jaar langer is dan die van iemand uit een lagere of minderbedeelde klasse’

Daarbij is het volgens haar van belang dat ieder zich bewust is van zijn eigen perspectief en startpositie. Goodarzi: ’Niemand is neutraal. We zijn allemaal opgegroeid in een samenleving die inherent discriminerend is. Zo is het ook aantoonbare onzin dat mensen ‘geen kleur zien’. We nemen allemaal onze eigen achtergrond mee. Sociale ongelijkheid gaat vaak generaties terug. En dat kan grote gevolgen hebben: Iemand uit een hogere klasse kan een levensverwachting hebben die tot achttien jaar langer is dan die van iemand uit een lagere of minderbedeelde klasse. Het kan vier generaties duren om op de sociale ladder te klimmen. Je moet dat niet terugbrengen tot een individuele verantwoordelijkheid van burgers, maar tot een gemeenschappelijke.‘

Mensen in machtsposities aan zet 

Goodarzi hoopt met haar boek vooral mensen in machtsposities te bereiken die echt wat kunnen veranderen. ‘De verandering moet komen van degenen die ik verantwoordelijk houd, inclusief mezelf, de academische wereld, het onderwijs en de plekken waar beleid wordt gevormd, zorg wordt verleend. Daarom hebben we ook mensen uit deze gebieden geïnterviewd om te reflecteren op het thema discriminatie. Mijn focus ligt niet op het overtuigen van de tegenstanders, maar op het mobiliseren van bondgenoten op allerlei niveaus, zoals Jerry Afriyie van Kick Out Zwarte Piet dat bijvoorbeeld doet. 

Ze heeft ook ideeën over wat er zou kunnen gebeuren. Als het gaat om gezondheidsproblemen die gerelateerd zijn aan sociaaleconomische posities is het bijvoorbeeld primair aan de overheid om structurele oplossingen te bieden. Als voorbeeld geeft ze discriminatie op de arbeidsmarkt: ‘Zolang mensen nog steeds worden afgewezen voor een baan op grond van hun achternaam, beginnen ze al in een achterstandspositie die negatieve gevolgen heeft voor hun gezondheid.’    

Wat kan de zorg doen?

Maar de zorg zelf kan volgens haar ook veel meer doen. ‘Als ik kijk naar mijn eigen vak, de geboortezorg, dan kunnen we bepaalde racistische kennis in onze richtlijnen en protocollen aanpakken en veranderen. Er kan veel actiever beleid gevoerd worden tegen racisme. We zouden bijvoorbeeld jaarlijks van organisaties moeten eisen dat ze aantonen hoe ze discriminatie tegengaan. Het gaat om artikel 1 van de Grondwet. Het is de basis van alles.’ 

Om discriminatie te voorkomen zou er volgens Goodarzi meer geïnvesteerd moeten worden in diversiteit en inclusie. ‘De groep geboortezorgprofessionals bestaat nu voornamelijk uit witte vrouwen. Over geneeskunde weten we dat het vooral mensen aantrekt zonder migratieachtergrond, uit de hoogste inkomensgroepen, met ouders die ook al vaak in de zorg werken of arts zijn, een vrij elitaire groep dus. Aan deze selectie kunnen we iets doen.’ 

Daarnaast kunnen organisaties volgens Goodarzi kritischer kijken naar de inclusiviteit van hun organisatie. ‘Het is zo eenvoudig om jezelf daarop te testen. Hoe inclusief is je organisatie op het gebied van lichamelijke beperkingen, gender, of religie? Hoe inclusief zijn je protocollen, richtlijnen, je onderwijsmaterialen? Dit zijn basiszaken waar je meteen iets aan kunt doen.’

Goodarzi heeft niet de verwachting dat discriminatie op korte termijn kan worden verholpen.‘Het probleem is daarvoor te complex, het vraagt grote veranderingen. We moeten niet verwachten dat het snel opgelost is, gezien ons koloniale en patriarchale verleden. Maar verandering moet er wel komen. Uiteindelijk gaat het over mensenlevens. Discriminatie in de zorg kan niet genegeerd worden. Dit is fundamenteel voor onze samenleving. Als we ervoor kunnen zorgen dat kinderen in een iets betere positie worden geboren, dan kunnen we een positief, zichzelf versterkend effect in gang zetten, de toekomstige generaties gezonder maken en problemen uit het verleden helen.’

Baren buiten de box – De Arbeiderspers. €21,99. Op 21 mei wordt het boek gepresenteerd in het Amsterdamse Pakhuis de Zwijger.

Dit artikel is het eerste in een reeks over discriminatie in de gezondheidszorg. 

Krant maakt namen bekend van pro-Palestijnse docenten Duitsland

0

De Duitse krant Bild heeft een lijst gepubliceerd van de wetenschappers die in een open brief opkwamen voor de demonstratievrijheid van studenten. Ze worden met naam en foto genoemd en door de krant weggezet als ‘Jodenhaters’. 

‘Ze intimideren Joodse studenten – in naam van de Palestijnse zaak. Ze noemen Israël een ‘terroristische staat’ maar eisen vrijheid van meningsuiting. Ze jammeren over de ‘massamoord’ van het Israëlische leger in Gaza, maar maken geen melding van de terroristische moorden en gijzelingen door Hamas in Israël (7 oktober)’, schrijft Bild onder andere over de docenten.

Bild is een boulevardblad, maar tevens de grootste krant van Duitsland. Op sociale media is men kritisch op Bild. De krant zou de docenten tot doelwit maken. De Amerikaanse professor Cas Mudde, gespecialiseerd in extreemrechts, spreekt er schande van en verklaart zich ‘solidair’ met zijn collega’s in Duitsland.

Turkse academici maken de vergelijking met de ‘vredeacademici’ in eigen land. In 2016 veroordeelden zij de mensenrechtenschendingen in het zuidoosten van Turkije in een open brief, en werden toen vervolgd door de Turkse staat.

‘Academici in Turkije werden gelabeld als terroristen nadat ze voor vrede opkwamen in gebieden waar overwegend Koerden wonen’, zegt de socioloog Gülay Türkmen. Zij verwijst naar de ironie dat juist Duitsland toen veel verbannen Turkse academici asiel heeft verleend.

De journalist James Jackson zegt dat het Bild-artikel volgt op de ‘afkeuring’ van de brief door de Duitse minister van Onderwijs en Wetenschap Bettina Stark-Watzinger.

Radicale moslimbeweging de straat op in Duitsland

0

In Duitsland ging dit weekend de radicale beweging Muslim Interactive de straat op, zo bericht de Deutsche Welle. De demonstranten mochten niet oproepen tot de stichting van een nieuw kalifaat of de vernietiging van Israël.

Aan de demonstratie van zaterdag 10 mei namen naar schatting 2.300 mensen deel. De Duitse Federale Inlichtingendienst (BND) classificeert Muslim Interactive als extremistisch, maar de autoriteiten hebben de demonstratie onder strikte voorwaarden toch laten doorgaan.

De demonstranten mochten niet aanzetten tot haat of geweld of het bestaansrecht van Israël ontkennen. Evenmin was het toegestaan om in woord of beeld op te roepen tot de stichting van een kalifaat in Duitsland.

Als Muslim Interactive zich niet aan deze voorwaarden zou houden, dan mocht de politie een ‘onmiddellijke interventie’ uitvoeren, maar dat is niet gebeurd. De demonstranten hielden borden omhoog met teksten ‘Censored’, ‘Zensiert’ en ‘Verboten’. Ze voelden zich door de Duitse autoriteiten gecensureerd.

Eind april organiseerde Muslim Interactive ook een protest. Toen droegen ze wel borden bij zich met teksten als ‘Kalifat is die Losüng’ (Het kalifaat is de oplossing) en hekelden ze de Duitse politieke steun aan Israël.

Muslim Interactive is opgericht door moslims in Duitsland, die elkaar via sociale media hebben gevonden. De groep heeft meer dan 20.000 volgers op TikTok. Volgens experts heeft de in 2020 opgerichte groep banden met Hizb ut-Tahrir, die een wereldwijd kalifaat nastreeft, schrijft Deutsche Welle. Duitsland heeft Hizb ut-Tahrir in 2003 verboden, omdat de organisatie zou oproepen tot het plegen van geweld tegen en het vermoorden van Joden.

Volgens de Duitse inlichtingendienst heeft niet alleen Muslim Interactive, maar ook Generation Islam en Reality Islam banden met Hizb ut-Tahrir.