15.5 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 568

Open brief aan Piet Emmer (2): u maakt van wetenschap een opiniemachine

0

Onlangs betichtte historicus en journalist Tineke Bennema slavernij-hoogleraar Piet Emmer van ‘prietpraat’ over het brandmerken van slaafgemaakten, waarvan Emmer beweerde dat zij dit niet zo erg vonden. Ook zou Emmer in zijn nieuwe boek de slavernij-rol van Nederland bagatelliseren – en dat zonder voetnoten. Emmer reageerde op Bennema: zij zou te weinig specifiek zijn in haar kritiek. Zijn oordeel over het brandmerken is gebaseerd op een historische bron, schreef hij ook. In deze nieuwe gastcolumn reageert Bennema op Emmer:

Geachte professor Emmer,

Hartelijk dank voor uw uitvoerige reactie op mijn open brief. Ik waardeer het enorm dat u tijd heeft willen vrijmaken om in dialoog te gaan over een episode die zich lang geleden heeft afgespeeld, ver weg, maar die door digitalisering dichtbij is gebracht en geactualiseerd.

Het zal u niet verbazen dat ik mij niet kan verenigen met uw antwoord. Het gaat om twee hoofdpunten: methode en inhoud.

De wetenschap – goede journalistiek ook – wordt uitgevoerd door verificatie, checken, dubbel checken en bronnenvergelijk om feiten vast te stellen, totdat deze feiten op hun beurt weerlegd kunnen worden door nieuwe gevalideerde informatie. U claimt dat slaafgemaakten brandmerken niet zo verwerpelijk vonden als wij nu, maar bedrijft een wetenschappelijke doodzonde door deze uitspraak slechts met één bron te onderbouwen.

Deze bron is planter Anthony Blom. Allereerst destilleert u uit zijn werk een halve waarheid: de te brandmerken plaats van de slaafgemaakte werd met kaarsvet ingewreven, wat niet opweegt tegen het feit dat de wond met citroen werd afgeblust om infectie te voorkomen (zie vele bronnen, onder andere Jan Herlein in 1718). Maar bovenal: u hangt uw redenering op aan een wc-eend-observatie van een man die de kolonisten en niet de slaafgemaakten vertegenwoordigde.

Als u een paar andere bronnen noemt die bevestigen dat de slaafgemaakten het allemaal fijn vonden, ben ik uw vrouw. U en ik en alle historici, wereldwijd, weten alleen dat er geen representatief onderzoek bestaat naar hoe slaafgemaakten brandmerken ervoeren.

Omdat u zelf deze enkele historische bron blijkbaar ook wat mager vond, zoekt u in uw brief nu uw toevlucht tot de antropologie als redding uit het zelf opgeworpen drijfzand. U stelt: ‘Het laatste wat je in Afrika wilde zijn was vrij.’ Bron?

Ook beargumenteert u dat Afrikanen niet vrij wilden zijn, omdat ze deel wilden uitmaken van een collectief. Don’t we all? Alleen niet onder een buitenlandse overheerser.

U vervolgt uw Hineininterpretierung door te veronderstellen dat Afrikanen daarom ergens – het doet er niet toe waar – bij wilden horen en dus zo’n brandmerk wel konden waarderen. Uzelf vindt dat ‘aannemelijk’.

U bent dus ook een wetenschapper die geschiedenis bedrijft op basis van speculaties. Wederom: bron? En welk beeld heeft u van een Afrikaan?

Zo lust ik er ook nog wel een paar. Zouden moslims en joden, die besneden zijn volgens hun traditie, in slavernij het ook gewaardeerd hebben als hun nieuwe heersers het mes in hun lichaam zetten?

De u bekende antropologen Richard en Sally Price lieten in hun studies zien – gebaseerd op interviews met zwarte Surinamers die in de jungle leven en nazaten zijn van slaafgemaakten – dat zowel deze Surinamers als hun Afrikaanse voorouders slavernij als een barbaars fenomeen bestempelden.

U bedrijft geschiedenis op basis van speculaties

U wilt mij aan het einde van uw brief geen collega noemen. Ik begrijp nu waarom: omdat u zelf op de stoel van de antropoloog bent gaan zitten.

U maakt van wetenschap een opiniemachine, losgezongen van feiten, en daarmee geeft u mensen een steuntje in de rug die wetenschap maar een mening vinden. Dat is ook mijn kritiek op uw nieuwe boekje, dat zonder voetnoten is en waarvan een derde deel besteed is aan polemiek. Ik neem aan dat u zelf ook stond achter het format?

Ik ben zelf bezig met een wetenschappelijke studie naar een tot slaaf gemaakte Afrikaan in Suriname die zichzelf bevrijdde, en die ik zal larderen met voetnoten. Mijn vorige werk was journalistiek mét bronverwijzing. En u schrijft dat ik in krantenartikelen geen voetnoten gebruik, maar in krantenartikelen gebruiken wij nu eenmaal geen voetnoten.

Ik weet dat u slavenregisters in uw studies heeft verwerkt, ver voordat deze gedigitaliseerd werden. Alleen zijn deze registers nu gemakkelijker toegankelijk. De kennis die hiermee algemeen wordt, leidt tot nieuwe vragen en nieuwe inzichten van leken en moderne historici – die anders tegen de geschiedenis aan kijken dan u. In plaats van hen nu te framen als activistisch, zou u eerst kritisch naar uw eigen paradigma kunnen kijken.

Ja, geschiedenis is een prachtige ontdekkingsreis door vreemde landen, maar alleen met de juiste methodologie slagen historici erin om de feiten van fantasieën te scheiden.

Ik vind het bijzonder spijtig dat u in de loop der jaren de harde wetenschap voor borrelpraat en politieke opinies heeft ingeruild, want ik heb bijzonder veel aan uw eerdere boeken gehad.

Desalniettemin uw collega blijvend,

Tineke Bennema

Turkije deporteert mogelijk 19 Syriërs wegens ‘provocatief eten van banaan’

0

De politie in het West-Turkse Izmir heeft zaterdag nog eens acht Syrische vluchtelingen opgepakt vanwege het ‘provocatief eten van bananen’. Daarmee staat de teller nu op een totaal van negentien Syriërs die mogelijk hierom worden uitgezet. Dit meldt de Turkse nieuwssite Ahval.

Volgens het Turkse ministerie van Binnenlandse Zaken verstoren ‘de vreemdelingen’ de openbare orde en de veiligheid.

De bananenrel ontstond vorige week toen sommige Syriërs filmpjes deelden van zichzelf waarop ze opzichtig bananen aan het nuttigen waren. Een ludieke protestactie tegen de uitspraken van een Turkse burger in een tv-reportage die het niet kon hebben dat ‘Syriërs kilo’s bananen kopen’, terwijl hij zelf dat niet kan veroorloven.

Hierop kwam het ministerie van Binnenlandse Zaken in actie met een deportatie-dreigement: iedere vreemdeling die aan de bananenactie meedoet, kan het land worden uitgezet.

In Turkije verblijven ongeveer vier miljoen Syriërs, die de burgeroorlog zijn ontvlucht. Veel Syrische kinderen en jongeren zijn nooit in Syrië geweest of hebben dat land op vroege leeftijd verlaten.

Ze werden door de Turkse regering tot een aantal jaar terug coulant behandeld. Die tijden zijn veranderd. De Syrische aanwezigheid in Turkije wordt steeds meer geproblematiseerd, met name door de Turkse oppositie. De regering gaat daar nu steeds in mee.

Griekse ex-minister Varoufakis fileert EU-grensbeleid: ‘Inhumaan en dom’

0

In de Belgische krant de Morgen pleit de Griekse econoom en ex-minister Yanis Varoufakis voor een eind aan de mensenrechtenschendingen aan de Europese grenzen.

‘We kunnen het feit niet veranderen dat de mens een migrerende soort is. De homo sapiens zijn constant in beweging, al sinds het prille begin, toen we vanuit Afrika de wereld bestreken’, aldus Varoufakis, die tijdens de Eurocrisis van 2015 kortstondig de Griekse minister van Financiën was.

Hij stelt dat er overal op de wereld ‘nakomelingen van Europeanen wonen’, die hij ziet als ‘dé grootste netto-exporteurs van migranten in de geschiedenis.’

Hij heeft geen boodschap aan ‘de problemen’ die migratie met zich mee zouden brengen, zoals achterstanden, discriminatie en armoede. De migrerende aard van het beestje is niet te veranderen, vindt hij.

‘Maar wat doen we? Enorm veel geld verspillen aan beveiligde grenzen. We laten mensen sterven aan onze deur en doen alsof het ons probleem niet is. We duwen gammele bootjes terug de zee in, waardoor vluchtelingen verdrinken. Beseffen we dat wel, dat we elke dag fundamentele mensenrechten schenden?’

De website Aegean Boat Report zegt dat dit weekend de grootste pushback vanuit de Griekse wateren naar Turkije heeft plaatsgevonden, waarbij een schip met vierhonderd mensen is teruggeduwd.

Varoufakis, die zelf actief was voor de linkse partij Syriza, vindt de omgang met vluchtelingen door de huidige rechtse regering ‘triest’. Hij bezoekt wel eens een vluchtelingenkamp.

‘Het is een gevangenenkamp. We sluiten mensen op omdat ze geen papieren hebben, en in tegenstelling tot gedetineerden weten ze niet eens hoelang ze er zullen blijven. Het zijn onschuldige mensen achter de tralies van de Europese Unie.’

Varoufakis meent dat die mensen ‘juist nodig zijn’ in Europa: ‘De wetenschappers achter het Pfizer-vaccin kwamen uit Turkije. Laten we de mensen in de gevangenenkampen in Griekenland niet beschouwen als vijanden, maar als de medeburgers die ons zullen redden van de volgende pandemie. In die zin is het Europees beleid niet alleen onmenselijk, maar ook dom.’

VK: zwarte voetballer Wilfried Zaha hekelt Instagram na racisme-storm

0

Crystal Palace-speler Wilfried Zaha heeft Instagram opgeroepen om racisme serieuzer te nemen. Afgelopen zaterdag kreeg hij op het sociale platform racistische beledigingen naar zijn hoofd geslingerd, nadat hij had gescoord in de met 2-0 gewonnen wedstrijd tegen Manchester City.

De international uit Ivoorkust plaatste screenshots op Instagram van racistische berichten die hij had ontvangen. Degenen die ze verstuurden waren boos, omdat Manchester City-verdediger Aymeric Laporte een rode kaart kreeg na een overtreding tegen Zaha.

Zaha zegt dat hij de screenshots over racisme niet plaatste om veel likes te krijgen. ‘Ik ben hier niet voor al die onzin die wordt uitgekraamd, in plaats van het eigenlijke probleem op te lossen!’ Hij vindt dat Instagram beter zijn best moet doen om racisme uit te bannen.

Hij vertelt ook het racisme inmiddels gewend te zijn en dat dit gewoon hoorde bij zijn werk. Maar hij laat zich niet door de racisten het veld uitslaan, ‘want ik zal altijd ZWART EN PROUD zijn!’

Almeloos raadslid waarschuwt: ‘Grijze Wolven zijn onder ons’

0

Het Almelose raadslid Robin Gelici waarschuwt voor de Grijze Wolven, een extreemrechtse Turkse groepering. ‘Ze zijn onder ons’, zegt hij in het Twentse dagblad Tubantia.

De Armeens-Nederlandse Gelici, die onlangs zijn CDA-lidmaatschap opzegde, wilde weten of er ‘verdachte ontwikkelingen’ zijn bij Turkse verenigingen of stichtingen. Maar het gemeentebestuur antwoordt ‘geen signalen’ te hebben dat Turkse organisaties in Almelo contacten hebben met de Grijze Wolven en dat niet de gemeente maar de AIVD ‘verdachte’ situaties moet monitoren.

Gelici is het daar niet mee eens. In september openende een gebouw van de Turkse Nederlandse Federatie (TNF) in Almelo zijn deuren. De TNF is gelieerd aan de Turkse partij MHP, die gelieerd is aan de Grijze Wolven. Gelici wijst erop dat landelijk TNF-voorzitter Murat Gedik aanwezig was. ‘Hij wordt gezien als de hoogste man van de Grijze Wolven in Nederland.’

Gedik was enkele jaren terug ook aanwezig bij de Turkse demonstratie tegen het Armeense Genocide-monument in Almelo bij de Armeense kerk. Hij en anderen maakte toen een handgebaar dat verwijst naar een wolf, aldus Gelici. ‘De Grijze Wolven zijn onder ons.’

De Turks Nationale Federatie ontvangt geen subsidie van de gemeente Almelo. Op dit moment loopt er, na aanleiding van een motie in de Tweede Kamer, een onderzoek naar de vraag of de Grijze Wolven verboden kunnen worden.

Israëlische diplomaat verscheurt VN-rapport: ‘Obsessieve bias tegen Israël’

0

De Israëlische ambassadeur bij de Verenigde Naties uitte vrijdag tijdens een VN-top op wel heel onconventionele wijze zijn kritiek op de VN-mensenrechtenraad UNHCR.

Ambassadeur Gilad Erdan besloot een Israël-kritisch jaarverslag van de UNHRC op het podium te verscheuren. De UNHRC laat zich al sinds de oprichting, vijftien jaar geleden, leiden door een ‘obsessieve anti-Israëlische vooringenomenheid’, zei hij.

‘UNHCR heeft Israël aangevallen met 95 resoluties. Zet dit af tegen de 142 resoluties tegen alle andere landen samen.’ Zo is het aantal UNHCR-resoluties tegen Iran, volgens Erdan niet bepaald een baken van respect voor mensenrechten, op twee handen te tellen.

Israël, daarbij vaak gesteund door de Verenigde Staten, beschuldigt de UNHRC al langer van een anti-Israëlische bias. Het land wil om die reden ook niet meewerken met VN-onderzoeken naar mensenrechtenschendingen.

Dominee in Urk: volgens islam maken terroristen meeste kans op hemel

0

Een dominee preekte gistermiddag in de Maranatha-kerk in Urk dat moslims volgens de islam de meeste kans maken om in de hemel te komen als ze een terreurdaad plegen.

Predikant Reinier van Kooten uitte kritiek op andere godsdiensten, zoals het boeddhisme ‘waarbij je moet mediteren om los te komen van materie, maar als je uit je meditatie loskomt zit je weer op de grond’.

Het christendom zou ook superieur zijn aan de islam. Dit, omdat volgens Van Kooten het betreden van de hemel niet van jezelf, maar van Gods uitverkiezing afhangt.

In de islam moet je eerst de vijf zuilen (geloofsbelijdenis, bidden, aalmoezen, vasten en de Mekka-reis) uitvoeren voordat je kans maakt op de hemel, aldus Van Kooten.

Van Kooten zei dat ‘als je [als moslim] een terreurdaad doet, dan heb je nog het meest kans dat je in de hemel komt’.

Het bewuste fragment uit zijn preek leidt tot kritische reacties op Twitter. ‘Waarom zouden zoveel mensen daar toch op xenofobe partijen stemmen?’, vraagt een twitteraar zich retorisch af.

Een islamitische twitteraar vraagt aan SGP-leider Kees van der Staaij of hij dit bedoelt wanneer hij het in de Tweede Kamer heeft over ‘Heb elkaar lief’: ‘Of is dit niet het ware christendom?’

Weer een andere twitteraar schrijft: ‘Het Christendom is de enige ware godsdienst volgens ‘dominee’, maar waarom hebben ze er dan 87 verschillende takken, die allemaal vinden dat zij de juiste richting bewandelen? Die bovendien vaak onderlinge haat en nijd laten zien.’

In zijn preek keerde de dominee zich ook tegen de ‘genderideologie’ die de binaire verdeling van de mensheid in mannen en vrouwen ter discussie stelt. ‘Het is toch van de gekken. Ik kan mij laten ombouwen, maar iedere cel in mijn lichaam laat zien dat ik man ben.’

Dominee Van Kooten is inmiddels met emeritaat. Hij komt zelf niet uit Urk.

Eén stap vooruit, drie stappen achteruit

0

Na veertien jaar studie scherpte het Vaticaan deze zomer de straffen aan voor seksueel misbruik binnen de rooms-katholieke kerk. Goed nieuws voor de getroffenen, maar in de praktijk een lastige zaak. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens oordeelde drie weken geleden dat slachtoffers het Vaticaan en de Paus niet kunnen aanklagen.

Dat zit als volgt. De leiding van de wereldkerk zetelt in het Vaticaan en het Vaticaan is een staat zoals alle andere landen. Hierdoor valt alles wat er gebeurt binnen die kerk niet onder de jurisdictie van een buitenlandse rechtbank. Hierdoor staan de slachtoffers uiteindelijk toch met lege handen. Zij zijn door het hof in het ongelijk gesteld.

Deze wirwar aan regels brengt mij weer terug naar het einde van de vorige eeuw. De verhoudingen tussen de Joodse en de Rooms-Katholieke gemeenschap zijn danig verstoord. Poolse nonnen hebben in 1984 een klooster gevestigd binnen het voormalige vernietigingskamp Auschwitz. Het is bedoeld als plaats van gebed, notabene ook voor verreweg de meeste slachtoffers daar: de honderdduizenden Joden.

Maar voor Joden is Auschwitz een enorme Joodse begraafplaats. Een klooster hoort daar niet. Te midden van alle Joodse protesten liet een van de toenmalige Nederlandse bisschoppen zich in een interview erg negatief uit over de Joden. Eens te meer reden voor ons rabbijnen om bij die bisschop van het Bisdom Haarlem op audiëntie te gaan.

Het gesprek begint vriendelijk. ‘Ook in mijn ouderlijk huis hebben wij wel eens Joden over de vloer gehad’, zegt de bisschop. Daarna komt het klooster in Auschwitz ter sprake: ‘Heren rabbijnen, de Nederlandse bisschoppen willen niets liever dan dat de nonnen zo snel mogelijk hun klooster in Auschwitz verlaten.’ Wij denken dat het gesprek hiermee de goede kant uitgaat.

Maar dan: ‘Het probleem is dat wij als bisschoppen volgens ons kerkelijk recht niet over de grenzen van ons eigen bisdom heen mogen spreken. Dus wij mogen ons vanuit Nederland niet bemoeien met wat er zich afspeelt binnen het Bisdom van de Poolse stad Krakau, waar Auschwitz onder valt.’

Het gesprek wordt lastiger. ‘De bisschop van Krakau, monseigneur Marcharski, heeft zich weliswaar eerder negatief uitgelaten over de Joodse bemoeienissen met het klooster in het concentratiekamp. Hoewel hij van de zaak af wil, komt hij twee problemen tegen. Om een klooster te verplaatsen hebben wij een nieuw gebouw nodig. Bouwmaterialen zijn schaars in het arme Polen. Daarnaast wordt het hele probleem van de Joden in Polen niet gezien. Volgens de visie van onze kerk in Polen wordt Auschwitz als niet een specifieke plaats van vernietiging van Joden, maar gewoon van Polen gezien. Ook als dat beeld niet overeenkomstig de waarheid is, zal het nog jaren duren tot het in de ogen van de Poolse bevolking is bijgesteld. Tot dat moment hoeft de Joodse gemeenschap niet te rekenen op enige steun van de kerk in deze zaak.’

‘Het probleem is dat wij als bisschoppen niet over de grenzen van ons eigen bisdom heen mogen spreken’

Wij doen nog een poging. ‘En Paus Johannes Paulus II? Deze komt zelf uit Polen. Heeft hij dan ook geen invloed?’

De bisschop kijkt ons welwillend aan. ‘Inderdaad, de Paus. De Heilige Vader is de enige die wél over de grens van zijn eigen bisdom Rome heen mag spreken. Dus dat zou kunnen. Alleen hiervoor geldt volgens hetzelfde kerkrecht ook een beperking. De Paus mag zich bemoeien met zaken in de andere bisdommen wanneer het gaat over geloofszaken of over ethische kwesties. De plaats die de nonnen hebben uitgekozen om te gaan wonen in Auschwitz, is echter geen geloofszaak of een kwestie van ethiek. Het gaat hier allen maar over een vestigingsplaats van een klooster. Om hiermee over de grenzen van zijn bisdom heen te spreken is ook de Paus niet toegestaan.’

En zo staan wij even later met lege handen op de stoep van het bisschoppelijk paleis. Toen beseften wij nog niet dat deze kerkelijke tactiek, van één stapje vooruit en drie stappen achteruit, zoveel jaren later bij het onbeschrijfelijk leed van de misbruikzaken gewoon op dezelfde manier ook zou worden toegepast.

Turkije stuurt troepen naar Syrische grens voor mogelijk nieuw offensief

0

Turkije heeft honderden extra troepen naar de Noord-Syrië gestuurd, vermoedelijk als voorbereiding op een nieuw offensief tegen de Koerdische YPG-milities.

Eerder deze maand zei de Turkse president Erdogan dat zijn land ‘geen geduld meer heeft’, nadat hij de YPG had beschuldigd van een raketaanval waarbij twee Turkse agenten omkwamen.

De raketten zouden zijn gelanceerd door YPG-strijders die opereren vanuit Tel Rifaat, een Syrische stad die onder Russische invloed staat. Tel Rifaat staat hoog op Ankara’s lijst van doelen die moeten worden aangevallen tijdens een nieuwe Turkse inval.

In 2018 gaf Rusland groen licht voor de militaire operatie van Turkije tegen de YPG in de nabijgelegen stad Afrin. President Vladimir Poetin stond Turkse troepen echter niet toe om Tel Rifaat binnen te dringen, dat wordt gezien als een belangrijke toegangspoort tot de stad Aleppo en de wijdere regio.

Sindsdien zijn Turkije en Rusland tegenover elkaar komen te staan in de provincie Idlib. Turkije heeft geprobeerd een door Rusland gesteund offensief van het Syrische leger te stoppen, dat gericht was tegen de door Turkije gestuurde rebellen die tegen de Syrische president Bashar al-Assad vechten.

Turkije heeft felle kritiek op de Verenigde Staten, vanwege hun steun aan de YPG in Noord-Syrië. Volgens Turkije is de YPG een terreurorganisatie, omdat die banden heeft met de PKK.

In 2019 stelde een gedeeltelijke terugtrekking van Amerikaanse troepen op bevel van toenmalig president Donald Trump Turkije in staat een militair offensief te lanceren tegen de YPG in het noordoosten van Syrië. Turkije behaalde geen totaaloverwinning en werd door Rusland tot een wapenstilstand gedwongen.

Dinsdag hernieuwde het Turkse parlement het mandaat van het leger om grensoverschrijdende campagnes in Syrië en Irak voor nog eens twee jaar uit te voeren. Naast operaties in Syrië heeft het Turkse leger geprobeerd zijn aanwezigheid rond het hoofdkwartier van de PKK in het bergachtige grensgebied van Noord-Irak te vergroten, wat tot gewelddadige botsingen heeft geleid.

Rotterdam: PVV worstelt met vullen kandidatenlijst raadsverkiezingen

0

PVV Rotterdam heeft moeite om voldoende kandidaten te vinden voor de aankomende gemeenteraadsverkiezingen. Dit blijkt uit tweets van PVV-fractievoorzitter Maurice Meeuwissen.

‘Rotterdamse raadsleden krijgen ruim € 2.500 bruto per maand voor 20 uur per week. Vrijwel geen Rotterdamse PVV’er meldt zich aan als kandidaat raadslid. Kan ik hieruit concluderen dat PVV’ers hier in Rotterdam ver boven modaal verdienen?’, twitterde Meeuwissen gisteren.

Meeuwissen nam bovendien een filmpje op: ‘Hallo PVV-vrienden, help mij zoeken naar kandidaten voor onze kieslijst in Rotterdam en meld jezelf aan als kandidaat als je in Rotterdam woont. We moeten kappen met allerlei jankverhalen over demonisering en buitensluiting van de PVV, we moeten kappen met allerlei gejank over de nepmedia, gewoon mouwen opstropen en schouders eronder om met een mooie kieslijst te komen.’

De berichten van Meeuwissen leiden tot kritische reacties. ‘Je kunt hieruit concluderen dat ook de PVV-achterban geen zin heeft om met jou in een fractie terecht te komen’, schrijft journalist Chris Aalberts.

‘Misschien slimmer om dit soort informatie niet openbaar te delen, dan gaan kiezers denken dat de kandidaten er alleen maar zijn door aanmelding, niet om talent’, zegt politiek strateeg David Saelmans.

En D66-lid Bram Keijsers twittert: ‘Blijkbaar denkt de PVV dat de (hoge) onkostenvergoeding dé reden is om in de gemeenteraad te gaan… en blijkbaar besteedt de fractievoorzitter in Rotterdam maar 20u/week. Dat is bizar weinig voor een eenmansfractie in zo’n grote stad…’

Inmiddels beweert Meeuwissen dat hij veel berichtjes van PVV-stemmers heeft gekregen, die zich willen oriënteren op de mogelijkheden kandidaat te worden.

De PVV is in de Rotterdamse gemeenteraad met één zetel vertegenwoordigd. Leefbaar Rotterdam, de grote concurrent in Rotterdam, heeft elf zetels.