14.4 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 463

Utrechtse ‘moslim-stemwijzer’ belazert de kluit, vindt lokale PvdA

0

Utrechtse moslims kunnen het best op Denk stemmen. Althans, dat beweert een lokale stemwijzer die speciaal is opgezet voor moslims. De PvdA in de Domstad spreekt van misleiding, schrijft AD Utrecht.

Het stemwijzer-overzicht (foto) zet op een rij hoe Denk, GroenLinks, D66 en PvdA over bepaalde onderwerpen zouden denken die raken aan moslims en de wijk Overvecht, waar veel moslims wonen.

Op alle punten, zoals ‘geen haatdemonstraties voor moskeeën’ en ‘gratis parkeren op islamitische feestdagen’, scoort Denk ‘positief’, terwijl de andere partijen ver achterblijven.

PvdA-lijsttrekker Van der Zweth noemt de stemwijzer op Twitter ‘politiek op zijn allersneust’. Zo doet de stemwijzer volgens hem lijken alsof de PvdA zich heeft verzet tegen de komst van een islamitische begraafplaats, maar is dat helemaal niet waar.

‘Afgelopen periode hebben wij als PvdA, GroenLinks en Denk Utrecht er alles aan gedaan om een islamitische begraafplaats voor elkaar te krijgen. En dat is gelukt! En Denk zet ons vervolgens weg alsof we altijd tegen waren.’

De PvdA is, anders dan de stemwijzer doet lijken, ook tegen ‘intimiderende demonstraties bij moskeeën’, twittert Van der Zweth. ‘Maar dat kwam natuurlijk niet handig uit.’

Volgens Denk komt de stemwijzer niet vanuit de partij zelf, maar wel van ‘iemand uit onze kring’.

De stille emancipatieslag van vrouwen en meiden in de multiculturele stad

0

We kennen allemaal het fenomeen van jongerenwerkers en -centra. Minder bekend is dat er ook vrouwen- en meidenwerkers actief zijn, om vrouwen uit achterstandsgroepen zelfvertrouwen en weerbaarheid mee te geven. ‘Empowerment’ is hierbij het toverwoord. De Kanttekening zoomt in op het multiculturele Utrecht: ‘We focussen op de toekomst, níet op de trauma’s of het land van herkomst.’

‘Onze strijd voor gelijke rechten van vrouwen is nog lang niet af. In lokale politiek is er nog te weinig aandacht voor vrouwenrechten. Wil je meer vrouwen aan de top, dan begin je onderop: in asielzoekerscentra, in buurthuizen, in studieverenigingen, bibliotheken en op de straten. Op die plekken, vanuit het midden van de samenleving, werken nu al veel vrouwen op hun eigen manier, in stilte, aan emancipatie en gelijke rechten. Deze stemmen moeten meer zichtbaar worden.’

Aan het woord is het Iraans-Nederlandse GroenLinks-raadslid Melody Deldjou Fard (42) uit Utrecht. Zij is één van de initiatiefneemsters van een ‘stadsgesprek’ komende dinsdag, op Internationale Vrouwendag, in het Utrechtse stadshuis. Het doel: Utrechtse vrouwen, organisaties en initiatieven zichtbaarder maken en in contact brengen met elkaar en lokale politici. Zo kunnen de vrouwen de handen ineen slaan en meedenken over hoe de rechten en de positie van meisjes en vrouwen versterkt kan worden.

Beeld: Melody Deldjou Fard

Deldjou Fard: ‘Op landelijk niveau wordt wel gepraat over belangrijke thema’s zoals de loonkloof, gratis kinderopvang en het recht op zelfbeschikking, maar lokaal blijft het vaak stil.’ Volgens haar laten talloze onderzoeken zien dat vrouwen vaker buiten de boot vallen in de totstandkoming van gemeentelijk beleid. ‘8 maart is voor mij een moment waarop vrouwen uit de stad een podium krijgen’, vertelt de Utrechtse politica enthousiast. ‘Want hoe zit het met hún dromen, ambities, talenten en vaardigheden?’

Vrouwencafé

Eén van de Utrechtse vrouwen die zich speciaal voor vrouwen uit achterstandsgroepen inzet, is de Syrische Salma Fayad (38). Zij organiseert via stichting De Voorkamer een ‘vrouwencafé’ voor vrouwelijke asielzoekers in de stad (foto).

‘We wilden een veilige plek creëren voor vrouwen alleen. We komen samen met vrouwen van verschillende achtergronden, en organiseren voor hen verschillende events. Veel vrouwen voelen zich veiliger in gezelschappen met alleen vrouwen, waar ze zichzelf kunnen zijn. Bij gemengde bijeenkomsten is dat een stuk lastiger.’

Het vrouwencafé wordt bezocht door vrouwen tussen achttien en zestig jaar. Sommige vrouwen komen er met hun moeder. Naast vluchtelingenvrouwen doen ook internationale studentes aan het vrouwencafé mee, evenals enkele autochtone vrouwen uit de wijk Lombok. Bijeenkomsten trekken ongeveer 25 vrouwen, aldus Fayad.

‘Onze events gaan soms om hele basale dingen, zoals de vraag hoe je een mondkapje op moet doen. Ook organiseren we cursussen over de Nederlandse taal. Daarnaast doen we ook leuke dingen, zoals een historische tour door het centrum van Utrecht of de talentenshow ‘Women on the Spot’, waar vrouwen hun speciale talenten kunnen laten zien aan anderen. We willen deze vrouwen hun energie teruggeven, zodat ze weerbaarder zijn en meer zelfvertrouwen hebben. We hebben daarom ook een dansworkshop georganiseerd. Dan is niet alleen leuk, maar ook een manier om jezelf uit te drukken.’

Asielzoekster Nairouz (44) uit Syrië, één van de bezoekers, noemt het vrouwencafé ‘een veilige plek, een safe space waar vrouwen en meisjes zichzelf kunnen zijn en waar ze zichzelf kunnen empoweren’. De ontmoetingen met andere vrouwen vindt ze inspirerend. ‘We leren elkaar hier goed kennen. Het uitwisselen van verhalen geeft je een rustig gevoel. Het is een plek waar wij als vrouwen elkaar kracht geven.’

Sommige bezoeksters van het vrouwencafé zijn alleenstaande moeders, vertelt Fayad. Om ervoor te zorgen dat deze vrouwen kunnen meedoen, is er voor deze kinderen een speciale kinderopvang georganiseerd, waar ze Nederlands leren of leren tekenen. Fayad: ‘We willen hierin inclusief zijn.’

Ze legt uit dat het vrouwencafé op de toekomst van asielzoekersvrouwen is gericht. ‘We willen daarop focussen – níet op de trauma’s uit het verleden, het land van herkomst of de reis die deze vrouwen hebben gemaakt naar Nederland. Het gaat ons om de levensreis die deze vrouwen maken, om transformatie.’

‘We willen deze vrouwen hun energie teruggeven, zodat ze weerbaarder zijn en meer zelfvertrouwen hebben’

Heel mooi vindt Fayad het project ‘Her Story’. ‘Enkele maanden terug schreven vrouwen uit mijn groep een brief aan zichzelf, die ze straks weer gaan lezen. Op die manier leer je veel van jezelf, wie je bent, wat je ambities en dromen zijn.’ Asielzoekster Nairouz was ooit lerares, vertelt ze, maar haar droom nu is om haar eigen kleine restaurant te hebben. Maar een baan als administratief medewerkster vindt ze ook goed. Ze wil sowieso weer aan het werk.

Moeilijke onderwerpen als huiselijk geweld en racisme worden niet in de workshops besproken, zegt Fayad. ‘Wel komen er vrouwen bij ons met persoonlijke problemen, maar die kaarten ze liever niet in de groep aan, wat begrijpelijk is. We willen vooral niet te formeel zijn, niet te ernstig, en leuke activiteiten doen. Dat hebben deze vrouwen ook nodig.’

Niet alleen de Internationale Vrouwendag van 8 maart, maar heel maart staat bij De Voorkamer in het teken van vrouwenrechten. ‘Ook organiseren we een gezamenlijke activiteit voor vrouwen én mannen over Internationale Vrouwendag.’

Asielzoekster Nairouz vindt 8 maart heel belangrijk, zegt ze. ‘We vieren deze dag zodat we de stemmen van vrouwen horen die hun politieke, economische, sociale rechten opeisen. Het is ook een dag waarbij we stil staan bij alle moeilijkheden die op ons pad komen, en die we moeten overwinnen.’

Meidenhuiskamer

In de Utrechtse wijk Overvecht zet de Marokkaans-Nederlandse jongerenwerker Hanae Haddouche (40) van JOU (Jongerenwerk Utrecht) zich specifiek in voor Utrechtse meiden. ‘Het jongerenwerk in Utrecht was lange tijd vooral gericht op jongens, met als doel dat zij naar school gaan, geen overlast veroorzaken en niet in de criminaliteit belanden. Maar het meidenwerk mag niet het onderschoven kindje zijn. Ons werk is ook belangrijk, want meiden verdienen net als jongens een goede toekomst.’

Ze is erg trots op de ‘meidenhuiskamer’, een huiskamer waar meiden hun huiswerk kunnen doen, praten met jongerenwerkers, elkaar helpen met huiswerk of sollicitatiebrieven. ‘Flats in Overvecht en andere soortgelijke wijken zijn heel klein, zodat je daar praktisch niet kunt zijn met andere meiden. Daarom zijn we met deze aparte huiskamers voor meiden begonnen. Op straat samenkomen is immers geen optie.’

Haddouche vindt het concept van de meidenhuiskamer heel goed. ‘Ik hoop dat het initiatief uit Utrecht navolging krijgt in andere wijken van de stad en ik gun het ook de andere steden, zoals Amsterdam, Rotterdam en Den Haag. Hier kunnen meiden zich namelijk echt ontwikkelen’, zegt ze.

‘Het meidenwerk mag niet het onderschoven kindje zijn. Meiden verdienen net als jongens een goede toekomst’

Bewoners van Overvecht hebben diverse achtergronden. Veel ouders houden hun dochters thuis, uit bezorgdheid dat hen iets overkomt, vertelt Haddouche. ‘Daarom zijn deze meiden dikwijls nogal verlegen. Jongeren ervaren kansenongelijkheid en kunnen hun wijk niet uitkomen. Hun eigen wijk is hun veiligheid. Ouders bezitten nou eenmaal geen netwerk om hun kinderen perspectief te bieden buiten die wijk. Wij als jongerenwerkers zorgen er juist voor dat ze hun vleugels uitslaan en dat de meiden hun talenten en krachten elders in kunnen zetten.’

In de meidenhuiskamer komen de meiden praktisch dagelijks bij elkaar. Dat zorgt voor verbinding en perspectief, aldus Haddouche. ‘De meiden ondersteunen elkaar en ontwikkelen zich beter. Wat we hier in Overvecht doen moet ook elders gebeuren.’

Dankzij de meidenhuiskamer komen meiden in contact met andere meiden, leren ze sociale skills, en kweken ze ook meer zelfvertrouwen. Haddouche: ‘Het mooie is dat meiden elkaar ook helpen, ze trekken elkaar omhoog. Natuurlijk stimuleer ik hen ook om zelfredzamer te worden, bijvoorbeeld door henzelf het telefoontje te laten plegen bij het bedrijf waar ze een stage willen lopen.’

Komende dinsdag organiseert de meidenhuiskamer een talkshow in het stadhuis van Utrecht, waarin politici en bestuurders vragen aan de meiden kunnen stellen. ‘Het is van groot belang dat het meidenwerk ook voldoende aandacht krijgt van de politiek’, zegt Haddouche. ‘Jongens hebben een grotere mond en krijgen daarom meer aandacht – en dus wordt er ook meer gemeentegeld besteed aan projecten die zich vooral op jongens richten. We willen dat er meer tijd en geld wordt vrijgemaakt aan de meiden die deze aandacht ook verdienen.’

Krachten bundelen

GroenLinks-raadslid Deldjou Fard beaamt: ‘Het is enorm belangrijk dat gemeentes vanuit een ‘gendergelijkheid-bril’ beleid maken. De budgetten voor het jongerenwerk moeten eerlijk verdeeld worden tussen jongens en meisjes. Meiden hebben vaak hele andere behoeften en hebben daardoor andere voorzieningen nodig. Is daar wel genoeg oog voor?’

Ook de specifieke aandacht voor vluchtelingenvrouwen van stichting De Voorkamer vindt Deldjou Fard een goede zaak. ‘Het beleid is nu te vaak gericht op het zo snel mogelijk aan het werk krijgen van mensen’, zegt ze. Volgens haar houdt dit beleid te weinig rekening met de behoeftes van vrouwen, die ook de kans moeten krijgen om een nieuwe carrière in het land van aankomst op te starten en economisch zelfstandig te worden. Deldjou Fard is voor een bottum-up-benadering van vrouwenrechten. ‘Om de positie van vrouwen te versterken is meer nodig dan landelijke wetgeving voor vrouwenquota om de top van bedrijven diverser te krijgen.’

Tijdens het stadsgesprek op 8 maart ontmoeten vrouwen met verschillende achtergronden elkaar in het stadhuis. ‘Het zijn vrouwen met meer of minder van de zogenoemde vinkjes’, zegt Deldjou Fard. ‘Er komen vrouwen die door hun sociaaleconomische situatie minder kansen hebben gehad, vrouwen in topposities en vrouwen die als nieuwkomers nog niet genoeg geworteld zijn en hun plek zoeken. Deze verschillende groepen vrouwen ontmoeten elkaar zelden, door de scheidslijnen die de maatschappij heeft gecreëerd. Als samenleving leven we steeds meer in onze eigen bubbels. Ik hoop dat deze avond een ontmoetingsmoment wordt waar we voorbij de bubbels en vinkjes kijken. En onze krachten bundelen, ons verbinden en elkaar aanvullen vanuit ieders unieke talenten en mogelijkheden.’

‘Turkije tot nu toe grootste winnaar in Oekraïne’

0

Turkije is, hoe cru het ook mag klinken, tot nu de de grootste ‘winnaar’ van de oorlog in Oekraïne. Dit schrijft de Amerikaanse academicus en Midden-Oostenexpert Louis Fishman (Brooklyn College) in de Israëlische krant Haaretz.

De reden: het lukt de Turkse president Erdogan namelijk vooralsnog de banden met zowel Oekraïne, Moskou én de NAVO-bondgenoten warm te houden. Een lastige balanceeract, aldus Fishman.

Erdogan heeft de Russische agressie verschillende malen veroordeeld en is voorstander van de soevereiniteit van Oekraïne, in lijn met de NAVO-bondgenoten, maar wat betreft economische sancties doet Turkije niet mee met het Westen. Terwijl Rusland lukrake bombardementen uitvoert op de burgers van Charkov en Kiev, heeft Erdogan nogmaals benadrukt dat Turkije de banden met Rusland en Oekraïne niet zal verbreken.

‘Voor nu, in de strijd tegen Poetins oorlog, heeft de Turkse balanceeract de impliciete goedkeuring van de Amerikaans-Europese coalitie. Turkije is een strategische bemiddelaar met Rusland en tegelijkertijd is deze crisis voor Turkije de beste kans tot nu toe om de betrekkingen met de VS en Europa te verbeteren’, aldus Fishman.

De huidige crisis komt dus als geroepen voor een Turkije dat steeds meer geïsoleerd was geraakt, volgens de professor. Hij denkt wel dat het voor Turkije moeilijker zal worden om ‘de derde weg’ te bewandelen, zolang het conflict langer voortsleept.

De steun van Erdogan aan de Oekraïense strijd voor vrijheid is volgens Fishman overigens ironisch. Thuis onderdrukt Turkije de oppositie en politieke dissidenten en treedt Erdogan juist als een soort Poetin op. Fishman waarschuwt dan ook een voor een al te innige toenadering vanuit het Westen naar Turkije. Die zou alleen mogen plaatsvinden als ook de onderdrukking in Turkije stopt, vindt hij.

Journalist Bellingcat: ‘Extreemrechts vecht ook mee met Oekraïne’

0

Het extreemrechtse Azovbataljon vecht ook mee met Oekraïne tegen de Russen. Dat meldt de Oekraïense onderzoeksjournalist Oleksiy Kuzmenko, die verbonden is aan het internationale onderzoeksjournalistieke platform Bellingcat.

Het Azovbataljon is een vrijwilligerslegioen waarvan de leden – geschat op negenhonderd –Oekraïense ultranationalisten zijn. Ze worden ervan beschuldigd worden nazistische en wit-supremacistische ideeën aan te hangen.

De rol van het Azov-bataljon wordt al tijdenlang uitvergroot door Poetin en consorten, die zeggen Oekraïne te willen ‘denazificeren’. Toch speelt het Azovbataljon wel degelijk een rol, zegt Kuzmenko tegen het Amerikaanse tijdschrift Newsweek.

Volgens Kuzmenko is de Azovbeweging betrokken bij de strijd tegen Rusland in een aantal Oekraïense steden, waaronder Kiev en Charkov. Ze spelen volgens de onderzoeksjournalist zelfs een belangrijke rol in de verdediging van de havenstad Marioepol.

Terwijl Oekraïense ambassades over de hele wereld mensen oproepen om mee te vechten voor Oekraïne, heeft het Azovbataljon buitenlandse vrijwilligers ook opgeroepen om mee te doen.

De leider van de Azovbeweging leverde onlangs kritiek op de Oekraïense president Volodymyr Zelensky, omdat die onderhandelingen aanging met Rusland.

Volgens Kuzmenko streeft Oekraïens extreemrechts een eigen visie op Oekraïne na, dat veel anders is dan wat de Oekraïense president Zelensky voor ogen heeft, ‘maar ze strijden nu duidelijk dezelfde strijd’.

Amnesty slaat alarm om aanstaande executie Koerden in Iran

0

Mensenrechtenorganisatie Amnesty International roept de internationale gemeenschap op snel actie te ondernemen tegen de dreigende executie van zeven Koerdisch-Iraanse gevangenen. Dit schrijft de Koerdische nieuwssite Rudaw.

De Koerdische mannen zitten al twaalf jaar vast in een gevangenis vlakbij Teheran. Ze worden ervan verdacht te behoren tot een soennitisch-salafistische groepering die het overwegend sjiitische Iran zou willen ondermijnen. Leden van de Azerbeidjaanse en Koerdische minderheid worden in Iran vaker hard gestraft voor ‘ondermijning’.

Hun doodvonnis zou ‘oneerlijk’ zijn, onder meer vanwege schuldbekentenissen na martelingen. ‘Ik heb de meest ernstige fysieke en mentale marteling ondergaan gedurende mijn detentie’, schreef een van de Koerdische gevangen in een brief.

Amnesty roept de Iraanse rechtbank op om de doodvonnissen te vernietigen, het martelen te stoppen en een eerlijk proces op te starten.

Iran behoort tot een van de landen waar het vaakst de doodstraf wordt voltrokken. Vorig jaar is de Koerdische politieke gevangene Heidari Ghorbani in het geheim geëxecuteerd. In 2020 hebben naar schatting 230 mensen de doodstraf in Iran gekregen, aldus Rudaw.

Marokko: strafverhoging dreigt voor kritische journalist Omar Radi

0

Het Marokkaanse Openbaar Ministerie heeft in hoger beroep gevraagd om de gevangenisstraf van de kritische journalist Omar Radi (35) te verhogen tot tien jaar.

Eerder dit jaar werd Radi veroordeeld tot zes jaar gevangenisstraf. De 35-jarige verslaggever, bekend om zijn kritische houding tegenover het Marokkaanse regime, wordt beschuldigd van spionage en verkrachting.

Volgens de officier van justitie ontmoette Radi Nederlandse diplomatieke vertegenwoordigers – door het OM voorgesteld als ‘inlichtingsfunctionarissen’-, wat in zijn ogen ‘de schuld bewijst’ van de journalist. Ook zou Radi als spion informatie hebben verstrekt aan twee Britse economische adviesbureaus.

Radi ontkent deze beschuldigingen, evenals de Nederlandse regering: ‘Het kabinet verwerpt de beschuldigingen met betrekking tot spionage en deze boodschap is direct hoog ambtelijk overgebracht aan de Marokkaanse ambassadeur in Den Haag’, schreef toenmalig minister van Buitenlandse Zaken Ben Knapen oktober vorig jaar aan de Tweede Kamer.

Radi wordt ook beschuldigd van spionage voor Polisario, de beweging die strijd voor een vrije Westelijke Sahara. Dit ‘spionage’-onderzoek werd in2020 geopend, nadat Amnesty International beweerde dat de telefoon van Radi door Marokko was gehackt.

Radi wordt tevens van verkrachting beschuldigd. Een oud-collega beweerde, tijdens een hoorzitting achter gesloten deuren, dat ze door Radi was verkracht. Radi ontkent deze beschuldiging en zegt dat de vrouw instemde.

De Marokkaanse autoriteiten houden vol dat de aanklachten tegen Radi niets te maken hebben met zijn journalistieke werk, maar hier denken mensenrechtenorganisaties anders over.

Frankrijk: hoogste rechter houdt hijabverbod voor advocaten in stand

0

Het hoogste gerechtshof van Frankrijk heeft een verbod op het dragen van de hijab en andere religieuze symbolen in rechtszalen door advocaten bekrachtigd. De dertigjarige islamitische advocate Sarah Asmeta, die in de rechtszaal van Lille graag een hijab wilde dragen, trok aan het kortste eind.

In zijn uitspraak noemde het Hof van Cassatie het verbod ‘noodzakelijk en passend, enerzijds om de onafhankelijkheid van de advocaat te beschermen en anderzijds om het recht op een eerlijk proces te garanderen.’ Het verbieden van het dragen van religieuze symbolen beschouwt het hof niet als discriminatie.

Asmeta zegt geschokt en teleurgesteld zijn door deze uitspraak. ‘Mijn cliënten zijn geen kinderen’, zei ze tegen het internationale persbureau Reuters. ‘Als ze mij als hun advocaat kiezen, met mijn sluier, dan is het hun keuze.’

Er is geen wet die expliciet stelt dat advocaten geen hijab mogen dragen in de rechtszaal. Wel zijn religieuze symbolen en kleding verboden voor ambtenaren in Frankrijk, vanwege de laïcité, de strenge scheiding tussen kerk en staat. Asmeta zegt dat ze overweegt haar zaak voor het Europees Hof voor de Rechten van de Mens te brengen.

Den Haag: hindoes krijgen eigen as-uitstrooiplek

0

Aan de Waldorpstraat in het Haagse Laakhavengebied krijgen hindoes een eigen as-uitstrooiplek, meldt Omroep West.

De Haagse wethouder Hilbert Bredemeijer (CDA) tekende gisteren een toestemmingsverklaring, waarmee de hindoegemeenschap in de Hofstad eindelijk haar wens ziet uitkomen.

Voor hindoes is het uitstrooien van de as van de overledene een belangrijke ceremonie. De gedachte is dat de as wordt toevertrouwd aan de elementen waaruit het lichaam voortkomt.

CDA-fractievoorzitter Kavish Partiman, zelf ook hindoe, zegt dat er met de eigen uitstrooiplek ‘een belofte ingelost’ wordt.

Er wonen 40.000 hindoes in Den Haag. Tot nu toe hadden ze geen goede as-uitstrooiplek, waar ze legaal de as van de overledenen konden uitstrooien. Hindoes gingen vroeger soms stiekem naar de binnenwateren om te strooien, met het risico beboet te worden.

Straks kunnen Haagse hindoes ook diensten houden in het Laakhavengebied. Dan kunnen ze ook bloemen en andere natuurlijke producten offeren, door ze in het water te gooien en zo terug te schenken aan de natuur.

Eind vorig jaar kregen hindoes in Rotterdam ook hun eigen as-uitstrooiplek, bij het Eiland van Brienenoord in de Rotterdamse wijk IJsselmonde.

Gianni da Costa (ChristenUnie): ‘Besef wat gebrek aan perspectief met ongedocumenteerden doet’

0

Diversiteit, inclusie en racisme staan steeds nadrukkelijker op de politieke agenda, net als de roep om een diversere volksvertegenwoordiging. In de aanloop naar de verkiezingen interviewt Chris Aalberts daarom biculturele kandidaten voor de gemeenteraden. Vandaag: Gianni da Costa (37), de nummer twee van de Amsterdamse ChristenUnie. Hij werd bekend met zijn werk voor ongedocumenteerden. Zo zette hij tijdens de coronacrisis een alternatieve voedselbank op. Vanwege zijn inzet voor ongedocumenteerden werd hij in 2020 genomineerd voor Amsterdammer van het jaar: ‘Voor mij doen ongedocumenteerden Amsterdammers ertoe, ze zijn mensen.’

‘Ik vind dat iedereen bij ons in de stad een plek verdient. Ongedocumenteerden hebben door onze wet- en regelgeving een stempel gekregen, maar iedereen wil erkend en gezien worden als mens. Dat doen we niet met deze groep. Als we toelaten dat ongedocumenteerden in de stad mogen verblijven, dan moeten we er ook voor zorgen dat ze volwaardig mee kunnen doen. Ik geloof dat al deze mensen al een stem hebben, maar er wordt niet naar hen geluisterd. Er zijn volgens onderzoek 30.000 ongedocumenteerden in Amsterdam. Formeel bestaan zij niet, maar in de praktijk natuurlijk wel.’

Hoe help je deze groep?

‘Door er te zijn voor deze mensen, ze een luisterend oor te bieden en ze het gevoel te geven dat ze ertoe doen. Ook zij zijn Amsterdammers die onze samenleving dragen. Een voorbeeld is dat ongedocumenteerden bij mensen thuis schoonmaken. Ze verdienen geld, geven dat uit en dragen bij aan de samenleving. Ik heb contact met honderden van hen.

‘Iedereen verdient een plek in onze stad, heeft een eigen leven en zeggenschap daarover. Mijn vertrekpunt is dat deze mensen het recht hebben om op zoek te gaan naar een betere toekomst. Dat hebben deze mensen gedaan en ze zijn toevallig in Nederland gekomen. Het had ook een ander land kunnen zijn. De cruciale vraag is wat we hiermee doen. We hebben er in Nederland voor gekozen om geen actief opsporingsbeleid te hebben, dus deze mensen mogen hier zijn. Ongedocumenteerd-zijn is niet strafbaar. We laten toe dat ze hier blijven. Laten we er dan ook voor zorgen dat ze volwaardig mee kunnen doen aan de samenleving.

‘30.000 ongedocumenteerden in Amsterdam. Formeel bestaan zij niet, maar in de praktijk natuurlijk wel’

‘Negentig procent van deze mensen woont in een sociale huurwoning die onderverhuurd wordt. Dat kost ze 1700 tot 2000 euro per maand. In een tweekamerappartement wonen drie of vier gezinnen met kinderen. We laten ongedocumenteerde jongeren tot hun achttiende naar school gaan. Wij maken dat mede mogelijk door belasting te betalen. Daarna is er geen zachte landing. We zijn dus bezig met het opleiden van potentiële criminelen. Ik maak veel mee dat meisjes de prostitutie in gaan en jongens drugsdealer worden. Wij moeten beseffen wat een gebrek aan perspectief met iemand doet.’

Hoe kun je dat perspectief bieden?

‘Je moet verder kijken dan de status van iemand. Wat kan iemand bijdragen? Dat is het begin. Laten we ervoor zorgen dat ze werk krijgen. Als maatschappij verdienen we er dan allemaal aan in plaats van bij zwart werk. Deze mensen willen werken: geld verdienen voor hun familie in Brazilië, de Filippijnen of Indonesië. Toen deze mensen naar Nederland kwamen was hun idee dat ze drie of vier jaar zouden blijven om geld te verdienen. Ze denken dat als je naar Europa gaat je het kunt maken, net zoals in Amerika.

‘Door corona konden deze mensen niet meer werken. Toen zijn er informele voedselbanken opgericht omdat deze mensen niet bij de gewone voedselbanken terecht kunnen. De gemeente stak hier geld in en dat is een erkenning dat we iets voor deze mensen moeten doen.’

Maakt het voor jou uit welke status deze mensen hebben?

‘Nee, dat maakt me niet zoveel uit. Iedereen heeft recht op een beter leven. We gaan zelf ook op zoek naar een beter leven. Waarom kijken we met een scheef oog naar deze mensen? Ze zeggen vaak dat thuis spelen beter is dan uit spelen. Maar ook bij uit spelen kun je winnen. Ik behandel deze mensen als mens, niet als categorie. Ik vraag altijd wat iemand een Amsterdammer of een Nederlander maakt. De meeste mensen zeggen dan dat ze hier zijn geboren of dat ze een paspoort hebben. Maar ongedocumenteerden hebben kinderen die hier geboren zijn maar geen Nederlander zijn. Is dat fair? Moeten zij boeten voor de keuzes van hun ouders?’

Wat vind je van het argument dat hulp aan ongedocumenteerden een aanzuigende werking heeft?

‘Die hebben we al. Ik geloof niet dat die mensen weggaan als je het ze moeilijker maakt. Dat zien we ook aan het beleid. Ongedocumenteerden met een asielverleden krijgen in Amsterdam opvang, om te zien of ze terug kunnen naar hun land van herkomst. Mijn vraag is: ‘Vertrekken die mensen dan?’ Nee. We dwingen niemand om te vertrekken. Dan moet je ervoor zorgen dat ze volwaardig mee kunnen doen in onze samenleving. Anders gaan ze dingen doen waar jij en ik last van hebben. Dan krijg je criminaliteit. Het gaat ook om uitsluiting. We geven hen niet het gevoel dat ze meedoen. We erkennen hen niet als volwaardig mens. De kern van het geloof is de bewustwording van de liefde die in ons zit van mens tot mens.’

Is het niet heel moeilijk om iets voor deze mensen te bereiken?

‘Het klinkt als een cliché, maar alles wat groot is, is klein begonnen. We hebben Nederlandse les voor deze ouderen die niet declarabel zijn. Jongeren moeten nu op hun achttiende stoppen met school, maar we blijven erin geloven. Onderwijs kan niemand je ooit nog afnemen. We hebben nu twee kinderen die op de Hogeschool van Amsterdam studeren. We zien daar wat beweging. Dit zijn jongeren met dromen en zij studeren hier. We weten niet of dat vaker gaat lukken. Deze mensen leven nu in de bittere armoede, dus ik zou ervoor pleiten dat ze toegang krijgen tot de gewone voedselbank. Tijdens de pandemie is er een uitzondering gemaakt bij de vaccinaties. Waarom kan dat normaal niet?’

Word je hier nooit moedeloos van?

‘Nee. De kern van wat ik doe is mijn geloof: je bewust worden van de liefde die in ons zit. Die zorgt ervoor dat we oog hebben voor de medemens, ongeacht status. Ongedocumenteerden worden genegeerd door links én rechts. Waarvoor bedrijf je politiek, voor wie doe je het? Ik geloof hier echt in. Dat is ook de reden dat ik in de politiek zit. Ik ben geen politicus, ik ben een Amsterdammer die politiek bedrijft. In de politiek houdt men zich bezig met de systeemwereld. Als Amsterdammer die politiek bedrijft houd ik mij bezig met de systeemwereld én de leefwereld van deze mensen.’

Sport en politiek zijn dus niet te scheiden

Mark Rutte was nog bezig met de geestelijke verwerking van de zoveelste medaille van Irene Wüst, toen Vladimir Poetin Oekraïne binnenviel. Er gebeurde dus precies wat was voorspeld: de Russische dictator wachtte met zijn inval tot iedereen uitgejuicht terug was van de Winterspelen, zodat het feestje van zijn Chinese collega niet werd verstoord.

Politiek en sport zijn twee héél verschillende dingen: dat was decennialang de vaste mantra, steeds als er weer een toernooi in een onfris land werd gehouden. De mantra zowel van de organisatoren, als van de deelnemers, die zich beiden angstvallig hoed(d)en om iets onaardigs over het gastland te zeggen. En vooral mocht je de mooiste dag in het leven van zo’n topsporter niet bederven.

Dat die mantra een leugen is, kon iedereen tenminste al sinds de Olympische Spelen van 1936 weten: één groot spektakel ter meerder glorie van het naziregime in Berlijn. Het bekendste voorbeeld van sportwashing – een term die we toen nog niet kenden, omdat het Engels nog niet zo allesoverheersend was – maar zeker niet het laatste. De Spelen in Sotchi en Peking, de wereldvoetbalkampioenschappen in Qatar, de Grand Prix in Abu Dhabi: zij vallen in dezelfde categorie.

Nu plotseling schijnt iets van het besef door te dringen dat sport en politiek niet te scheiden zijn, en dat er voor het Westen misschien hogere waarden te verdedigen zijn dan de wereldtitel van Max Verstappen. De wereldjudobond gooit Poetin eruit en in Russische steden geplande internationale sportevenementen worden gecanceld.

Ook neemt de Engelse voetbalclub Chelsea afscheid van de Russische oligarch en Poetinvriend Abramovich, die de club ooit met zijn in Rusland bijeengeroofde miljarden had opgekocht. Dat dat laatste mogelijk was, valt niet los te zien van de absurde miljoenensalarissen voor topvoetballers, waarmee clubs op de transfermarkt tegen elkaar opbieden en die alleen op deze manier opgebracht kunnen worden.

Pas nu schijnt er een grens te zijn bereikt – nog in Sotchi, vlak voor de Russische annexatie van de Krim, dronk Willem Alexander nog gezellig een biertje met Poetin. Hoe zou híj daar nu op terugkijken?

Nu ineens schijnt iets van het besef door te dringen dat er voor het Westen misschien hogere waarden te verdedigen zijn dan de titel van Max Verstappen

Laten we er niet om heen draaien: de internationale topsport is tot op het bot doorgerot. De soms idiote locaties van de wedstrijden – voetbal op een plaats waar je meestal smelt, schaatsen op een plaats waar het zelden vriest – vallen niet los te zien van de corruptie die zowel het IOC als de FIFA al decennia in haar greep heeft. Corruptie op twee vlakken: omkoopbaarheid van de afzonderlijke leden, met geschenken overladen, en omkoopbaarheid van het gezelschap als geheel.

Daarbij gaat het om het feit dat dictatoriale regimes veel meer bereid zijn om het zo’n internationale sportkoepel naar de zin te maken, met extra faciliteiten en extra privileges. Voor een Poetin of Xi mag zoiets een lieve duit kosten, van protesterende belastingbetalers of dwarsliggende burgers heeft men geen last. Als besloten is dat er op een bepaalde plek een stadion moet komen, dan veegt het regime daarvoor desnoods een hele woonwijk aan de kant.

Toen het IOC ooit eens aparte rijstroken voor zichzelf verlangde, kon Nederland, na formulering van de onoverkomelijke bezwaren daartegen, zijn kandidatuur meteen vergeten. Ook met de manchetknopen die men als aardigheid voor de IOC-bestuursleden in gedachten had, kwam men niet ver. Dat dat ver beneden de eigen omkoop-verwachtingen was, lieten sommigen ook openlijk blijken.

Omdat Mijn Fiets Daar Stond, aldus de titel van een film van Louis van Gasteren uit 1966 over een wat al te hardhandig politieoptreden tegen een student, die zich met die woorden had verweerd. Voor die student ging zijn fiets even vóór de regels die de politie had bedacht. In China zou die student het niet in zijn hoofd halen om aan zijn fiets voorrang boven de autoriteiten te geven. Zo’n land garandeert ook makkelijker een ongestoorde voortgang van de spelen dan Nederland.

Bij ons bestaat daarop overigens één uitzondering: zodra het gaat om een lid van het Koninklijk Huis. Als prins Bernhard junior, even weinig deugend als zijn gelijknamige grootvader, zich achter de omstreden heropening van het racecircuit in Zandvoort schaart, dan zijn regels geen regels meer, en ligt zelfs GroenLinks in de gemeenteraad niet dwars.