19 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 761

Reformatorisch Dagblad: ‘Kerkdiensten geen broedplaats voor corona’

0

Verschillende journalisten leggen een verband tussen corona en de zogenoemde ‘Biblebelt’, die loopt van Zeeland naar Staphorst in Overijssel. Maar volgens het protestants-christelijke het Reformatorisch Dagblad is dit onzin.

Sommige media menen dat het coronavirus zich in veel plaatsen op de Biblebelt zich opmerkelijk snel heeft verspreid. Tweeënhalve week geleden gingen veel kerkdiensten nog gewoon door, vooral die van de ‘zwaardere’ protestants-christelijke gemeenten.

Het klopt dat in sommige plaatsen op de Biblebelt het coronavirus harder heeft toegeslagen, schrijft het Reformatorisch Dagblad. Maar in een aantal bekende Biblebelt-plaatsen als Staphorst en de Zeeuwse eilanden ligt dat anders. Als kerken in de Biblebelt massaal de regels aan hun laars hadden gelapt, dan waren die gemeenten harder getroffen.

Ook hebben de kerken die op zondag 15 maart open waren zich keurig aan de ‘maximaal 99 mensen’-regel gehouden, schrijft het Reformatorisch Dagblad. Pas op maandag 23 maart verkondigde het kabinet dat maximaal 30 mensen aanwezig mochten zijn.

Maar hoe verklaart het Reformatorisch Dagblad dan de razendsnelle verspreiding van het coronavirus in bepaalde delen van de Biblebelt? Volgens de krant komt dit wellicht door de ‘Biddag’ van 11 maart. Deze kerkdiensten voor ‘gewas en arbeid’ werden massaal bezocht.

Maar dit was voordat de strenge maatregelen ingingen. Pas op donderdag 12 maart werden in heel Nederland de maatregelen van kracht die daarvoor alleen in Noord-Brabant golden, dat bijeenkomsten met meer dan 99 mensen werden verboden.

Op 10 maart duidde het Reformatorisch Dagblad de verspreiding van het coronavirus als straf van God: ‘Hij zendt ziekte zoals ooit de plagen in Egypte, om de mens tot inkeer te brengen.’ De krant stelde toen ook dat hetonverantwoord [zou] zijn om op voorhand kerkdiensten af te gelasten.’

Door de coronacrisis willen meer moslims in Nederland begraven worden

1

Vanwege de uitbraak van de coronacrisis geldt in Marokko een inreisverbod voor Nederlanders. Marokkaanse Nederlanders kunnen hierdoor hun overledenen niet repatriëren naar Marokko. Een begrafenis in Nederland moet dan uitkomst bieden. Probleem: er is een zeer beperkt aantal begraafplaatsen in ons land met garantie op eeuwige grafrust.

Hoe kun je dit dilemma het beste oplossen? Overledenen tijdelijk in Nederland begraven, om ze later te repatriëren? Of moeten op korte termijn de mogelijkheden voor eeuwige grafrust worden uitgebreid?

Eeuwige grafrust

De islam schrijft, net als het jodendom, voor dat overledenen een eeuwige rustplaats moeten krijgen. In Nederland kunnen moslims bij sommige begraafplaatsen terecht voor een grafrecht van tien tot vijftig jaar, dat periodiek verlengd moet worden om het graf te behouden. Wanneer het grafrecht niet wordt verlengd heeft de gemeente, als beheerder van de begraafplaats, het recht om het graf te ontruimen. Het stoffelijke overschot wordt dan verplaatst of verbrand.

Voor veel moslims is dit een onwenselijke situatie. De voorkeur van veel Nederlandse moslims gaat daarom uit naar een begraafplaats waar eeuwige grafrust wordt gegarandeerd. Dat is nu in Nederland alleen mogelijk bij een klein aantal begraafplaatsen, zoals die van de Stichting Almeerse Moslims Ar-Raza in Almere.

‘De stichting is in 1999 opgericht. Daarna hebben wij ons gericht op het vinden van een terrein waar we een begraafplaats voor eeuwig durende grafrust konden realiseren’, vertelt Ali Karamatali. Hij is imam en voorzitter van stichting Ar-Raza. ‘We hadden toentertijd aanvraag gedaan bij de gemeente. Uiteindelijk hadden we pas in 2007 het terrein gereed kunnen maken voor het eerste graf.’

Al vanaf de oprichting van Ar-Raza merkte Karamatali dat het niet gemakkelijk was om in Nederland een islamitische begraafplaats te realiseren. Dit komt onder meer omdat veel Nederlandse moslims, met name van Turkse en Marokkaanse afkomst, er vaker voor kiezen om gerepatrieerd te worden. Door te kiezen voor een graf in hun land van herkomst zijn zij in elk geval verzekerd van eeuwige grafrust.

Gemeenten menen daarom dat er weinig animo is voor een islamitische begraafplaats in Nederland. Dat ziet de islamitische gemeenschap anders, aldus Karamatali. ‘Vanuit de Surinaams-islamitische gemeenschap is er wel altijd een sterke behoefte geweest om in Nederland islamitische begraafplaatsen te realiseren met garantie op eeuwige grafrust. Mede voor en door deze gemeenschap hebben wij ons daarom ingezet voor de islamitische begraafplaats in Almere.’

Aan het denken gezet

De huidige coronacrisis heeft een groot deel van de Nederlandse moslimgemeenschap aan het denken gezet over de mogelijkheid om in Nederland te worden begraven. Dit, omdat het repatriëren van overledenen voorlopig niet mogelijk is door het inreisverbod voor Nederlanders in Marokko. Dat stelt Hamed Amrino, voorzitter van de stichting Bijzondere Islamitische Begraafplaatsen in Nederland (BIBIN).

Deze stichting is veertien jaar geleden door Amrino in het leven geroepen om islamitische begraafplaatsen – dus mét garantie op eeuwig durende grafrust – in ons land mogelijk te maken. Sinds zijn oprichting heeft de stichting zich ingezet voor de totstandkoming van een islamitische begraafplaats in Zuidlaren. Door gebrek aan financiële middelen was het voor BIBIN niet mogelijk om de begraafplaats eerder op te leveren. Daar kwam vorige week verandering in.

‘Door de coronacrisis steeg het aantal donaties voor de islamitische begraafplaats in Zuidlaren’, vertelt Amrino. ‘We moesten uiterlijk in 2021 het volledige bedrag van 94.000 euro hebben ingezameld om het beoogde perceel aan te schaffen. We waren goed op weg, maar door de stijging in het aantal donaties is de financiering nu al rond. Het koopcontract hebben we onlangs ondertekend.’

Ook in Utrecht en in de Brabantse plaats Nuenen kunnen moslims via de Stichting Islamitisch Begrafeniswezen terecht voor begraafplaatsen waarin grafrust voor onbepaalde tijd wordt gegarandeerd. Als we deze bij de begraafplaatsen in Almere en Zuidlaren optellen, zijn er nu in totaal 2.800 graven met garantie op eeuwige grafrust.

‘Nood breekt wet. We kunnen mensen niet zomaar weigeren’

Volgens Amrino brak er paniek uit bij de Nederlandse moslimgemeenschap toen bekend werd dat tien Italiaanse moslims niet gerepatrieerd konden worden naar Marokko. Daarnaast zouden meer moslims in Nederland begraven willen worden omdat hun families er wonen.

‘Mensen willen hun geliefden de kans gunnen om snel en regelmatig hun graf te bezoeken. Dan ligt een graf in Marokko of Turkije niet voor de hand, en is repatriëren voor veel moslims minder aantrekkelijk geworden. Dit betekent wel dat er in korte tijd meer islamitische begraafplaatsen in Nederland moeten komen.’

Amrino voorspelt dat dit probleem de komende tijd groter wordt voor de Nederlandse moslimgemeenschap. ‘Er zijn 1,1 miljoen moslims in Nederland. Als tien procent daarvan ervoor kiest om in Nederland begraven te worden, dan gaat dit om 110.000 mensen. En als tien procent daarvan tussen nu en dertig jaar komt te overlijden, dan is er binnen dertig jaar vraag naar 11.000 graven waar eeuwig durende grafrust wordt gegarandeerd. Dit is een enorm aantal, waarbij ik er in deze berekening vanuit ga dat slechts tien procent van de Nederlandse moslims dit wil.’

Toenemende noodzaak

Ook in Almere is de toenemende noodzaak voor islamitische begraafplaatsen voelbaar. ‘Er is een enorme stijging in het aantal begrafenissen bij Ar-Raza. Voor het uitbreken van het coronavirus hadden we maandelijks zeven tot acht begrafenissen. Nu worden er wekelijks tussen de tien en twaalf overledenen begraven’, zegt Karamatali.

Stichting Ar-Raza heeft de begraafplaats in de eerste plaats opgericht voor de Surinaams-islamitische gemeenschap, stelt hij. ‘Maar in dit soort noodsituaties moeten we afwijken van de norm. Nood breekt wet. We kunnen mensen niet zomaar weigeren.’

De overledenen die nu bij Ar-Raza begraven worden stonden vaak op het punt om gerepatrieerd te worden. De overledenen werden in mortuaria geplaatst, in afwachting van de Marokkaanse overheid om het inreisverbod in te trekken. Maar omdat het inreisverbod tenminste zal gelden tot eind april wordt het noodzakelijk om de overledenen hier te begraven.

Vanwege de garantie op eeuwige grafrust maken de nabestaanden snel de keuze voor de begraafplaats in Almere. Aanmelden bij de locatie in Zuidlaren kan op dit moment nog niet. ‘We willen alles goed hebben geregeld voordat we het terrein daadwerkelijk kunnen gebruiken als islamitische begraafplaats’, zegt Amrino. ‘Dat kost tijd. Het is nu dankzij de coronacrisis in een stroomversnelling geraakt, maar onze begraafplaats is nog niet af.’

‘Vanwege de coronapandemie is de nood nu erg hoog’

Vorige week diende Denk-Kamerlid Farid Azarkan een motie in om op korte termijn begraafplaatsen met eeuwige grafrust te realiseren in Nederland. Deze motie werd, met slechts 34 stemmen voor, verworpen door de Tweede Kamer.

Een andere oplossing voor het acute probleem werd eerder deze maand geopperd door de fracties van Denk en Nida in Rotterdam. Ze stelden voor dat de gemeente Rotterdam islamitische overledenen een tijdelijke plek moet bieden op gemeentelijke begraafplaatsen. Vervolgens kunnen nabestaanden de overledenen, op kosten van de gemeente, herbegraven op een later te realiseren begraafplaats met eeuwige grafrust – of de overledenen worden op een later moment gerepatrieerd, zo is hun idee.

Zowel Amrino als Karamatali zien hierin geen werkbare oplossing. ‘Eeuwige grafrust is in het belang van zowel de overledene als de nabestaanden, zodat herbegraven niet noodzakelijk is. Ik vraag mij af of je vanuit islamitisch oogpunt tijdelijke graven op een gemeentelijke begraafplaats kan verantwoorden. Bovendien kost het herbegraven van overledenen veel geld, het repatriëren van overledenen ook – en ik geloof niet dat de gemeente Rotterdam dat wil betalen’, zegt Amrino.

Karamatali beaamt dit. ‘Op het moment dat een overledene is begraven, is het alleen mogelijk om diegene na tien jaar te herbegraven met toestemming van de burgemeester. Dat staat in de Nederlandse wet. Het kan dus niet zomaar gebeuren’, zegt hij.

Een redelijke prijs

Karamatali van stichting Ar-Raza zegt zeer verheugd te zijn over de totstandkoming van de islamitische begraafplaats in Zuidlaren. ‘Islamitische begraafplaatsen moeten gerealiseerd worden in alle grote steden in Nederland’, zegt hij. ‘Nu zijn we met de gemeente in gesprek voor een tweede islamitische begraafplaats in Almere. Ik verwacht wel dat de gemeente bereid zal zijn om nog een stuk grond aan ons te verkopen. Vanwege de coronapandemie is de nood nu erg hoog.’

Ook stichting BIBIN van Amrino zet zich in voor de realisatie van meerdere islamitische begraafplaatsen in Nederland om aan de vraag te voldoen. Gemeenten zouden geen geld aan onderhoudskosten hoeven te besteden op het moment dat de islamitische begraafplaatsen worden gerealiseerd in eigendom en beheer van BIBIN, zegt Amrino. Daarnaast streeft BIBIN als non-profitorganisatie naar een redelijke prijs voor eeuwige grafrust.

‘Als het zover is, willen we ervoor zorgen dat een islamitische begraafplaats in elke stad in Nederland dezelfde prijs hanteert, of het nu in de Randstad is of ergens anders. Bij ons betalen de mensen nu 2.715 euro voor een graf met eeuwige grafrust. Deze prijs kunnen we hanteren omdat we dankzij donaties niet hoeven te betalen voor de grond.’

‘De huidige toestand heeft ons aan het denken gezet. Waar worden wij begraven?’

Amrino verwacht dat er een gigantische markt voor islamitische begraafplaatsen op komst is. ‘Na de coronacrisis zal dit probleem bij de Nederlandse moslimgemeenschap nog steeds op het netvlies staan’, voorspelt hij. ‘De huidige toestand heeft ons aan het denken gezet. Waar worden wij begraven op het moment dat we komen te overlijden? We merken dat deze vraag steeds meer Nederlandse moslims bezighoudt.’

Bij Denk heeft iedereen kilo’s boter op zijn hoofd

1

Nieuwtjes lekken nooit toevallig uit. Voor de buitenstaander lijkt dat weliswaar zo, maar ze zijn meestal zorgvuldig gepland. Dat geldt ook voor het politieke nieuws van dit weekend: HP/De Tijd bracht het verhaal dat Denk-leider Tunahan Kuzu een ‘grensoverschrijdende relatie’ met een vrouwelijke medewerker heeft gehad.

Het nieuwtje komt een week na Kuzu’s aankondiging dat hij na de verkiezingen van volgend jaar de actieve politiek verlaat en per direct het fractievoorzitterschap neerlegt. Zijn functie heeft een te grote impact op zijn leven, schreef hij. Dat bleek dit weekend onzin: Kuzu is onder druk gezet om te vertrekken.

De achtergrond laat zich niet zo gemakkelijk samenvatten: Kuzu had tot ergens in 2018 een ‘grensoverschrijdende’ relatie met een vrouwelijke Denk-medewerker. Zij beschuldigt hem van machtsmisbruik en ongewenst gedrag. Volgens Denk was de vrouw helemaal geen medewerker. Kuzu vertrok vervolgens tijdelijk als fractievoorzitter.

Er zijn meerdere verhalen over dat vertrek. Destijds was de relatie niet bij het grote publiek bekend en zei Denk dat Kuzu de lokale fracties ging trainen. Deze week zei Denk opeens iets anders: Kuzu moest weg vanwege de affaire.

Denk geeft dus toe in 2018 te hebben gelogen over het tijdelijke vertrek van Kuzu als fractievoorzitter. Maar het wordt erger: ook de versie die Denk deze week met de buitenwereld deelde klopt niet, meldt NRC. Kuzu ging destijds wel degelijk de lokale afdelingen trainen, maar niet als straf voor de ontdekte affaire. Selcuk Öztürk had er geen tijd voor.

De vrouw heeft Kamerlid Farid Azarkan destijds op de hoogte gesteld van de ‘grensoverschrijdende relatie’. Hij deed er niks mee. Vreemd: de affaire paste – zegt Denk nu – niet bij de kernwaarden van de partij, maar Azarkan vroeg zich alleen maar af wat in deze nieuwe situatie zijn kansen op het partijleiderschap zouden zijn.

De vrouw ging vervolgens maar naar Kamervoorzitter Arib, die haar adviseerde aangifte te doen. De vrouw deed dit uiteindelijk niet. Zaak gesloten, zou je denken, maar niet bij Denk.

Dit jaar ging Selcuk Öztürk er alsnog mee aan de slag. In maart confronteerde hij Kuzu met de twee jaar oude zaak. Dit was tegen de wil van de vrouw. Vreemd: Öztürk had kennelijk in 2018 nog geen fundamentele problemen met de zaak, die toen immers niet tot Kuzu’s vertrek leidde. Toen waren er nog geen kernwaarden geschonden, maar nu – twee jaar later – opeens wel.

Denk in de Tweede Kamer is een slangenkuil die je je ergste vijand nog niet toewenst

Zit Kuzu fout? Over buitenechtelijke relaties kan iedereen het zijne denken, maar of de relatie ‘grensoverschrijdend’ was, staat niet vast. Daar is – behalve de verklaring van de anonieme vrouw – geen bewijs voor. Kuzu ontkent het. Een aangifte ligt er niet.

Al met al is dit verhaal een mooie manier om karaktermoord te plegen: niemand weet of Kuzu fout zat, maar waar rook is, is vuur, nietwaar? Geen Denk-lid zal er nog voor pleiten dat Kuzu moet blijven.

Er zijn twee opties. De eerste is dat al in 2018 duidelijk was dat de relatie niet door de beugel kon. Waarom kraaide er bij Denk toen geen haan naar? Waarom kwam Azarkan niet in actie? Waarom is Kuzu toen niet uit de partij gezet? De tweede optie is dat het al in 2018 een storm in een glas water was. Maar waarom speelt deze affaire dan nu weer op?

Zo komen we bij het uitlekken van dit soort schandalen. Dat gebeurt nooit toevallig. Azarkan komt er niet mooi uit: of hij heeft een serieuze klacht over Kuzu genegeerd, of hij laat het nu gebeuren dat Kuzu moet vertrekken op basis van een zaak die al was afgedaan.

Voor Öztürk geldt hetzelfde: hij wist al langer van de relatie en vond die kennelijk in 2018 niet ernstig genoeg. Waarom komt hij er nu dan op terug? De enige logische conclusie is dat Denk in de Tweede Kamer een slangenkuil is die je je ergste vijand nog niet toewenst.

‘Zoom-bombing’: steeds meer racisten verstoren online meetings

0

Vanwege de coronacrisis zijn veel mensen aan het ‘zoomen’ geslagen, vernoemd naar de populaire Amerikaanse videobeldienst Zoom. Maar alt-rechtse trollen hebben Zoom ook ontdekt.

Ze bezoeken online synagogediensten, vergaderingen van zwarte studentenverenigingen en andere virtuele bijeenkomsten. Het doel van de trollen: deze bijeenkomsten met racistische haat verstoren.

Zo werd een online bijeenkomst van een synagoge in Londen bruut verstoord, meldt de BBC. Er waren 205 accounts ingelogd, waaronder veel families met kleine kinderen, toen er opeens 38 nieuwe accounts bijkwamen. Vermoedelijk zijn die allemaal van dezelfde persoon. De groepschat werd al snel gevuld met antisemitische leuzen, waarop veel mensen besloten om uit te loggen. Troll-actie geslaagd.

Maar ook in de Verenigde Staten hebben trollen Zoom-bombing ontdekt. In Texas werd een vergadering van een Afro-Amerikaanse studentenvereniging verstoord door racisten. Een onbekende gebruiker verscheen opeens in de chat, die allemaal racistisch leuzen schreeuwde. De universiteit in Texas heeft een onderzoek ingesteld.

Ook studenten en medewerkers van de University of California, Los Angeles waren slachtoffer van Zoom-bombers. Zij verstoorden diverse online colleges. Vijf minuten na aanvang van een college over astronomie deed iemand alsof hij een vraag had, maar in plaats daarvan sprak hij de Afro-Amerikaanse professor aan met het N-woord.

Het is heel makkelijk om via Zoom met grote groepen te videobellen, maar de videobeldienst is niet zo privacyvriendelijk. Dankzij al deze incidenten wordt de druk op Zoom groter om het privacybeleid aan te passen, meldt Fox Business.

Pakistan: moskeeën blijven open, experts vrezen corona-catastrofe

1

Volgens gezondheidsexperts en burgeractivisten doet de Pakistaanse regering veel te weinig om de verspreiding van COVID-19 tegen te gaan. Ze vrezen dat het aantal besmettingen de komende week exponentieel zal stijgen.

Op dit moment zijn er tenminste 25 Pakistanen overleden door het coronavirus en zijn er officieel ruim 2.000 mensen besmet. Velen zijn besmet toen begin maart een grote groep sjiitische pelgrims terugkeerde uit Iran, dat hard is getroffen door het virus.

Desondanks liet de Pakistaanse regering onlangs de Tablighi Jamaat-bijeenkomst in Punjab doorgaan, een bijeenkomst die door duizenden soennitische gelovigen werd bezocht. Ook dit evenement zorgde voor vele nieuwe coronabesmettingen.

Daarnaast hebben belangrijke soennitische en sjiitische geestelijken laten weten onder geen beding de moskeeën te willen sluiten. ‘Het is niet mogelijk, onder geen enkele omstandigheid, in een islamitisch land’, stelt de geestelijke Muneeb-bur Rehman.

Veel Pakistanen blijven dan ook naar de moskee gaan – ondanks het feit dat het coronavirus zich snel verspreidt in grote groepen, een reden waarom vrijwel alle moslimlanden hun moskeeën al hebben gesloten.

‘Geestelijken zouden de ernst van de situatie moeten inzien’, stelt de Pakistaanse Medische Associatie. Deze artsenfederatie vindt tevens dat de regering haar oren laat hangen naar de geestelijke leiders in het land.

De Pakistaanse Medische Associatie eist bovendien dat er een lockdown komt. Maar premier Imran Khan wil daar niet aan: een kwart van de Pakistaanse bevolking zou dan sterven van de honger, zei hij in een televisietoespraak.

Streng-islamitische geestelijken grijpen nu Khans aarzeling aan om het gevaar van corona te bagatelliseren, aldus Deutsche Welle. Deze Duitse nieuwszender sprak met de Pakistaanse geestelijke Ejaz Ashrafi, die is verbonden aan de islamistische partij TLP.

‘De pandemie verspreidt zich als gevolg van onze zonden, omdat we de leerstellingen van de islam niet volgen’, aldus Ashrafi.

Saoedi-Arabië vraagt moslims om hadj-plannen uit te stellen

0

Vanwege het coronavirus vraagt Saoedi-Arabië aan alle moslims om nog even geen plannen te maken voor de hadj, de pelgrimstocht naar Mekka die jaarlijks wordt georganiseerd. De hadj zou eind juli beginnen, maar dat is nu dus onzeker.

‘We hebben onze moslimbroeders over de wereld gevraagd om te wachten totdat er meer duidelijkheid is.’ Dat zei minister Mohammed Benten op de Saudische staatstelevisie. Benten is verantwoordelijk is voor de hadj en de umrah, de kleine pelgrimstocht.

Gisteren kwamen er in Saoedi-Arabië 110 gemelde besmettingen bij. Het officiële aantal besmette Saudi’s komt daarmee op 1.563, waarvan tien inmiddels zijn overleden.

Het zou de eerste keer zijn in de recente geschiedenis dat de hadj wordt uitgesteld. Een maand geleden zette Saoedi-Arabië de niet-verplichte umrah-pelgrimstocht al stop.

De hadj is voor iedere moslim verplicht, mits je dit kunt betalen en fysiek aankunt. Maar vanwege de massaliteit van deze gebeurtenis zou het door laten gaan een groot verspreidingsrisico betekenen. Vorig jaar kwamen er 2,5 miljoen moslims af op de hadj.

Deze aankondiging van Saudi-Arabië komt niet helemaal uit de lucht gevallen. De heilige steden Mekka en Medina zijn inmiddels in lockdown. Ook de moskeeën zijn gesloten.

 

De een joods, de ander moslim: deze twee strijders tegen corona gaan viral

2

Het coronavirus raakt mensen van alle geloven. Hoe dit gegeven juist ook kan leiden tot verbinding, dat tonen de joodse ambulancebroeder Avraham Mintz en zijn islamitische collega Zoher Abu Jama. De twee veroveren momenteel de wereld met deze iconische foto.

Avraham Mintz en Zoher Abu Jama werken allebei als paramedicus bij de ambulance- en bloeddonatiedienst van Israël. Ze waren net naar Beër Sjeva gegaan om een 41-jarige vrouw te helpen met ademhalingsproblemen. Tijdens een korte pauze besloten ze samen te bidden. De een richting Mekka, de ander richting Jeruzalem.

Een collega vond het zo’n mooi gezicht dat hij er een foto van maakte. In rap tempo ging de foto viral op social media en bereikte deze ook de internationale media.

Een gebruiker op Instagram merkt op: ‘Ik ben trots op iedereen van de reddingsdiensten, het maakt niet uit van welke gemeenschap of religie men is.’ En een twitteraar schrijft: ‘Eén gevecht! Eén overwinning. Laten we ons verenigen.’

In gesprek met de Amerikaanse nieuwszender CNN vertelt de joodse ambulancebroeder Mintz dat samen bidden heel eenvoudig is en dat dit het ook zo krachtig maakt.

‘Ik geloof dat Zoher (zijn islamitische collega, red.) en ik en de meeste landen ter wereld begrijpen dat we ons hoofd moeten heffen en bidden. Dat is alles wat overblijft… Iedereen is bang voor het virus… Wij ook, maar we geloven dat alles in handen van God ligt, gezegend zij Hij. Dat geloven we allebei.’

Zijn islamitische collega Abu Jama beaamt: ‘Ik geloof dat God ons zal helpen en we zullen dit overwinnen. We moeten allemaal tot God bidden om zijn hulp te vragen en deze wereldwijde crisis te doorstaan.’

Turkije vervolgt Koerdische journaliste om ‘hatelijke’ corona-berichten

0

De Turkse autoriteiten zijn een strafrechtelijk onderzoek gestart naar de Koerdische journaliste Nurcan Baysal. Vanuit Zuidoost-Turkije verslaat zij hoe de Turkse staat maatregelen neemt tegen het coronavirus.

Baysal wordt ervan beschuldigd haat te zaaien en vijandschap onder het publiek te kweken. Het gaat onder meer om een serie tweets waarin ze oproept om politici en mensenrechtenactivisten vrij te laten uit de gevangenis. Gevangenen lopen volgens haar een extra risico om besmet te raken met het coronavirus.

Ook wordt Baysal aangeklaagd vanwege een artikel op de onafhankelijke Turkse nieuwssite Ahval News. Dat artikel gaat over het leven in de stad Diyarbakir in tijden van corona. Daarin voert ze een vrouw van een gevangene op, die vertelt dat in de overvolle gevangenissen de meest basale sanitaire middelen als zeep en warm water ontbreken.

‘Als mensenrechtenverdediger, journalist en burger van de Turkse Republiek heb ik mijn recht uitgeoefend om de mensen en de instellingen te informeren over de voorzorgsmaatregelen tegen het coronavirus in mijn stad. Dit is een grondwettelijk recht en een recht beschermd door het VN-Handvest’, reageert Baysal op Twitter.

Baysal is niet de enige die zich zorgen maakt over het coronagevaar voor Turkse gevangenen. Tegen twee parlementsleden van de pro-Koerdische partij HDP loopt om diezelfde reden een strafrechtelijk onderzoek. Eerder riepen ook mensenrechtenorganisaties op tot het vrijlaten van politieke gevangenen.

De Koerdische journaliste is geen onbekende bij de Turkse autoriteiten. Ze werd al een paar keer eerder opgepakt omdat ze kritisch schreef over Turkse militaire operaties in Koerdische gebieden. Vandaag moet zij opnieuw voorkomen.

Duits politierapport: extreemrechts motief niet leidend bij aanslag Hanau

0

Volgens een gelekt politierapport was de dader van de aanslag in de Duitse stad Hanau niet hoofdzakelijk gedreven door extreemrechtse motieven. Dit staat in tegenstelling tot wat werd gedacht.

De 43-jarige Tobias Rathjen schoot vorige maand negen mensen dood in twee shishabars. De slachtoffers hadden een migratieachtergrond. Daarna beroofde hij zijn moeder en zichzelf van het leven. Hij liet een manifest achter waarin hij zijn moorden rechtvaardigde op racistische gronden.

Maar volgens de politie heeft Rathjen dit manifest pas op het allerlaatste moment geschreven. Dit blijkt uit een onderzoek waarvan onderdelen zijn uitgelekt naar de Duitse pers. Hij zou deze extreemrechtse en racistische ideeën er aan het einde hebben bijgesleept om zijn paranoïde wereldbeeld van een fundament te voorzien.

Rathjen geloofde dat een geheime dienst hem vanaf zijn kinderjaren in de gaten hield en ‘zich aan zijn brein had vastgeklampt’, stelt het rapport. Via zijn daad zou hij maximale aandacht willen genereren voor deze complottheorie, die ook in zijn manifest staat vermeld.

Rathjen heeft volgens de politie geen typisch radicaliseringstraject doorgemaakt en racisme zou geen dominant aspect in het wereldbeeld van Rathjen zijn geweest. De politie vond geen aanwijzingen dat hij in aanraking is geweest met extreemrechtse ideeën of terroristen.

Collega’s en kennissen kenden Rathjen niet als racist, aldus het rapport. Hij zou zich behulpzaam richting zijn donkere buurman hebben opgesteld en zat in een voetbalteam waarin de meeste spelers een migratieachtergrond hebben.

Sommige wetenschappers en artsen zetten vraagtekens bij het rapport. Zo schrijft de Duitse socioloog Matthias Quent op Twitter: ‘De selectie van slachtoffers van de misdaad, de propaganda en de berichten die daaruit voortkomen zijn absoluut racistisch.’

Een woordvoerder van de politie wilde geen commentaar geven op de uitgelekte passages uit het rapport: het onderzoek zou nog lopen.

Terwijl corona nadert, vrezen moslims in Delhi voor nieuwe pogroms

0

Uit angst voor het coronavirus is India op slot gegaan. De afgelopen dagen werden we overstelpt met nijpende beelden uit Delhi, waarvandaan duizenden ontslagen arbeiders naar hun geboortedorpen trekken om daar de crisis te overleven. Ondertussen is de spanning in miljoenenstad Delhi, dat een maand geleden nog bloedige pogroms kende, om te snijden.

Een maand geleden vonden in Noordoost-Delhi gewelddadige rellen plaats tussen hindoes en moslims, de bloedigste in decennia. Tientallen vonden de dood, vooral moslims. Terwijl de stad haar wonden likt en de mensen het puin ruimen, vreest islamitisch India voor een volgende geweldsuitbarsting.

De anti-islamitische rellen in Noordoost-Delhi waren een reactie op de maandenlange protesten door Indiase moslims en liberale hindoes tegen de Citizenship Amendment Act, een nieuwe immigratiewet. Ondanks een samenscholingsverbod werden de straten van het arme Noordoost-Delhi van 23 februari tot 1 maart geregeerd door bendes hindoe-nationalisten. Moslimwijken werden belegerd, huizen, winkels en moskeeën in brand gestoken, mensen werden lukraak in elkaar geslagen of zelfs vermoord. Het gevolg: honderden gewonden, 53 doden.

Nu de rust voorlopig is weergekeerd, vragen veel bewoners zich af waarom de overheid hun stad twee dagen lang liet branden voordat er serieus werd ingegrepen. Oppositiepartijen en activisten beschuldigen premier Nerandra Modi, zijn regering en de politie van laksheid. Een dringende oproep van de lokale overheid om het leger te sturen werd genegeerd. Ook werd de politie ineffectief en laat ingezet.

Ook weten velen nog dat Modi en zijn binnenlandminister Amit Shah in 2002 bestuurders waren van de staat Gujarat. In dat jaar kwamen daar ruim tweeduizend moslims om het leven bij rellen, waarbij Modi en Shah ook al passief reageerden. Dit wekt bij slachtoffers het vermoeden dat de rellen politiek gemotiveerd waren – mogelijk zelfs georganiseerd.

Toch kwamen voor Modi en zijn regering de rellen zeer ongelegen. De lokale verkiezingen waren net achter de rug, zijn regime was naarstig op zoek naar internationale goodwill na een periode met grootschalige demonstraties vanwege de omstreden burgerschapswet.

Ook het feit dat juist tijdens het bezoek van de Amerikaanse president Donald Trump hevige rellen uitbraken kwam Modi bijzonder slecht uit. Buitenlandse investeerders, media en politiek leiders zagen een ontregeld en wetteloos India. De Indiase premier riep op tot kalmte, een krachtig antwoord bleef uit.

Toch waren de rellen geen toeval, zegt columnist Yogendra Yadav van de Indiase nieuwssite the Print. ‘Natuurlijk traint Modi zelf geen nationalistische militie, maar de gebeurtenissen zijn het resultaat van een pakket explosieven dat dit regime de afgelopen jaren ijverig heeft samengesteld.’ Volgens Yadav en andere critici bestaat dit pakket uit drie elementen.

Ten eerste: een klimaat van haat. De afgelopen tijd hebben BJP-leiders een ongelooflijke hoeveelheid anti-moslimberichten de wereld in geslingerd, gecreëerd door hun eigen propagandamachine en verspreid door sensatiegerichte media. Dit zorgt voor droge munitie, klaar om te worden aangestoken. Deze haatpropaganda houdt de oppositiepartijen stil: die zijn bang om hun hindoe-achterban te verliezen.

Daarbij beloont de BJP politici die haat verspreiden. De lijst van controversiële BJP-leiders met een geschiedenis van sektarisch geweld is lang. De partij houdt zelfs leden die verdacht worden van moord een hand boven het hoofd.

Ook zijn de politie en het ambtelijk apparaat plooibaar. Volgens Yadav maken de rellen in Delhi voor de zoveelste keer duidelijk dat politieke wil essentieel is in tijden van sektarisch geweld. ‘De Indiase politie is slecht georganiseerd, slecht getraind en onbetrouwbaar. Burgers worden niet beschermd. Daarnaast laat de Indiase politie zich makkelijk gebruiken door de partij die aan de macht is. De politie slaat protesten hardhandig neer of kijkt de andere kant op, afhankelijk van wat de zittende machthebbers willen.’

‘Het regime heeft een monster gecreëerd dat Modi en de zijnen niet meer onder controle hebben’

Systematisch geweld van de kant van de politie en hindoeradicale groepen tegen iedereen die zich verzet tegen de overheid heeft ervoor gezorgd dat steeds minder mensen zich uit durven te spreken. Nadat een gemaskerde bende in januari een universiteit in New Delhi aanviel weet de Indiase politie dat het verstandig is om weg te kijken wanneer hindoe-activisten geweld plegen.

‘Dit is precies wat er gebeurde in Noordoost-Delhi’, zegt historicus Rafiq (34). ‘De haatcampagne van extreemrechts rond de verkiezingen zorgde al maandenlang voor een sfeer van haat en wantrouwen. Uiteindelijk sloeg de vlam in de pan en keek de politie de andere kant op, zelfs op een moment dat Modi er niet op zat te wachten. Het laat zien dat het regime een monster gecreëerd heeft, een monster dat Modi en de zijnen niet meer onder controle hebben.’

Staven, kettingen en stenen

Sinds december vorig jaar is het onrustig in het land. Op dat moment nam het Indiase parlement de Citizenship Amendment Act (CAA) aan, een wet die als doel heeft de grensregio te zuiveren van illegale immigranten. Het knelpunt is dat de BJP belooft alle illegale immigranten uit te zetten behalve hindoes, boeddhisten, sikhs, christenen, jaïnisten en parsi’s. Illegale immigranten kunnen dus aanspraak maken op het Indiase burgerschap zolang ze geen moslim zijn.

De CAA wordt gezien als de derde grote stap van Modi en zijn BJP om India hindoeïstischer te maken. De eerste stap was het intrekken van de autonome status van Kashmir, de enige staat waar moslims in de meerderheid zijn. De tweede stap was de toestemming om een tempel voor de hindoegod Rama te bouwen op de plek waar tot 1992 de Babrimoskee stond, die toen door een hindoe-nationalistische menigte werd afgebroken.

De CAA zorgt ervoor dat hindoe-nationalisten zich nog machtiger voelen, terwijl Indiase moslims zich tweederangs burgers beginnen te voelen en zich zorgen maken over hun veiligheid. Nadat het parlement de wet aannam braken er overal in het land demonstraties uit – van voor- en tegenstanders van de CAA – die honderdduizenden mensen op de been brachten.

‘Ik belde de politie keer op keer, maar ze zijn nooit gekomen’

De spanningen in Delhi liep hoger op toen de lokale BJP-leider Kapil Mishra dreigde om de activisten met geweld te verwijderen. Mishra spoorde zijn volgelingen aan om een protestmars in een ander stadsdeel tegen te houden, waarop een menigte bewapende hooligans zich verzamelde. Diezelfde avond braken de rellen uit in Noordoost-Delhi.

Volgens een politierapport zijn de hindoe-nationalisten met het geweld begonnen. 23 februari waren er confrontaties tussen demonstranten en de politie, de 24e vonden relletjes plaats tussen moslims en hindoes, vanaf de 25e was het een pogrom tegen moslims.

Hooligans domineerden de straten, schreeuwden hatelijke leuzen, staken winkels en huizen van moslims in brand en dwongen voorbijgangers zich te identificeren, om te zien of ze moslim of hindoe waren. Sommige mannen werden zelfs gedwongen zich uit te kleden om te zien of ze besneden waren. Op YouTubefilmpjes is te zien hoe hooligans, bewapend met ijzeren staven, kettingen en stenen, moslims aftuigden.

De politie kwam pas na drie dagen echt in actie. Volgens buurtbewoners en mensenrechtenorganisaties weigerde de politie in te grijpen, of assisteerde ze in sommige gevallen zelfs de hooligans. Zo circuleert er een filmpje op internet, waar politieagenten vijf gewonde moslimmannen dwingen om patriottische liedjes te zingen.

Buurtbewoner Ahmet (54), die nu in een opvangkamp zit, vertelt dat hindoejongeren met stokken, gascilinders en zwaarden door de straten renden. ‘Sommige jongens herkende ik, omdat ze opgroeiden bij mij in de buurt. Nu stonden ze ineens voor de deur en dreigden mij en mijn familie te vermoorden. Toen ze molotovcocktails begonnen te gooien wisten we gelukkig te ontsnappen. Ik belde de politie keer op keer, maar ze zijn nooit gekomen.’

Ondanks een opgelegd verbod op samenscholing hield het geweld aan. Op 25 februari stak een boze menigte hindoe-nationalisten een moskee in brand en hesen zij de hindoeïstische Hanumanvlag op de minaret.

‘Ook mijn huis, dat vlakbij de moskee stond, ging in vlammen op’, vertelt Ameen (40). ‘Maar ik weet dat mijn hindoeïstische buren hier niets mee te maken hebben. Sterker nog, toen de hooligans naderden openden zij de deur van hun huis. Alle moslims uit de straat konden bij hen schuilen. Gelukkig is zelfs in deze hel nog solidariteit te vinden.’

Niet alleen hier, maar ook in de wijken Jaffrabad en Maujpur, waar hindoes en moslims door elkaar wonen, barricadeerden buurtbewoners alle toegangswegen om de relschoppers buiten te houden en om de harmonie niet te verstoren. ‘We moeten sterk staan’, zegt Ganesh (51), ‘want van alle kanten proberen haatzaaiers ons uiteen te drijven en buurtbewoners tegen elkaar op te zetten.’

‘Gelukkig is zelfs in deze hel nog solidariteit te vinden’

Volgens politicoloog Rahul (38) profiteren veel mensen van de polarisatie. ‘Daarom zal de situatie voorlopig niet ten goede veranderen. Maar we moeten voorbij de grenzen van de huidige situatie kijken, want die leiden ons af van de echte problemen waarmee India kampt. Boven alles moeten we het algehele falen van ons politieke systeem aanpakken. De Indiase politiek kent een lange geschiedenis van onverschilligheid die ervoor zorgt dat de kernproblemen niet worden aangepakt.’

Illegale immigratie en de grensproblematiek moeten worden opgelost – maar veel belangrijker zijn de gezondheidszorg en het onderwijs, stelt de politicoloog. ‘India besteedt slechts 1 procent van het bruto nationaal product aan gezondheidszorg en 3 procent aan onderwijs. In vergelijking met het buitenland is dit echt heel weinig. Daarnaast is droogte een veel nijpender probleem dan immigratie, net als de enorme kloof tussen man en vrouw in de samenleving, de gigantische corruptie en het gebrek aan transparantie binnen de overheid.’

En daar komt waarschijnlijk dus een corona-golf bij. De overheid van Delhi zal prioriteit leggen op het bestrijden van het virus. Tentenkampen van gevluchte moslims worden geruimd, terwijl ze niet weten waar ze nu dan naar toe moeten. In verschillende Indiase kranten wordt de schuld van de uitbraak al bij moslims gelegd.

Mocht de hel in Delhi opnieuw uitbreken, deze keer door een virus, dan zal het fragiele bestand tussen moslims en fanatieke hindoes misschien wel meer worden getest dan ooit.