21.3 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 463

De vijf zuilen met Esma Kendir: ‘Je mag als moslim best ruimte innemen’

0

Tijdens de maand ramadan gaat de Kanttekening elke week in gesprek met bekende Nederlandse moslims. Aan de hand van de vijf zuilen van de islam vragen wij hen het hemd van het lijf. Hoe belijden ze het geloof? Wat betekent de islam voor hen? En hoe ervaren zij als moslims het leven in Nederland? Deze week: de Turks-Nederlandse Esma Kendir (23). Zij is gemeenteraadslid in Utrecht voor de partij Student en Starter.

Ik getuig dat er geen God is dan Allah, en dat Mohammed (vrede zij met hem) Zijn boodschapper is

‘Nu klink ik als Mark Rutte, maar eigenlijk heb ik daar geen actieve herinnering aan. Het maakt natuurlijk wel deel uit van mijn geloof, maar ik kan me niet herinneren wanneer ik het voor het eerst uitsprak of wanneer ik het voor het eerst hoorde. Ik herinner me wel dat ik als kind de Arabische vertaling van de shahada – geloofsgetuigenis –uit mijn hoofd leerde.

‘Ik denk dat geloven in God in pieken en dalen gaat. Soms zeg je de geloofsgetuigenis uit automatisme en soms voel je het echt wanneer je het zegt. De betekenis is voor iedereen anders. Ik zie het als een soort minimalistische grondslag die veel mensen binnen de islam met elkaar verbindt. Dat zeg ik omdat we in het geloof geneigd zijn om te letten op bepaalde verschillen waardoor we anderen snel als gelovig of ongelovig willen verklaren. Maar als je accepteert dat er maar één God is en dat de profeet Mohammed, vrede zij met hem, Zijn Boodschapper en dienaar is, dan ben je moslim. Dat vind ik zoiets moois, dat je daarmee iets hebt om de verbinding aan te gaan met veel mensen. Maar ook dat je van jezelf weet: ‘Zolang ik dit blijf geloven, dan ben ik moslim.’ Soms zijn we als moslims namelijk geneigd om te denken dat we geen goede moslims zijn, maar de deur staat altijd open.’

‘Als ik met een groepje gezamenlijk aan het bidden ben, dan voel ik de verbondenheid. Het maakt niet uit waar je vandaan komt, wie je bent en hoe je eruitziet: we zijn er allemaal om God te aanbidden.’

Ik verricht dagelijks de vijf verplichte gebeden

‘Ik vond het lastig om de routine van mijn gebeden op te bouwen. Het gaat dan een tijdje goed, maar dan mis ik twee gebeden en denk ik: ‘Nu moet ik de routine weer opbouwen.’ Uiteindelijk is het mij gelukt om mijn gebeden consistent te verrichten.

‘We maken het onszelf moeilijk door te denken dat we anderen lastig zouden vallen door openlijk moslim te zijn’

‘Ik heb wel eens op straat gebeden, en op vakantie heb ik ooit in een paskamer gebeden. Ik probeer dan wel de meest rustige plek te vinden, zo ver mogelijk bij de mensen vandaan. Ik bad ooit in de trein, in een lege coupé. Toen kwam de conducteur langs. Hij wachtte tot ik klaar was met bidden en daarna raakten we aan de praat. Het werd uiteindelijk een heel mooi gesprek. Die man vertelde mij dat hij niet meer in God geloofde, omdat hij zijn vader en zijn pasgeboren kind had verloren.

‘Hij zei ook dat ik eigenlijk niet meer in het openbaar zou moeten bidden, omdat mensen zich dan bedreigd zouden voelen en mij zouden lastigvallen. Ik zei: maar waarom? Ik neem een moment van bezinning in een ruimte waar verder niemand is, omdat ik anderen juist niet wil lastigvallen. Als een homostel wordt lastiggevallen omdat deze twee personen samen worden gezien, dan spreek je toch ook niet hen aan in plaats van de dader? Dus waarom moet ik mij dan schikken omdat de ander mij mogelijk zou lastigvallen?

‘Soms heb ik het idee dat we het onszelf als moslims te moeilijk maken door te denken dat we geen ruimte mogen innemen om ons geloof te belijden. En dat we anderen lastig zouden vallen door openlijk moslim te zijn. Ik vind dat je als moslim ook wel authenticiteit mag hebben, jezelf mag omarmen en trots mag zijn op je islamitische identiteit. Als je dat doet, dan hoor je ook te kunnen zeggen: ‘Hé mensen, ik hecht waarde aan mijn geloof en wil graag vijf minuten nemen om mijn God te aanbidden. Vinden jullie het goed als ik dat hier doe?’ Wanneer iemand het niet fijn vindt dat ik in het openbaar bid, dan mag diegene altijd naar mij toekomen om me te vragen wat ik doe en waarom ik het doe. Ik sta er altijd voor open om hierover in gesprek te gaan met anderen.’

Jaarlijks betaal ik de zakaat: 2,5 procent van mijn inkomsten gaat naar de behoeftigen

‘Ik vind het mooi dat er binnen de islam een zuil is die je vertelt om te geven om anderen. Dat je op het moment dat je het goed hebt ook naar een ander omkijkt en een stukje deelt van wat jou is gegeven. Het concept van liefdadigheid binnen de islam vind ik ontzettend mooi, maar ook hoe breed het wordt gedragen binnen de verschillende aspecten van het geloof. Specifiek de zakaat herinnert mij eraan dat ik niet de enige ben op de wereld.

‘Allah heeft genoeg middelen aan de mensheid gegeven om te overleven. Aan sommige mensen geeft hij die middelen direct, en aan andere mensen wordt het via anderen gegeven. Je inkomsten zijn daardoor een amanah – het is door God aan jou toevertrouwd. Daarin wordt benadrukt dat we als mensen een verantwoordelijkheid hebben tegenover elkaar.’

‘Ik ben lang een student geweest die minder te besteden had, en dan geldt de verplichting van de zakaat niet. Maar het deel van mij inkomen dat ik kan geven probeer ik aan anderen te geven die het harder nodig hebben. Er zijn verschillende liefdadigheidsprojecten waar ik mijn geld aan doneer, zoals aan wezen. Zij hebben een hele belangrijke positie in de islam. Ik laat mij graag inspireren door mijn geloof wanneer ik nadenk over de goede doelen die ik wil steunen.’

Ik vast ieder jaar tijdens de heilige maand ramadan

‘Voor mijn negende heb ik halve dagen gevast. Mijn vader leerde het heel speels aan ons, dat we dan ook ‘cheat-maaltijden’ hadden. Even een snack en daarna weer ‘doorvasten’. Maar vanaf mijn negende vastte ik hele dagen, ook alle dagen van de ramadan. Als kind was ik erg eigenwijs en dat ben ik nu eigenlijk nog steeds, haha. Mijn moeder vond mij te jong om een hele dag te vasten, dus toen ik haar vroeg of ze mij wakker wilde maken voor de suhoor – maaltijd die moslims voor zonsopgang nuttigen voor het vasten – deed ze dat niet. Ze deed elke keer alsof ze vergat om mij wakker te maken. Toen besloot ik dat ik maar ging vasten zonder een maaltijd voor zonsopgang. Mijn moeder kreeg dat door, en sindsdien maakte ze me wakker voor de suhoor. Ik ben best trots op mijn rebelsheid, maar aan de andere kant denk ik ook: typisch Esma; waarom moet je het altijd zelf bepalen?’

‘Ik merk dat mijn collega’s hun best doen om meer te weten te komen over de ramadan’

‘Dit is de eerste ramadan die ik als gemeenteraadslid meemaak. We zijn in de gemeente Utrecht nu bezig met coalitieonderhandelingen en dan ben je hele dagen aan het werk. Er wordt dan ook goed voor je gezorgd. Voor de lunch brengen ze ons dan heerlijke broodjes en dat vind ik soms best lastig te weerstaan. Deze ramadan bevind ik mij voor het eerst in een omgeving waar geen moslims zijn met wie ik samenwerk en dat is soms best moeilijk. Ik ben dan meer bezig met het uitleggen van de meest basale dingen over de ramadan – ‘Nee, ook geen water drinken’ – in plaats van dat ik vertel over waarom ik het doe en wat het voor mij betekent. Daardoor ervaar ik de ramadansfeer nu wat minder dan toen ik nog studeerde en samen met moslims vastte. Wel merk ik dat mijn collega’s hun best doen om meer te weten te komen over de ramadan.

‘Onlangs organiseerde ik een iftar – maaltijd om het vasten te verbreken – met collega’s, dat was heel leuk. Het was Goede Vrijdag, dus we stonden ook stil bij het vasten binnen het christendom. Er werden mooie gesprekken gevoerd en we gingen meer de diepte in over het geloof. Daardoor merk ik dat er in mijn werkomgeving zeker bereidwilligheid is om inclusief te zijn naar mensen met verschillende levensopvattingen.’

Minimaal één keer in mijn leven verricht ik de hadj: de bedevaart naar Mekka

‘Nog nooit gedaan, maar ik wil dat wel heel graag. Mijn ouders zijn op hadj gegaan toen ik nog maar drie of vier jaar oud was. Toen ze weggingen, kwam mijn tante uit Duitsland op ons passen. Dit is een van mijn eerste herinneringen aan mijn jeugd. Ik heb mijn ouders heel erg gemist toen ze op hadj gingen. Ze belden dan weleens om te vragen hoe het met ons ging en als het mijn beurt was om met ze te spreken, dan hield ik de telefoon aan mijn oor maar zei ik helemaal niets en staarde met gefronste wenkbrauwen uit het raam. Ik was zo boos dat ze zo lang wegbleven – en tegelijkertijd miste ik hen.’

‘Zelf zou ik de hadj op jonge leeftijd willen verrichten. Je weet niet wat het leven je brengt, en op jonge leeftijd heb je meer flexibiliteit. Ik denk dat de hadj bij kan dragen aan mijn spiritualiteit. Sommige moslims denken dat de hadj hét omslagpunt moet zijn voor hen om voor eens en voor altijd door het leven te gaan als een ‘topmoslim’. Dat je dan alles in het geloof goed moet kunnen doen. Maar als ze dat nog niet kunnen, ontzeggen ze zichzelf de hadj. ‘Ik ben er nog niet klaar voor, want ik ben geen ‘goede’ moslim’. Onbewust ga je de hadj dan uitstellen.

‘Het is net als met bidden. Ik geloof niet dat je een bepaalde vorm van aanbidding pas kan doen op een bepaald moment in je leven, omdat je denkt dat je dan pas goed genoeg bent. Ik ga toch nooit goed genoeg zijn, dus waarom zou ik wachten? Het enige wat we kunnen doen is ernaar streven om een beter mens te zijn.’

Bij onwelgevallige meningen stuurt BIJ1 een coach op de eigen raadsleden af

0

De gemeenteraadsverkiezingen zijn achter de rug en ze waren voor BIJ1 een groot succes. De partij van Sylvana Simons deed in vijf gemeenten mee en haalde in vier daarvan zetels. Een smetje is er ook. Al voor de verkiezingen was er gerommel in Almere. Lijsttrekker Gladys Wielingen vertelde in een praatprogramma dat ze wilde samenwerken met de PVV. Ze vertelde hetzelfde in een interview met de Kanttekening: beide partijen komen volgens haar voort uit frustratie, maar dat zou niet moeten leiden tot ‘gefrustreerde politiek’.

Het leek het vertrek van Wielingen in te luiden: de leden werden boos en Wielingen kwam op haar schreden terug: ze had het toch niet zo bedoeld. Vervolgens trok ze zich terug, waarna ze daar weer op terugkwam en meldde dat ze haar zetel toch zou innemen, desnoods op eigen titel. Niet zo gek: BIJ1 heeft Wielingen voor deze functie geselecteerd, een kieslijst ingeleverd met haar als lijsttrekker en die lijst is door de leden goedgekeurd. Waarom zou ze haar zetel opgeven?

Wielingen heeft wettelijk gezien gelijk: als ze is verkozen, kan haar partij niet eisen dat ze haar zetel aan een ander geeft. Als BIJ1 niet met Wielingen wil werken, had de partij een betere kandidatenselectie moeten maken. Dat was echt niet moeilijk: in een interview van een uur ontdekte ik als interviewer al hoe ze tegen samenwerking met andere partijen aankijkt. BIJ1 heeft er niet eens naar gevraagd.

Er zijn genoeg redenen om niet al te zwaar aan Wielingens gedachtenexperiment te tillen: de kans dat BIJ1 in een coalitie samenwerkt met de PVV is nul. Niet alleen omdat BIJ1 een kleine partij is, maar ook omdat de rest van de gemeenteraad geen coalitie met de PVV wil. De samenwerking zal dus beperkt blijven tot met elkaar in gesprek gaan en soms elkaars moties steunen. En dan moeten dat ook nog moties zijn die in lijn zijn met het programma van BIJ1. Dat wil Wielingen tenminste. Kleine kans.

Nog een reden voor relativering: nieuwe politici zijn onervaren. Ze benadrukken dat niet continu, maar ze zijn het wel. Ze kunnen zich vaak nog niet goed voorstellen hoe het raadswerk in de praktijk zal zijn, kennen de werkzaamheden nog niet en weten niet wat ze in de oppositie kunnen bereiken. Zo komt Wielingen tot een uitspraak als ‘samenwerken met de PVV’, terwijl niemand weet wat ze daarmee bedoelt en de kans dat ze daar inhoud aan kan geven zo goed als nul is. Ze zal niet bij de PVV op schoot zitten.

Nul vertrouwen in het lerend vermogen van nieuwelingen, hun goede intenties en hun nog te maken keuzes

Je zou denken: een nieuwe partij is zoekende naar een koers en laat verschillende bloemen bloeien. Na een tijdje gaan de nieuwbakken raadsleden bij elkaar op de koffie en zo ontstaat meer gemeenschappelijkheid op basis van ervaringen uit de praktijk. Waarschijnlijk heeft Wielingen het binnen de kortste keren nooit meer over deze samenwerking, omdat niet met de Wilders-adepten te praten valt. En mochten ze toch een gezamenlijk standpunt hebben over het bestemmingsplan van Almere Haven, een buslijn of bankjes bij station Almere Poort, zijn dat mooie voorbeelden om binnen BIJ1 eens te bespreken. Hoe gaan ze daarmee om?

Het probleem is simpel: deze vrijheid is BIJ1-raadsleden helemaal niet gegeven. De partij kondigde onlangs aan dat men het alsnog zes maanden met Wielingen gaat proberen onder begeleiding van een coach. Ergo: als je iets zegt wat de leiding niet zint, stuurt men iemand op je af om je op andere gedachten te brengen. Je krijgt er publiekelijk een proeftijd bij. Nul vertrouwen in het lerend vermogen van nieuwelingen, hun goede intenties en hun nog te maken keuzes. Zelfs het idee dat raadsleden hun werk zonder last doen, moet wijken.

Kan nou werkelijk niemand bij BIJ1 bedenken dat dit geen goede basis is voor een politieke partij? Binnen de kortste keren komt er ruzie. Is het niet over dit, dan wel over iets anders.

Turkse journalist opgepakt na ‘delen gelekte identiteitskaart Erdogan’

0

De Turkse journalist Ibrahim Haskologlu is gearresteerd voor het ‘onwettig bemachtigen en delen van persoonlijke informatie’ van niemand minder dan de Turkse president Erdogan.

Het gaat om een foto van de vermeende identiteitskaart van Erdogan. Die zou door hackers van officiële websites van de Turkse overheid zijn buitgemaakt en door Haskologlu op sociale media gedeeld, meldt de Turkse nieuwssite Duvar English.

Haskologlu deelde de – gedeeltelijk witgelakte – foto’s van de kaart op Twitter en verklaarde dat ‘persoonlijke informatie van regeringswebsites zijn gestolen’ door hackers. Zijn advocaat beweert dat zijn cliënt de foto’s ‘als bewijs’ heeft toegevoegd.

Haskologlu deelde ook de vermeende identiteitskaart van Hakan Fidan, Erdogan-vertrouweling en hoofd van de Turkse inlichtingendienst. Ook deze kaart was grotendeels witgelakt.

De officiële reden voor de arrestatie is dat Haskologlu de overheid niet op de hoogte heeft gebracht. Dat bestrijdt hij. Haskologlu vond ook dat hij als journalist het volk moest waarschuwen en daarom de gegevens van de president heeft gedeeld.

Turkije behoort tot de top van landen waar journalisten achter de tralies zitten. Op de persvrijheidsindex van Reporter Without Borders stond Turkije in 2021 op plek 153 van de 180 landen. Turkije ontkent alle beschuldigingen en zegt dat er geen journalisten, maar ‘terroristen’ in de gevangenis zitten.

Ekrem Imamoglu, burgemeester Istanbul én AKP-criticus, voor rechter

0

Er is vier jaar en een maand gevangenisstraf geëist tegen burgemeester Ekrem Imamoglu, de burgemeester van Istanbul. Hij zou leden van het hoogste kiesorgaan van Turkije hebben beledigd, melden Turkse media.

Ekrem Imamoglu is lid van de CHP, de grootste oppositiepartij van het land. In 2019 werd hij tot twee keer toe verkozen tot burgemeester van Istanbul. De eerste verkiezingsuitslag werd ongeldig verklaard door de kiesraad van Turkije, die volgens critici op de hand van president Erdogan en zijn partij AKP is.

‘Degenen die de verkiezingen hebben geannuleerd, zijn dwazen’, zei Imamoglu op een persconferentie nadat hij voor de tweede keer de burgemeestersverkiezingen had gewonnen.

Tijdens een eerdere hoorzitting, in januari dit jaar, zei Imamoglu dat hij met ‘dwazen’ niet doelde op de leden van de Hoge Kiesraad, maar op minister van Süleyman Soylu (Binnenlandse Zaken). Imamoglu zei dat Soylu vaak soortgelijke beledigende woorden tegen hemzelf gebruikte.

Oeigoeren onderdrukkend China berispt Zweden: ‘Respecteer moslims’

0

China bekritiseert Zweden omdat de extreemrechtse politicus Rasmus Paludan er op ‘Koranverbrandingstour’ was. Op zijn actie volgden rellen op meerdere Zweedse plaatsen en vermaningen vanuit islamitische landen.

Onder meer Iran, Jordanië en Turkije vielen over de actie van Paludan, maar bekritiseerden ook Zweden omdat ze de actie van Paludan toestonden. China voegt zich nu bij rijtje landen, waarbij het ook Zweden op zijn verantwoordelijkheid aanspreekt.

‘Vrijheid van meningsuiting mag geen reden zijn om aan te zetten tot raciale of culturele discriminatie en de samenleving te verscheuren’, aldus het Chinese ministerie van Buitenlandse Zaken. ‘We hopen dat Zweden de religieuze overtuigingen van minderheidsgroepen, waaronder moslims, oprecht kan respecteren.’

China’s reprimande zal voor sommigen onverwacht zijn. China heeft naar schatting minstens een miljoen islamitische Oeigoeren in heropvoedingskampen opgesloten. Ook worden Oeigoerse moskeeën gesloopt en Oeigoerse vrouwen gedwongen gesteriliseerd. Steeds meer experts en parlementen spreken daarom van genocide.

IS pleegt ‘nieuwe aanslagen met betere wapens’ in Syrische woestijn

0

IS heeft deze maand nieuwe, succesvolle aanslagen op Syrische regime-eenheden in het Badiya-woestijngebied gepleegd. Dat meldt de nieuwssite al Monitor.

De recente IS-aanslagen zijn van een nieuwe orde. Zo werden militaire barakken, olievelden en grote militaire konvooien tot doelwit gemaakt. Daarbij werden verschillende geavanceerde wapens gebruikt, zoals korte en middenafstandsraketten, met grote verliezen aan de kant van de Syrische regering.

Volgens een anonieme lokale journalist die met al Monitor sprak, waren de aanslagen van IS nooit echt gestopt. Wel is in april sprake van escalatie met als focusgebied de olievelden, aldus de journalist. ‘Ze gebruiken daarbij wapens die ze vorig jaar niet hadden.’

De escalatie is mogelijk als wraak bedoeld voor de recente dood van hun leider Abdullah Qaradashi. Een andere mogelijke reden is de ontsnapping van IS-leiders uit de Koerdische gevangenkampen in Hasakah eerder dit jaar.

Deze aanvallen laten in ieder geval zien dat IS nog steeds niet helemaal verslagen is en dat hun militaire mogelijkheden zijn opgeschroefd onder de nieuwe leider Abu al-Hassan al Hashimi al Qurayshi.

Nederland en Suriname spreken over teruggeven koloniale kunst

0

Suriname en Nederland zijn met elkaar in gesprek geweest over de teruggave van koloniale kunst aan Suriname. Dit meldt de Surinaamse nieuwssite Waterkant.

Een ambtelijke delegatie van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is recentelijk op bezoek geweest bij het Surinaamse ministerie van Cultuur.

Koloniale kunst kan niet zomaar worden teruggeven. De kunstobjecten moeten ook in het land van herkomst goed worden geconserveerd. Tijdens het gesprek kwam daarom ook het opzetten van een Nationaal Museum voor Suriname aan de orde, evenals het trainen van lokaal personeel, talentontwikkeling en de inventarisatie van de Surinaamse staatscollectie.

In 2020 adviseerde een speciale commissie dat Nederlandse musea roofkunst moest teruggeven aan de landen van herkomst, als zij dat willen. De Nederlandse regering legde dit advies in 2021 in een beleidsstuk vast.

Eén van de objecten die mogelijk teruggeven zal worden is een banjo (foto), die tussen 1771 en 1777 werd meegenomen uit Suriname door de Schots-Nederlandse officier John Gabriel Stedman. De banjo is nu nog te zien in het Afrika Museum in Berg en Dal.

De ‘eigen regio’, bestaat die wel?

0

Vluchtelingen moeten vooral ‘in de eigen regio’ opgevangen worden, is het credo. Oekraïners zouden daarentegen al uit ‘onze Europese regio’ komen. Maar wat ís dan precies die ‘eigen regio’? En wat zijn de (culturele) grenzen van Europa? Wij spraken drie denkers die dit onderscheid aan de kaak stellen. ‘De hele wéreld is de eigen regio.’

Wie vanuit de maan naar de aarde kijkt, ziet geen grenzen. Waar ‘de eigen regio’ of Europa begint of eindigt, wanneer die grenzen zijn bepaald en hoe, ligt in the eye of the beholder. Nederland is zo ruimhartig voor de Oekraïners omdat ‘Europa deze keer de regio is’, of, om op gevoeliger terrein te komen, omdat ze op ‘ons lijken’. Daar reageerden veel islamitische en zwarte Nederlanders weer op: ‘Ze lijken helemaal niet op ‘ons’; waar hebben jullie het over?’

Tja, de eigen regio. ‘Ik heb eigenlijk nooit wat voor die uitdrukking gevoeld’, zegt schrijver en filosoof Désanne van Brederode aan de telefoon. ‘Ik weet niet eens wanneer ik het voor het eerst heb gehoord. Maar het was wel in ieder geval vóór Syrië. En ik krijg toch het gevoel dat we daarmee de ene groep oorlogsslachtoffers belangrijker vinden dan de andere groep. Maar goed, er zal vast wel de omringende landen mee bedoeld worden.’

Wie rondom deze kwestie een voorstelling heeft gemaakt, is cultureel ondernemer en publicist Rachid Benhammou. Hij deed dit samen met de theaterorganisatie Wat We Doen en met asielzoekerscentra. Het idee dat vluchtelingen in de eigen regio opgevangen moeten worden, vindt hij onzinnig.

‘De hele wéreld is de eigen regio als het om vluchtelingen gaat. Dit zijn oorlogsslachtoffers. En die hebben alle hulp nodig die ze kunnen krijgen. Wie zijn wij, mensen die in de veiligste gebieden leven, dan om te bepalen dat mensen daar moeten blijven of die dingen te ontzeggen die wij wel hebben?’

Voor Henk van Houtum, hoogleraar Geopolitiek en Politieke Geografie aan de Radboud Universiteit Nijmegen, staat de term ‘eigen regio’ voor een ‘politiek van daar houden’. ‘Het is een verhullende term voor morele uitbesteding van problemen aan andere landen. Want het is volstrekt arbitrair wat de eigen regio is. Is de regio geografische reisafstand, politieke verwevenheid, economische draagkracht, vermeende culturele verwantschap of betrokkenheid bij een conflict? Al deze punten leiden tot onbestemde antwoorden. Dé regio bestaat dan ook niet’.

‘Het is een verhullende term voor morele uitbesteding van problemen aan andere landen’

Cyprus ligt verder weg dan Istanbul, maar Turkije wordt doorgaans niet gezien als eigen regio. De Antillen hoorden tot voor kort bij Nederland en Frans-Guyana (Zuid-Amerika) en Mayotte, gelegen voor de kust bij Mozambique, zijn nog steeds Frans grondgebied. Daar wordt gewoon met de euro betaald. Maar, vertelt Van Houtum, dat is allemaal niet ‘de eigen regio’ zoals die door sommige partijen wordt gedefinieerd. ‘Kortom: het is vooral een politiek concept dat opportunistisch wordt afgebakend en ingevuld’.

En toch spreken we over ‘Europa’, ‘Midden-Europa’ en ‘Oost-Europa’. Bestaat een term als West-Europa dan ook niet? Alleen bij gratie van zijn politieke verbeelding, aldus Van Houtum, maar zo’n begrip is als politieke en geografische eenheid niet noodzakelijk of vastgelegd.

‘De EU is wel een politieke eenheid, maar dat geldt niet voor de geografische term ‘Europa’. Europa heeft geen politieke grenzen, Europa is geen volk. Niemand weet waar Europa begint en waar het eindigt. Ook van het Midden-Oosten weten we niet waar het begint of stopt en waar het Verre Oosten begint. Dat is ook niet erg. Daar zijn de begrippen ook niet voor bedoeld of geschikt voor. Het zijn geen politieke lidmaatschappen, maar imaginaire concepten, constructen. Ze worden echter voortdurend tot speelbal gemaakt van opportunistische politici.’

Juist om vluchtelingen niet in hachelijke regionale termen te vangen, zegt het vluchtelingenverdrag ook niet dat opvang in een bepaalde regio moet plaatsvinden of dat vluchtelingen op afkomst geselecteerd mogen worden, stelt Van Houtum. ‘Het is een universeel mensenrecht om asiel aan te vragen, waar dan ook.’ Het doet er dus wettelijk niet toe uit welke ‘regio’ vluchtelingen komen.

Van Brederode beaamt: ‘Het gaat er toch om dat de sterkste schouders – dus het Westen, het rijkste gebied van de wereld – de meeste verantwoordelijkheid dragen? Ik krijg echt het gevoel dat het met die term om een afvalscheidingssysteem gaat. ‘Hier, groene afval komt naar ons, dat is vruchtbaar. En de rest gaat naar Moria’ – o mijn God, terwijl dat óók Europa is!’

‘Het gaat er toch om dat de sterkste schouders – dus het Westen – de meeste verantwoordelijkheid dragen?’

Benhammou wil wel wat nuance inbrengen. ‘We moeten niet doen alsof Nederland zijn verantwoordelijkheid tegenover niet-Oekraïense vluchtelingen niet neemt. Ook wat betreft de Syriërs: we hebben hen geholpen en opgevangen. Daar moeten we eerlijk over zijn. Laten we rustig blijven. En ook bijvoorbeeld wijzen op de verantwoordelijkheden van Saoedi-Arabië en andere Golfstaten. Overigens vangen Jordanië en Turkije wel veel mensen op.’

Benhammou vertelt wel dat hij ‘boos’ werd toen enkele journalisten zeiden dat het nu anders was dan bij Syriërs en Afghanen, omdat ‘Oekraïners met blauwe ogen’ op ons lijken en dat het in dit geval niet om ‘één of ander’ Midden-Oosters land ging. ‘Mijn hemel dacht ik, hoe kan je dat zeggen? Dat onderscheid is zo dehumaniserend voor iedereen die niet daaronder valt.’

Volgens Benhammou is het racistisch als bijvoorbeeld gezegd wordt dat mensen met bruine ogen niet welkom zijn in Europa. Maar: ‘Tegelijkertijd is de hele wereld helaas op selectieve verontwaardiging gebaseerd. We voelen dingen heel anders als het dichtbij komt.’

Liever kwijt dan rijk

Benhammou voelt in principe evenveel verwantschap met elk slachtoffer van oorlog, zegt hij. Ook Van Brederode voelt geen speciale ‘regionale’ band met Oekraïners, geeft ze aan. Zo voelde ze zich erg verbonden met de Syriërs.

‘Daarom doet het zo’n pijn. Al die jaren kon helemaal niks, wat opvang betreft. Christelijke Syriërs daarentegen kregen wel veel hulp. Dit laat zien hoe groot de argwaan tegen de islam hier is, meer dan Nederlanders durven toe te geven.’

Hoewel het voor haar niet uitmaakt dat Oekraïners wit en christelijk zijn, maakt dat voor veel andere witte Nederlanders wel uit, ziet ze. ‘Toen de Oekraïense burgerbevolking werd bewapend, werd dat meteen geaccepteerd. Moslims die zichzelf bewapen worden daarentegen meteen voor terrorist uitgemaakt. Ik begrijp de pijn die niet-witte, niet-christelijke Nederlanders voelen. En andere vluchtelingen. In mijn roman Het opstaan (2002) ging het hier al over. Hoogopgeleide witte Nederlanders zijn zogenaamd zo tolerant tegenover moslims, maar feitelijk zijn ook zij hen liever kwijt dan rijk.’

Van Houtum geeft aan dat de EU al decennialang een moreel onderscheid maakt tussen mensen op basis van afkomst. ‘Europese burgers hebben zich het recht toegeëigend om overal naar toe te kunnen reizen. We worden geboren met het beste paspoort, daar hoef je als hier geborene niets voor te doen. En dat wordt als volkomen normaal beschouwd. Tegelijk beperken we van tal van elders geborenen op deze wereld drastisch hun reismogelijkheden. Ongeveer twee derde van de wereldbevolking moet een visum aanvragen om te kunnen reizen naar de EU. In de meeste gevallen krijgen ze geen visum, zelfs niet als vluchteling, omdat ze in het verkeerde land zijn geboren. Dat is discriminatie op basis van afkomst, mondiale apartheid.’

Volgens Van Houtum lijkt het alsof we nog steeds in een feodale klassenmaatschappij leven, maar dan mondiaal, waarin een klein deel van de mensheid op basis van afkomst bepaalt wie vrij mag reizen. De hoogleraar schetst het gevolg: uitgeslotenen kunnen bij een oorlog in hun land alleen vluchten langs heimelijke en gevaarlijke wegen, zoals met smokkelbootjes, en worden zelfs, tegen het vluchtelingenverdrag in, teruggeduwd. ‘Willens en wetens maakt de EU dus al tijden een moreel onderscheid tussen mensen naar afkomst en voert het voor de ‘verkeerd geborenen’ een dodelijk beleid aan haar grenzen.’

‘Hoewel ik zelf niet zo gauw trots op iets ben, zou ik van Europa toch iets willen zien waar je wél trots op kunt zijn’, zegt Désanne van Brederode. ‘We hebben alle middelen om mensen op te leiden en zich thuis te laten voelen. Bovendien kunnen we van verschillen en ervaringen leren. Dat is een verrijking. Ook laatst weer bij het journaal hoorde ik dat er allerlei psychologen ingezet zullen worden voor de Oekraïners. Maar dit was dus al heel lang nodig: voor Congolezen, Syriërs, Afghanen en andere oorlogsslachtoffers. Tegen hen werd gezegd: ‘Wees blij dat je hier mag zijn en sla die bladzijde om. Maar nu het om Oekraïners gaat, kan het opeens allemaal wel.’

Benhammou: ‘Het is heel belangrijk om onze verantwoordelijkheid te nemen en vluchtelingen van waar dan ook te blijven opvangen. Maar de vraag is: ‘Wat doe je daarna met hen?’ Integratie is nog belangrijker. Want wanneer we beseffen dat een relaxte samenleving om inspanning vraagt, kunnen we de mensen die huis en haard gedwongen hebben moeten verlaten pas echt welkom heten.’

 

Nieuw: handgebaar voor ‘tot slaaf gemaakte’

0

Het Tropenmuseum heeft een nieuw handgebaar geïntroduceerd voor het begrip ’tot slaaf gemaakte’, ter vervanging van het woord ‘slaaf’.

Het gebaar voor ’tot slaaf gemaakte’ is dat van geketende handen. Dit gebaar moet het, volgens het Topenmuseum ‘pijnlijke beeld’ van het gebaar voor ‘slaaf’ vervangen. In dit gebaar wordt een band om de nek, met daaraan geschakeld een ketting verbeeld.

Door te kiezen voor het gebaar van geketende handen moet duidelijk worden dat iemand in het koloniale tijdperk niet koos voor dit bestaan, maar tot slaaf was gemaakt.

‘Ook minderheidsgroepen binnen de dove minderheidsgroep kunnen gekwetst worden door bepaalde gebaren’, zegt Roos Wattel van Stichting IN Gebaren tegen het Parool. ‘Door hier inzichten over te delen, kunnen we samen groeien naar een meer inclusief gebarentaalgebruik.’

Turkije: rockende ex-imam vecht ontslag aan bij Europees Hof

0

Ahmet Muhsin Tüzer werd in 2018 ontslagen door Diyanet, de Turkse overheidsorganisatie voor godsdienstzaken. De reden: hij zong in een rockband. Vorige week stapte Tüzer naar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) om zijn ontslag ongedaan te maken.

Tüzer haalde in 2015 de Turkse media, door zijn andere leven als rockmuzikant. Diyanet startte daarop een onderzoek naar hem, wat uiteindelijk leidde tot zijn ontslag als imam.

De ex-imam accepteerde zijn ontslag niet. Eerst bracht hij zijn zaak naar de lokale rechtbank en daarna diende hij een aanvraag in bij het Turkse Constitutioneel Hof. Maar nu ook dat Hof zijn verzoek heeft afgewezen, is hij naar het EHRM gestapt.

Sinds zijn ontslag als imam werkt Tüzer als ambtenaar voor de overheid. ‘Ze hebben me ontslagen bij Diyanet, maar mijn recht als ambtenaar blijft bestaan’, zegt hij.

Diyanet-imams, die in overheidsdienst zijn, worden volgens Tüzer om willekeurige redenen ontslagen. ‘Een van onze collega’s is bijvoorbeeld ontslagen omdat hij deelnam aan de openingsceremonie van een evenement georganiseerd door de IYI-partij’, aldus Tüzer.

De IYI-partij is een oppositiepartij, terwijl Diyanet het beleid uitvoert van de regerende AKP van president Erdogan.

Volgens Tüzer hebben Diyanet-functionarissen over hem geklaagd bij de president. Tüzer zelf heeft Erdogan ook ontmoet, tijdens een concert in de Verenigde Staten. De president had geen negatieve houding tegenover hem, aldus Tüzer.

Tüzer wil zijn leven als rockmuzikant niet opgeven. Maar hij wil graag ook weer imam worden, omdat hij denkt dat hij hiermee de jeugd kan bereiken.