16.4 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 700

Ik verduur racisme beter met een gevulde maag

2

Rapper, leraar en Denk-Statenlid Gideon Everduim was tevreden, maar ook duidelijk na het gesprek met premier Mark Rutte. Hij wil excuses zien voor het slavernijverleden en een ‘vijftigjarig levensverbeteringstraject’. Ook Mpanzu Bamenga van Inclusion Leaders Network leek tevreden. Maar net als Everduim vond hij dat dit gesprek, waar Kick Out Zwarte Piet en Black Lives Matter Nederland trouwens niet bij waren, bij lange na niet genoeg is om racisme en discriminatie aan te pakken.

Echte Hollanders die twee. Ze praktiseren de nuchtere, oer-Hollandse filosofie van ‘eerst zien en dan geloven’. Die scepsis snap ik helemaal.

Vier jaar geleden maakte ik deel uit van een groep Turks-Nederlandse jongeren, die toen eerst door minister van Sociale Zaken Lodewijk Asscher en daarna door de minister-president zelf werden ontvangen. Dit gebeurde allemaal in de context van de ‘geïmporteerde spanningen’, na de couppoging in Turkije in 2016. Hier is niks concreets uit voortgekomen. Ik heb er alleen een foto met Rutte aan overgehouden, die ik af en toe deel op Facebook. Een PR-stunt van het kabinet dus, waar nu ook voor wordt gewaarschuwd.

Het probleem van institutionele discriminatie is simpelweg te groot, te alledaags en te hardnekkig om in één gesprek op te lossen. Meer dan 50.000 mensen zijn de afgelopen weken de straat opgegaan. En de protesten gaan maar door. Met morgen bijvoorbeeld Keti Koti in Den Haag.

Zoals veel mensen de afgelopen dagen in praatprogramma’s hebben gezegd: de tijd van alleen maar babbelen over gevoelens is voorbij. Onze tijd vraagt om rauwe cijfers over racisme en discriminatie. Juist omdat het probleem zo wijdverspreid is, is een systematische en nationale aanpak geboden.

Overheden, het bedrijfsleven, woningcorporaties, onderwijs, de politie, enzovoort enzovoort, ze moeten kleur bekennen. ‘Een rationele benadering met geregeld updates en cijfers, precies zoals Nederland zich inzet tegen het coronavirus’, zei Bamenga nog tegen de NOS-verslaggever.

Kijk dus om je heen op de werkvloer. Hoeveel ‘mensen van kleur’ hebben daar een hoge, goedbetaalde functie? Als dat percentage niet minimaal 25 procent is, dan zijn dat on-Nederlandse gegevens, en ben je daarmee bewust of onbewust, elke werkdag onderdeel van het probleem.

Met Derksen van de buis lossen we het racismeprobleem in Nederland niet op

Maar ook de operette bij het voetbalprogramma Veronica Inside is interessant. Adverteerders trekken hun geld terug en voetballers boycotten die bonhommes van VI, waar met name Johan Derksen jarenlang vrij spel had om allerlei groepen dag in dag uit te beledigen. Hij wil daarvoor geen excuses maken. Prima, laat hem dan maar stikken in zijn eigen racisme. Wie niet wil luisteren, moet maar voelen. Maar met Derksen van de buis lossen we het racismeprobleem in Nederland niet op. We hebben meer cijfers nodig.

Kijk bijvoorbeeld ook naar woningbezit onder mensen met een migratieachtergrond en trek de vergelijking met autochtonen. Terwijl bijna driekwart van de autochtonen een eigen woning heeft, is dit aantal bij mensen met een migratieachtergrond nog geen 40 procent. Zolang deze kloof nog steeds bestaat moet er beleid ontwikkeld worden om die te overbruggen. En dat begint uiteraard met gelijke kansen creëren voor werk. Er moet maandelijks geld binnenrollen om de hypotheek en andere vaste lasten te kunnen betalen.

Dit kabinet heeft bijna alles gedaan om vaste contracten kapot te maken. Dus verwacht niet veel van hen.

Volgend jaar zijn er parlementsverkiezingen. Ik ben zeer benieuwd wat de verschillende partijen in hun verkiezingsprogramma’s zeggen om deze ongelijkheid aan te pakken. Wat hebben ze concreet gedaan? Wat willen ze gaan doen? En hoe?

We leven maar één keer. En niemand, maar dan ook niemand in Nederland, mag zich een geprivilegieerd leven toe-eigenen, terwijl anderen moeite hebben om het einde van de maand te halen. Als het opeisen van gelijkheid en gelijkwaardigheid het etiket van ‘ondankbare allochtoon’ oplevert, tja, so be it. Ik verduur racisme beter met een gevulde maag.

Turken woedend om ‘laffe, racistische aanval’ op beeld Atatürk in VS

0

Grieks-Amerikaanse activisten hebben een standbeeld van Mustafa Kemal Atatürk in Washington D.C. ‘aangevallen’. Turkse media en politici noemen de actie ‘laf’ en ‘racistisch’.

Geïnspireerd door de ‘beeldenstorm’ tegen standbeelden van ‘foute helden’, hebben Grieks-Amerikaanse activisten besloten om een standbeeld van Atatürk in de Amerikaanse hoofdstad ‘aan te vallen’. Ze hingen een bord om Atatürks nek gehangen met de tekst:

‘Ja, ik ben schuldig aan misdaden tegen de menselijkheid’. De activisten stellen Atatürk medeverantwoordelijk voor etnische zuiveringen op Grieken in Anatolië honderd jaar geleden. Het standbeeld is echter niet beklad of omver getrokken.

De Turkse nieuwswebsite Ensonhaber spreekt over een ‘laffe aanval’ en een ‘racistische aanval.’ Ook de krant Cumhuriyet rept van ‘racisme’.

Gürsel Tekin, vicevoorzitter van de links-seculiere oppositiepartij CHP – de partij van Atatürk, veroordeelt de actie op Twitter: ‘Ik vervloek dit vandalisme, dat tot doel heeft haat en vijandigheid onder de mensen te creëren en gevoed wordt door onwetendheid.’

Tijdens de bloedige Grieks-Turkse Oorlog van 1919-1922, gewonnen door de Turken onder leiding van Atatürk, werden veel Griekse en Turkse burgers vermoord. Na de oorlog vond er een bevolkingsuitwisseling plaats: moslims uit Griekenland werden gedeporteerd naar Turkije, Griekse christenen uit Turkije werden naar Griekenland gedeporteerd. Een jaar later stichtte Atatürk Turkije.

Hoek van Holland: crowdfundactie voor intocht mét Zwarte Piet slaagt

2

In Hoek van Holland hebben voorstanders van Zwarte Piet meer dan 6.600 euro opgehaald om een intocht van Sinterklaas mét Zwarte Piet te organiseren. Het doel was 6.000 euro, meldt RTV Rijnmond.

Wethouder Bert Wijbenga (Handhaving, Buitenruimte, Integratie en Samenleven) van de Gemeente Rotterdam, waar Hoek van Holland onder valt, is niet blij met de actie. Hij is bang voor ‘verharding’ in het debat over Zwarte Piet. ‘Dit is niet het gewenste scenario.’

De actie ‘Ook zonder subsidie Sinterklaas’ was gestart omdat de Gemeente Rotterdam de subsidie aan Sinterklaasintochten met Zwarte Piet heeft stopgezet. Een motie van de islamitische partij Nida kreeg een meerderheid van de gemeenteraad achter zich.

Steeds meer gemeenten willen af van Zwarte Piet. De zwarte knecht van Sinterklaas wordt door tegenstanders als een racistische karikatuur gezien.

Journalisten starten ‘Meldpunt Media Racisme & Discriminatie’

0

Ruim driehonderd journalisten en mediamakers kondigen aan een meldpunt tegen racisme en discriminatie in de media op te richten. Dat meldt de multiculturele website Republiek Allochtonië.

De initiatiefnemers willen meldingen van racisme en discriminatie in de media registreren via het ‘Meldpunt Media Racisme & Discriminatie’. Ze willen optreden tegen media die zich hieraan schuldig zouden maken en slachtoffers en klokkenluiders psychologisch en juridisch bijstaan.

Ook moet er een onderzoek komen tegen racisme en discriminatie op de werkvloer, vinden de iniatiefnemers, en moeten er meer niet-witte eindredacteuren, presentatoren en hoofdredacteuren komen.

‘We eisen een veilige en eerlijke werkvloer zonder racisme en discriminatie. We willen erkenning voor de objectieve realiteit dat racisme schadelijke invloed heeft op de levens van miljoenen Nederlanders. Racisme en discriminatie zijn niet ‘de andere kant van het verhaal’, ‘een mening’ of ‘een politiek standpunt’, maar verboden en strafbaar. Het is ook niet alleen het probleem van biculturele makers, maar van ons allemaal. Verandering komt alleen als iedereen verantwoordelijkheid neemt’, aldus de ondertekenaars van het manifest.

Onder de ondertekenaars bevinden zich NRC-columniste Clarice Gargard, Joop-hoofdredacteur Francisco van Jole, onderzoeksjournalist Nikki Sterkenburg van Vrij Nederland, journalist en columniste Raja Felgata (tevens bedenker van de ‘De Kleurrijke Top 100’) en documentairemaker Sinan Can.

De mediamakers werken nauw samen met de Nederlandse Vereniging van Journalisten en het antidiscriminatiebureau RADAR.

Hoe verslaan we segregatie in het onderwijs? Experts aan het woord

0

Nu de scholen weer open zijn, blijkt het fenomeen onderwijssegregatie onverminderd actueel.

Basisscholen in Utrecht omzeilen de wet en vergroten de segregatie, onthulde het landelijke Kenniscentrum Gemengde Scholen deze maand. Hoogopgeleide ouders in de Domstad worden door de ‘goede’ scholen geholpen om hun kinderen sneller aan te melden. Deze scholen worden zo steeds witter, terwijl Marokkaans- en Turks-Nederlandse kinderen de dupe zijn.

Er was afgelopen maand meer segregatie-ophef in onderwijsland. Onlangs concludeerden hoogleraar onderwijskunde Michael Merry en UvA-stadsgeograaf Willem Boterman in een nieuw paper dat gymnasia ongelijkheid bevorderen. Door het exclusieve karakter wordt het voor niet-gymnasiasten ingewikkelder om bij de Nederlandse elite te horen, betogen zij.

Eind vorig jaar was het wetsvoorstel ‘Meer ruimte voor nieuwe scholen’ veel in het nieuws. De wet wil het makkelijker maken om nieuwe scholen op te richten waar ouders en leerlingen behoefte aan hebben, maar sommige experts denken dat deze nieuwe wet zal leiden tot méér segregatie. De wet kwam door de Tweede Kamer en alleen de Eerste Kamer moest nog groen licht geven. Na het nodige uitstel door de coronacrisis werd de wet in mei aangenomen, dit keer zonder landelijk commotie te veroorzaken.

Paul Zoontjens, emeritus hoogleraar onderwijsrecht aan de universiteit van Tilburg, is één van de critici van deze nieuwe wet. ‘Allereerst omdat het straks makkelijker wordt voor ‘witte’ ouders uit welgestelde milieus om eigen scholen op te richten en anderen erbuiten te houden’, wat volgens hem al aan de gang is. Ook andere experts wijzen erop dat onderwijssegregatie tussen arm – rijk, laagopgeleid – hoogopgeleid en ‘zwart’ – ‘wit’ leidt tot minder kansen voor arme, laagopgeleide en niet-witte migrantenkinderen.

‘Daarnaast wordt het straks mogelijk dat je als groep een school op kunt richten zonder dat je de geloofsrichting daarvan nog hoeft te noemen’, vervolgt Zoontjes. ‘Je kunt dus ook denken aan salafistische groeperingen binnen de islam, die zonder dat er naar hun geloofsachtergrond wordt gevraagd een school op kunnen richten.’

Islamitische stromingen kunnen zich volgens de emeritus hoogleraar gaan segregeren ten opzichte van de rest van de samenleving, maar ook ten opzichte van elkaar. ‘Nu kennen we in Nederland nog maar één islamitische schoolrichting.’

De cijfers

Dat onderwijssegregatie al langer sterk aanwezig is, staat volgens onderwijsjournalist Anja Vink buiten kijf. Vink deed jarenlang onderzoek naar het onderwerp. In 2010 verscheen haar boek Witte zwanen, zwarte zwanen, waarin ze betoogde dat het onderwijs met de samenleving mee segregeert. En door de jaren heen is er te weinig aan gedaan, vindt Vink.

‘Sinds een paar jaar hebben we de feiten en weten we echt hoe erg het is. Vervolgens gedragen we ons als een stel konijnen, die als bevroren in de koplampen kijken van zo’n auto die heel hard aan komt rijden. We roepen allemaal ‘ach en wee’ en ‘wat erg’, maar vervolgens gebeurt er niets.’

‘We roepen allemaal ‘ach en wee’ en ‘wat erg’, maar vervolgens gebeurt er niets’

Wat zijn die feiten? Nederland scoort relatief hoog qua onderwijssegregatie, stelden wetenschappers Willem Boterman (Universiteit van Amsterdam) en Inge de Wolf (Maastricht Univesity) in 2018. Vooral scholen in de grote en oude steden zijn sterk gesegregeerd.

Vink: ‘In Amsterdam en in de grote steden lijkt dat nu iets af te nemen, al hangt dit ook af van op welke manier je het meet. Eén meting gebeurt op basis van etniciteit en één meting gebeurt op basis van het opleidingsniveau van de ouders.’

Op basis van etniciteit lijkt de onderwijssegregatie landelijk af te nemen, stellen Boterman en De Wolf. Hoe dat komt? Vink: ‘Er is het simpele feit dat je een groeiende etnische middenklasse hebt. En die gedraagt zich nu net zoals de niet-gekleurde middenklasse.’

Arm en rijk komt elkaar volgens Boterman en De Wolf juist steeds minder tegen. Met name de hoogopgeleide klasse trekt zich steeds meer terug, via de montessori- en vrije scholen. ‘Etniciteit is zeker een factor, dat zal ik zeker nooit ontkennen’, vertelt Vink. Toch heeft segregatie vooral te maken met het opleidingsniveau van ouders, legt ze uit. ‘Je ziet dat gekleurde ouders die hoogopgeleid zijn nu vaak dezelfde keuzes maken als niet-gekleurde ouders.’

Boterman en de Wolf berekenden voor 22 gemeenten het segregatieniveau op basisscholen. Wat blijkt? Als we kijken naar het opleidingsniveau en inkomen van de ouders, dan zou in zeventien gemeenten tenminste vijftig procent van de leerlingen van school moeten veranderen om de scholen een evenredige afspiegeling van de gemeentebevolking te laten worden. Bij etniciteit wordt dit percentage van vijftig procent gehaald in ‘slechts’ zes van deze tweeëntwintig gemeenten:

Beeld: tabel uit onderzoek door Willem Boterman en Inge de Wolf (2018). Het percentage dat van school zou moeten veranderen om de school een evenwichtige afspiegeling van de wijk te laten worden heet de ‘dissimilariteitsindex’.

In een recente publicatie spreekt het Kenniscentrum Gemengde Scholen over onderwijssegregatie als ‘taai probleem’. ‘Hetgeen onder meer betekent dat er geen gemakkelijke oplossingen voor zijn en dat verschillende actoren nodig zijn om het probleem aan te pakken.’

Deze aanpak verschilt per stad, dorp en soms zelfs per scholen onderling. Maar er zijn generieke oplossingen mogelijk, aldus deskundigen Vink en Zoontjes. Wat kunnen we volgens hen doen tegen segregatie?

Gecontroleerde keuze

Onderwijsjournalist Vink pleit voor een ‘gecontroleerde keuze’: de vrijheid van schoolkeuze wat inperken door twee wachtlijsten te maken. Eén wachtlijst is dan voor lager opgeleiden en één voor hoger opgeleiden. Een school wordt vervolgens zo samengesteld dat 70 procent uit de middenklasse komt en 30 procent bestaat uit armere leerlingen. ‘Of een verhouding zestig – veertig. Die balans moet erin zitten.’

Volgens Vink blijkt dat arme kinderen beter presteren in deze verhouding en dat ‘middenklasse-kinderen’ niets inleveren. ‘Dat zou dus een oplossing kunnen zijn. Maar dat betekent wel dat je een zekere beperking op de school legt. In een aantal steden is die beperking er trouwens al. Daar moet je je al inschrijven op een portal en wordt er geloot. Alleen is het nog niet in combinatie met zo’n dubbele wachtlijst.’

De scholengemeenschappen terug

Emeritus hoogleraar Zoontjens wil af van de categoriale scholen, die enkel bestaan uit een vmbo, havo, vwo of gymnasium. ‘Kinderen die op een mavo of vmbo zitten, die zien nauwelijks meer kinderen die op een vwo of op een gymnasium zitten. Deze kinderen worden apart gezet omdat de markt er nou eenmaal om vraagt. En dat werkt segregerend. Het is een voorbeeld van culturele segregatie die zowel slecht is voor de vmbo-kinderen als voor de gymnasiumkinderen.’

‘Weg met die categoriale scholen, weer terug naar de scholengemeenschappen’

Segregatie is volgens Zoontjens voor een belangrijk deel de consequentie van de schoolkeuze van mensen. ‘De mensen die in de arme volkswijken, die kiezen vaak de school om de hoek. En de mensen die uit de betere wijken wonen, die kiezen voor een school in de buitenwijken die aan hun idealen beantwoordt.’ Hij wil geen overheid die de schoolkeuze onmogelijk maakt voor ouders, maar vindt dat de overheid tenminste iets kan doen om categoriale scholen te beteugelen.

‘Ik zou zeggen: weg met die categoriale scholen, weer terug naar de scholengemeenschappen, en weer zorgen dat alle kinderen bij elkaar komen te zitten. Dus de markt door overheidsingrijpen corrigeren.’

In je eentje heel fatsoenlijk zijn

Een aantal decennia geleden kozen ouders er wel eens bewust voor om hun witte kind op een ‘zwarte school’ te zetten. Vink ziet dit nog steeds, vooral bij hoogopgeleide ouders. Ze vindt dit ‘best mooi’, maar vindt ook dat ouders hierin weinig worden ondersteund door schoolbesturen. Witte kinderen vinden vaak geen aansluiting bij de rest, waardoor ze geen fijne tijd op school hebben.

Vink: ‘En ik zeg je eerlijk: ik weet niet of ik het zou hebben aangedurfd. Daar ben ik heel eerlijk in. Met m’n eigen kinderen. Ik vond dat risico heel groot, dat het niet lukt. Dan zit je daar in je eentje heel vreselijk fatsoenlijk te zijn. En er zijn te veel voorbeelden van ouders die hun kinderen van school af hebben gehaald. Ik snap dat.’

Waar het dan wel weer lukt, zie je juist dat ouders met een migratieachtergrond zich niet meer welkom voelen, zegt Vink. ‘Die hele school gaat achter die hoogopgeleide ouders staan en dan voelen de Marokkaanse moeders zich niet meer gezien.’

Ouderinitiatieven

Ouders blijken ook wel eens samen ‘heel fatsoenlijk’ te zijn. Er bestaan collectieven van autochtone hoogopgeleide ouders die zich aanmelden bij een ‘zwarte’ basisschool, om een gemengde klas te starten en zo naar een gemengde school toe te werken.

Deze ‘ouderinitiatieven’ en een gericht aannamebeleid, waar Vinks ‘gecontroleerde keuze’ een vorm van is, behoren tot de tools die het Kenniscentrum Gemengde Scholen aan gemeenten biedt om onderwijssegregatie te tackelen. Het kenniscentrum ziet ook graag ‘gerichte voorlichting en scholentochten’, om ouders te informeren over de verschillende scholen waar ze voor kunnen kiezen.

‘Eigenlijk willen ouders best wel gemengde scholen’, zegt Vink. ‘Maar ze weten helemaal niet zo goed waar ze voor kiezen, omdat ze dat niet goed kunnen zien.’ De informatie op websites van ‘zwarte’ scholen beperkt zich vaak tot de gemiddelde citoscore. ‘Als dat de aanwijzing is waarmee een keuze moet worden gemaakt, gaan ouders dus naar die witte basisscholen waar die score hoog is. Ook krijg je de clichés dat ouders hoofddoekjes gaan tellen op het schoolplein.’

De onderwijsjournalist vindt dat de scholen zichzelf meer zouden moeten promoten. ‘Op zo’n school moet je er harder voor werken. Daar staan vaak ook betere leraren hè. Maar op een of andere manier verkopen ze dat verhaal niet. Ik snap daar niets van. Ik vind dat ook heel raar. Daartegenover staan heel veel scholen van kinderen met hoogopgeleide ouders die een beetje te makkelijk achteroverleunen. Die het allemaal wel makkelijk vinden (dat ze op een ‘witte’ school zitten, red.). En waar veel beter onderwijs gegeven kan worden.’

De ‘scholentochten’-oplossing van het Kenniscentrum Gemengde Scholen noemt Vink ‘cosmetisch’. Schoolbesturen en gemeentes steunen de ouders simpelweg te weinig, vindt Vink. Volgens haar zijn scholen onderling ook te weinig solidair.

‘Waar het over gaat, is dat je zegt: wij kiezen hiervoor. Wij steunen deze ouders. Wij zorgen dat dat goed gaat. Want kiezen wij met elkaar, als stad, als scholen, als schoolbesturen voor deze kinderen? En dat is een hele diepe vraag. Maar dit is wel een beetje mijn verhaal op het moment. We zullen er als samenleving voor moeten gaan kiezen.’

Inburgering 3.0

0

Vandaag vergadert de Tweede Kamer over het voorstel van minister Koolmees voor een nieuwe Wet inburgering. Eindelijk zal dan die vermaledijde oude wet, die overigens pas uit 2013 dateert, worden vervangen door een veel betere. Jaarlijks krijgen ruwweg zo’n twintigduizend nieuwkomers – merendeels statushouders en gezinsmigranten van buiten de EU – de plicht opgelegd binnen drie jaar het inburgeringsexamen te halen. Ongeveer de helft lukt dat; de rest krijgt een verlenging dan wel een vrijstelling. Niet bepaald een overweldigend succes…

Er is veel kritiek op de huidige wet. Die laat nieuwkomers volledig vrij in hun keuze voor een taalschool. Het gevolg hiervan is dat taalscholen als paddenstoelen de grond uit zijn gerezen en klanten trachten te werven met aantrekkelijke aanbiedingen als ‘gratis’ laptops. Elke nieuwkomer kan maximaal 10.000 euro lenen bij de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO), die het geld rechtstreeks uitbetaalt aan de scholen. Dit is vaak een recept voor fraude gebleken.

Nieuwkomers, die niet of nauwelijks Nederlands spreken en de weg in Nederland nog niet kennen, laten zich al snel verleiden door mooie praatjes, terwijl er onvoldoende toezicht is op de kwaliteit van het onderwijs. Nieuwkomers en taalschoolhouders gooien het soms op een akkoordje. Zij doen alsof er lessen worden gegeven en delen vervolgens de 10.000 euro. Gelukkig gaat het lang niet altijd zo, maar in de afgelopen jaren zijn wel enkele tientallen scholen hun keurmerk kwijtgeraakt wegens onvoldoende functioneren. De Volkskrant deed hierover onlangs uitvoerig verslag.

De nieuwe wet maakt de kans op dit soort uitwassen veel kleiner. Zij geeft de gemeenten hun coördinerende rol weer terug die zij tot 2013 hadden. De gemeente waar de inburgeraar woont, begeleidt hem of haar vanaf het eerste moment, stelt voor iedereen in goed overleg een persoonlijk ‘Plan Inburgering en Participatie’ (PIP) op, kiest een taalschool en volgt de voortgang van de inburgeraar op de voet.

Nu worden semi-alfabeten en universitair opgeleiden soms in een en dezelfde klas gezet

Ook biedt de nieuwe wet veel meer mogelijkheden voor differentiatie. Nu worden semi-alfabeten en universitair opgeleiden soms in een en dezelfde klas gezet tot frustratie van bijna iedereen. Voor sommigen gaat het lesgeven dan veel te snel, voor anderen juist te langzaam.

In de nieuwe wet komen drie zogeheten leerroutes. De standaardleerroute leidt op tot beheersing van het Nederlands op B1-niveau, eigenlijk minimaal noodzakelijk om in Nederland enigszins zelfstandig te kunnen functioneren. Voor degenen die de standaardroute toch niet aankunnen, kan het streefniveau alsnog worden verlaagd naar A2. Nu is A2 nog het standaardniveau, maar dat is in feite te laag voor volwaardige participatie.

Daarnaast komt er een snellere ‘onderwijsroute’, vooral bedoeld als een schakeltraject naar opleidingen op mbo-, hbo- en universitair niveau. Zo’n schakeltraject wordt nu alleen nog maar incidenteel door enkele onderwijsinstellingen aangeboden, waardoor veel talent onnodig verloren gaat. Voor hen die ook A2 niet aankunnen – vooral ouderen en analfabeten – komt er een zogenaamde ‘Z-route’, die in elk geval wat elementaire taalkennis en sociale vaardigheden bijbrengt. Zo’n aanpak is veel minder frustrerend voor de betrokkenen dan eindeloos tevergeefs opgaan voor het examen om dan uiteindelijk alsnog in aanmerking te komen voor een vrijstelling, zoals in het huidige system meestal gebeurt.

Kortom, het nieuwe inburgeringssysteem, dat vanaf 1 juli 2021 operationeel zal zijn, belooft veel verbeteringen ten opzichte van het huidige. Het laat de nieuwkomers niet meer aan hun lot over vanuit een misplaatste neoliberale gedachte dat iedere burger zoveel mogelijk zijn eigen weg zou moeten vinden. Het biedt meer begeleiding aan hen die dit nodig hebben en zal degenen die op eigen kracht kunnen inburgeren daartoe de kans bieden. Ook hoeven statushouders hun inburgering niet meer zelf te bekostigen via een lening bij DUO.

Het leningenstelsel blijft nog wel bestaan voor gezinsmigranten, een onderscheid dat ook volgens de Raad van State in zijn advies over het wetsvoorstel niet altijd te rechtvaardigen is. Een probleem is voorts dat nieuwkomers die zich tot 1 juli volgend jaar melden nog onder de oude wet moeten inburgeren. Hierdoor zullen we nog zeker vier jaar met de uitwassen daarvan te maken hebben. Naar deze zaken zou de Kamer nog eens moeten kijken alvorens de nieuwe wet aan te nemen.

Turkije veroordeelt 68 Koerdische politici, laat IS-verdachte vrij

0

Een Turkse rechtbank in de oostelijke provincie Malatya heeft 68 Koerdische politici veroordeeld. Ze worden verdacht van banden met de PKK, die in Turkije, de Europese Unie en Amerika op de terreurlijst staat.

Onderwijl is in Ankara een IS-verdachte vrijgesproken. De man werd ervan verdacht IS-lid te zijn en betrokken te zijn bij een bomaanslag in het Oost-Turkse Diyarbakir in 2015, maar hoeft de gevangenis niet in. Er is niet genoeg bewijs, zo oordeelde de rechter.

Een andere man kreeg levenslang voor het plaatsen van de explosieven geplaatst voor de bomaanslag in Diyarbakir, die leidde tot vier dodelijke slachtoffers en honderden gewonden.

Unilever past huidbleekproducten aan in reactie op Black Lives Matter

0

Het Brits-Nederlandse bedrijf Unilever heeft besloten om het woord ‘fair’ (‘eerlijk’) te schrappen van zijn ‘Fair & Lovely’-huidbleekproducten. 

Dankzij de Black Lives Matter-beweging zijn de huidbleekproducten controversieel geworden, aldus de Arabische nieuwszender al Jazeera. Eerder deze maand stopte het bedrijf Johnson & Johnson met de verkoop van huidbleekproducten in Azië en het Midden-Oosten.

Unilever gaat door met de verkoop, maar past wel de merknaam aan: ‘We snappen dat de woorden ‘eerlijk’, ‘wit’ en ‘licht’ een eenduidig schoonheidsideaal representeren waarvan we niet denken dat het juist is’, stelt een woordvoerder van Unilever.

De huidbleekmiddelen van Unilever domineren de Zuid-Aziatische markt. Veel mensen in Zuid-Azië willen een wittere huid, omdat ze dit associëren met schoonheid en goedheid. Ook Bollywoodacteurs prijzen huidbleekproducten aan.

Critici vinden het bleken van de huid een slechte zaak: zij vinden dat mensen met een donkere huidskleur zich niet voor hun uiterlijk hoeven te schamen.

Op Twitter wordt positief gereageerd op het besluit van Unilever, hoewel sommigen de stap ’too litte, too late’ vinden.

Het onderzoeksjournalistieke tv-programma Zembla onthulde in 2013 dat ook in Nederland op grote schaal huidbleekcrèmes worden verkocht, ondanks een eerder statement van Unilever dat hier in Europa geen markt voor zou zijn.

Premier Pakistan noemt Bin Laden ‘martelaar’, tot woede van oppositie

0

De Pakistaanse minister-president Imran Khan heeft Osama bin Laden tijdens een toespraak een ‘martelaar’ genoemd.

De gewraakte uitspraak deed Khan gisteren in het parlement, waar hij onder andere sprak over de moeizame relatie met de Verenigde Staten.

‘Onze bondgenoot doodt iemand in ons land zonder ons op de hoogte te brengen’, zei hij. ‘Ik zal nooit vergeten hoe wij Pakistanen voor schut werden gezet toen de Amerikanen Abbottabad binnenkwamen en Osama bin Laden vermoordden, een martelaar van hem maakten.’

Oppositiepolitici reageerden als door een wesp gestoken. ‘Imran Khan heeft geknoeid met de geschiedenis’, aldus oppositieleider Khawaja Asif. Senator Mustafa Khokhar vindt dat de premier door zijn uitspraak ‘een gevaar voor de nationale veiligheid’ vormt.

Ook mensenrechtenactivisten zijn boos. ‘Moslims over de hele wereld vechten tegen de discriminatie die ze vanwege het recente terrorisme moeten ondergaan. En onze premier maakt de situatie erger door Osama bin Laden een martelaar van de islam te noemen’, twitterde de Pakistaanse activist Meena Gabeena.

Gezocht: ‘Moedige moslims die de gemeenschap confronteren met racisme’

1

‘Een blanke is niet beter dan een zwarte, noch is een zwarte beter dan een blanke, behalve in vroomheid en goede daden’, zo luidt een hadith – overlevering – van de profeet Mohammed. Racisme kent geen plaats in de islam, kun je hieruit afleiden. Toch ervaren sommige moslims dat anders in de praktijk.

Naar aanleiding van de moord op de Afro-Amerikaanse George Floyd op 25 mei staan mensen wereldwijd op tegen racisme. Terwijl dit publieke debat volop wordt gevoerd, reflecteert Abdul Kareem* op racisme binnen zijn moslimgemeenschap.

De Somalisch-Arabische creative marketeer is getrouwd met de Indonesisch-Nederlandse Indah van Aalst*, die werkzaam is als facilitair medewerker. Het jonge stel heeft een zoon, en zijn beiden trots op het feit dat zij een gezin vormen bestaande uit twee culturen die van elkaar verschillen. Toen zij besloten in het huwelijk te treden kregen ze echter niet altijd de steun van hun families.

‘In aanloop naar ons huwelijk heb ik een vorm van discriminatie ervaren’, vertelt Kareem. ‘Het viel mij op dat anderen mijn afkomst gebruikten om te bepalen of zij mij een vrome moslim vinden. Mijn schoonouders waren wel blij dat hun dochter thuiskwam met een moslim. Maar ze wilden snel weten hoe goed ik was als moslim, en in hoeverre ik mij in mijn geloof heb verdiept. Die informatie wilden ze achterhalen door mijn ouders te leren kennen. Dat vond ik beledigend.’

Dichter bij de profeet

Volgens Kareem moet afkomst of de manier waarop zijn ouders het geloof belijden geen invloed hebben op hoe anderen hem als moslim zien. Toch wordt het land van herkomst vaak genoeg gebruikt om te bepalen hoe vroom een moslim is, stelt hij. Zo ook in de Somalische moslimgemeenschap, waar de Arabische wortels van Kareems familie direct wordt gekoppeld aan de Arabische islam. Juist omdat de Koran in Saudi-Arabië is geopenbaard, denken sommige moslims dat Arabische moslims – of moslims met Arabisch bloed in de familie – veel dichter bij de profeet staan dan andere moslims.

‘En hoe dichter je bij de profeet staat, hoe beter jouw islam, denken zij dan’, aldus Kareem. Dat beaamt zijn vrouw. ‘Ik heb mij niet gediscrimineerd gevoeld in aanloop naar ons huwelijk’, zegt zij. ‘Maar wat ik daarna wel merkte is dat mijn zwager en zijn Marokkaanse vrouw meer aandacht kregen van mijn Somalische schoonfamilie. En uit hun gedrag kon ik opmaken dat ze dat deden, omdat mijn Marokkaanse schoonzus een Arabische familie heeft. Ik ben half Indonesisch en half Nederlands, dus voor hen ben ik gewoon Nederlands.’

‘Het viel mij op dat anderen mijn afkomst gebruikten om te bepalen of zij mij een vrome moslim vinden’

Van Aalst denkt dat haar Somalische schoonfamilie haar niet als gelijkwaardige moslim zien ten opzichte van de Arabische schoonfamilie. Dit omdat zij verschil zien in de manier waarop zij het geloof belijdt, en de Somalische moslimgemeenschap zich daarin niet herkent.

‘Ik ben nu eenmaal half Nederlands. Ik schaam mij niet voor mijn afkomst. En als je naar mijn familie kijkt, dan zie je dat zij het geloof praktiseren. Dan vind ik het onterecht dat ik door mijn schoonfamilie als ‘minder moslim’ word gezien ten opzichte van een Arabische moslim.’

Ondanks dat de familie van Kareem zijn echtgenote niet als een gelijke moslim beschouwt ten opzichte van Arabische moslims, zien ze haar lichte huidskleur wel als iets positiefs, meent hij. ‘Voordat ik mijn vrouw leerde kennen, was ik bevriend met een donkere vrouw uit Sierra Leone. Mijn moeder dacht dat ik met haar zou gaan trouwen, en toen zei ze dat ik dat beter niet kon doen. Haar reden? Wij zijn Arabisch-Afrikaans, en zij is echt donker Afrikaans. Met haar moet je dus niet trouwen, zei ze.’

Ook binnen de Indonesische moslimgemeenschap is er sprake van racisme, vult Van Aalst aan. ‘Mijn familie in Indonesië had niet verwacht dat ik zou trouwen met een Somalische man. Ze vroegen aan mijn moeder waarom ik met een zwarte ben getrouwd. Dan zei mijn moeder: ‘Hij is dan wel zwart, maar wel een goede moslim, dus het doet er niet toe.’ Daarna zag mijn familie hem op foto’s, en raakten ze geïnteresseerd in hem.’

Diversiteit van talen en huidskleuren

Wanneer het gesprek over racisme binnen de moslimgemeenschap wordt gevoerd, is het een ernstige zaak dat de meeste mensen nog steeds overtuigd moeten worden van het feit dat het bestaat. Dat vindt de Somalisch-Nederlandse Mohamed Abdulahi, spreker en onderwijzer bij de Rotterdamse moskee Centrum de Middenweg. Op zijn Instagram-account ‘Mohameds mening’ heeft hij ruim 35.000 volgers, met wie hij geregeld zijn kennis deelt over de islam.

‘Racisme zit in de grappen die we onderling maken, maar ook in de woorden die we gebruiken om iemand met een andere huidskleur aan te spreken of te benoemen. Dat vergroot het ‘wij’ versus ‘zij’-gevoel binnen de moslimgemeenschap, en staat haaks op wat de islam ons leert.’

Abdulahi wijst naar een aantal Koranverzen, waarin onder meer staat dat de diversiteit van talen en huidskleuren onderdeel is van de wonderen van God. Daarnaast vertelt hij over de Koranverzen die vrijwel op elke islamitische bruiloft worden gereciteerd, waarin staat dat God alle mensen heeft geschapen uit aarde. Na dit vers wordt het huwelijk aangehaald, en dat daar liefde en barmhartigheid uit voort moet komen.

‘En daarna staat dus het vers over de diversiteit van talen en huidskleuren, waar we kennis uit moeten halen. Wat suggereert dat voor mij? Dat het juist mooi is om verschillende culturen in een dergelijke setting – het huwelijk – bij elkaar te brengen. Ik zeg niet dat iedereen moet trouwen met iemand van een andere cultuur. Maar als we een percentage van de moslimgemeenschap hebben dat dat blijft doen, dan zullen we daarmee een gezamenlijke islamitische identiteit kunnen vormen die de eigen cultuur overstijgt.’

‘Wij zijn één moslimgemeenschap. Als we als moslims deze overstijgende identiteit niet weten te maken, dan komen we niet verder’

Daar moet de moslimgemeenschap volgens Abdulahi naartoe werken. ‘Er moet meer zijn dan een Turkse, of Marokkaanse, of Somalische, of Indonesische moslimgemeenschap. Wij zijn één moslimgemeenschap. Als we als moslims deze overstijgende identiteit niet weten te maken, dan komen we niet verder.’

Bewijzen dat je moslim bent

De vooroordelen over afkomst en islam binnen de moslimgemeenschap ontstaan in veel gevallen door angst en onwetendheid. Dat zegt Sillah Simaha, die in Den Haag woont en wordt opgeleid tot doktersassistente.

‘Mensen binnen de moslimgemeenschap zijn meestal geneigd om bij hun eigen groepen te blijven, waar ze dezelfde cultuur delen en op dezelfde manier het geloof belijden. Als je continu in een moslimgemeenschap bevindt waarvan je ziet dat de mensen een bepaald uiterlijk hebben of bepaalde gebruiken, dan vorm je al snel een beeld over hoe een moslim zich dient te gedragen of hoe een moslim er uit hoort te zien. Moslims die van dat beeld afwijken, zie je dan niet snel als moslims’, vertelt ze.

Simaha’s ouders komen oorspronkelijk uit Gambia, waar volgens haar 98 procent van de bevolking islamitisch is. De islam heeft ze van huis uit meegekregen. ‘Maar soms als ik aan andere moslims vertel dat ik ook moslim ben, dan zijn ze daar verbaasd over. Dan vragen ze mij of ik niet ben bekeerd tot de islam.’

Zij herinnert zich een incident uit haar jeugd, waarin ze een klasgenoot vertelde over haar islamitische identiteit. Vervolgens werd zij niet serieus genomen en moest ze zichzelf als moslim bewijzen door een vers uit de Koran te reciteren. Toen ze dat deed, werd haar verteld dat ze het niet goed heeft gedaan, en dat ze daardoor geen moslim kon zijn.

‘Als iemand zegt dat diegene moslim is, dan moet je dat van ze aannemen. Dan moet je niet vragen of dat echt zo is en zeggen dat ze zich moeten bewijzen. Dat is respectloos.’

Moedige moslims

Racisme speelt al generaties langer binnen de verschillende moslimgemeenschappen, valt Simaha op. Door niet verder te kijken dan de moslims binnen de eigen cultuur en het land van herkomst, ontstaat een superioriteitsgevoel, zegt zij.

‘Als iemand dat superioriteitsgevoel dan probeert te verwerpen door zich te mengen met moslims uit andere culturen, krijgen ze snel weerstand van de familie. Of ze zijn bang om in opstand te komen tegen hun families, omdat ze niet verstoten willen worden. ‘Wat zullen ze van me denken als ik met een zwarte trouw’, denken ze dan. Maar daarin hebben we juist een verantwoordelijkheid als moslim om het gesprek aan te gaan, hoe moeilijk ook”, vertelt zij. ‘Vraag ze dan ook hoe dat zo is gekomen dat ze iemand met een andere huidskleur niet als gelijke zien. Zo kunnen we reflecteren op onze normen en waarden, en beginnen aan zelfonderzoek om samen verder te komen.’

Mohamed Abdulahi is het daarin met haar eens. ‘Ik begrijp dat cultuur en afkomst belangrijk zijn. Het is prima om je meer thuis te voelen bij de mensen van je eigen cultuur, en te zeggen ‘dat zijn mijn mensen’. Dat is de lijn waarin God jou heeft geschapen. Je bent onderdeel van een genetisch proces, en dat proces hoef je niet te verloochenen. Wees trots op jouw afkomst en cultuur. Maar je religie moet die trots overstijgen. Ik houd meer van een moslim van een andere cultuur, dan een niet-moslim die uit mijn eigen cultuur komt. Wij hebben moedige moslims nodig die de gemeenschap durven te confronteren met het racisme dat er speelt.’

‘Wees trots op jouw afkomst en cultuur. Maar je religie moet die trots overstijgen’

Indah van Aalst* en haar echtgenoot Abdul Kareem* blikken vooruit op de toekomst van hun zoon. ‘We hebben nare dingen meegemaakt binnen de moslimgemeenschap, en dan kun je alleen maar hopen dat het jouw kinderen niet overkomt. Het belangrijkste moet zijn dat iemand moslim is, en afkomst en huidskleur moeten er niet toedoen.’

Volgens Kareem moet de moslimgemeenschap meer openstaan voor de verschillen van anderen. ‘Kennis is wijsheid. Dus wanneer je denkt iets te weten, vraag jezelf dan af of het daadwerkelijk zo is. Deze houding moeten we aan de volgende generaties doorgeven om vooruit te komen. Neem zoveel mogelijk kennis op je, leer van elkaars verschillen en sta daarvoor open. Dat geldt voor mijzelf, maar ook voor mijn familie. Laat anderen in hun waarde. Als jij vindt dat je sterk in je schoenen staat, dan hoef je ook niet te vrezen voor iets dat afwijkt van wat je al kent.’

*Gefingeerde naam. Echte naam bij de redactie bekend.