Daags voor de Internationale Dag van de Moedertaal (21 februari) viel in de Volkskrant te lezen hoe de Turks-Nederlandse Enes wordt bestraft voor het uitspreken van zijn moedertaal in zijn Zaandamse klas. ‘Het Nederlands beheersen is voor meer leerlingen op deze school een uitdaging, omdat ze thuis een andere taal spreken en ze die ook op televisie horen, en in de buurt,’ wordt genoteerd.
Juf Marieke Bruin introduceerde een nieuwe disciplineringsregel: ‘Wie in haar klas bewust een volledige zin in een andere taal dan Nederlands of Engels uitspreekt, moet in de pauze binnenblijven en een pagina uit het woordenboek Nederlands overschrijven.’ Enes zegt daarover dat hij het ‘een soort van verdiend heeft’ en ‘een soort van niet’.
Ik moest gelijk aan de met awards bekroonde documentaire On the Way to School (2008) denken. Daar is te zien hoe Turkse docenten bij Koerdische leerlingen de Koerdische taal er proberen uit te rammen. ‘Geen Koerdisch, geen Koerdisch’, blaft de Turkse docent telkens naar zijn Koerdische pupillen.
Na het verschijnen van het artikel in de Volkskrant ontstond gelijk kritiek op de toegepaste methode op de Zaandamse school. Zo meldt directeur Mirjam Blaak van Defence for Children in een ingezonden stuk dat Enes volgens het – door Nederland ondertekende – VN-Kinderrechtenverdrag het recht heeft zijn thuistaal te spreken. Ook tonen verschillende onderzoeken aan dat taaldiscriminatie schadelijke gevolgen kan hebben voor kinderen en hun ontwikkeling.
Kandidaat-Kamerlid Simion Blom van GroenLinks vindt het krom, schrijft hij op Facebook: het spreken van de moedertaal wordt ontmoedigd wanneer de thuistaal Arabisch, Turks of Papiaments is, maar tegelijk wordt tweetalig voortgezet onderwijs gefaciliteerd in het Engels, Frans en Duits. En in een ander ingezonden stuk beklemtonen dr. Ellen-Rose Kambel en Froukje Hoobroeckx juist dat kinderen die hun voorkeurstalen inzetten bij het leren eerder hun volledige taalreservoir en leerpotentieel benutten: ‘Dat versterkt hun cognitieve ontwikkeling en stimuleert het leren van de voertaal.’
‘In Nederland spreken we Nederlands. Als je Turks wil spreken, dan rot je maar op naar Marokko’
Zijn deze mensen roependen in de Nederlandse monoculturele zandbak? Dat lijkt er helaas wel op. Wie aan de Nederlandse taal in het onderwijs komt, die komt aan jarenlange mantra’s van integratie, assimilatie en witte superioriteitsgevoelens. ‘In Nederland spreken we Nederlands. Als je Turks wil spreken, dan rot je maar op naar Marokko.’ Dat is in dit post-Fortuyniaanse tijdperk zo ongeveer de houding, sinds Rita Verdonk in 2004 onderwijs in eigen taal en cultuur heeft afgeschaft.
Het maakte Nederland voor mensen met een migratieachtergrond nog kouder dan het al was. De warmte van de moedertaal werd op de mestvaalt van de multicultuur gegooid. Ik denk dat het mij ergens wel heeft beschadigd, die witte aanval op de multiculturele samenleving. Dat ik er ‘dwars’ door ben geworden, of ‘overgevoelig’ wanneer het over mijn moedertaal gaat, die ik niet zo goed beheers. De angst om Turkse toeristen in Amsterdam welkom te heten in het Turks als je ze voorbij ziet lopen. De twijfel of ik Turks en Nederlands wel mag vermengen, wanneer ik Turks spreek of denk.
Terwijl het allemaal zo leuk begon op de Frederik Hendrikschool in Amsterdam-West, waar onze kleuterjuf Loes het volksliedjeBir Mumdur Iki Mumdur bij gym draaide en we een uur in de week Turkse les kregen van Süleyman Hoca, die volgens mijn vader misschien wel een communist was. Het is allemaal weg nu, of overgenomen door de (vaak religieuze) weekendscholen. Je zou kunnen beweren dat die gure nationalistische wind na Pim Fortuyn de gesegregeerde ‘islamisering’ in Nederland heeft aangewakkerd.
De niet-westerse moedertaal en identiteit is niet welkom in mijn Nederlandse vaderland. Is het alleen Simion Blom (respect!) van GroenLinks die hier tegen protesteert? Of zijn er nog andere partijen die tot 17 maart strijden voor de moedertaal, voor een inclusief taalbeleid en voor meertaligheid als kracht van de multiculturele samenleving? #mymotherlanguagematters
Ruim vierhonderd parlementariërs en Europarlementariërs uit 22 Europese landen hebben een brief gestuurd aan EU-buitenlandvertegenwoordiger Josep Borell en alle Europese ministers van Buitenlandse Zaken. Hierin roepen zij op tot actie tegen Israëls ‘de facto annexatie van de Westelijke Jordaanoever’.
Samen met de Verenigde Staten en landen in de regio moeten er nu concrete stappen worden gezet, vinden de briefschrijvers. Gebeurt dit niet, dan resteert de ‘realiteit van één staat met ongelijke rechten en eeuwigdurend conflict.’
Als voorbeelden van de ‘de facto annexatie’ wijzen de politici op het groeiende aantal door Israël gesloopte Palestijnse huizen en de groei van illegale kolonies op de Westelijke Jordaanoever.
Specifiek worden daarbij de herhaalde sloop van Khirbet Humsah en de kolonisering van Givat Hamatos in Oost-Jeruzalem genoemd. Volgens de opstellers van de brief geeft de ontwikkeling van de kolonie Givat Hamatos, voorheen aangeduid als ‘Europa’s rode lijn’, reden voor ‘bijzonder ernstige bezorgdheid’.
In de brief wordt onder meer aangedrongen op ‘effectieve differentiatie tussen Israël en de nederzettingen’ en extra steun voor met sloop en uitzetting bedreigde Palestijnse gemeenschappen. De EU en Europese landen moeten leiderschap tonen, vinden de politici.
Daarnaast eisen zij actieve Europese steun voor Palestijnse verzoening en verkiezingen in alle Palestijnse gebieden, onder meer zodat het isolement van Gaza beëindigd kan worden.
Vijf Nederlandse politici ondertekenden de brief: Sadet Karabulut (SP), Sjoerd Sjoerdsma (D66), Bram van Ojik (GroenLinks) en twee PvdA’ers: Kati Piri (nu lid van het Europees Parlement, maar ook PvdA-kandidaat voor de Tweede Kamer) en Kamerlid Kirsten van den Hul.
Het Amersfoortse GroenLinks-raadslid Youssef el Messaoudi heeft het op Twitter opgenomen voor partijgenoot Huub Bellemakers uit Nijmegen, die op datzelfde medium Forum voor Democratie met de nazi’s vergeleek.
El Messaoudi heeft op Twitter een foto gedeeld van een reclamezuil met daarop twee posters van Thierry Baudet, allebei voorzien van een Hitler-snorretje. Daarachter, maar veel minder prominent, is een reclamebord te zien voor een zitbank en een voetenbank. ‘Koopje hoor’, aldus El Messaoudi.
Zijn partijgenoot Bellemakers twitterde zondag een foto van een nazi-bijeenkomst op de Grote Markt in Nijmegen. Met daarbij de tekst: ‘Foto van Forum voor Democratie in Nijmegen vanuit een andere hoek’, doelend op het feit dat partijleider Thierry Baudet die dag in Nijmegen op verkiezingscampagne was.
Na wat commotie bood Bellemakers toen zijn excuses aan. GroenLinks-leider Jesse Klaver noemde de tweet ‘volstrekt onacceptabel’. Maar de GroenLinks-fractie in Nijmegen, die Bellemakers eind maart zou gaan versterken wegens een zwangerschap van een raadslid, stelt vandaag dat Bellemakers nog steeds welkom is.
‘Tja. Huub, ik had dit kunnen zijn’, twitterde El Messaouidi gisteren over de zaak-Bellemakers. ‘Zie de ernst en de ophef niet.’
Wegens ‘grondige misverstanden’ in verschillende dossiers heeft Marokko alle contacten met de Duitse ambassade in Marokko opgeschort.
In een brief hekelt de Marokkaanse buitenlandminister Nasser Bourita (foto, rechts) onder meer de Duitse wapenleveranties aan Algerije, dat de separatistische beweging Polisario steunt. Polisario strijdt voor een onafhankelijke Westelijke Sahara tegen Marokko, dat dit gebied claimt.
Duitsland heeft kritiek op de recente Amerikaanse beslissing om de soevereiniteit van Marokko over de Westelijke Sahara te erkennen, in ruil voor de erkenning van Israël door Marokko. Ook dit schoot Marokko in het verkeerde keelgat.
Daarnaast hebben verschillende Duitse NGO’s in Marokko ruzie met Marokko hun vermeende sympathie tegenover tegenstanders van de Marokkaanse regering.
Alle Marokkaanse ministeries moeten hun contacten met de Duitse ambassade en andere Duitse instanties in het land opschorten, aldus minister Bourita.
In december zei Bourita nog dat de bilaterale relaties tussen Duitsland en Marokko uitstekend waren. Berlijn besloot Marokko toen met 1,4 miljard euro te steunen om de coronapandemie te bestrijden.
Vandaag verschijnt bij uitgeverij Atlas Contact de internationale bestseller Witte suprematie en ik van de Afro-Britse schrijfster Layla F. Saad. Bijgaand start de uitgeverij aanstaande zaterdag de cursus ‘Witte suprematie & ik’.
‘Deelnemers maken kennis met het boek en Saads methode om de witte suprematie in zichzelf te herkennen’, aldus de uitgeverij. ‘Veel (witte) mensen willen bijdragen aan het antiracisme, maar weten niet goed waar te beginnen. Ze hebben vragen als: Wat kan ik zelf doen om bij te dragen aan het antiracisme? Hoe word ik een goede bondgenoot? Hoe praat ik met anderen over racisme?’
Deelnemers aan de cursus krijgen vanaf zaterdag een week lang een nieuwsbrief met reflectieopdrachten. In het laatste weekend ontvangen deelnemers een terugblik met tips voor het voortzetten van hun werk.
Atlas Contact: ‘Deelname aan deze challenge zorgt voor een volgende stap in het antiracisme: niet alleen erover lezen, maar middels de reflectievragen zelfonderzoek doen. Dit kan confronterend zijn, voor deelnemers en anderen. Om deze reden is de challenge volledig anoniem en worden deelnemers verzocht terughoudend te zijn over hun bevindingen op sociale media.’
In het boek Witte suprematie en ik legt de Afro-Britse schrijfster Layla Saad uit wat centrale begrippen in het huidige antiracistische discours precies betekenen, zoals’ wit privilege’, ‘witte fragiliteit’ en ‘witte apathie’, en waarom bijvoorbeeld ‘kleurenblindheid’, culturele toe-eigening en ‘tokenisme’ problematisch zijn.
Eergisteren dook een fragment op van een groep Marokkaans-Nederlandse jongeren (foto) die over-en-weer racistische opmerkingen maken op Clubhouse, een nieuw sociaal medium dat draait om audioberichten. Hun anti-zwarte uitspraken zorgen nu voor commotie op social media, niet in de laatste plaats op Clubhouse zelf.
‘Gadverdamme, walg echt van zulke mensen. Zetten ons geloof voor schut’, aldus een islamitische twitteraar. ‘Moge Allah hun vergeven en leiden.’
‘Wij mocro’s moeten elkaar coachen als we zien dat een van ons racistisch is’, deelt de Marokkaans-Nederlandse rapper YS op zijn social mediakanalen. ‘Ik weet niet wie jullie heeft verteld dat dit normaal is, maar als Wilders racistisch doet ga je bijna huilen en zelf doe je precies hetzelfde.’
Ook de Somalisch-Nederlandse imam Mohamed Abdulahi, tevens Kamerkandidaat voor de islamitisch geïnspireerde partij Nida, heeft gereageerd. Hij werd vanwege zijn zwarte huidskleur ook vaak uitgescholden door Marokkaans-Nederlandse jongeren, zegt hij op Facebook.
Abdulahi: ‘Jullie hebben mij geraakt, oprecht in mijn hart geraakt.’ Moslims discrimineren elkaar niet, vindt Abdulahi: ze vormen één familie. Op de Kanttekening vroeg Abdulahi samen met enkele medemoslims vorig jaar aandacht voor racisme binnen de moslimgemeenschap.
Clubhouse is een nieuw sociaal medium dat niet draait om tekst of beeld, maar om audio. De app is opgedeeld in zogeheten ‘rooms’, waarin mensen elkaar kunnen bellen en andere mensen – openbaar of op uitnodiging – kunnen meeluisteren. Toehoorders kunnen virtueel hun hand opsteken, waarna ze door de bellers kunnen worden uitgekozen om mee te praten.
Als gevolg van alle commotie stonden veel rooms op Clubhouse gisteravond in het teken van racisme, soms met wel duizenden toehoorders.
De coronacrisis ligt als een deken over de wereld, terwijl de vluchtelingencrisis voortduurt. Hoewel migratie van alle tijden is, ligt er geen overzichtelijk antwoord klaar op de beweging van mensen die nu naar veiligheid zoeken. Politieke partijen schipperen tussen het VN-Vluchtelingenverdrag, quota en begrippen als ‘grip’ en ‘draagvlak’. De Kanttekening dook in de verkiezingsprogramma’s van vijf potentiële regeringspartijen met de vraag: welke oplossingen geeft de partij voor de huidige vluchtelingencrisis?
VVD: Opvang in Nederland is geen recht maar een gunst
De VVD is een fervent pleitbezorger van opvang in de regio, bij voorkeur als deze opvang op een ander continent is. Het verkiezingsprogramma uit 2017 zegt asielaanvragen in Europa daarmee zelfs overbodig te maken. Twee vliegen in één klap, want zo voorkomt opvang in de regio dat mensen dagelijks verdrinken op de Middellandse Zee, aldus de VVD.
Die theorie kwam de afgelopen jaren niet uit. Een foto van een uitpuilende rubberboot vol vluchtelingen in het VVD-programma van 2021 herinnert de lezer eraan dat vluchtelingen het risico nog steeds nemen. Maar de zoektocht van de liberalen naar oplossingen is verschoven van de veiligheid van de bootvluchteling naar de grensbewaking van Nederland.
De afkeurende toon van de VVD jegens vluchtelingen is een constante. In 2017 klonk de kritiek in het verkiezingsprogramma: ‘Grote groepen migranten die hier tegelijkertijd komen, integreren over het algemeen niet. Zij zonderen zich juist af van onze maatschappij. (…) Zitten er tussen al die mensen (…) mogelijk terroristen die hier aanslagen gaan plegen? Hoelang duurt het nog voordat de intolerantie en haat uit het Midden-Oosten zich ook in onze samenleving nestelt?’
Vier jaar later stelt de partij: ‘Geboden opvang in Nederland is geen recht maar een gunst. In ruil daarvoor verwachten we dat nieuwkomers meedoen aan een vrije samenleving. Anders ben je beter af op een ander continent.’
In Europa wil de VVD een mini-Schengenzone met strikte grenscontroles, voor het geval dat de ‘migratiedeals’ of opvangcentra aan de Europese buitengrenzen te wensen overlaten. Als deze afzonderlijke grenscontroles onmogelijk blijken, wil de partij de mogelijkheid hebben om Nederlandse grenzen te sluiten voor migranten en hun recht op asielaanvragen op te schorten.
Hoe verhoudt dat zich tot het VN-Vluchtelingenverdrag? In 1956 sloot Nederland zich hierbij aan, een verdrag dat deelnemende landen verbiedt om vluchtelingen terug te sturen naar een land waar ze gevaar lopen. In de Europese Unie gaan deelstaten hier verschillend mee om: die ruimte nemen landen momenteel.
Mocht het idee van de mini-Schengenzone toch botsen met het VN-verdrag, dan wil de VVD het internationale verdrag aanpassen. Het doel? De verplichte opvang van mensen in nood begrenzen tot het continent waar de vluchteling vandaan komt. Nederlands geld kan besteed worden aan regionale opvang met speciale voorzieningen voor de allerkwetsbaarsten zoals minderjarigen. De VVD zegt hen te willen helpen ‘zoals Nederland dit nu ook met vluchtelingenkinderen in Griekenland doet’.
Betekent dit verkiezingsprogramma dat de VVD een manier zoekt om nul vluchtelingen op te hoeven nemen in Nederland, zoals ze ook in het programma uit 2017 noemden? De partij draait het om en wil zelf mensen uitnodigen uit de regionale opvangkampen. Mensen die wij zelf ‘willen’, ‘bijvoorbeeld op basis van taal- en opleidingsniveau en affiniteit met een vrije samenleving.’
CDA: Draagvlak en spankracht in Nederland eerst
De christendemocraten willen de migratiestromen naar Nederland afstemmen op draagvlak en ‘spankracht’ in onze samenleving. Net als de VVD zoekt het CDA naar ‘grip’ op migratie, in plaats van migratie te beschouwen als een fenomeen dat ons ‘overkomt’. De partij kijkt net als de VVD kritisch naar internationale afspraken zoals het VN-vluchtelingenverdrag om hedendaagse migratiestromen in te dammen.
Dat draagvlak prevaleert boven andere waarden, blijkt uit de omgang met vluchtelingenkinderen in nood, een groep die volgens de CDA-verkiezingsprogramma’s – in 2017 en in 2021 weer – altijd hulp en bescherming verdient. De Moria-deal ligt nog vers in het geheugen. Ook de laatste Kamermotie uit februari om meer kinderen uit de kampen te halen verwierp het CDA unaniem met een hoofdelijke stemming.
Syrische vluchtelingenkinderen krijgen les in een tent van UNICEF, in het noorden van Libanon (Beeld: Wikimedia Commons / Russel Watkins)
In het programma van 2017 licht de partij nog toe: ‘Veel mensen in ons land schipperden tussen de behoefte aan barmhartigheid aan de ene kant en begrijpelijke zorgen over de aantallen, de opvang en integratie aan de andere kant.’
Was er een gebrek aan draagkracht dan wel aan spankracht in de Nederlandse maatschappij? Volgens een onderzoek uit januari van het Kieskompas is 44 procent van de Nederlanders het er (helemaal) mee eens dat Nederland meer asielzoekers moet overnemen als Griekenland daar om vraagt. 39 procent is het (helemaal) oneens. 17 procent is neutraal.
Om soortgelijke dilemma’s te voorkomen heeft het CDA een aantal plannen voor de toekomst opgesteld. Het hier en nu – zoals de toestand in Griekse vluchtelingenkampen – blijft buiten beschouwing. In plaats daarvan wil de partij een internationaal verdrag dat herkomstlanden verplicht om vluchtelingen terug te nemen wanneer het asielrecht hier vervalt. In 2017 keek het CDA ook al over grenzen heen voor oplossingen en stond er in het programma dat het VN-Vluchtelingenverdrag niet geschreven is op de hedendaagse vluchtelingenstromen.
Voor Nederland ziet het CDA een rol weggelegd om een nieuw Europees vluchtelingenbeleid neer te zetten. Daarbij wil de partij strenge Europese buitengrenzen met humane opvangmogelijkheden. In plaats van uitzichtloze kampen in de regio pleit het CDA voor ‘asielsteden’ met goed onderwijs en economische activiteiten.
Ten slotte pleit het programma uit 2021 voor financiële beloningen en straffen voor EU-lidstaten die wel of niet meewerken aan een Europees vluchtelingenbeleid.
PvdA: Haal migratie uit de taboesfeer
Net als vier jaar geleden draagt PvdA solidariteit uit met de internationale vluchtelingencrisis. Humane opvang weegt zelfs zwaarder dan de banden met Europese landen die geen opvang willen bieden. De afgelopen jaren leerden dat afspraken binnen de EU geen garantie bieden voor een goed werkend opvangsysteem. Daarom gaat de PvdA in het huidige verkiezingsprogramma een stapje verder.
In 2017 klonk het verkiezingsprogramma nog gematigd: ‘Het vluchtelingenvraagstuk is een Europees vraagstuk dat een gezamenlijke Europese oplossing vereist.’ Landen die niet zouden meewerken zouden minder subsidie ontvangen uit de EU-gelden. Hier doet de PvdA inmiddels een schepje bovenop: inwoners van de landen die afspraken verzaken omtrent vluchtelingenopvang, verliezen het recht om door het Schengen-gebied te reizen. Bovenop de gekorte subsidies. Solidair? Alleen binnen een aparte Europese coalitie van landen die wél openstaan om vluchtelingen op te vangen.
Maar de PvdA kijkt niet alleen over eigen grenzen heen. In Nederland wil de partij ruimhartig bescherming bieden aan ‘vluchtelingen die om humanitaire of politieke redenen hun land moesten verlaten’. Concreet betekent dit dat vijfhonderd vluchtelingen uit Griekenland welkom zijn in Nederland. Verder wil de PvdA een grotere groep kwetsbare vluchtelingen opnemen zoals vrouwen, kinderen en LHBTI’ers, door meer geld bij te dragen aan de UNCHR. Deze VN-vluchtelingenorganisatie komt geld tekort om handen en voeten te geven aan voldoende vluchtelingenopvang, stelt Amnesty International.
Het verkiezingsprogramma uit 2021 is praktischer van toon dan het stuk uit 2017, toen de nadruk lag op oorzaken van vluchten zoals oorlog, honger en extreme ongelijkheid. Inmiddels is de boodschap dat migratie erbij hoort als een fenomeen van alle tijden. ‘Haal migratie uit de taboesfeer’, luidt de partij. We kunnen er toch niet omheen. Zeker niet wanneer we het VN-Vluchtelingenverdrag respecteren, een afspraak die ‘recht overeind staat’, aldus de PvdA anno nu.
Opvallend ten opzichte van de andere partijen is dat de PvdA geen koehandel wil tussen Nederland en herkomstlanden. Handelsafspraken, subsidieregelingen en ontwikkelingshulp mogen geen reden zijn om vluchtelingen te beschermen of terug te sturen, maar moeten op zichzelf staande hulpstromen zijn. De markt mag hierin geen rol spelen, humaniteit wel.
D66: Van 500 naar 5000 vluchtelingen per jaar
D66 verschuift van de vraag waarom we vluchtelingen moeten opnemen, naar de vraag hoe Nederland dat gaat doen. Het verkiezingsprogramma heeft zich in de afgelopen vier jaar ontwikkeld van een morele wijsvinger naar knip en klare oplossingen.
Voordat D66 in 2017 van wal stak over mogelijkheden voor vluchtelingenopvang, besteedde het eerst aandacht aan het vluchtelingendebat. De toon was ‘heftig, soms te heftig’. In één A4 oreerde de partij dat onze samenleving meer nieuwkomers aan kan dan sommigen denken. Bovendien zouden wij dezelfde migratiebewegingen maken als zij, als wij in een land leefden met uitzichtloze armoede, voedselgebrek of corrupte overheden. D66 sprak van een ‘dure medemenselijke plicht’ om de deur open te houden voor deze mensen en pleitte voor een verhoging van het UNHCR-quotum, de norm van 500 vluchtelingen die Nederland per jaar opneemt.
Vier jaar later spreekt D66 zich preciezer uit in haar wensen. In plaats van 500 wil D66 het quotum ophogen naar 5000 per jaar, tien keer zoveel dus. Daarmee geeft de partij concreet invulling aan de breed gedragen wens op links om het VN-Vluchtelingenverdrag na te leven. Dit is de D66-manier om grip te krijgen op vluchtelingen. Door zelf vluchtelingen door te laten stromen met behulp van de UNHCR wil de partij illegale vluchtroutes voorkomen en veilige migratie ondersteunen.
Een andere manier om mensen op te vangen is volgens D66 ‘private hervestiging’. Daarbij organiseren en betalen particulieren en organisaties de integratie van vluchtelingen. D66 wil dit door middel van pilots verder onderzoeken.
Op korte termijn wil de partij de situatie op de Griekse eilanden verlichten door kwetsbare asielzoekers uit Griekse kampen op te nemen en hen in Nederland de asielprocedure te laten doorlopen. We moeten ons als Nederland inzetten voor ‘nieuwe relocatieafspraken op Europees niveau’.
Tot slot uit ook D66 zich kritischer op Europese samenwerking dan een regeringsperiode terug. Sprak de partij vier jaar geleden nog van financiële beloningen voor Europese landen die méér mensen opnemen dan afgesproken, inmiddels noemt het verkiezingsprogramma dat Europese vervolgafspraken ook mogelijk zijn zonder Hongarije, Polen, Slowakije en Tsjechië. Wederom een praktische houding ten opzichte van het Europese gemodder van de afgelopen jaren.
GroenLinks: Griekse kampen zijn een schandvlek
Wie de vluchtelingencrisis als volgt omschrijft – ‘Vanuit verschrikkelijke omstandigheden hebben ze [mensen op de vlucht, red.] geen andere keuze dan huis, familie, vrienden, carrière en dromen achter te laten en op een andere plek bescherming te zoeken’ – kan niet anders dan zelf de handschoen op te pakken. GroenLinks wil dan ook een voortrekkersrol in de vluchtelingenopvang.
Het quotum van 500 vluchtelingen per jaar moet omhoog, al hangt de partij er geen nieuw getal aan zoals D66. Andere maatregelen leunen meer op de procedures: Er moet één minister komen die verantwoordelijk wordt voor ‘alles wat samenhangt met migratie’, die bij wijze van uitzondering verblijfsvergunningen mag verlenen aan schrijnende gevallen.
Verder wil GroenLinks investeren in de IND zodat asielzoekers binnen zes maanden uitsluitsel krijgen. Kinderen krijgen voorrang en er komt meer aandacht voor kwetsbare groepen die asiel aanvragen. Voor LHBTI’ers geldt dat hun ‘zelfidentificatie’ voortaan leidend moet zijn in hun beoordeling, in plaats van de IND die iemand beoordeelt op sekse en geaardheid. Duidelijk is dat Nederland zijn luisterend oor moet inzetten naar vluchtelingen toe, in plaats van vice versa.
Over de Griekse opvangkampen is GroenLinks helder: het is een ‘schandvlek’ die zo snel mogelijk moet verdwijnen door zelf mensen op te vangen. GroenLinks stelt zich autonoom op en wil zich niet verschuilen achter Europese landen die verzaken, maar zoekt welwillende landen op om een eerlijke verdeling mee op poten te zetten. De partij wil dat Nederland een voortrekkersrol op zich neemt, waarbij het programma ook vermeldt dat we nieuwe Griekse toestanden moeten voorkomen.
De vraag ‘Hoe dan?’ blijft staan, maar al met al is het beknopte verkiezingsstuk concreter dan in 2017. Eén boodschap blijft constant overeind: ‘We sturen niemand terug naar een land waar het niet veilig is.’ Daarmee zijn we eigenlijk weer terug in 1951, toen de Verenigde Naties exact deze afspraak opstelden in het VN-Vluchtelingenverdrag.
Bij ongedocumenteerde migranten is de verblijfsvergunning verlopen, is er geen paspoort of is de asielaanvraag geweigerd. Ze kunnen om verschillende redenen niet terug naar hun land van herkomst en blijven hier plakken, maar maken geen aanspraak op sociale voorzieningen. Organisaties als stichting Between Borders Amsterdam proberen om toch wat voor deze groep te betekenen.
Maria del Mar de Vries (foto), bestuurslid bij Between Borders Amsterdam, trekt zich het lot van ongedocumenteerde migranten zeer aan. ‘Onze activiteiten vormen geen totaaloplossing, maar wel een bijdrage. We vertellen op allerlei manieren hun verhaal of laten ongedocumenteerde migranten zelf hun verhaal doen, voor zover ze dat zelf willen’, zegt zij.
Maria del Mar de Vries (Beeld: Graciëlla Owen)
Ongedocumenteerden leiden een onzeker bestaan. Ze zijn dakloos of hebben geen vaste woon- of verblijfplaats. Een plek in een kraakpand betekent dat het onderkomen elk moment ontruimd kan worden.
‘Ik ken mensen die al twintig jaar in Nederland wonen en afkomstig zijn uit oorlogsgebieden. Soms is hun asielverzoek meerdere malen afgewezen. Ze spreken perfect Nederlands en zijn goed ingeburgerd, maar wonen in een kraakpand.’
Voor deze ongedocumenteerde migranten organiseert Between Borders Amsterdam evenementen waar kunst, muziek en koken centraal staan. ‘Ik weet niet of we het verschil maken, maar we proberen het onze doelgroep iets minder moeilijk te maken’, aldus De Vries.
‘Ze spreken perfect Nederlands en zijn goed ingeburgerd, maar wonen in een kraakpand’
Op de website van Between Borders staan foto’s die door migranten zijn gemaakt en worden verkocht. De opbrengst is voor de volle 100 procent voor de gelegenheidsfotografen. Het zijn niet altijd beelden waar je vrolijk van wordt, maar het zijn foto’s die hun belevingswereld weergeven. Voor de één betekent dit een foto onderweg naar de opvang, voor een ander het verblijf in een kraakpand.
Daarnaast organiseert Between Borders Amsterdam kookbijeenkomsten. Hiervoor koken ongedocumenteerde migranten eten voor gasten die een lekkere maaltijd komen nuttigen. Het bedrag dat daarvoor wordt opgehaald is voor de migranten.
Als gevolg van de coronapandemie werd het helaas onmogelijk om met deze bijeenkomsten door te gaan. Gelukkig is er een creatieve oplossing voor gevonden en bezorgt de stichting nu ook lekkernijen op bestelling, zoals Soedanese truffels gemaakt door ongedocumenteerden.
‘Onze achterban bestaat grotendeels uit moslims’, vertelt De Vries. Voor hen had zij tijdens de ramadan, die dit jaar in april zal plaatsvinden, graag een een iftar willen organiseren, die in het Nelson Mandelapark in de Bijlmer zou moeten plaatsvinden. Maar corona gooide roet in het eten. Daarom heeft de stichting plannen om tijdens de ramadan ook maaltijden aan vluchtelingen en andere kwetsbare groepen te bezorgen. ‘Uiteindelijk is de ramadan een tijd van verbroedering’, zegt De Vries.
Muzikant Cyriague tijdens een bijeenkomst van Between Borders Amsterdam pre-corona (Beeld: Rob Godfried)
Strenge IND
Er zijn mensen die vinden dat het onzin is om activiteiten voor deze doelgroep te organiseren, aldus De Vries. ‘Ze’ moeten ‘gewoon’ uitgezet worden, hoort zij hen dan zeggen. De Vries kent deze discussies maar al te goed en heeft haar weerwoord klaar.
‘Er zijn heel veel plekken op de wereld die gevaarlijk zijn en waar het onveilig is voor veel mensen. Helaas neemt de IND niet alle problemen serieus. Neem Soedan. Iemand die daar naartoe terug wordt gestuurd, kan verminkt, gemarteld en vermoord worden. Ik ken een man uit Soedan wiens neef naar dit land terug moest. Hij is gemarteld en zijn vader is vermoord door gewapende militanten.’
Volgens De Vries is de procedure voor vluchtelingen om in Nederland asiel aan te vragen, ontworpen om mensen af te stoten. ‘De IND is heel erg streng. Twee collega’s bij Between Borders hebben het hele proces verschillende keren doorlopen. In hun cultuur is het netjes om iemand niet in de ogen aan te kijken, terwijl dit in onze cultuur overkomt als ‘niet deugen’. Kleine dingen zoals oogcontact kunnen je lot bepalen.’
Veel buitenstaanders denken dat vluchtelingen via vliegvelden ons land bereiken, gaat De Vries verder. In de meeste gevallen bereiken ze Nederland juist per schip. De reis is vaak heel gevaarlijk, vooral voor alleenreizende vrouwen.
‘Na aankomst worden de vluchtelingen gearresteerd. Vervolgens worden de ongedocumenteerde mensen bij de Vreemdelingenpolitie in de cel gezet en onder druk gezet om terug te gaan. Overigens mag dit niet als een vluchteling in levensgevaar is. De angst om te worden uitgezet gaat nooit weg.’
‘Niemand in de politiek lijkt zich om deze groep te bekommeren, zeker niet in Europees verband’
Dat blijkt uit de ervaringen van een van de bestuursleden van Between Borders Amsterdam. Adam doet zijn verhaal vaak tijdens de bijeenkomsten die de stichting organiseert. Zelf heeft hij, na heel lang proberen, een verblijfsvergunning gekregen. Maar hij kent het leven op straat dat veel ongedocumenteerde migranten leiden. Er zijn ook vluchtelingen die zichzelf uit pure wanhoop van het leven hebben beroofd.
De Vries: ‘Gelukkig is er wel een verbond dat We Are Here heet. Ongedocumenteerde migranten hebben zich verenigd om op te komen voor het recht op een dak boven hun hoofd.’
Verder bestaat de doelgroep van Between Borders Amsterdam uit economische migranten. Zij willen niet zozeer weg uit hun land, maar ze voelen zich ertoe gedwongen omdat ze daar niet of nauwelijks rondkomen, vertelt De Vries. Mensen die uit onder meer Brazilië zijn gevlucht leven in Amsterdam op straat.
‘Senegal is een ander voorbeeld. Daar wonen vooral vissers die amper meer kunnen werken, omdat op grond van internationale afspraken Europese bedrijven de zee leeg mogen vissen. Toch luidt de logica van de IND dat ze dan ‘niet hier naartoe moeten komen’. De realiteit is dat groepen Afrikaanse ongedocumenteerde vluchtelingen in Amsterdam op straat leven. Gelukkig steunen ze elkaar waar mogelijk.’
Om ongedocumenteerden te helpen is Between Borders een jaar geleden opgericht, maar het werk wordt al veel langer gedaan. ‘Door toeval ben ik hierbij betrokken geraakt’, zegt De Vries. ‘Ik had misschien ook de politiek in kunnen gaan, maar ik heb voor deze weg gekozen. Niemand in de politiek lijkt zich om deze groep te bekommeren, zeker niet in Europees verband. Dat is een slechte zaak. Er komen wel eens politici kijken, die beloven iets te doen. Maar na de verkiezingen zijn ze hun beloftes ‘opeens’ weer vergeten. Ik geloof meer in de kracht die uitgaat van vrijwilligers. Die is veel sterker.’
Vrouwen in Iran mogen, als ze getrouwd zijn, niet zonder toestemming van hun man alleen reizen. Nadat de Iraanse skiester Samira Zargari zich er onlangs over beklaagde dat ze van haar man niet naar Italië mocht om aan het WK mee te doen, kreeg ze veel bijval van andere vrouwen op social media.
Zo schreef de Iraanse dichteres Zahra Abdi op Twitter: ‘Het is onmogelijk voor een samenleving om stappen richting de toekomst te zetten als de handen en voeten van de helft van de mensen vastgebonden zijn. Dit wordt goed begrepen door de ontwikkelde landen en het is de reden waarom zij discriminerende wetten tegen vrouwen bestrijden.’
Vrouwenrechtenactivisten zetten ook een petitieactie op, die in korte tijd door meer dan 50.000 mensen werd ondertekend.
‘De basis van het familierecht in Iran is dat de man alle rechten heeft’, vertelde een anonieme Iraanse advocaat aan de Amerikaanse tv-zender ABC News. ‘Elke vrouw die ook maar iets van haar rechten terug wil, moet vechten tegen de bierkaai en dat voor de rechtbank bewijzen.’
Vooralsnog geeft de Iraanse regering geen krimp. Een woordvoerder twitterde dat vrouwen in noodgevallen de rechtbank kunnen vragen om de beslissing van hun echtgenoot te herzien. Dit kan echter alleen nadat een rechter ervan overtuigd is dat de reis ‘noodzakelijk’ is, en zelfs dan zou de vrouw slechts ‘op borgtocht’ mogen vertrekken.
China en India zijn van plan om coronavaccins naar de Westbank en de Gazastrook te sturen. Dit schrijft de Israëlische krant the Jerusalem Post.
‘China heeft besloten om COVID-19 vaccins te doneren aan Palestina’, zei ambassadeur Geng Shuang tijdens een topontmoeting van de VN-Veiligheidsraad om het Israëlisch-Palestijnse conflict.
Ook Nagaraj Naidu, de afgevaardigde van India, gaf aan dat zijn land voor vaccins voor de Palestijnen zal zorgen. Hij zei dat gelijke toegang tot vaccins belangrijk is om de coronapandemie te bestrijden.
Op de vaccinstrategie van Israël is veel kritiek, onder meer vanuit mensenrechtenorganisaties. Het merendeel van Israël is als gevaccineerd, maar het land heeft vrijwel niets gedaan voor de Palestijnen.
Door voor de Palestijnen op te komen maken China en India internationaal een goede beurt, vooral bij islamitische landen. Tegelijkertijd klinkt op beide landen internationaal steeds meer kritiek vanwege hun houding tegen moslims binnen de eigen grenzen.
Zo blijft China doorgaan met het onderdrukken van de Oeigoeren, op zo’n schaal dat het Nederlandse parlement dit nu tot een genocide heeft verklaard. En ondertussen onderdrukt India de overwegend islamitische staat Kashmir, maakte het land plotsklaps twee miljoen moslims stateloos en introduceerde het een wet die toelating voor migranten versoepelde – behalve voor moslims.
Onze site gebruikt cookies en vergelijkbare technologieën onder andere om u een optimale gebruikerservaring te bieden. Ook kunnen we hierdoor het gedrag van bezoekers vastleggen en analyseren en daardoor onze website verbeteren.
Deze website gebruikt cookies om uw gebruikservaring op deze website te verbeteren. Van deze cookies worden cookies aangemerkt als "Noodzakelijk" in uw browser bewaard, deze cookies zijn essentieel voor het functioneren van de website. Bijvoorbeeld het opslaan van uw keuze of u wel of geen cookies wilt hebben. Wij maken ook gebruik van cookies van derde partijen die ons helpen met het analyseren en begrijpen van de gebruik van deze website door u. Deze cookies worden alleen gebruikt als u daar toestemming toe geeft. U heeft ook de mogelijkheid om uzelf uit te sluiten voor deze cookies. Dit zal echter effect hebben op uw gebruikerservaring.
Noodzakelijke cookies zijn absoluut nodig voor het functioneren van de website. De cookies in deze categorie zorgen alleen voor de veiligheid en het functioneren van deze website . Deze cookies bewaren geen persoonlijke gegevens
Deze cookies zijn niet strict noodzakelijk, maar ze helpen de Kanttekening een beter beeld te krijgen van de gebruikers die langskomen en ons aan te passen aan de behoeftes van onze lezers. Hiervoor gebruiken wij tracking cookies. Bij het embedden van elementen vanuit andere websites zullen er door deze sites ook cookies worden gebruikt.