18.4 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 708

Arbeidsmigranten aller landen, verenigt u!

3

Wat is de politieke kracht van arbeidsmigranten en hoe kunnen ze zich mobiliseren? Het is een vraag die in deze coronatijd relevant is geworden.

Een recente publicatie van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) laat zien dat arbeidsmigranten relatief zwaar worden getroffen door COVID-19. In de eerste week van de pandemie stierven er 3.600 Nederlanders met een migratieachtergrond. Daarmee was de oversterfte onder deze groep maar liefst 50 procent. Onder de autochtone Nederlanders lag dat op 40 procent. Oversterfte is trouwens het verschil tussen het aantal doden dat je onder normale omstandigheden zou verwachten en het werkelijke aantal doden.

Wat is er eigenlijk aan de hand? Om dit te snappen moeten wij eerst de precaire positie van arbeidsmigranten doorgronden, ook voor de crisis.

Kijk maar naar de slachthuizen, waar zo’n tachtig procent van de werknemers arbeidsmigrant is. Ze worden in speciale overvolle busjes naar slachthuizen gebracht, om na de dienst naar hun overvolle huisjes terug te keren. Terwijl de wereld op slot ging en veel mensen thuis gingen werken bleven deze arbeiders naar de slachthuizen gaan, zodat anonieme carnivoren van hun biefstukjes en hamburgers konden blijven genieten. Het resultaat is dat deze mensen harder getroffen worden dan andere groepen. En dat verklaart ook deels de CBS-cijfers.

Het is overigens niet een louter Nederlands probleem. Ook in Duitsland, de Verenigde Staten, Canada en andere landen zijn arbeidsmigranten extra kwetsbaar. En het probleem is veel breder dan de vleesindustrie: arbeidsmigranten doen over de hele wereld werk waar autochtonen – vaak – niet zo veel zin in hebben.

Praat niet alleen over arbeidsmigranten, maar ook mét ze

In distributiecentra, in de landbouw, in volle fabrieken: zonder het werk van de arbeidsmigranten zou de wereldeconomie plat liggen. Lege supermarkten. Geen biefstukje. Geen pakketje van Zalando. Maar er is nog steeds geen echte organisatie die voor de belangen van arbeidsmigranten opkomt.

Dit heeft een verklaring. De politieke en juridische verankering van rechten wordt nog steeds nationaal ingevuld. Globalisering en verdere Europese integratie veronderstellen vrij verkeer van goederen, geld, ideeën en mensen, maar als een arbeidsmigrant zijn land verlaat wordt hij niet ineens burger van het nieuwe land. In feite verliezen arbeidsmigranten veel van hun rechten als ze hun moederland verlaten.

Dat verklaart ook waarom arbeidsmigranten over de hele wereld bereid zijn om onder de meest gevaarlijke omstandigheden te werken. Vakbonden komen niet voor hen op, omdat deze organisaties zich in de eerste instantie richten op de belangbehartiging van binnenlandse werknemers. Het is geen geheim dat vakbonden, net als sommige partijen die zich socialistisch noemen, de arbeidsmigrant eigenlijk als een probleem zien. De arbeidsmigrant is de concurrent van de arbeider van eigen bodem.

Begin mei heeft minister van Sociale Zaken Wouter Koolmees namens het kabinet Emile Roemer als speciale gezant benoemd, die de kwetsbare positie van arbeidsmigranten in deze coronatijden moet onderzoeken. De coronacrisis maakt de arbeidspositie ‘alleen maar pregnanter’, onderstreepte de minister terecht. Roemer moet het probleem aankaarten bij werkgevers en met een groep ambtenaren maatregelen bedenken om de positie van arbeidsmigranten echt te beschermen.

Roemers partijgenoot Lilian Marijnissen presenteerde eind vorig jaar samen met Gert-Jan Segers van de ChristenUnie het ‘Actieplan Arbeidsmigratie’. Het werd deze week door de Tweede Kamer behandeld. An sich een goede zaak. Hoewel dit actieplan helaas een nationalistisch karakter heeft en de grenzen wil sluiten voor meer arbeidsmigranten, onderkent het SP/CU-initiatief de precaire positie van arbeidsmigranten.

Het is te hopen dat relevante politieke actoren – net als Koolmees, Roemer, Marijnissen en Segers – inzien dat arbeidsmigranten niet producten zijn, maar mensen van vlees een bloed. Praat niet alleen over ze, maar ook mét ze. Arbeidsmigranten aller landen, verenigt u!

Marokko: acteur opgepakt om dronken video over ‘kroeg van de moskee’

0

De Marokkaanse politie heeft acteur Rafik Boubker gearresteerd op beschuldiging van blasfemie. Dit schrijft Morocco World News.

In een video op social media bekritiseerde Boubker het feit dat de moskeeën in Marokko weer open zijn, maar de cafés nog steeds zijn gesloten.

‘We zijn bij de moskee omdat de kroegen gesloten zijn vanwege de lockdown. De kroeg van de moskee’, zei Boubker. De acteur was in beschonken toestand toen hij zijn video maakte. Hij werd vergezeld door enkele van zijn vrienden.

De video zorgde voor veel ophef in Marokko. Hoewel Boubker in een tweede video zijn excuses aanbood voor zijn eerste filmpje, werd hij toch opgepakt door de politie. De acteur wordt van godslastering beschuldigd.

In zijn tweede video benadrukte Boubker dat hij de islam nooit wilde beledigen. Hij gaf toe dat hij in het eerste filmpje onder invloed was van alcohol. Boubker zei erbij dat hij een moslim is en altijd zal blijven.

Hulpverleners waarschuwen: door corona meer illegale migranten op straat

0

Als gevolg van de coronacrisis hebben ongedocumenteerden in Rotterdam het extra moeilijk. Katja van Nimwegen van Stichting Rotterdams Ongedocumenteerden Steunpunt (ROS) trekt aan de bel. ‘Er belanden nu extra mensen op straat, omdat ze nergens heen kunnen’, zegt ze tegen RTV Rijnmond.

In Rotterdam wonen tussen de 5.000 en 10.000 ongedocumenteerden, die niet beschikken over een verblijfsvergunning. Het Rotterdams Ongedocumenteerden Steunpunt (Stichting ROS) zet zich voor deze mensen in.

De ongedocumenteerden van Rotterdam vormen een veelzijdig arbeidsleger. Behalve schoonmakers en kappers zijn er ook veel klussers, die vloertjes leggen, behangen, vloeren leggen. Vaak hebben ongedocumenteerden meerdere baantjes in de informele economie.

Vanwege de coronacrisis zijn veel ongedocumenteerden echter in de problemen gekomen. Ze zijn een deel van hun inkomsten kwijtgeraakt, maar kunnen niet terugvallen op een uitkering. Ook zijn ze niet verzekerd voor ziektekosten.

Van Nimwegen van Stichting ROS wil dat de gemeente Rotterdam wat doet. ‘Maak mensen die hier niet rechtmatig zijn onderdeel van de ‘witte economie’, zodat ze zichzelf kunnen bedruipen. Zij houden onze economie op gang. Door hun schoonmaak- en oppaswerk kunnen Nederlanders zorgeloos op kantoor zitten. (…) Deze mensen verdienen dezelfde noodsteun als Nederlanders.’

Fatima Elatik: kritiek op biddende agenten in moskee ‘vorm van racisme’

3

PvdA-coryfee Fatima Elatik verdedigt de Amsterdamse politieagenten die tijdens het Suikerfeest in uniform gingen bidden in de Blauwe Moskee. Kritiek hierop is volgens haar een ‘vorm van racisme’.

In televisie-uitzendingen van onder meer NOS was te zien dat politieagenten in dienstkleding tijdens het Suikerfeest aan het bidden waren in de Blauwe Moskee in Amsterdam. Deze beelden leidden op social media tot veel commotie.

Critici menen dat hierdoor de scheiding van kerk en staat in gevaar kwam en waarschuwden tegen ‘islamisering’. Politiemensen moeten neutraliteit moeten uitstralen, zeggen zij.

De Amsterdamse oud-politica Fatima Elatik (PvdA) , die enkele jaren geleden leiding gaf aan het programma ‘Politie van iedereen’, is het niet met deze kritiek eens.


De PvdA-politica is al langer een pleitbezorger van islamitische agentes met een hoofddoek. Op dit moment mogen Nederlandse politiemensen geen zichtbare religieuze symbolen dragen.

Schrijver Rodaan al Galidi: ‘Door literatuur voel ik mij geen Irakees meer’

0

In het boek Holland van de Iraaks-Nederlandse schrijver Rodaan al Galidi volgt de lezer het verhaal van Semmier Karim, een asielzoeker die na bijna tien jaar eindelijk het asielzoekerscentrum mag verlaten. Hij wil naar Spanje, maar dat mag niet omdat hij nog lang geen paspoort heeft. Daarom gaat hij eerst Nederlands leren en Nederland verkennen. We volgen hem in zijn zoektocht.

Rodaan al Galidi (1971) is geen onbekende in het literaire landschap. Er staan verschillende dichtbundels op zijn naam. Zijn boek Hoe ik talent kreeg voor het leven was in januari 2016 Boek van de Maand bij De Wereld Draait Door. In 2011 won hij de literatuurprijs van de Europese Unie.

‘Misschien zou je mij een geslaagd schrijver kunnen noemen’, zegt Al Galidi, ‘maar ik ben wel gezakt voor mijn inburgeringsexamen. Wat overigens niet heel bijzonder is, want ook veel Nederlanders die voor de grap dit examen hebben gemaakt zijn gezakt.’

Hoe dit komt? ‘De vragen zijn volgens mij gemaakt door mensen die niet weten hoe het werkt’, vertelt hij. ‘Ze zitten de hele dag achter een bureau in een kantoor, maar staan niet midden in de maatschappij. Mijn boek is een soort trefpunt. Nederlanders ontmoeten hun landgenoten en buitenlanders ontmoeten Nederland.’

Een van de eerste dingen die hoofdpersoon Semmier buiten het azc ontdekt: als Nederlanders de gordijnen open hebben, mag je niet naar binnen kijken – en zeker niet zwaaien als je hen nog niet kent.

‘Dát soort dingen horen bij inburgering’, legt Al Galidi uit. ‘Nederlanders hebben hun gordijnen open om naar buiten te kunnen kijken, niet zodat jij naar binnen kunt kijken. Typisch Nederlands, wat Nederlanders zich niet meer realiseren. Wat ook opviel, was de strenge scheiding die Nederlanders maken tussen werk en privé. In Irak is het leven wat dat betreft simpeler.’

Het verhaal van Semmier lijkt een beetje op dat van Al Galidi. Ze komen allebei uit Irak en zijn allebei civiel ingenieur. In dat beroep kan Semmier niet aan de slag, maar hij mag in een kamer in een studentenhuis verblijven tegen een zacht prijsje in ruil voor zijn werk als klusjesman.

‘Voor een jongere asielzoeker is een studentenhuis een prima plek om te wonen. Je maakt kennis met de jongerencultuur van zeventien tot 24 jaar, hun ambities, feestjes, bier en het wisselen van studie, liefde en mening. Heel mooi om in te beginnen.’

Tijdens zijn studie in Irak woonde Semmier zelf ook in een studentenhuis, maar dat was heel anders. Mannen en vrouwen wonen niet in één huis, en soms is er een vechtpartij. ‘Nederlanders gebruiken hun handen niet bij ruzie. Ze gebruiken woorden.’

‘Ik vecht niet voor een land, ik vecht voor vrede. Dát is literatuur’

‘Ontmoeting door eten duurt een maaltijd. Ontmoeting door muziek duurt een concert. Ontmoeting door literatuur duurt een leven lang,’ zegt hoofdpersoon Semmier. Deze zin heeft Al Galidi niet voor niets opgeschreven.

‘In Irak voelde ik me Duits door de literatuur, Frans door poëzie, Russisch door muziek en Amerikaans door Ernest Hemingway. Cultuur maakt een mens van je. Door literatuur voel ik mij geen Irakees meer. Ik vecht niet voor een land, ik vecht voor vrede. Dát is literatuur. Het vormt je meer dan politiek.’

Net als een heleboel andere schrijvers kan Al Galidi niet rondkomen van zijn pennenvruchten, maar door de coronamisère is hij even fulltime auteur. ‘Als schrijver ben ik eigenlijk ook civiel ingenieur, want ik bouw mijn boek als ingenieur. Ik bouw aan de personages en zorg ervoor dat geen enkel personage de ander opeet. Ze moeten allemaal de ruimte krijgen, zodat je ze leert kennen. Het gaat om zowel mensen als dieren. In Holland is ook aandacht voor diverse huisdieren, die allemaal een functie hebben. Aan Holland heb ik 4,5 jaar gebouwd, zes à tien uur per dag.’

Semmier verblijft onder andere in een gezin waar iemand overlijdt die Eduard heet, maar hij begrijpt niet wie het is. Hij heeft die man immers niet eerder gezien. Het blijkt te gaan om een oud konijn van een tienermeisje. Plotseling begrijpt Semmier dat ze niet alleen huilt om haar konijn, maar omdat ze afscheid neemt van haar jeugd.

De wonderbaarlijkste hond die in het boek voorkomt is zonder discussie Rocky. Semmier doet alsof hij een hond heeft, Rocky, door in het park op een bank te gaan zitten met in zijn hand een bal en een hondenriem. Nederlandse passanten zijn vriendelijker tegen Semmier, doordat ze hem vanwege zijn zogenaamde hondenbezit als geïntegreerd beschouwen. Al klinkt het vreemd: het werkt.

Een goede bui

Semmier heeft veel verschillende banen, waaronder een bij een verhuisbedrijf. Goed voor de integratie? ‘Als je bij iemand op bezoek bent, dan kom je niet op de zolder of in de kelder. Daar ligt ook zijn of haar verleden.’

Wat ook in Holland naar voren komt, is dat geïntegreerde asielzoekers de prijs moeten betalen voor degenen die dit niet zijn. ‘Absoluut!’ vindt Al Galidi. ‘Asielzoekers die Nederlandse kranten lezen, naar Nederlandse televisie kijken en de Nederlandse politiek volgen merken dat de media het bijna altijd hebben over de asielzoekers die niet integreren. Alleen weet die groep dat zelf niet, want die kijkt naar al Jazeera.’

Al Galidi is ervan overtuigd dat je als asielzoeker geluk nodig hebt. De IND-ambtenaar is heel belangrijk. ‘Is hij of zij in een goede bui, dan krijg je een verblijfsvergunning. Is dat niet zo, dan ben je uitgeprocedeerd. Je achtergrond doet er niet zo toe. Van de honderd asielzoekers zijn er twee of drie die een status krijgen. De publieke opinie is daarbij ook belangrijk. Het moet geloofwaardig blijven.’

Als Semmier voor de zoveelste keer zijn woning kwijtraakt, vindt hij een plekje in een appartement dat op naam staat van een inmiddels overleden Irakese man. Op papier leeft hij nog en iemand zorgt dat de huur wordt betaald van zijn rekening. Heeft Al Galidi geen boze reacties gehad omdat hij zulke geheimen verklapt? ‘Welnee. Mijn lezers zijn meestal een beetje alternatief. Ambtenaren van de IND vallen daar niet onder.’

‘Als schrijver ben ik eigenlijk ook civiel ingenieur’

Holland verscheen kort voordat alle media in de ban raakten van de coronapandemie. Daardoor heeft de roman weinig publiciteit gekregen. Maar de mensen die het boek hebben gelezen zijn geraakt door het verhaal, vertelt Al Galidi.

‘Sommige lezers voelen zich wakker geschud. Begrijpelijk, want het is een eyeopener. Maar ze werden wakker geschud door zichzelf, niet door de handen van de schrijver. Want ik wilde een eerlijk verhaal schrijven. Niet te veel ego. De schrijver mag niet uitgroeien tot een godheid.’

Het is misschien ongebruikelijk dat een land de hoofdpersoon is. Al Galidi heeft wel een verklaring: Nederlandse auteurs zijn kinderen van een systeem in plaats van de taal. ‘Ze willen binnen de regels denken in plaats van ze af te breken. Helaas denken ze te veel in hokjes.’

Suriname stevent af op beëindiging tijdperk-Bouterse

0

President Desi Bouterse stevent af op een verlies bij de Surinaamse verkiezingen. De Vooruitstrevende Hervormings Partij (VHP) van uitdager Chan Santokhi staat in de prognoses op voorsprong.

Nadat meer dan de helft de stemmen zijn geteld staat Bouterses Nationale Democratische Partij (NDP) op vijftien zetels, de VHP op twintig. Voor een meerderheid in het Surinaamse parlement zijn 26 zetels nodig.

De oppositie is al in jubelstemming. ‘Vandaag is aangetoond dat het volk het huidige beleid heeft afgewezen’, aldus Santokhi tegen zijn aanhang. ‘Er is bewezen dat men genoeg heeft en iets anders wil hebben. En dat men de VHP vertrouwt om het te doen.’ VHP Nederland heeft de moederpartij in Suriname ook al gefeliciteerd.

Internationale waarnemers hebben de verkiezingen in Suriname geobserveerd, omdat de vrees bestaat dat voormalig dictator Desi Bouterse – die veroordeeld is voor moord en drugshandel – er alles aan zal doen om aan de macht te blijven.

Volgens de Surinaamse medium Waterkant hebben zich op enkele stembureaus onregelmatigheden voorgedaan. Zo werden bij vier verkeerde stembiljetten gebruikt, schrijft de website, en vond er bij een zelfs een schietincident plaats. Daarbij raakte een vrouw gewond.

Gevangen Turkse schrijver Ahmet Altan voorspelt ‘nieuw tijdperk’ na corona

1

Vanuit de gevangenis heeft journalist, schrijver en gewetensgevangene Ahmet Altan (70) een nieuwe brief geschreven. Hierin steekt hij de mensen die zich zorgen maken over hem en over het coronavirus een hart onder de riem.

Altans brief is naar buiten gesmokkeld en werd gisteren gepubliceerd door the Washington Post. Hij vertelt daarin dat hij snapt dat mensen zich grote zorgen over hem maken. Gevangenen lopen een grote kans om met het coronavirus besmet te raken. Bovendien is hij een oude man. Toch kiest hij ervoor om optimistisch te blijven.

‘Ik ben me bewust van de verschrikkingen die iedereen meemaakt. Net als miljarden antilopen die een rivier vol krokodillen moesten oversteken, worstelen we waanzinnig om in leven te blijven en de overkant te bereiken’, schrijft Altan. ‘De oversteek is een hel. Maar over een paar maanden is deze ramp voorbij en komt de mensheid in een nieuw tijdperk.’

Volgens Altan heeft de coronacrisis laten zien dat de natiestaat ten dode is opgeschreven. ‘Staten voorkomen menselijke vooruitgang. De pandemie liep uit de hand door de blunders van staten en hun bestuurders, uit hebzucht naar macht.’

Altan beschouwt zichzelf niet als een naïeve utopist, maar verwacht wel een betere en een internationalere wereld, waarin de mensen meer met elkaar verbonden zijn. De wereldgeschiedenis heeft volgens hem laten zien dat er helaas rampen voor nodig zijn om tot een nieuw en beter evenwicht te komen.

Hij wil dat wij niet al te erg inzitten over zijn eigen lot – dat doet hij namelijk zelf ook niet, zegt hij – en vergelijkt zichzelf met een rotte, stervende radijs.

‘In november kregen we tijdens de lunch een radijs bij onze maaltijden. Mijn celgenoot deed die radijs in een kartonnen beker en liet die naast de ijzeren staven bij het raam staan. De radijs begon te rotten. Onlangs is er een groene spruit uit voortgekomen. Hij groeide en groeide. Kleine witte bloemen bloeiden aan het einde van de spruit. Elke ochtend sta ik op en kijk naar die bloemen. Ik ben getuige van dat grote cliché: de radijs sterft en wordt tegelijkertijd levend. Een ellendige radijs creëert bloemen uit zijn eigen verval. Zonder zijn optimisme op te geven, reikt hij naar de toekomst terwijl hij sterft.’

Ahmet Altan werd in september 2016 voor het eerst opgepakt. Hij werd ervan beschuldigd via ‘subliminale boodschappen’ de coupplegers van 15 juli 2016 te hebben aangezet tot hun daad.

Eind vorig jaar kreeg Altan ruim tien jaar cel omdat hij in zijn publicaties ‘hulp aan een terroristische groepering’ zou bieden, waarmee de coupplegers bedoeld worden. Over zijn verblijf in de gevangenis schreef Altan het boek Ik zal de wereld nooit meer zien.

Marokko verdeeld over opgepakte journalist: martelaar of verkrachter?

0

Liberale stemmen in Marokko zijn verdeeld over de zaak rond de opgepakte journalist Soulaiman Raissouni. De een vindt hem een martelaar van het vrije woord, de ander een viespeuk die zijn handen niet kan thuishouden.

Soulaiman Raissouni is hoofdredacteur van de islamitische oppositiekrant Akhbar al Yaoum, die kritisch over de Marokkaanse overheid bericht. Vorige week werd hij gearresteerd na een anonieme Facebookbeschuldiging: hij zou seksueel misbruik en homoseksuele handelingenhebben gepleegd, wat illegaal is in Marokko en drie jaar celstraf kan opleveren.

Het is een gevoelige kwestie. Amnesty International en Human Rights Watch hebben nog niets gezegd over de zaak, in tegenstelling tot Perswaakhond Reporters Without Borders (RSF). Raissouni is het slachtoffer van een zoveelste aanval van de Marokkaanse overheid op de vrije pers, aldus RSF.

Sommige Marokkaanse feministen zijn het daar niet mee eens: zij vinden dat RSF de #metoo-beschuldigingen niet serieus neemt en gebruiken op Twitter de hashtag #rapeculture (in het Frans: #cultureduviol) om hun ongenoegen te uiten. RSF-directeur Christopher Deloire zou zijn ‘vrienden’ de hand boven het hoofd houden en ‘een duidelijke politieke agenda’ hebben.

Maar volgens RSF worden kritische journalisten in Marokko wel vaker van zedenmisdrijven beschuldigd. Zo kreeg Taoufik Bouachrine, oud-hoofdredacteur van Akhbar al Yaoum, vorig jaar twaalf jaar cel voor ‘seksueel misbruik’.

Ook werd Soulaiman Raissouni’s nichtje Hajar, journalist bij Akhbar al Yaoum. vorig jaar tot een jaar gevangenisstraf veroordeeld. Zij zou zich schuldig hebben gemaakt aan seks buiten het huwelijk en een abortus, twee zaken die verboden zijn in Marokko. Na enkele weken kreeg zij gratie van de koning.

Dit was misschien wel de beste ramadan ooit

2

De ernst van de situatie waarmee de wereldbevolking vandaag de dag wordt geconfronteerd kan niet worden onderschat. De coronapandemie heeft mensen en naties over de hele wereld medisch, financieel, sociaal, politiek, spiritueel en psychologisch sterk beïnvloed, meer dan ooit tevoren.

Volgens de Koran kunnen rampen zowel moslims als niet-moslims treffen, zowel rechtvaardige mensen als onderdrukkers en moordenaars. De berechting staat ons immers pas op de Dag des Oordeels te wachten. Allah kan mensen onheil bezorgen als een aanzet om hun achteloosheid op te geven en terug te keren naar hun Heer. Hij kan hen ertoe brengen hun verborgen eigenschappen of ware karakters bloot te leggen, met andere woorden: hun oprechtheid of hypocrisie. Hij kan anderen ertoe aanzetten om te reflecteren en de eigen situatie te verbeteren. En dat is precies mijn reflectie in deze maand: hoe komen we sterker uit deze crisis?

Moslims zijn echt niet uniek in vergelijking andere mensen, maar voor ons is de spirituele ervaring van de rituelen essentieel. Nu vele moslims door de ingevoerde anti-coronamaatregelen hierin beperkt worden komen wat uitdagingen bovendrijven. Maar tegelijk ook nieuwe kansen en mogelijkheden.

De verplichte vrijdagpreken kunnen niet bijgewoond worden. Dat geldt ook voor Umrah (de vrijwillige bedevaart) en mogelijk de komende Hadj (de jaarlijkse bedevaart). Ook Tarawīh (ramadangebeden) en collectieve iftars (gezamenlijke maaltijd om het vasten te verbreken) waren afgelast. Wat betekent dat voor Nederland en zijn islamitische burgers?

Wat mij persoonlijk het meest heeft geraakt is de virtuele verbondenheid en de bijzonder bijdrage die moskeeën deze maand hebben geleverd. Echt een ongekende prestatie. De Nederlandse moskeeën hebben laten zien dat zij erg flexibel en vooruitstrevend zijn. In deze buitengewone tijden hebben religieuze instellingen in het algemeen en moskeeën in het bijzonder een belangrijke rol gespeeld. Dit is het moment waarin de moskeeën uitblinken en een bijdrage leveren aan de samenleving.

Hier moeten we het ook meer over hebben. Moskeeën kunnen niet alleen op spiritueel niveau het verschil maken, maar ook op maatschappelijk niveau. Zo zijn er moskeeën geweest die zich niet lieten tegenhouden door de crisis, maar juist dankzij de crisis actiever werden. Ik zag acties voorbij komen die wij als gemeenschap nodig hebben. Mijn moskee in Leidsche Rijn startte bijvoorbeeld een ‘boodschappenservice’ voor ouderen en andere kwetsbare groepen. Andere moskeeën hebben zorginstellingen een kleinigheid geschonken, als een teken van dankbaarheid. Wat ben ik trots dat ik tot de moslimgemeenschap behoor.

Gedurende deze coronacrisis heb ik de kracht van de gemeenschap mogen ervaren. Het was geweldig om te zien hoe moskeeën massaal verantwoordelijkheid namen om het virus in te dammen. Het is mij ook duidelijk geworden dat moskeeën in staat zijn om duurzame oplossingen te bieden. In één nacht en binnen enkele uren hebben wij in de Al-Hijra moskee te Leiden maar liefst 120.000 euro ingezameld om de duurzaamheid van de moskee te waarborgen. Daar hebben we geen buitenlandse financiering voor nodig. Soortgelijke benefieten waren door het hele land gaande. Ze gingen massaal live. Er kwamen grote bedragen binnen: Een ton, twee of zelfs meer. Wat een vrijgevig volk. Dat geeft energie en hoop.

Het is een beproeving en met de wil van God komen we sterker hieruit

De andere kant van de medaille is dat vrijgevigheid misbruikt kan worden. Persoonlijk werd ik op een gegeven moment zenuwachtig van alle live predikers en online inzamelingen. Hoe weten wij wie betrouwbaar is en wie niet? Wie zamelt daadwerkelijk in voor een goed doel en wie niet? Welke spreker verkondigt wat?

Wellicht ben ik te wantrouwig, maar mijn gezond verstand zegt dat er iets niet klopt. Te veel van iets is nooit goed. Het is nu hoog tijd om die goedheid – in giften, goede daden, enzovoort – en het religieuze aanbod – denk aan lezingen en preken – te professionaliseren, om zo de betrouwbaarheid te waarborgen. En daar is deze coronatijd de uitgelezen kans voor.

We moeten waken dat deze tijd niet gekaapt wordt door criminelen die uit zijn op financieel gewin, of extremisten die onze jeugd willen vergiftigen. Laten we daarom alert en kritisch blijven. Misschien dat dit bij deze bijzondere tijden hoort? Het is een beproeving en met de wil van God komen we sterker hieruit.

Het zijn nogal rare en lastige tijden… Laten we daarom onze troost zoeken in dit vers:

Zeg: ‘Ons zal alleen maar treffen wat God voor ons te boek gesteld heeft. Hij is onze beschermheer. Op God moeten de gelovigen hun vertrouwen stellen.’ [Al-Tawbah: 51]

Ook kun je inspiratie vinden in dit korte en diepgaande vers: ‘Want met het moeilijke hangt het gemakkelijke samen. Ja, met het moeilijke hangt het gemakkelijke samen!’ [Al-Shar: 5-6]

Dit is misschien wel de beste ramadan die ik ooit heb meegemaakt. Dit kan de ramadan zijn waarmee we gezamenlijk ontdekken wat de Profeet allallallāhu ‘alayhi wa sallam (vrede en zegeningen van Allah zij met hem) driemaal herhaalde, terwijl hij naar zijn hart wees:

‘Vroomheid zit hier. Vroomheid zit hier. Vroomheid zit hierin.‘ [Al-Tirmidhi]

Want als deze pandemie voorbij is, zullen we dan nog steeds verlangen naar datgene waar we nu naar verlangen?

Moge Allah ons de kracht geven om het maximale uit ons leven te halen. Moge Allah Nederland behoeden tegen elke vorm van kwaad, amin!

Rapport: tijdens coronacrisis kent India meer moslimhaat dan ooit

0

India zit midden in een escalatie van een ‘anti-moslimcampagne’ op sociale media. Dat concludeert de Indiase NGO Equality Labs in een nieuw rapport.

Toen in India de coronacrisis uitbrak kregen moslims vaak de schuld. Op Twitter waren de hashtags #Coronajihad, #Quranovirus en #BanTheBook trending.

Volgens hindoe-extremisten willen moslims doelbewust het coronavirus verspreiden om India schade te berokkenen. Haattweets worden door prominente politici van de nationalistische regeringspartij BJP geretweet, wat zou bijdragen aan deze haatcampagne tegen moslims.

De haatcampagne op sociale media leidde tot een boycot van islamitische bedrijven en het lastigvallen van islamitische straatverkopers. Sommige Indiase kranten en tv-zenders droegen hun steentje bij aan het demoniseren van moslims, aldus Equality Labs.

Ook enkele hindoegeestelijke zijn volgens de NGO schuldig aan moslimhaat. Zo riep de invloedrijke Narsingh Vani zijn 229.000 YouTube-abonnees op om moslims te boycotten via een ‘hindoeïstische heilige oorlog’. Vani beweerde tevens op een Indiase tv-zender dat moslims doelbewust het virus verspreiden door op mensen te spugen.

Sinds 2014 wordt India geleid door minister-president Narendra Modi (foto) van de hindoe-nationalistische BJP-partij. De spanningen tussen de hindoe-meerderheid en de moslimminderheid zijn onder zijn bewind toegenomen. Zo vonden in maart in Delhi de hevigste religieuze rellen in jaren plaats, waarbij hindoenationalisten moslims aanvielen.

Onder de slachtoffers van deze rellen bevonden zich ook hindoes die protesteerden tegen de nieuwe burgerschapswet. Volgens critici maakt deze wet van moslims tweederangs burgers. Het geweld leidde tot 47 doden en ruim tweehonderd gewonden, waarvan de grote meerderheid moslims.