20 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 740

Coronacrisis en de ramadan: wel of niet vasten?

0

Is vasten in coronatijd af te raden? We vroegen het aan gezondheidsexperts en imams. ‘Het draait om individuele verantwoordelijkheid.’

Donderdag begint de islamitische vastenmaand ramadan, die vanwege de coronacrisis anders zal verlopen dan gewoonlijk. Normaal verrichten moslims tijdens de ramadan in de moskee gezamenlijk het Tarawih-gebed, maar de moskeeën zijn nu gesloten. Ook raadt premier Mark Rutte grootschalige iftars af. Maar moet ook het vasten zelf vanwege mogelijke gezondheidsrisico’s worden opgeschort?

Wellicht, zei Sheikh Khaled Omran eerder deze maand. Omran is niet zomaar iemand: hij is secretaris-generaal van de fatwa-raad van de prestigieuze Al-Azhar Universiteit in Caïro.

Tegen het Duitse journaal Tagesschau zei Omran te wachten op advies van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO). Stel dat de WHO zegt dat men omwille van gezondheidsredenen moet blijven eten en drinken tijdens de vastenmaand? De fatwa-raad aan de Al-Azhar Universiteit zal dan gebieden dat moslims de gemiste dagen na het einde van crisis moeten inhalen, aldus Omran.*

Een nieuwsbericht hierover op de Kanttekening zorgde voor commotie op social media. ‘Dit kan geen waarheid zijn’, reageerde iemand onder het bericht. Individuen kunnen besluiten dat ze niet vasten, maar een volledige verschuiving ? ‘Beste moslims, verricht het vasten gewoon naar je persoonlijke situatie en laat je niet misleiden door derden. Gehoorzaam Allah swt en Zijn Profeet saw en niet de mens a.u.b.’

Een andere reageerder kon zich wel vinden in de woorden van Omran: ‘Gezondheid gaat toch voor! Dit is een zaak voor artsen om te beslissen. Als vasten gevaarlijk wordt, dan is het onze religieuze plicht om het uit te stellen en later in te halen. Er is op dit moment een ongeziene pandemie aan de gang. Ik ben blij dat de Azhar zijn verantwoordelijkheid opneemt. Uw verstand gebruiken is Allah swt gehoorzamen en zijn Profeet saw!’

Onder Nederlandse moslims ontstond dus discussie over de woorden van islamgeleerde Omran bij Tagesschau. Nu de ramadan voor de deur staat, is het tijd voor antwoorden. In hoeverre kan het vasten in coronatijd voor een gezondheidsrisico zorgen? En mag je überhaupt wel uit voorzorg het vasten overslaan?

Individuele verantwoordelijkheid

Het vasten tijdens de ramadan is een belangrijke plicht en behoort tot de vijf zuilen van de islam, net als de geloofsbelijdenis, de rituele gebeden, het geven van aalmoezen en de hadj naar Mekka. De ramadan is voor moslims dan ook de belangrijkste maand van het jaar, waarin ze – mede omdat ze vasten – bewuster bezig zijn met God en met hun naasten. Juist tijdens de ramadan geven moslims veel aalmoezen aan de armen.

Aan de andere kant vindt de islam het belangrijk dat mensen gezond blijven. Zieke mensen, ouderen, zwangere vrouwen en mensen die op reis zijn of zwaar lichamelijk werk verrichten hoeven tijdens de ramadan niet aan het vasten mee te doen. Coronapatiënten dus ook niet. Maar is het een goed idee om het vasten voor de zekerheid uit te stellen?

In de moslimgemeenschap bestaat hierover een brede consensus, zegt Mohammed Bouimj. Hij is woordvoerder van moskeekoepel Stichting Platform Islamitische Organisaties Rijnmond (SPIOR). ‘De ramadan kun je niet verzetten. Dat is uitgesloten.’

Bouimj vervolgt: ‘Geleerden mogen hier ook niet van afwijken. Het vasten draagt bij aan je gezondheid – juist nu, omdat je heel bewust met de dingen bezig bent en meer thuis bent. Zieke mensen hoeven niet aan het vasten mee te doen. Dat was altijd al zo en dat geldt nog steeds. En als je je zwak voelt, dan hoef je niet te vasten. Maar dit is een beslissing die je zelf moet maken. Dit is niet een besluit dat anderen voor ons moeten nemen.’

‘De ramadan kun je niet verzetten. Dat is uitgesloten’

Cherif Slimani, imam in het Belgische Kortrijk, is het eens met Bouimj. ‘Je kunt niet voor de zekerheid een religieuze verplichting verzaken, omdat het mogelijk risico’s met zich meebrengt. Er is hiervoor hard bewijs nodig. Maar dat is er niet.’

Ook imam Yassin Elforkani, hoofdimam van de Blauwe Moskee in Amsterdam, is het hiermee eens. ‘Omdat niet bewezen is dat het vasten mensen kwetsbaarder maakt voor het coronavirus, geloof ik niet dat er een fatwa komt die zegt dat het vasten moet worden uitgesteld.’

Tegelijkertijd maakt Elforkani duidelijk dat de fiqh – de islamitische jurisprudentie – flexibel is. ‘Het draait om individuele verantwoordelijkheid.’ Slimani beaamt dit: ‘We staan hier pragmatisch in. Vrees Allah volgens jouw vermogen.’

Gezondheidsrisico’s

De Kanttekening contacteerde diverse instanties met de vraag of het vasten inderdaad een gezondheidsrisico met zich meebrengt. De woordvoerders van het RIVM, het Voedingscentrum en Pharos vertellen allemaal dat er geen onderzoeken zijn die dit aantonen. ‘Er zijn hierover geen data, we weten het niet’, antwoordt het RIVM.

De WHO stuurt ons een speciale ramadan-richtlijn waarin staat dat het vasten gewoon kan doorgaan. ‘Er zijn geen onderzoeken gedaan naar het risico van vasten in relatie tot een COVID-19-infectie’, stelt de organisatie. ‘Gezonde mensen moeten kunnen vasten tijdens deze ramadan, net zoals in voorgaande jaren.’ De WHO voegt toe dat COVID-19-patiënten ‘in overleg met hun artsen kunnen overwegen om niet aan hun religieuze verplichting te voldoen, zoals ze met elke andere ziekte zouden doen’.

We spraken ook de islamitische huisarts Reis Kurt. Hij vindt niet dat het gezamenlijk vasten moet worden uitgesteld, maar drukt moslims op het hart dit jaar extra voorzichtig te zijn. ‘Als je zelf kwetsbaar bent of een zware baan hebt, dan zie ik wel risico’s, ja. Als arts zou ik zeggen: mensen moeten goed nadenken of ze ook dit jaar wel willen meedoen.’

Als je meedoet, dan doe je er volgens Kurt verstandig aan extra voorzorgsmaatregelen te nemen: meer letten op voldoende rust, meer drinken voor zonsopgang. ‘Werken aan je gezondheid is eveneens een religieuze plicht. Als je toch aan het vasten meedoet terwijl het eigenlijk slecht voor je is, dan zondig je ook. En het is denk ik ook goed om tegen je soms eigenwijze ouders en grootouders te zeggen dat ze het vasten dit jaar misschien beter kunnen overslaan. Om ze zo tegen zichzelf te beschermen.’

‘Als arts zou ik zeggen: mensen moeten goed nadenken of ze ook dit jaar wel willen meedoen’

Volgens medische experts zijn mensen die net beginnen met vasten kwetsbaarder voor het coronavirus omdat ze dan verzwakt zijn, stelt het Duitse Tagesschau. Kurt bevestigt dat dit in sommige gevallen zo is. ‘De adaptie naar het nieuwe ritme kan bij sommigen moeilijk verlopen. Een gezond gestel of sterke bescherming tegen corona is wel noodzaak om te kunnen vasten. Een zwak gestel geeft virussen de kans om zich snel te vermenigvuldigen.’

Voor Elforkani is dit geen reden om het vasten daarom uit te stellen: je hebt een individuele verantwoordelijkheid als gelovige, zegt hij. Kurt is het daarmee eens. Wel benadrukt de huisarts dat je als individu vanwege dit extra risico dit jaar voorzichtig zou moeten zijn.

Naast zieken, ouderen en zwangere vrouwen behoren ook artsen en verpleegkundigen tot de kwetsbare groep. Daarom vaardigden enkele Britse islamgeleerden een fatwa uit die het islamitisch ziekenhuispersoneel toestaat het vasten uit te stellen, als het niet anders kan. Het vasten staat mogelijk hun functioneren in het ziekenhuis in de weg, beargumenteren de geleerden achter de fatwa:

‘Als het voor u niet mogelijk is om te vasten vanwege de grote kans op uitdroging en ernstige dorst, samen met het risico op het maken van klinische fouten die levens kunnen beïnvloeden, kan het vasten worden uitgesteld tot een later tijdstip.’

Kurt is het als medicus met deze analyse eens. ‘Jonge hulpverleners, die in ziekenhuizen in de coronazorg werkten, zijn soms door uitputting ziek geworden en vervolgens overleden.’ Maar hij is als moslim geen voorstander van een fatwa: gelovigen moeten individueel deze keuze maken om wel of niet aan het vasten mee te doen. Dit vinden ook imams Slimani en Elforkani. ‘Die afweging moeten de mensen zelf maken’, zegt Elforkani.

*Arabischtalige media besteedden geen aandacht aan wat Omran zei. Ook hijzelf en zijn fatwaraad aan de Egyptische Al-Azhar Universiteit kwamen niet meer op de kwestie terug. De Azhar-website meldt wel dat het niet wetenschappelijk is aangetoond dat een droge mond, veroorzaakt door niet drinken, de kans op een coronabesmetting verhoogt. De Kanttekening vroeg de fatwa-raad van de Al-Azhar Universiteit tevergeefs om een reactie.

Niets zonder arbeid

1

Door al het corona-geweld is het u misschien ontgaan, maar twee weken terug is Dirk van den Broek overleden. De oprichter van de gelijknamige supermarktketen is 96 jaar geworden. In zijn overlijdensbericht stond het prikkelende levensmotto van deze ‘harde werker’: ‘Nihil sine labore.’ Niets zonder arbeid.

‘Wat heb jij nou met die superkapitalist?’, zou je kunnen denken. Nou, in de eerste plaats is er de geografische connectie. Meneer van den Broek en ik zijn namelijk allebei in Amsterdam geboren. In een memoriam van de Volkskrant kom ik plekken als Sloterdijk, Mercatorplein en de Kinkerstraat tegen. Het besef dat we op dezelfde plekken hebben rondgewandeld, ja, dat schept toch een band.

Vervolgens is er de klasse-connectie. We hebben allebei een boerenachtergrond. Zijn vader was een boer, mijn vader is dat ook. Weliswaar met verschillende roots, en ik heb behalve tijdens de zomervakanties in Turkije nooit op het land gewerkt, maar het blijft inspirerend om zo’n self-made verhaal te lezen. Zo begon ‘Dirk’ als simpele melkboer met een ponywagen. Hij pakte klanten af van de concurrentie door klanten een extra scheutje melk te geven voor dezelfde prijs. Een slimme man.

Later groeide hij, als underdog in de supermarktwereld, juist ook door grootmachten als Albert Heijn uit te dagen met goedkopere prijzen en onthullingen over de inhoud van A-producten. Die waren vaak hetzelfde als de goedkopere huismerken. Achter die relatief lage prijzen zat overigens geen idealisme, maar gewoon de drive om geld te maken: ‘Arme mensen hebben lage prijzen nodig, rijkaards houden ervan’. Hoor je dat een directeur anno 2020 nog zeggen? Die weten waarschijnlijk niet eens hoeveel het brood in hun schappen kost.

Maar de belangrijkste reden voor mijn verbondenheid is zonder twijfel het feit dat ik tweeënhalf jaar zelf als vakkenvuller heb gewerkt bij Dirk van den Broek. Zijn overlijdensbericht voerde mij dus automatisch terug naar die mooie, maar ook heftige periode in mijn leven, nu bijna twintig jaar geleden.

Het was lekker om eindelijk mijn eigen zakcentje te verdienen: 7,97 gulden per uur als vijftienjarige

Het was overigens niet mijn eerste bijbaantje. Ik had daarvoor nog als (vliegtuig)schoonmaker shifts gedraaid op Schiphol (het was er toen wat drukker dan nu), en ik heb elke week de krant bezorgd. De gedwongen schoonmaakdiensten na schooltijd met mijn vader op een (witte) school in Amstelveen tel ik even niet mee. Daar kreeg ik ook niet voor betaald, trouwens.

Het was lekker om eindelijk mijn eigen zakcentje te verdienen: 7,97 gulden per uur als vijftienjarige. Vergis je niet, het was niet makkelijk om een plaats te verwerven in de kantine van Dirk van den Broek aan de Sloterkade in Oud-Zuid, tussen al die Turkse en Marokkaanse ‘maddervakkenvullers’ uit andere buurten. Want je ging – uit angst om uitgelachen te worden door klasgenootjes – sowieso niet aan de slag bij de Dirk om de hoek. En daarna had je nog de witte chefs, die non-stop karren op ons af stuurden. Maar goed, de glimlachjes van tevreden klanten en knappe kassières die in de zomer op teenslippers liepen maakten een hoop goed.

Helaas krijg ik ook altijd negatieve associaties bij Dirk van den Broek. En dat komt door 9/11, de Amerikaanse invasie in Afghanistan en Irak en de moord op Pim Fortuyn. Dat gebeurde allemaal in die woelige tweeënhalf dat ik daar werkte. We hebben keiharde discussies gevoerd op de werkvloer. Dat een witte collega zei: ‘Gelukkig is Fortuyn niet vermoord door een Marokkaan. Want anders…’ Daarop schreeuwde een Marokkaanse collega dan uit: ‘Wat dan als het Marokkaan was geweest? Jullie zouden niks kunnen doen.’

Tja, we hebben na de moord op Theo van Gogh gezien wat er is gebeurd. De segregatie in Nederland is alleen maar verdiept. Maar ook de dag na 9/11 zal ik nooit vergeten. Ik zag Turkse en Marokkaanse collega’s lachend dat tweede vliegtuig nabootsen: ‘Zag je, hij moest nog even bijsturen!’

Al spiegelende voerde ik discussies over moslim-zijn, Turk-zijn, racisme, maar ook over de liefde met nieuwe collega’s. We droomden over een mooi bestaan met een mooie baan. In 2003 had ik net mijn propedeuse gehaald op de Educatieve Faculteit in Amsterdam. Het was tijd om door te groeien, net als Dirk toentertijd. Ik stopte met vakkenvullen en ging studeren in Leiden. De rest is geschiedenis.

De Dirk van den Broek aan de Sloterkade in Amsterdam (Foto: Tayfun Balcik)

India: ziekenhuizen weigeren hoogzwangere moslima’s, baby’s sterven

0

In India zijn twee pasgeboren baby’s overleden nadat artsen weigerden om hun islamitische moeders te helpen. Dit schrijft de Britse krant the Telegraph.

In de staat Jharkhand werd een 30-jarige zwangere vrouw niet geholpen omdat ze moslim is. Toen ze begon te bloeden haastte ze zich naar het ziekenhuis om te worden geholpen.

Maar het ziekenhuis weigerde haar te helpen: ze werd ervan beschuldigd het coronavirus te verspreiden.

Ze werd geslagen met slippers en gevraagd om haar eigen bloed op te vegen. Omdat ze niet werd geholpen leidde de bevalling tot een miskraam, zegt de moeder.

Eerder deze maand overleed in India ook een baby van een moslimmoeder. Een ziekenhuis in de stad Bharatpur in de staat Rajasthan weigerde de moeder toegang omdat ze een moslima is.

Deze incidenten staan niet op zichzelf. In een oncologisch ziekenhuis in de noordelijke staat Uttar Pradesh worden moslims als patiënten geweigerd, behalve als ze negatief getest zijn op het coronavirus. Hindoes worden meteen geholpen. En in een openbaar ziekenhuis in de staat Gujarat worden islamitische coronapatiënten van hindoeïstische patiënten van elkaar gescheiden. Critici spreken van apartheid.

In februari en maart dit jaar, voordat in India de lockdown van kracht werd, was er in Dehli een groot islamitisch festival dat door duizenden mensen werd bezocht. Moslims worden in hindoe-nationalistische media nu geframed als corona-verspreiders. Op Twitter is de hashtag #coronajihad populair.

Dat moslims in India tot zondebok worden gemaakt komt volgens critici door het ‘hindoe-nationalistische’ beleid van premier Narendra Modi. De Indiase schrijfster Arundhati Roy vergelijkt Modi’s ‘antimoslimpropaganda’ met de propaganda van nazi-Duitsland tegen de Joden. Joden werden immers met besmettelijke ziektes als tyfus geassocieerd, aldus Roy.

VN: tijdens coronacrisis meer geweld tegen vluchtelingenvrouwen

0

Vluchtelingen- en migrantenvrouwen maken nu extra kans om slachtoffer te worden van geweld, waarschuwt VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR.

Door de lockdowns zitten veel vluchtelingenvrouwen opgesloten met de mannen die hen misbruiken. Ook kunnen zij niet voorzien in hun levensonderhoud, waardoor minderjarige vrouwen meer kans lopen te worden uitgehuwelijkt en sommige vrouwen noodgedwongen kiezen voor ‘overlevingsseks’.

Veel landen hebben de grenzen dichtgegooid, net als voorzieningen als safe shelters. Daardoor krijgen vluchtelingen- en migrantenvrouwen in nood minder snel hulp, meldt UNHCR. Om vrouwen in nood toch te helpen, zorgt UNHCR voor een noodfonds.

Landelijk Platform Slavernijverleden: Nederlandse coronabeleid is te wit

83

Volgens het Landelijk Platform Slavernijverleden loopt de Afro-Nederlandse gemeenschap onevenredig veel risico om zwaar geraakt te worden door de coronacrisis.

Het platform heeft zijn grieven opgeschreven in een rapport voor het Hoog Commissariaat voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties.

De Nederlandse regering, de media, het onderwijs en de gezondheidszorg zouden zich laten leiden door alleen een ‘wit perspectief’. ‘De slogan ‘Wie men niet ziet hoort men niet’ is in deze periode meer dan van toepassing.’

De media bedienen zich voornamelijk van witte experts en professionals, vindt het Landelijk Platform Slavernijverleden. Ook zijn de voorbeelden die worden getoond van ‘goede praktijken’ bijna allemaal vanuit een ‘wit perspectief’.

‘Zelden worden goede voorbeelden getoond die zijn ondernomen binnen de gemeenschappen van meer dan de Nederlandse cultuur, maar ook uit de landen die vanwege het Nederlands koloniaal verleden dichterbij de Nederlandse cultuur staan.’

Een ander kritiekpunt is dat de overheid en de media wel aandacht geven aan hoe christenen en moslims met de coronacrisis omgaan, maar dat de Caribische Winti-spiritualiteit van deze aandacht wordt uitgesloten.

Verder komen hard getroffen Afro-Nederlandse ondernemers niet of nauwelijks aan bod, aldus het platform. ‘De focus voor wat betreft de ‘pijn’ is op nationaal niveau niet of nauwelijks op deze doelgroep gericht.’

Tevens vreest het platform dat niet-witte leerlingen – nu de examens zijn komen te vervallen – lagere schooladviezen krijgen. Onderwijspersoneel zou racistisch zijn en zwarte en islamitische leerlingen structureel onderadviseren.

Het Platform Nederlands Slavernijverleden baseerde het rapport op de observaties van 46 personen, waaronder twaalf Afro-Nederlanders in de zorg. Volgens deze zorgprofessionals hanteren ziekenhuizen nog steeds discriminatoire criteria bij het vaststellen van een bepaald ziektebeeld.

Het platform vreest voor ’toestanden waarbij ‘witte’ artsen, ethici, instellingen, instituten, politici criteria gaan vaststellen wie in aanmerking komt voor medische zorg’.

‘Iemand met een ‘zwarte’ huidskleur zal niet rood of spierwit aankleuren om de diagnose vast te stellen die hoort bij een bepaald ziektebeeld. Bij een persoon met een ‘zwarte’ huidskleur zal dan gauw worden gesteld, dat het ‘kennelijk tussen de oren zit.’

Witte professionals zouden zich ook vaak laten leiden door het vooroordeel dat zwarte mensen een hogere pijngrens hebben. Dit vooroordeel stamt volgens het platform nog uit de tijd van de trans-Atlantische slavernij.

Het rapport zegt tevens te vrezen dat ongedocumenteerde asielzoekers vanwege het quarantainebeleid van de Nederlandse overheid ‘bewust of onbewust strategisch ‘weggemoffeld’ kunnen worden’.

Het Landelijk Platform Slavernijverleden zegt ook voor de rechten van Afro-Nederlandse verzorgers in de verzorgingshuizen op te komen. Het platform neemt in het rapport alvast een voorschot op het aankomende Sinterklaasfeest.

‘Bijna alle respondenten melden dat 4 en 5 december belangrijke data zijn in verzorgingshuizen. Het geloof in een Sinterklaas vergezeld van een zwarte Piet is nog niet uitgebannen. Gemeld is dat verzorgers van Afrikaanse afkomst vrij nemen. Eén respondent meldt dat in het huis waar zij werkt zwarte Piet is uitgebannen.’

Kinderen van de corona-rekening: ‘Kwetsbare leerlingen lijden de meeste schade’

0

Dat de schooldeuren dicht zijn is vooral nadelig voor kinderen van ouders met een smalle beurs, waar geen laptop of internetverbinding is of nauwelijks Nederlands wordt gesproken. Experts pleiten voor het openen van zomerscholen om achterstanden in te kunnen halen. ‘Gebruik die zomertijd goed.’

Mariëtte Lusse is lector Samenwerken met ouders bij de Hogeschool Rotterdam. Ze vult sinds een paar jaar de zogeheten ‘Gereedschapskist voor beter samenwerken met ouders’. Deze gereedschapskist biedt houvast voor het behandelen van relevante onderwerpen met ouders met schoolgaande kinderen.

Vanwege de coronacrisis is er nu een ‘Gereedschapskist kwetsbare leerlingen en thuisonderwijs’ bij gekomen, met adviezen om deze periode een beetje redelijk door te komen. Denk aan vindplaatsen van tips voor ouders die ineens ook leraar zijn of plekken waar je gratis luisterboeken voor kinderen kunt vinden (een ‘luisterbieb-app’). Ook wordt er aandacht besteed aan kinderen die opgroeien in gezinnen waar problemen zijn, hoe je daar als school mee om moet gaan en welke organisaties hulp bieden op diverse terreinen.

Lusse is bang dat door de schoolsluiting de kansenongelijkheid toeneemt. ‘Kinderen missen de structuur, hun vrienden en ouders zijn belast met de taak hun kind thuis te moeten helpen bij het leren. Een deel van de leerlingen is kwetsbaar omdat er thuis geen laptop is, geen toegang tot internet, hun ouders zich minder in staat voelen om hen te begeleiden bij schoolwerk of structuur te bieden, of omdat ze leven in een gezin waar spanningen snel hoog oplopen. Zeker nu.’

Deze kwetsbare kinderen komen niet aan leren toe en kampen met sociaalemotionele problematiek, aldus Lusse. Scholen en gemeenten zetten zich in om al deze kinderen in beeld te krijgen en zo goed mogelijk te begeleiden. Ze zien kinderen in schrijnende omstandigheden. ‘Een directeur van een school voor speciaal onderwijs vertelde mij dat er in sommige gezinnen paniek is en de signalen van onveiligheid heftiger worden.’

Het is volgens Lusse goed om straks, als de scholen weer open gaan, extra in deze kinderen te investeren. ‘Niet alleen door aandacht te hebben voor taal en rekenen. Maar ook voor hun bredere ontwikkeling, door hen een positieve en stimulerende omgeving te bieden. Dit kan bijvoorbeeld door in de zomervakantie leuke zomerscholen aan te bieden.’

Laptops

Ook de Stichting Leren voor de Toekomst zet zich in voor kwetsbare kinderen. De stichting verzorgt betaalbare huiswerkbegeleiding en bijlessen voor leerlingen vanaf groep 4 van de basisschool en op middelbare scholen. Sabrine Charki is actief binnen de stichting en is invalskracht en locatieleider in Utrecht-Overvecht. Ze is het aanspreekpunt voor begeleiders en ouders en weet dus wat er leeft.

Charki schat dat 85 procent van de leerlingen uit ‘minimagezinnen’ komen. ‘In ieder geval onder het minimumloon. Zulke gezinnen komen in aanmerking voor hulp uit een potje van de gemeente.’ Ze vertelt ook dat veel gezinnen geen laptop in huis hebben. ‘Soms kunnen de leerlingen een filmpje van ons of van school op hun telefoon bekijken. Als er ook geen telefoon in huis is die deze mogelijkheid biedt, dan is er echt sprake van een probleem.’

De Stichting Leren voor de Toekomst heeft vijftien laptops uitgeleend, maar dat is niet voldoende. Daarom ijvert zij voor donaties om deze leerlingen te kunnen helpen. Het gaat regelmatig om schrijnende situaties. Vooral voor leerlingen van de basisschool is deze achterstand schadelijk, aldus Charki. ‘Sommige leerlingen van de middelbare school hebben al een taalachterstand, maar basisschoolleerlingen zijn bezig met taalvorming.’

Ook de zwakkere leerlingen zullen volgens Charki de meeste schade ondervinden. ‘Het is geen optie om álle leerlingen te laten doubleren. Er komt straks een nieuwe aanwas en er zijn al te weinig leerkrachten.’

‘Een deel van de leerlingen is kwetsbaar omdat er thuis geen laptop is’

Charki deelt de zorgen van Ilias el Hadioui, socioloog en lid van de Onderwijsraad. In het AD stelde El Hadioui dat de sociaalemotionele ontwikkeling van kinderen door de sluiting van de scholen geschaad kan worden. Charki: ‘De sociale ontwikkeling van veel kinderen staat stil, ook omdat ze geïsoleerd raken. Hun sociale vaardigheden gaan achteruit, want ze missen het samenwerken. Alleen als we live gaan, kunnen ze even gezamenlijk onderwijs volgen. Ze vinden het fijn om elkaar te zien.’

Zomerscholen vormen een mogelijke oplossing, denkt Charki. ‘Gebruik die zomertijd goed. Dit zal niet voor alle leerlingen leuk zijn. Daarnaast lopen scholen tegen vakantieplannen van ouders op.’

Veel ouders geven overigens zelf al aan dit jaar tijdens de grote vakantie thuis te blijven, zegt Charki. ‘Ze willen graag dat hun kind onderwijs krijgt, zeker als ze zelf de Nederlandse taal niet goed beheersen. Ik weet zeker dat veel ouders open zullen staan voor een zomerschool.’

Onderwijs als grondrecht

Wat doet de politiek? We spraken met Co Engberts, fractievoorzitter PvdA Rotterdam. Ook hij maakt zich zorgen over dat veel leerlingen thuis geen laptop of internetaansluiting hebben en dat sommige ouders niet in staat zijn om hun kinderen structuur te bieden. Hij vindt dat zijn gemeente tekort schiet.

‘Er wordt heel erg gekeken naar weldoeners, zoals de Stichting De Verre Bergen Rotterdam. En er zijn oproepen gedaan om een laptop aan kinderen te schenken die er geen hebben. Deze initiatieven zijn op zich prachtig natuurlijk, maar kinderen uit arme gezinnen zouden hiervan niet afhankelijk mogen zijn.’

Onderwijs is een grondrecht met goede randvoorwaarden, beargumenteert Engberts. ‘We kennen niet alleen de leerplicht, maar ook het recht op onderwijs. De overheid moet dit faciliteren door middel van schoolgebouwen en leerkrachten. Als dat niet kan, dan moeten er andere randvoorwaarden komen. Dit is een noodsituatie. Dan mag je niet voor 100 procent leunen op weldoeners. De overheid moet in deze situatie bijspringen.’

Engberts wijst erop dat de Amsterdamse wethouder Marjolein Moorman (PvdA) wél bijspringt. ‘In Rotterdam wachten we af en springen dán pas bij. Dat kan niet, vooral niet voor leerlingen waar thuis weinig geld is, weinig sturing plaatsvindt en waar niet of nauwelijks Nederlands wordt gesproken. De budgetten van de scholen waarop kinderen in deze situatie vaak zitten zijn niet oneindig. Ook is er vaak geen ouderfonds. Daarbovenop zijn dit de scholen die bij uitstek kampen met een lerarentekort. De werkdruk is groot, áls er al een leraar is.’

Hij merkt op dat de betrokkenheid per school verschilt. ‘Er zijn scholen die er echt bovenop zitten om hun leerlingen in de gaten te houden, juist in deze periode.’ Wat Engberts ook prettig vindt, is dat er hotspots komen voor kinderen die thuis geen internet hebben. ‘Het is heel mooi, maar we zijn wel al bijna een maand verder. Rotterdam heeft te traag op het probleem gereageerd.’

De Rotterdamse PvdA wil de zomerscholen graag terug. ‘Wat wij ook graag willen, is meer betrokkenheid van de ouders. Op tijd naar bed, helpen bij het voorlezen, een kind laten meerekenen bij de supermarkt, enzovoort. Zomerscholen kunnen hierbij een rol spelen.’

‘Apartheid’ in India: hindoes in ziekenhuis gescheiden van moslims

0

In een openbaar ziekenhuis in de Indiase staat Gujarat worden islamitische coronapatiënten van hindoeïstische patiënten gescheiden. Critici beschuldigen het ziekenhuis van apartheid.

De hoofdarts van dit ziekenhuis in Ahmedabad, de grootste stad in Gujarat, verdedigt dit beleid tegenover de Indiase krant Indian Express:

‘Over het algemeen zijn er aparte afdelingen voor mannelijke en vrouwelijke patiënten. Maar hier hebben we aparte afdelingen gemaakt voor hindoe- en moslimpatiënten. Het is een beslissing van de regering en u kan het hen vragen.’

In Gujarat is de nationalistische BJP van Narendra Modi aan de macht. Modi was van 2001 tot 2014 de belangrijkste minister van de deelstaatregering van Gujarat, voordat hij minister-president van India werd.

De Arabische nieuwszender al Jazeera heeft deelstaatminister voor volksgezondheid aan de tand gevoeld over de religieuze segregatie in het staatsziekenhuis in Ahmedabad. Die gooide meteen de telefoon op de haak. Al Jazeera sprak ook met de Indiase socioloog Ghanashyam Shah.

‘Gujarat kennende, ben ik niet verbaasd dat dit is gebeurd’, zegt Shah. ‘Het is heel voor de hand liggend. De nepnieuwspropaganda rond moslims die het virus verspreiden, heerst waarschijnlijk in heel India. Maar ik kan zien dat het zichtbaar is in Gujarat.’

Veel Indiase moslims hebben het idee dat zij tot zondebok worden gemaakt. Naar aanleiding van berichten in hindoe-nationalistische media over een groot islamitisch festival in New Delhi werd de hashtag #coronajihad trending op social media.

De staat Gujarat heeft een beruchte reputatie als het gaat om moslimhaat. In 2002 was Ahmedabad een van de belangrijkste epicentra van religieus geweld in Gujarat. Toen werden bijna tweeduizend moslims gedood, tientallen vrouwen verkracht en verloren duizenden anderen hun woning.

Kamervragen omdat Marokko repatriëring Nederlanders weigert: ‘Onacceptabel!’

2

Door de coronacrisis zitten nog altijd ruim drieduizend Nederlanders vast in Marokko. Kamerleden pikken dit niet en hebben vragen ingediend.

Gisteren werd bekend dat Marokko de repatriëring dwarsboomt omdat het land niet gediend is van de ‘bevoogdende’ toon van Nederland, dat eist dat ook Nederlanders met een dubbel paspoort teruggehaald kunnen worden.

‘Het zijn ook onze onderdanen’, aldus een anonieme Marokkaanse topambtenaar over deze Marokkaanse Nederlanders in de staatsgezinde krant Hespress. Daar komt nog bovenop dat de diplomatieke betrekkingen tussen Nederland en Marokko al lange tijd slecht zijn.

D66-Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma noemt het ‘onacceptabel’ dat nog steeds zoveel Nederlanders in Marokko vastzitten en heeft Kamervragen ingediend. Hij wil weten of andere landen net zoveel hinder ondervinden en of Nederland samenwerking met hen zoekt.

Tevens vraagt Sjoerdsma zich af of buitenlandminister Stef Blok van plan is om drukmiddelen in te zetten tegen Marokko. Sadet Karabulut (SP) is benieuwd of deze druk ook in EU-verband kan worden opgevoerd, zo blijkt uit vragen die ook zij heeft gesteld aan minister Blok.

CBS: statushouders volgen vaker een opleiding – en op steeds hoger niveau

1

Volgens nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) volgt een groeiende groep voormalige asielzoekers een opleiding. De meesten zitten op het mbo.

Het CBS volgde meerdere statushouders die in 2015 een verblijfsvergunning kregen. Vier op de tien statushouders volgden in de maand oktober 2019 onderwijs. Hun aantal is in drie jaar tijd met een derde toegenomen.

De meeste statushouders zijn tussen de vijf en achttien jaar oud en dus leerplichtig. Maar veel statushouders hebben de middelbare school inmiddels doorlopen en zitten nu op het mbo.

De laatste jaren doen ze steeds vaker mbo-opleidingen van een hoger niveau. In oktober 2016 volgde een kwart van de statushouders die op het mbo zaten een opleiding van niveau 2 of hoger. Drie jaar later deed twee derde dit.

Biculturele ondernemers in coronatijd: ‘Lenen van familie? Een zwaktebod’

1

De Kanttekening sprak met biculturele ondernemers bij wie de inkomsten in één klap zijn weggevaagd. Hoe ervaren zij de coronacrisis? En zijn zij eerder geneigd om terug te vallen op de familie dan op de staat?

Midden op de Hoefkade in de Haagse Schilderswijk heeft de 34-jarige Moustapha Barbouch al elf jaar zijn reisbureau (foto). Rif Reizen is gespecialiseerd in de verkoop van vliegtickets met bestemmingen over de gehele wereld en in het bijzonder naar Marokko. Sinds de intelligente lockdown is de zaak gesloten en werkt Moustapha vanuit huis.

‘Nou ja, werken… zoveel werk is er nu niet meer. De reisbranche ligt op z’n gat. Het begon toen de premier een maand geleden adviseerde om niet naar het buitenland af te reizen.’

De meeste klanten van Rif Reizen zijn Noord-Afrikanen en Europeanen die zakelijke reizen binnen Europa boeken, zoals Polen en Bulgaren. ‘Ja, ik zit midden in de Schilderswijk, dus mijn klanten zijn heel divers. Aan het begin van de coronacrisis had ik nog wel de Europeanen die naar hun eigen land terugkeerden, maar je zag dat ook bij die groep elke dag de boekingen minder werden. Nu ligt alles stil.’

Het is een gigantische financiële strop. Barbouch heeft aangeklopt bij de overheid voor hulp. ‘Ik heb een aanvraag ingediend voor dat eenmalige bedrag van 4.000 euro omdat mijn maandelijkse vaste lasten voor de zaak ongeveer 1.500 euro bedragen. Daarnaast ga ik, omdat ik een eenmanszaak heb, deze week ook een beroep doen op de zzp-steun om mijn bedrijf te kunnen doorzetten. Deze uitkering vult het inkomen aan tot het sociaal minimum en hoeft niet worden terugbetaald.’

‘Het ziet er niet naar uit dat we over een maand weer zorgeloos kunnen reizen’

Zijn familie laat hij met rust. ‘Hun financiële hulp heb ik niet nodig, omdat ik nog wel kan leven van mijn reserves. Daarnaast: ik heb gewoon recht op hulp van de overheid.’ Ook speelt trots een rol, vertelt Barbouch.

‘Ik heb ooit de keuze gemaakt om voor mijzelf te beginnen. Niemand anders maakte die keuze voor mij. Verschillende familieleden hebben hun hulp wel aangeboden, maar ik neem dat niet aan. Meestal is het andersom en ben ik degene die anderen helpt.’

Barbouch ziet de toekomst niet rooskleurig in. Hij weet zeker dat de overheid de komende maanden de strenge maatregelen zal handhaven.

‘Als je ondernemer bent, dan ben je je bewust van de risico’s. In mijn branche moet je als kleine ondernemer snel kunnen schakelen wanneer het niet goed gaat. De grote bedrijven hebben andere opties, zoals een faillissement aanvragen. Wij moeten snel kunnen beslissen over alternatieven. Het ziet er niet naar uit dat we over een maand weer zorgeloos kunnen reizen. Ik ben bang dat dit nog heel lang gaat duren. Daarom ben ik alvast aan het nadenken over een eventuele andere soort onderneming.’

Geld van een oom

Tuan* runt al jarenlang loempiakramen in verschillende steden en ziet steeds minder mensen op straat. Iedereen in de familie helpt mee: thuis in de keuken, op straat met de verkoop en met de administratie.

‘Bij ons is het normaal dat iedereen een steentje bijdraagt. Het is een echte familiezaak. Sinds de coronacrisis hebben we het erg moeilijk, omdat mensen minder op straat zijn en er dus ook minder loempia’s worden verkocht. Het doet echt pijn om te zien hoe stil en leeg het is op straat, waar normaal duizenden mensen voorbij mijn kraam lopen. Je wordt er niet vrolijk van.’

De familie helpt elkaar in deze barre tijden, ook financieel. ‘Andere familieleden die ook ondernemer zijn helpen ons nu. Omdat dat bij ons normaal is. Mijn oom heeft mij geld geleend; daarmee kan ik wel een paar maanden vooruit.’

‘Pijnlijk om te zien hoe stil het is op straat’

Tuan heeft nog geen tijd gehad om te onderzoeken of hij van de Nederlandse overheid hulp kan krijgen. ‘Ik moet je eerlijk zeggen dat ik er niet zo mee bezig ben. Ik vind andere zaken nu even belangrijker. Dat mijn familie gezond blijft, bijvoorbeeld – en dat mijn dochter haar studie kan afmaken.’

Vijfenveertig jaar geleden vluchtte Tuan als kind, samen met zijn familie, van Vietnam naar Nederland. Hij relativeert de economische problemen. ‘Vrijheid, gezondheid en veiligheid vind ik de belangrijkste zaken in het leven. Want als die er niet zijn, kun je je kinderen geen toekomst bieden.’

Te trots

Dat deze crisis er ook voor kan zorgen dat je als ondernemer het niet meer ziet zitten, bewijst het besluit van de Rotterdamse Mehmet* om zijn Turkse shoarma- en kebabzaak in de verkoop te zetten.

‘Ik had een bloeiende zaak met veel afhaal en bezorging. Maar toen de horecazaken dicht moesten, werd men creatief en gingen restaurants en zelfs kroegen ook maaltijden bezorgen. Ik kreeg elke dag minder klanten. En als je niet de enige kebabzaak bent in de wijde omgeving maar in een gebied zit waar om de vijftig meter een concurrent zit, dan gaat het extra hard.’

Mehmet ziet de afgelopen jaren steeds meer Turkse ondernemers van Turkije naar Nederland verhuizen om aan de onzekere financieel-economische situatie daar te ontsnappen. ‘Ook grote bedrijven. De meeste ondernemers in Nederland met een niet-Nederlandse nationaliteit zijn Turks. En het ondernemen zit bij ons in het bloed. Wij willen liever niet voor een ander werken.’

Toch wil Mehmet al een tijdje af van de familiezaak waar hij samen met zijn vrouw en kinderen al zijn energie in heeft geïnvesteerd. Hij zakt nu steeds dieper in de schulden. De crisis is voor hem de aanleiding om de zaak te verkopen. Het liefst wil hij weer in loondienst gaan.

‘Dit kan niemand lang volhouden’

Hulp van familie durft hij niet te vragen. ‘Dat is bij ons echt not done. Ik ben degene die mensen onderhoudt, zoals mijn broer in Turkije die ook eenzelfde soort zaak heeft.’

In Turkije hebben mensen het momenteel erg zwaar, vertelt Mehmet. Iedereen moet verplicht thuisblijven, maar velen waren afhankelijk van dat klein beetje geld wat ze buitenshuis verdienden. Kleine ondernemingen, zoals straatkarretjes of winkeltjes, zijn het hardst getroffen.

‘Mijn broer heeft het nu ook erg moeilijk. Ik probeer hem toch hier en daar en waar mogelijk financieel te ondersteunen, ondanks mijn situatie. Ik ben de oudere broer en heb een verantwoordelijkheid om de rest te helpen, niet andersom.’

Hij geeft aan dat hij te trots is om zijn hand op te steken bij zijn familie. ‘Het zou dan laten zien dat ik gefaald heb. Ik zou me kapot schamen. De familie helpt elkaar wel op andere manieren: meer praktisch, zoals in de zaak staan. Kijk, dat is wel normaal – zelfs bijna een verplichting. Als de nood hoog is, staat iedereen paraat om in te springen.’

Mehmet heeft een aanvraag ingediend bij de gemeente om de vaste lasten als de huur te kunnen blijven betalen, maar hij hoopt dat de zaak snel verkocht zal worden. ‘De afgelopen twee maanden heb ik de omzet met wel 60 procent zien dalen. Dit kan niemand lang volhouden. Ik ben daarom ook erg blij dat de Nederlandse overheid bijspringt. Dat is ook nodig.’

Een zwaktebod

Ook Ihsan Radwan (25) doet geen beroep op hulp van de familie. De 25-jarige Rotterdamse met Egyptische roots heeft Industrial Design Engineering gestudeerd, waarin je leert met technisch inzicht, creativiteit en gevoel voor consumentengedrag producten te ontwerpen of te verbeteren. Een jaar geleden startte ze haar eigen onderneming, die nu ook geraakt is door de crisis.

‘Ik heb een winkeltje met op de begane grond een kledingdrukkerij en op de eerste verdieping een fotostudio, waar mensen een fotoshoot kunnen krijgen of gewoonweg pasfoto’s kunnen laten maken. De kledingdrukkerij fabriceert voornamelijk bedrukte kleding op aanvraag. Mijn vader is kleermaker geweest, dus dat heb ik van kinds af aan meegekregen.’

De winkel van Ihsan is momenteel gesloten. Ook zij werkt sinds de lockdown vanuit huis, waar zij op een slimme manier iets positiefs uit de crisis heeft weten te halen.

‘Ik ben best actief op social media, vooral op Instagram en Snapchat, en heb een groot bereik. Toen de crisis erger werd, begon ik bedrukte mondkapjes te maken en liet ze zien op mijn accounts. Ik kreeg meteen ontzettend veel reacties en aanvragen. Het werd een hype. Dus nu zit ik vooral thuis achter de naaimachine en heb ik toch wel inkomsten.’

‘Overheidssteun is een recht in moeilijke tijden’

Het zijn geen medische mondkapjes die Ihsan maakt. Ze is daar ook heel duidelijk in naar haar klanten toe. ‘Maar voor kinderen is het bijvoorbeeld wel leuk, omdat ze bedrukt zijn. En het helpt enigszins bij het niet aanraken van de mond. Het is vooral een kwestie van awareness. Wanneer mensen anderen zien met mondkapjes op, worden ze zich nog meer bewust van het feit dat er iets ernstigs gaande is.’

Ihsan heeft ze nog niet aangeklopt bij de overheid: het loopt nu nog wel lekker met de mondkapjes. Toch denkt ze dat dit een tijdelijke hype is en het binnen een paar weken voorbij is. ‘Als dat het geval is, dan ga ik voor de komende twee maanden gebruik maken van overheidssteun.’

Haar familie laat ze met rust. ‘Als je ondernemer bent, dan ga je automatisch uit van je eigen kracht en wil je zelfstandig zijn. Je hebt er vanaf het begin over nagedacht over hoe je het wilt aanpakken en wat je aankunt. Overheidssteun is een recht in moeilijke tijden. Er wordt goed gekeken naar wie er aanspraak op heeft. Geld lenen van mijn familie zie ik als een zwaktebod.’

Zij vindt juist dat zij haar familie moet helpen, in plaats van andersom. ‘Mijn broer en zus zijn ook zelfstandigen. Iedereen is met zichzelf en de eigen sores bezig. Mijn broer heeft een scooterzaak en heeft het nu erg moeilijk.’

*Gefingeerd. Echte naam bij de redactie bekend.