De Duitse historicus en Turkijedeskundige Hans-Lukas Kieser vergelijktde Turkse president Erdogan met de beruchte Ottomaanse leider Talaat Pasja. Dit doet Kieser in een interview met Ahval News. Onder Talaat Pasja zou het Ottomaanse Rijk uiteindelijk ten onder gaan.
Het Ottomaanse Rijk in zijn nadagen voerde volgens Kieser beleid volgens het ‘zondebok-model’. Talaat Pasja en de zijnen voerden een haatcampagne tegen de Armeniërs, die vervolgens slachtoffer werden van een genocide. Erdogan richt nu zijn pijlen op de Gülenbeweging, aldus Kieser.
Daanaast is Erdogan net als Talaat Pasja een politicus die grote risico’s neemt, stelt Kieser. Omdat in Turkije het gevaar van een militaire staatsgreep altijd op de loer ligt, nemen leiders soms grote risico’s om aan de macht te blijven. Dit begon bij Talaat Pasja: dat het Ottomaanse Rijk in de Eerste Wereldoorlog verzeild raakte was mede aan hem te danken.
Kieser ziet nog een parallel: Talaat Pasja vervolgde zijn politieke tegenstanders, iets wat Erdogan nu ook doet.
Talaat Pasja steunde in 1908 de staatsgreep tegen de sultan en kwam in 1913 aan de macht. Als minister van Binnenlandse Zaken en daarna als eerste minister gaf Talaat Pasja leiding aan het Ottomaanse Rijk tijdens de Eerste Wereldoorlog. Na de Ottomaanse nederlaag vluchtte hij naar Duitsland. In 1921 werd Talaat Pasja doodgeschoten door een Armeniër, als vergelding voor de Armeense Genocide.
Was ‘Meneer Aart’ een racist? Deze vraag houdt sinds gisteren veel twitteraars bezig. Aart Staartjes overleed eerder die dag als gevolg van een ernstig verkeersongeluk.
Aart Staartjes werd gisteren stevig onder vuur genomen door anti-racismeactivist en twitteraar Arzu Aslan: ‘Over de doden niets dan goed my ass.’
Foto: Twitter
Staartjes, die van 1985 tot 2001 de landelijke Sinterklaasintocht presenteerde, zou ‘medeschuldig’ zijn aan het fenomeen Zwarte Piet. Deze beschuldiging is bij veel andere twitteraars in het verkeerde keelgat geschoten. Een kleine selectie:
Terwijl het lichaam is nog niet afgekoeld heeft ze al een discussie uit 2013 opgesnord en hem racist genoemd.
Arzu Aslan is een uitzonderlijk rancuneus naargeestig mens. En hier doet geen enkel gemarginaliseerd labeltje als afkomst, huidskleur of (gender)identiteit afbreuk aan. pic.twitter.com/JhJPTLIkAE
Als “antiracisten” zich vrolijk maken over de dood van oudere ‘witte’ mannen – in dit geval Aart Staartjes – dan kijken we de mentaliteit van Duitsland in de jaren ’30 vol in het duistere gelaat.
Behalve bakken kritiek krijgt Arzu Aslan ook veel bijval: activisten, linkse partijleden en journalisten nemen het op Twitter voor haar op. Zo benadrukt BIJ1-lid en twitteraar Erik Stronks dat zij ‘in 1001 issues aan de goede kant van de streep staat’ en ‘solidair met onderdrukten’ is. En activist Sander Philipse tweet het volgende:
❤️❤️ voor @rzuaslan die altijd durft te benoemen wat wit Nederland niet wil horen
Ook het Emmense GroenLinks-bestuurslid Jeroen van Strien neemt het voor Aslan op: ‘Goedemorgen! Ik zie dat een gedeelte van mijn TL toestaat dat een vrouw massaal wordt bedreigd, uitgescholden, en dood gewenst wordt vanwege een tweet over Aart S. Ineens is weer duidelijk hoe Twitter ook alweer werkt.’
Vanwege deze bedreigingen steken mensenrechtenadvocaat Wil Eikelboom en journalist Frederike Geerdink Aslan een hart onder de riem. ‘Arzu Aslan stelt vraagtekens bij de algehele verering van Aart Staartjes, en laster, intimidatie en regelrechte bedreigingen zijn haar deel. Twitter op zijn lelijkst en engst’, zegt Eikelboom.
mijn god arzu, wat een ellende 🙁 goed dat je er even een slotje op gezet hebt, ik hoop dat die er snel weer af kan – hoewel dat dan weer betekent dat de mob een nieuw slachtoffer heeft gevonden… power to you!
Aart Staartjes werd op vrijdag aangereden door een auto en raakte ernstig gewond. Hij overleed twee dagen later in het ziekenhuis. De meeste mensen kennen Aart Staartjes van het kinderprogramma Sesamstraat, waar hij van 1984 tot 2019 ‘Meneer Aart’ speelde.
De fracties van PvdA, GroenLinks en D66 in de Rotterdamse gemeenteraad willen een spoeddebat over uitlatingen van integratiewethouder Bert Wijbenga (VVD) in NRC. Volgens Wijbenga kan Rotterdam maximaal 640 vluchtelingen opnemen.
Wijbenga deed zijn uitlatingen op persoonlijke titel. De wethouder stelde dat Rotterdam jaarlijks maar één migrant per duizend inwoners kan opnemen. De immigratie legt druk op sociale woningen, onderwijs en de zorg, vindt hij.
PvdA, GroenLinks en D66, de progressieve partijen in de gemeentelijke coalitie met verder VVD, CDA en ChristenUnie-SGP, willen Wijbenga nu tot de orde roepen. Zij vragen zich af of wethouder Wijbenga het coalitieakkoord nog onderschrijft.
Zo vindt PvdA-fractievoorzitter Co Engberts dat er meer woningen voor alle mensen in de stad moeten worden gebouwd. ‘Zo lossen we dingen op. Niet door te wijzen naar migranten’, vertelt hij aan RTV Rijnmond.
Hij noemt zichzelf een ‘jihadist van de liefde’: Mohamed el Bachiri. De voormalige metrobestuurder verloor zijn vrouw Loubna Lafquiri bij de aanslagen in Brussel van 2016, maar ondanks zijn verdriet blijft deze Marokkaanse Belg oproepen tot medemenselijkheid en tolerantie.
Mohamed el Bachiri (Sint-Agatha-Berchem, 11 juli 1980) woont in de Brusselse wijk Molenbeek. Hij was metrobestuurder en verloor zijn vrouw op 22 maart 2016 bij de aanslag op metrostation Maalbeek. El Bachiri bleef achter met drie zoons, maar koestert geen haat richting de daders van de aanslag.
In december 2016 hield hij hierover een TedX-speech, Un jihad de l’amour, en deze ging niet onopgemerkt voorbij. In maart 2017 bracht hij zijn boek Een jihad van liefde uit, dat hij schreef samen met David van Reybrouck. Daarin vertelt hij over over zijn jeugd in de arme Brusselse wijk Molenbeek, die vaak in verband gebracht wordt met terrorisme, de aanslag in Brussel en de dood van zijn vrouw. Volgens El Bachiri hebben geweld en oorlog niets te maken met de islam of religie in het algemeen.
Een jihad van liefde werd een bestseller in Vlaanderen en Nederland en El Bachiri werd benoemd tot Pax Christi’s Ambassadeur voor de Vrede. In 2019 won hij in Duitsland de Konstanzer Konzilspreis voor het uitdragen van de Europese waarden van verbondenheid en tolerantie.
Nu is er zijn nieuwe boek De odyssee van Mohamed: een aangrijpend verhaal over verlies, rouw, dankbaarheid en liefde. Hierin geeft hij zijn visie op een nieuwe, open samenleving waarin verschil mag bestaan en menselijkheid prevaleert. Daarbij kijkt hij kritisch naar zowel ‘witte onverdraagzaamheid’ als naar ‘islamitische kwezelarij’.
Hoe was het om op te groeien in Molenbeek?
‘Ik had een heel gelukkige jeugd met veel Marokkaanse vrienden, met wie ik veel tijd doorbracht en buiten op straat voetbalde. Er was soms wel racisme. Dan werden we uitgescholden voor ‘vuile boef’, ‘vuile aap’ of ‘vuile Marokkaan, ga terug naar je eigen land’. Wij antwoordden dan gewoon ‘vuile Belg’. We waren wel negatief ten opzichte van de politie. We dachten dat de politie ook racistisch was, omdat ze woorden als ‘boef’ ook gebruikten tegen ons. Daarbij gedroegen ze zich racistisch, ook al zou dat niet zo moeten zijn.’
Voelde u zich onderdeel van die wijk of meer een buitenstaander?
‘Meer een buitenstaander. Als we tijdens het voetballen met de bal een auto raakten, dan kregen we er altijd van langs. Toch waren de blanke leraren op school wel vriendelijk en welwillend. Dat gaf mij de mogelijkheid om toch wat positiever te zijn en te denken dat niet iedereen in de wijk racistisch was. Ik was zelfs erg verliefd op mijn lerares in de derde klas. Ik was toen acht jaar.
Toch vond ik het structurele racisme later het moeilijkste, want ik en mijn vrienden werden overal op ons uiterlijk beoordeeld. Ik kwam daardoor geen club in, zelfs niet als ik met een autochtone inwoner ging. Dat deed pijn en het was frustrerend. Als ik een meisje ontmoette, dan praatte ik niet over mijn Marokkaanse afkomst. Ik heb vaak zelfs een andere identiteit verzonnen.
Ook wat werk betreft was het niet makkelijk, vooral omdat ik geen diploma heb. Ik deed mijn eerste werkervaring pas op toen een Marokkaanse vriend mij inhuurde om mobiele telefoons te verkopen. Daarna ben ik bij het openbaarvervoerbedrijf van Brussel gaan werken, dat gelukkig niet discrimineerde bij het aannemen van mensen. Dat is denk ik de reden dat ik metrobestuurder geworden ben’.
‘Ik zie verbroedering echt als een basis voor de toekomst’
Wat deden die discriminatie en dat racisme met u?
‘Molenbeek is mijn gemeenschap en ik houd ervan. Het grootste probleem is dat dit niet nieuw is, maar van alle tijden. Molenbeek is een soort getto met veel sociale problemen, denk aan een hoge jeugdwerkloosheid. Als jongeren hadden wij automatisch het stempel van crimineel. Het was vooral ook een obstakel voor integratie en emancipatie. Molenbeek was en is nog steeds een arme wijk en dan krijg je gettovorming.’
Hoe kijkt u nu tegen die wijk aan, die toch behoorlijk in opspraak is geraakt?
‘Met gemengde gevoelens. Ik vind het vreselijk om die conclusie inderdaad te trekken. De jongeren daar waren vaak al delinquent. Sommigen werden opeens jihadisten. Wij vonden hen dwazen die onze religie bezoedelden. Er was een gevoel van hulploosheid in de moslimgemeenschap in Molenbeek, omdat deze jongeren vonden dat we het mis hadden en ze niets meer konden leren. Daarom kozen ze voor de jihad. Het Belgische rechtssysteem kon hier niet mee omgaan en is te laks geweest. De politiek en de media hebben ook altijd negatief tegenover deze gemeenschap gestaan.’
Hoe komt het dat u zelf niet geradicaliseerd bent?
‘Dat zijn de meeste moslims niet, ik ben ook een normale moslim. Wij hebben waarden en principes. Het doden van mensen maakt daar geen deel van uit.’
U verloor uw vrouw bij de aanslagen in Brussel. Hoe gaat u daarmee om?
‘Dat is met het hebben van drie kinderen nog erg moeilijk. Mijn boek gaat erover. Ik praat over dat gevoel van alleen zijn, het verkeerd begrepen worden en het gevoel dat ik in de steek gelaten ben. De aanslagen zijn in ons land allang vergeten en we moeten ook doorgaan, maar de ontkenning van ons lijden door instellingen en autoriteiten laat een bittere smaak achter. Mijn leven is volledig op zijn kop gezet door het onmetelijke verlies van mijn vrouw en de moeder van mijn drie kinderen. Maar ik heb geprobeerd om positief te blijven en die boodschap van liefde uit te dragen. Daardoor is mijn leven veranderd.
Die boodschap van liefde heb ik met schrijver David van Reybrouck in Een jihad van liefde verwoord. Ik krijg daar weer liefde en hoop voor terug, want sinds het verschijnen van dat boek krijg ik veel steun, van mensen met allerlei geloofsovertuigingen. Dat helpt. Het is een mooie vorm van erkenning. Ik zie verbroedering ook echt als een basis voor de toekomst.’
Wat was de impact ervan op uw leven?
‘Ik heb mijn leven van voor de aanslagen afgesneden, dat bestaat niet meer. In het begin was het essentieel om die boodschap van liefde, menselijkheid en universaliteit uit te dragen. Het was voor mij belangrijk om zo te reageren, omdat het voor mij een eerbetoon was aan mijn vrouw Loubna. Maar het was ook een reactie op de terroristen en hun destructieve en manicheïstische visie. Ik heb al mijn moeilijkheden en pijn daarom aan de kant gezet. Er zijn nog steeds veel moeilijke dagen, maar de hoop en dankbaarheid zijn sterker dan de verbittering.’
Wat betekent de islam voor u? Veel mensen zien het als een dogmatische, fundamentalistische godsdienst.
‘De islam is een religie als alle andere, maar bij ons is het dogma sterker. Dat is een keurslijf dat ons verhindert om vooruit te gaan en te denken. De islam was ooit heilzaam voor het volk van het Arabische schiereiland, waar het ontstond in de zevende eeuw. Het was een grote beschaving, waar filosofie en wetenschap bloeiden. Maar nu heeft het aartsconservatieve Saoedi-Arabië te veel invloed, ook op de islam in Europa. Hier betalen wij nu de prijs voor.’
‘De islam is een religie als alle andere, maar bij ons is het dogma sterker’
Waarom heeft u nooit het vertrouwen in uw geloof verloren?
‘Ik ben zeer spiritueel. Ik heb God als een liefdevol persoon leren kennen. Een universele God die liefde heeft voor zijn totale schepping lijkt in de verste verte niet op een dogmatische God, die mensen in een keurslijf dwingt. Ieder mens heeft een eigen beeld van God. Mijn beeld is nooit veranderd.’
Hoe lukt het u om een boodschap van tolerantie te verspreiden, na wat u heeft meegemaakt?
‘Mijn boodschap van tolerantie is gebaseerd op sterke en universele waarden en principes. Ik baseer mij zowel op de voorschriften van de profeten als die van de filosofen. De term jihad wordt te vaak verward met strijd, oorlog en woede, maar het betekent eigenlijk ‘inspanning’. De inspanning die je met jezelf moet aangaan om een beter mens te worden. We moeten ons juist openstellen voor de wereld en ons inspannen voor empathie en liefde. Daarom noem ik het ‘jihad van de liefde’. We moeten ons openstellen naar anderen, willen nadenken en elkaar accepteren, zonder dat we elkaar een mening of cultuur opleggen. Loubna dacht daar ook zo over. We stonden op dezelfde manier in het leven en dat houdt me overeind.’
Foto: De Bezige Bij
Hoe kijkt u aan tegen de manier waarop in het Westen naar de islam gekeken wordt?
‘Het wantrouwen naar moslims toe begon echt te groeien na 11 september 2001. De aanslagen in Europa en IS hebben dit wantrouwen alleen maar sterker gemaakt. Er heerst een klimaat van angst en polarisatie. Onze samenleving voedt angst voor de ander en dit wordt door de media en de politiek in stand gehouden. En angst zorgt er ook voor dat veel mensen hun heil zoeken bij charismatische populistische leiders.’
Hoe kunnen we dit wantrouwen wegnemen?
‘Je moet een klimaat van vertrouwen scheppen. Maar vertrouwen moet van beide kanten komen. Zelf probeer ik bruggen te bouwen tussen de verschillende mensen en culturen. Ik spreek de taal van de jongeren, daardoor luisteren ze naar mij. Ik probeer vooral empathie en respect voor de verschillen bij te brengen. Dat gaat best goed. Ik bezoek scholen, verenigingen en gebedshuizen om mijn kennis te bespreken en te cultiveren.’
Is Europa nu minder verdraagzaam dan voorheen?
‘Veel landen in Europa hebben de waarden verloren die hen groot hebben gemaakt. De grote filosofen van de Verlichting, in het bijzonder Voltaire, zouden door de huidige situatie beledigd zijn. We verliezen een deel van onze menselijkheid en nemen onze toevlucht in onwaardige wetten ten aanzien van vluchtelingen, maar ook ten aanzien van kinderen die gerepatrieerd moeten worden. Ik vind dat er internationaal gezien een verantwoordelijkheid bestaat naar die kinderen toe.’
‘We moeten allemaal inspanningen leveren om de vooroordelen tegen anderen weg te nemen’
Wat staat u het meest tegen?
‘Het is frustrerend dat Marokkanen van de derde generatie en andere migrantenkinderen nog steeds niet het gevoel hebben dat ze volwaardig leden van de samenleving zijn. Er heerst nog steeds een structurele vorm van racisme die ervoor zorgt dat mensen niet verder kunnen klimmen op de sociale ladder. Veel jongeren voelen zich gemarginaliseerd. Daardoor zijn we kwetsbaar, kunnen ze radicaliseren en kunnen ze ten prooi vallen aan extremisme.’
Wat moet er gebeuren om dichter tot elkaar te komen en een mooie toekomst te creëren voor iedereen?
‘We moeten allemaal inspanningen leveren om de vooroordelen tegen anderen weg te nemen. Belangrijk is dat we elkaar leren kennen en uit onze comfortzone stappen, terug naar wat ons bindt: onze menselijkheid. Iedere gemeenschap moet daarbij kritisch op zichzelf zijn. Zo kan er een multiculturele samenleving ontstaan met gemeenschappelijke waarden, zonder de stigmatisering van politici en autoriteiten en zonder buitensporige eisen van een gemeenschap.
Ik zou Voltaire willen citeren. Hij zei ooit: ‘Als er maar één godsdienst in Engeland zou bestaan, dan zouden de mensen bang zijn voor despotisme; als het er twee zouden zijn dan zouden ze elkaar de keel doorsnijden; maar zijn het er dertig dan leven ze in vrede en geluk.’
Toen museumdirecteur Hilke Wagner naar de grote markt van Dresden liep, voor de opening van een nieuw kunstwerk, werden zij en haar collega’s opgewacht door rechtsextremisten. Zij protesteerden tegen het kunstwerk omdat de kunstenaar van Syrische afkomst was. Deze traumatische ervaring bracht haar op een idee: het museum in Dresden moet haat met dialoog bestrijden. Aan de Britse krant the Guardian vertelt Wagner haar verhaal.
De culturele sector in Duitsland wordt, net als in Nederland, gezien als overwegend links. Zo werd in Leipzig een kunstenaar die met de populistische partij Alternative für Deutschland sympathiseert uitgesloten van de jaarlijkse schilderijtentoonstelling. En de directeur van het Berlijnse Friedrichstadt-Palast theater zei het nog duidelijker: AfD-stemmers zijn niet welkom in zijn theater.
Wagner heeft echter niet voor deze weg gekozen. Dat kan ook moeilijk in Dresden, omdat Alternative für Deutschland en Pegida daar heel sterk zijn. Ook medewerkers van het museum hebben vrienden en familieleden die AfD stemmen of zich verwant voelen met Pegida.
Om die reden organiseert het Albertinum Museum in Dresden open discussieavonden, waar iedereen welkom is. Zo’n zeshonderd mensen kwamen op de eerste avond af: ook Pegida-aanhangers en mensen die Wagner haatmailtjes hadden gestuurd.
‘Het was aanvankelijk heel moeilijk’, vertelt Wagner. ‘Er werd geschreeuwd, met deuren geslagen, er waren ruzies en verwijten. Maar het ontwikkelde zich in een goede richting.’ Eén man, die Wagner een haatmail had gestuurd omdat ze tegen Oost-Duitse kunst zou zijn, stond op en bood zijn excuses aan.
Dankzij de dialoogsessies kwam Wagner erachter dat de inwoners van Dresden graag meer wilden zien over de Oost-Duitse tijd (1945-1989) en het geallieerde bombardement op Dresden in februari 1945, waardoor de stad verschrikkelijk werd verwoest. Wagner had hier wel enige bedenkingen bij: een tentoonstelling hierover zou AfD in de kaart spelen, dacht zij, omdat die het verhaal van het Duitse volk als slachtoffer promoot.
Maar ze wist een compromis te vinden. Schilderijen over het verwoeste Dresden worden tentoongesteld naast anti-oorlogskunst van Naria Lassnig en Marlene Dumas. En er is een kunstwerk van Wolfgang Tillmans waarop de vernietiging van Dresden te zien valt, naast de verwoesting van de Britse stad Coventry die door de Luftwaffe werd gebombardeerd.
Wagner: ‘Ik wilde duidelijk maken dat we deze werken niet geïsoleerd tentoonstelden, maar dat we ze tentoonstelden op ooghoogte met andere perspectieven.’
Er valt nog veel te doen, vertelt de museumdirecteur aan the Guardian. Maar de laatste tijd krijgt Wagner geen haatmailtjes meer.
Moslimhaat in Europa komt niet door religieuze spanningen, maar wordt aangewakkerd door ‘extreemrechtse partijen’. Dit stelt Rajae Mekkaoui, de ambassadeur van Marokko in het Vaticaan.
Toen Paus Franciscus Marokko in april bezocht, benadrukte hij dat het bekeren van moslims geen doel is van Marokkaanse christenen en dat ze vreedzaam met de moslimmeerderheid willen samenleven. Volgens Mekkaoui staan moslims en christenen in Europa met elkaar op slechtere voet. En dat komt niet door religieuze spanningen, denkt zij.
‘Het tegenovergestelde zou waar zijn geweest als populistische, racistische, xenofobe partijen van extreemrechts Europa niet om electorale redenen gebruik zouden maken van islamofobie.’ Welke partijen zij precies bedoelt is onduidelijk.
Mekkaoui is de eerste islamitische vrouw die tot ambassadeur bij het Vaticaan is benoemd.
Dat Meghan Markle geen senior-lid meer wil zijn van het Britse koningshuis, samen met haar man prins Harry, komt door racisme. Dit stelt de Amerikaanse professor Afua Hirsch, die journalistiek doceert aan de University of Southern California in the New York Times.
Volgens Hirsch is premier Boris Johnson een ‘nog ergere racist’ dan Donald Trump, is de Brexit vooral bedoeld om immigranten buiten de deur te houden en verlangen veel Britten terug naar de vergaande glorie van het Britse wereldrijk, een ‘wereldwijde constructie gebaseerd op een overtuiging van witte suprematie’.
Het feit dat Meghan in de Britse pers dikwijls wordt bekritiseerd heeft volgens Hirsch alles met dit ‘racisme’ te maken: de Britse samenleving zou niet goed om kunnen gaan met een zwarte vrouw als lid van het koninklijk huis.
Toen Meghan gastredacteur van het Britse blad Vogue mocht zijn, kwam daar veel kritiek op. Andere leden van het Britse koningshuis werden juist geprezen toen zij gastredacteur werden bij een bekend medium. Alleen dal dit feit geeft wel zo’n beetje aan hoe racistisch Meghan werd behandeld, aldus Hirsch. ‘Dit [racisme, red.] was de bittere schaduw die hing over hun zonnige bruiloft.’
Tijdens mijn verblijf in Mekka zat ik een keer naast een Oeigoerse moslim. Ik besloot het gesprek met hem aan te gaan. Ik had maar één doel: ik wilde graag mijn medeleven uiten en hem vertellen dat wij in Nederland ook voor de Oeigoeren bidden. Ook wilde ik weten wat wij voor ze kunnen betekenen. In half Arabisch en half Engels vroeg ik of hij uit Oost-Turkestan kwam, dat de Chinezen Xinjiang noemen. Met angst in zijn ogen antwoordde hij dat hij uit China kwam. Hij wilde hierover verder niet praten.
Op zijn tasje stond in het Arabisch geschreven: الحاج الصيني (Chinese pelgrim), maar ook aan zijn hoed en aan zijn kleding kon je ook zijn dat hij een Oeigoer was. Uit respect voor hem als persoon en die moeilijke omstandigheden waarin hij zich bevond besloot ik niet met hem in discussie te gaan. Hij stond vervolgens op om water te halen en vroeg mij of ik ook wilde. Met een glimlach hebben we een eind gemaakt aan dat gesprek en genoten van het heilige zamzam-water.
Maar in mijn hoofd ging het gesprek door. Zijn reactie, zijn houding en zijn terughoudendheid hebben mij aan het denken gezet. Waarom is hij zo bang? Waarom durft hij niet voor zijn eigen identiteit op te komen?
Achteraf snapte ik zijn reactie heel goed. Een kleine fout kan hem en wellicht ook zijn familie fataal zijn. in China worden Oeigoeren namelijk opgesloten in ‘heropvoedingskampen’. Volgens China is dit een manier om ‘extremisme’ te bestrijden. Maar het dragen van een baard en het lezen van de Koran zijn voor de Chinese autoriteiten al vormen van extremisme. Sterker nog, het feit dat jij jezelf moslim noemt is voor de Chinese autoriteiten reden om jou op te sluiten, kaal te scheren, te martelen, te verkrachten en zelfs je organen uit je lichaam te stelen.
Dit verzin ik allemaal niet. Dit stelt een onafhankelijk panel van experts en activisten. De noodkreet komt daags nadat een schokkende video uitlekte. Dit klinkt als een scène uit de Netflix-serie Black Mirror, maar helaas is dit voor meer dan een miljoen Oeigeren de pijnlijke werkelijkheid.
Zelfs in Nederland ontsnappen Oeigoeren niet aan de lange arm van Beijing. Volgens Amnesty International worden de 1.500 Oeigoeren die in Nederland wonen nauwlettend in de gaten gehouden door China: hun telefoons worden gehackt en ze krijgen dreigtelefoontjes. En als ze kritiek uiten op China, bijvoorbeeld via sociale media, worden hun familieleden die nog in China wonen opgepakt. China haalt blijkbaar alles uit de kast om deze etnische minderheid het zwijgen op te leggen. En het gaat hier ongestoord mee door, zolang de wereld blijft zwijgen.
Minister-president Mark Rutte moet iets doen
Dus ik begrijp deze broeder. 35 landen hebben een brief aan de Verenigde Naties geschreven, waarin de ‘opmerkelijke prestaties’ van China op het gebied van de mensenrechten worden geprezen. Niet alleen Bahrein, Koeweit, Oman, Pakistan, Qatar, Syrië en de Verenigde Arabische Emiraten hebben deze brief ondertekend, maar ook Saoedi-Arabië, het centrum van de islam. Dit is echt de omgekeerde wereld. Maar blijkbaar willen deze landen bij China een wit voetje halen.
Dit maakt mij, en vele moslims met mij, woedend, wanhopig en vooral teleurgesteld. Het is pijnlijk om te zien hoe de wereld de Oeigoeren aan hun lot overlaat. We kunnen petities organiseren en demonstreren, maar heel veel effect sorteert dit helaas niet. Die ene Oeigoer in Oost-Turkestan wordt nog steeds van zijn vrijheid, geloof en cultuur beroofd. Daar moeten de naties in de wereld wat doen. Hierbij roep ik de Nederlandse overheid op om een duidelijke positie in te nemen tegenover China. Want dit onrecht moet stoppen.
Ik houd er niet van om in de slachtofferrol te kruipen, maar ik vraag mij toch af of de wereld wel had geprotesteerd als het om een andere groep zou gaan. Worden de Oeigoeren vergeten omdat ze moslim zijn, of durft de wereld niets te doen omdat China economisch en ook politiek zo machtig is? Zulke vragen krijg ik ook van onze Nederlandse jongeren, maar helaas kan ik hier geen antwoord op geven.
We moeten doen wat we kunnen doen. Niets doen is geen optie. Ook al hebben petities en demonstraties niet direct het gewenste effect, zulke acties laten wel zien dat we onze Oeigoerse broeders en zusters niet vergeten zijn. Uit onze solidariteit kunnen ze kracht putten. En een boycot van China, ook al is die symbolisch, moedig ik daarom zeker aan. Maar het echte werk moet door onze volksvertegenwoordigers en door onze regering worden gedaan. En door de regeringen van andere landen.
Daarom ben ik op dit moment op zoek naar bondgenoten – activisten, advocaten, columnisten, journalisten, mensenrechtendeskundigen, religieuze voorgangers – die de politiek wakker schudden, zodat de Nederlandse regering meer voor de onderdrukte Oeigoeren doet. Minister-president Mark Rutte moet iets doen. Graag zou ik ook – samen met andere actieve en betrokken burgers – met onze minister-president willen overleggen hoe wij aan onze gezamenlijke verantwoordelijk en inzet gestalte kunnen geven. Opdat we onszelf nog recht in de spiegel kunnen aankijken.
Ten slotte wil ik mijn gesprekspartner het volgende zeggen: Sorry, we hebben gefaald en we falen nog steeds. Moge God met jullie zijn. Moge God jullie de kracht geven en het geduld schenken om deze moeilijke tijden te doorstaan. Moge Allah jullie van wijsheid en kennis voorzien om dit te overleven. Moge Allah een eind maken aan elke vorm van tirannie en onrecht, waar dan ook. Amin.
Alle spotlights staan gericht op islamistisch en rechtsextremisme. Hebben we te weinig aandacht voor mogelijk gevaar vanuit de linkerflank?
In Berlijn werd op oudejaarsdag de auto van een christelijke journalist in de brand gestoken. Deze aanslag werd opgeëist door de extreemlinkse Feministische Autonome Zelle, die boos was op de journalist omdat hij had deelgenomen aan een anti-abortusdemonstratie. Dezelfde groep pleegde op 27 december een aanslag op een protestantse kerk in Tübingen.
Ook in Nederland roert extreemlinks zich zo nu en dan. Het Radicaal Anarchistisch Feministisch Front bekladde in 2017 het huis van Thierry Baudet. En vorig jaar werd een 21-jarige AFA-aanhangster uit Nijmegen veroordeeld, omdat zij tijdens een anti-racismedemonstratie had geroepen: ‘Als je Thierry dood wilt schieten, roep dan paf.’
Maar waar extreemrechts in Nederland zichtbaar terrein wint en extreemrechtse terroristen als Brenton Tarrant de wereld doen sidderen, verstomt de aandacht voor mogelijke dreiging vanuit de andere flank. Zien we deze soms, door alle aandacht voor het rechtse en islamistische extremisme, over het hoofd?
Initiatief verloren
We kunnen ‘ver-links’ verdelen in twee groepen: radicaal-links en extreemlinks. Het verschil tussen deze twee zit ‘m in het gebruik van geweld, zegt Marcel Lubbers. Hij is hoogleraar politieke sociologie aan de Radboud Universiteit Nijmegen. ‘Radicalisme kan in theorie heel radicaal zijn en de democratie afwijzen, maar pas als je aanzet tot geweld of dat gebruikt ben je een extremist.’
Ook de AIVD ziet in een rapport uit 2018 geweld als grens tussen radicalisme en extremisme. Toch vallen volgens de inlichtingendienst ook haatzaaien, het demoniseren van bevolkingsgroepen, intimideren en het creëren van een sfeer van angst onder extremisme. Als prototype van zo’n organisatie wordt de Anti-Fascistische Actie (AFA) genoemd. De linksextremisten van AFA dwarsbomen acties van ‘rechts’, zoals Pegida, en lijken volgens de AIVD eerder bereid om geweld te gebruiken dan andersom.
De politie moet rechtse betogers soms zelfs beschermen, omdat zij fysiek belaagd worden door extremisten van AFA. Zoals toen Identitair Verzet in april 2018 demonstreerde tegen de krakersactivisten van We Are Here, en AFA Amsterdam hier een stokje voor stak. AFA verdedigden zijn handelswijze op internet: ‘Weer is gebleken dat de enige taal die deze fascisten begrijpen stenen en vuurwerk zijn. Dit is een taal die wij kunnen, moeten en zullen spreken.’
‘Wij willen geen burgerlijke democratie, maar een arbeidersdemocratie’
Extreemlinks reageert vooral op wat rechts doet, analyseert Lubbers. De naam AFA zegt het al, Anti-Fascistische Actie. Ze nemen niet zelf het initiatief. Lubbers denkt dat extreemlinks marginaler is geworden doordat er een ideologische kloof is ontstaan tussen radicaal- en extreemlinks.
‘In de jaren zeventig ging het linksextremisten nog om economische gelijkheid, maar vanaf de val van de Muur houden linksextremisten zich steeds meer bezig met niet-materiële thema’s als de rechten van asielzoekers. Radicaal-linkse partijen en bewegingen vinden die economische issues wél belangrijk. Bij radicaal rechts en extreemrechts is die kloof veel kleiner. Daarom heeft extreemrechts nu wel het tij mee. Bij extreemlinks mist de urgentie.’
Op weg naar de wereldrevolutie
Denk bij zulke economische radicaal-linkse geluiden aan socioloog Willem Schinkel, die aan de Kanttekening vertelde dat hij Shell en andere multinationals wil onteigenen en de liberale democratie wil omverwerpen. Ook zijn er trotskistische organisaties als de Internationale Socialisten, Socialistisch Alternatieve Politiek en Socialistisch Alternatief, die in navolging van de communistische voorman Leon Trotski (1879-1940) strijden voor de wereldrevolutie.
‘We zijn nu een heel klein clubje in Nederland, met acht actieve leden’, vertelt Gerbrand Visser van het Socialistisch Alternatief. ‘Onze stip aan de horizon is natuurlijk de wereldrevolutie, maar op dit moment zijn onze ambities op de korte termijn bescheiden. De arbeidersklasse zet nu helaas stappen terug.’
Vroeger was Socialistisch Alternatief actief binnen de SP, met als doel om deze partij revolutionairder te maken. De organisatie, toen nog ‘Offensief’ geheten, kende tientallen leden. Nadat de SP tien jaar geleden besloot om deze trotskistische ‘infiltranten’ te royeren, is Offensief omgedoopt in Socialistisch Alternatief en laten ze zich vooral op linkse demonstraties zien. Ondergronds gaan ze niet, zegt Visser.
‘We zijn tegen geweld en tegen vandalisme, wat niets anders is dan individueel terrorisme. Er is nog nooit een arbeiderspartij groot geworden via individuele terroristische handelingen. Daarnaast moet je politiek sowieso niet persoonlijk maken, door bijvoorbeeld de persoon van Thierry Baudet te demoniseren.’
Ook na de wereldrevolutie, als eenmaal ‘de dictatuur van het proletariaat’ heerst, hoeven andersdenkenden niet voor hun leven te vrezen, benadrukt Visser. ‘Arbeiders moeten op een democratische manier aan de macht komen. We doen ook gewoon mee aan de regels van democratische politiek.’
Visser verwerpt net als Willem Schinkel de liberale democratie. Maar hij kiest voor een pragmatische strategie. ‘Het parlement is inderdaad een burgerlijke instelling. Wij willen geen burgerlijke democratie maar een arbeidersdemocratie. Toch is het afschaffen van het parlement nu niet aan de orde, want het alternatief is veel erger.’
‘Als je bij de overheid bekendstaat als lastig, dan word je aangepakt’
Repressie
Ook voor de Amsterdamse Frank van der Linde is geweld een no go. Van der Linde is een bekende linkse activist. Hij is nu vooral bekend van zijn idee voor een daklozencamping. Anders dan Socialistisch Alternatief demonstreert hij ook voor culturele en politieke zaken, zoals bijvoorbeeld de Palestijnse zaak en de mensenrechten van de Oeigoeren in China. Hierbij werkt hij ad hoc samen met andere activisten. Maar soms voert hij ook actie in zijn eentje.
Volgens Van der Linde worden linkse activisten actief tegengewerkt door ‘de repressie van de Nederlandse overheid’, die volgens hem ‘gewoon verschrikkelijk’ is. ‘De overheid werkt heel subtiel. Je rechten worden je ontnomen. Je recht op veiligheid, je recht op werk, privacy, enzovoort. Als je bij de overheid bekendstaat als lastig, dan word je aangepakt. Heel veel mensen haken hierdoor af als activist. Dat is ook de bedoeling van de overheid.’
In 2017 kwam Van der Linde in een diepe burn-out, ‘door de repressie en, daarbovenop, politiegeweld’. Hij verbleef een tijd in het buitenland, waar hij in therapie ging, en waar hij herstelde van zijn burn-out. En hoewel het buitenland hem goed deed, kon hij toch niet anders dan terugkeren en zijn strijd voortzetten.
‘Hier is mijn battle. Ik ken de wetten, de cultuur, Nederlands is mijn moedertaal. Daardoor kan ik juist in Nederland veel bereiken. Ik heb een bijstandsuitkering. Het weinige geld dat ik overhoud spaar ik om af en toe naar het buitenland te kunnen om te relaxen, om zodoende nooit meer in een diep gat te vallen.’
Europa werd vanaf de jaren zestig regelmatig opgeschrikt door extreemlinks terroristisch geweld. De bekendste terroristische organisaties waren de Rote Armee Fraktion (RAF) in Duitsland en de Rode Brigades in Italië. In ons land was tussen 1984 en 1993 RaRa (Revolutionaire Anti-Racistische Actie) actief, een extreemlinkse actiegroep die onder andere verantwoordelijk was voor de aanslag op de Makro in Amsterdam in 1985 en op het huis van staatssecretaris van Justitie Aad Kosto in 1991.
Voor Elsevier deed Paul Andersson Toussaint enkele jaren geleden een onderzoek naar RaRa en andere extreemlinkse groeperingen in Nederland. ‘Tijdens mijn onderzoek kwam ik erachter hoeveel aanslagen er door extreemlinks zijn gepleegd. Veel aanslagen haalden het nieuws niet. En daarnaast is er niemand – behalve die jongens van het Rood Verzetsfront – veroordeeld door de rechter.’ Volgens hem kwam dit mede door incompetentie van de Nederlandse politie. ‘Ze deden nauwelijks sporenonderzoek en waren niet goed toegerust voor dit werk. Ze tapten wel telefoons af van RaRa-verdachten, maar de RaRa-terroristen waren wel zo slim om niks telefonisch te bespreken.’
In tegenstelling tot de RAF en de Rode Brigades heeft RaRa niemand vermoord, maar dat is volgens Paul Andersson Toussaint stom toeval. ‘Bij de eerste aanslag, op het monument voor generaal Van Heutz, raakte een jongetje zwaar gewond. En ook bij de aanslagen op het ministerie van Economische Zaken hadden doden kunnen vallen. Er liepen bewakers rond. RaRa waarschuwde altijd als er een aanslag plaats zou vinden, maar de tijd tussen de waarschuwing en de aanslag zelf was soms heel erg kort.’
Een meerderheid van de Turken wil nog steeds dat Turkije lid van de Europese Unie wordt. Dit schrijft de Turkse nieuwssite Diken, die een onderzoek van het opiniebureau Metropoll citeert.
53,7 procent van de ondervraagden hoopt dat Turkije lid van de EU wordt, ook al zijn de onderhandelingen over toetreding bijna tot hun einde gekomen.
De meeste voorstander van toetreding tot de EU zijn te vinden onder de aanhang van de pro-Koerdische HDP. 72,1 procent is voor een EU-lidmaatschap van Turkije. Onder de nationalistische IYI-achterban zijn de minste voorstanders van toetreding tot de EU te vinden (44,7 procent).
Ook de meerderheid van Erdogans AKP (52,8 procent) en de ultranationalistische MHP (51,2 procent) is voor een Turkse toetreding tot de Europese Unie.
Onze site gebruikt cookies en vergelijkbare technologieën onder andere om u een optimale gebruikerservaring te bieden. Ook kunnen we hierdoor het gedrag van bezoekers vastleggen en analyseren en daardoor onze website verbeteren.
Deze website gebruikt cookies om uw gebruikservaring op deze website te verbeteren. Van deze cookies worden cookies aangemerkt als "Noodzakelijk" in uw browser bewaard, deze cookies zijn essentieel voor het functioneren van de website. Bijvoorbeeld het opslaan van uw keuze of u wel of geen cookies wilt hebben. Wij maken ook gebruik van cookies van derde partijen die ons helpen met het analyseren en begrijpen van de gebruik van deze website door u. Deze cookies worden alleen gebruikt als u daar toestemming toe geeft. U heeft ook de mogelijkheid om uzelf uit te sluiten voor deze cookies. Dit zal echter effect hebben op uw gebruikerservaring.
Noodzakelijke cookies zijn absoluut nodig voor het functioneren van de website. De cookies in deze categorie zorgen alleen voor de veiligheid en het functioneren van deze website . Deze cookies bewaren geen persoonlijke gegevens
Deze cookies zijn niet strict noodzakelijk, maar ze helpen de Kanttekening een beter beeld te krijgen van de gebruikers die langskomen en ons aan te passen aan de behoeftes van onze lezers. Hiervoor gebruiken wij tracking cookies. Bij het embedden van elementen vanuit andere websites zullen er door deze sites ook cookies worden gebruikt.