18.1 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 763

Extreemrechtse internettrollen doen zich voor als Joden, verspreiden racisme

1

In de nasleep van aanvallen op joden in New York en New Jersey hebben extreemrechtse trollen nepprofielen van Joden op social media gemaakt. Dat meldt de Israëlische krant Haaretz. Het doel: de Joodse en Afro-Amerikaanse gemeenschappen tegen elkaar opzetten.

Zes maanden geleden al verschenen er ‘joodse’ Twitteraccounts die antisemitische boodschappen goedkeurden. Nu verspreiden nep-joden racistische haat tegen Afro-Amerikanen, zo bericht Haaretz.

Zo schreef het nepprofiel ‘Elaine Goldschmidt’ ‘als Jood’ bang te zijn voor Afro-Amerikanen. De verdachten van de antisemitische aanvallen in New York en New Jersey zijn in beide zaken zwart. ‘Negers stonden toch aan onze kant? Nu hebben we de controle over hen verloren.’

Die laatste zin refereert naar een in alt-rechtse kringen populaire ‘omvolkingstheorie’ die Joden beschuldigt achter de vluchtelingencrisis en de Black Lives Matter-beweging te zitten. Namen die in die theorie voorkomen zijn de Oostenrijkse graaf Richard von Coudenhove-Kalergi, die in de jaren twintig rassenvermenging voorspelde, en de Hongaars-Amerikaanse miljardair en filantroop George Soros, die linkse actiegroepen subsidieert.

Het bericht van ‘Elaine Goldschmidt’ werd aangeprezen door het nepprofiel ‘Ari Shekelburg’, met als profielfoto een joodse man met pijpenkrullen. Twitter besloot beide nepaccounts na klachten snel op te schorten.

Ook op netwerken als Instagram en Telegram verspreiden alt-rechtse trollen hun haatboodschappen via nep-Joodse accounts, aldus Haaretz.

Bij een schietpartij begin december op een Joodse markt in New Jersey kwamen zes mensen om, inclusief de twee aanvallers. En vijf mensen raakten vorige week gewond bij een aanval met een mes op joden die een besloten Chanoekaviering hielden in Monsey, een plaats net boven New York.

België: 6 Syriëgangers verliezen hun nationaliteit

1

Zes Belgische Syriëgangers hebben hun Belgische nationaliteit verloren. Dit melden media in België. Behalve de Belgische nationaliteit bezaten ze ook de Marokkaanse nationaliteit.

In 2012 en 2013 vertrokken de zes naar Syrië. Daarvoor waren ze actief voor de jihadistisch-salafistische groepering Sharia4Belgium. In 2015 werden ze bij verstek voor terrorisme veroordeeld.

Niemand weet waar de zes veroordeelden nu precies uithangen. Van de helft wordt vermoed dat ze zijn gesneuveld.

Eén van hen is Saïd el Morabit (1988). El Morabit trouwde in Syrië met de 24-jarige Fatima H (24) uit Tilburg. Hij kreeg twee kinderen met haar. Fatima H. werd in november vanuit Turkije naar Nederland teruggestuurd, ondanks dat zij haar Nederlandse nationaliteit kwijt is.

Inmiddels hebben in totaal twintig Syriëgangers hun Belgische nationaliteit verloren.

Net als in Nederland kunnen Syriëgangers in België hun paspoort verliezen, mits ze een dubbel paspoort hebben. De Nijmeegse antropoloog Martijn de Koning spreekt daarom van ‘institutionele discriminatie’.

Oostenrijk stevent af op hoofddoekverbod tot 14 jaar

1

Oostenrijkse kinderen tot veertien jaar mogen geen hoofddoek meer dragen op school en potentieel gevaarlijke individuen kunnen preventief worden opgesloten. Dit staat in het regeerakkoord tussen de conservatieve ÖVP en de Groenen in Oostenrijk.

Eerder dit jaar trad er al een hoofddoekverbod in werking voor Oostenrijkse kinderen tot tien jaar. Na de inspanningen van de conservatieve leider Sebastian Kurz en zijn ÖVP komt daar dus nog vier jaar bovenop.

Kurz ging eerder met de radicaal-rechtse FPÖ een coalitieregering aan en wil de rechtse kiezer graag binnenboord houden. Ook staat hij kritisch tegenover wat hij als ‘het gevaar van de politieke islam’ beschouwt.

Door de inbreng van de Groenen heeft het regeerakkoord een groene rand. In deze deal komt er een vliegbelasting op vluchten naar het buitenland en een extra zware tol voor vervuilende trucks.

De coalitie is nog geen feit. Leden van de Groenen gaan hier morgen over stemmen.

De geniale Mark Rutte en de teleurstelling voor de multiculturele samenleving

2

De Nederlandse politiek werd het afgelopen decennium gedomineerd door de onoverwinnelijke Mark Rutte, die sinds 2010 vanuit het Torentje de B.V. Nederland bestiert. Hij gaat de geschiedenis in als een premier die Nederland als een onderneming regeert: geen grote visies, maar concrete handelingen.

Dat deed Rutte door eerst de overheidsfinanciën op orde te krijgen en door grote maatschappelijke akkoorden sluiten. Om dit te realiseren wist Rutte verschillende partners te verleiden tot samenwerking – van GroenLinks tot de PVV. En telkens weer wist Rutte samen met zijn VVD bijna ongestraft te blijven, terwijl zijn coalitiepartners door de kiezer werden afgestraft. We hoeven hierbij maar te denken aan de PvdA, die nu nog slechts negen zetels in de Tweede Kamer heeft.

Maar ondanks zijn successen en het feit dat Rutte nu als de beste politicus van het Binnenhof geldt, is het hem niet gelukt om ‘de boel bij elkaar’ te houden. Onder zijn premierschap is de polarisatie in politiek en maatschappij niet afgenomen. Sterker nog, de minister-president heeft door zijn gedrag en retoriek actief bij gedragen aan het afnemende vertrouwen in de multiculturele samenleving.

Dit komt in de eerste plaats omdat Rutte bekend wilde staan als een premier zonder visie. ‘Geen vergezichten’ maar concrete handelingen. Maar in tijden dat Nederlandse jongeren ervoor kiezen om naar het kalifaat te gaan hebben we juist behoefte aan visie. Nederlandse jongeren sloten zich niet bij Daesh aan vanwege armoede, maar omdat ze op zoek waren naar een groter verhaal. Een verhaal dat hun premier niet kon geven.

Je kunt een samenleving niet alleen aan de hand van meetbare cijfers regeren, je moet ook een verhaal vertellen – zodat mensen zich onderdeel voelen van die samenleving. Maar Mark Rutte koos ervoor om weg te kijken. Hij vond dat het beter was dat die Nederlandse jongeren in het kalifaat zouden sneuvelen. En nu wil hij Syriëgangers, waaronder ook vrouwen en kinderen, niet terughalen.

Volgens Rutte is visie als een olifant die het zicht belemmert. Maar Rutte koos ervoor om zijn ogen te sluiten, zodat hij de olifant in de kamer niet hoefde te zien.

Je kunt een samenleving niet alleen aan de hand van meetbare cijfers regeren

Er waren meer momenten waarop Rutte het liet afweten als politiek leider. Denk aan het moment dat diverse burgers aan eigenrichting deden (de ‘blokkeerfriezen’, de aanval op de Kick Out Zwarte Piet-bijeenkomst in Den Haag, de tractorintimidatie van het boerenprotest). En denk ook aan al die onderzoeken die aanwezen dat biculturele Nederlanders op de woning- en arbeidsmarkt gediscrimineerd worden. Maar telkens koos onze premier ervoor om zijn ogen te sluiten.

In sommige gevallen droeg de premier juist actief aan de polarisatie. Denk maar aan zijn ‘pleur op’-opmerking aan het adres van in Nederland geboren Turkse jongeren, die een NOS-journalist belaagden terwijl ze met een Turkse vlag de semi-autoritaire leider van Turkije steunden. Of denk aan die keer dat de premier een brief aan alle Nederlanders schreef, maar daarin expliciet aangaf dat Nederlanders met een migratieachtergrond beter naar hun land van afkomst kunnen teruggaan als ze telkens weer kritiek op Nederland hebben.

Een recent onderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau (CSP) laat zien dat acht op de tien Nederlandse autochtonen vindt dat mensen met een migratieachtergrond Nederlandse normen en waarden zouden moeten overnemen. 56 procent van de autochtone Nederlanders vindt daarnaast dat Nederlanders met een migratieachtergrond hun culturen en gebruiken los moeten laten. Nederlanders met een migratieachtergrond vinden juist dat zij geïntegreerd zijn, maar dat ‘die ander’ weinig beweging maakt. Integratie is geen eenrichtingsverkeer.

Emily Miltenburg, auteur van het SCP-rapport, verklaarde tegen NRC dat zowel autochtonen als biculturele Nederlanders ‘de bal telkens bij de ander neerleggen’. Daardoor ‘krijg je een soort impasse’. Volgens haar is er meer contact en openheid nodig, zowel van de kant van autochtonen als van biculturele Nederlanders. Precies wat onze geniale premier de afgelopen jaren niet heeft gefaciliteerd: meer contact en openheid.

Toch is het nog niet te laat – laten we van Rutte en zijn opvolgers eisen dat ze in dit nieuwe decennium precies aangeven hoe zij polarisatie en onderling wantrouwen zullen bestrijden. Onze samenleving is geen onderneming maar een gemeenschap van mensen, mensen die smachten naar een verbindend verhaal.

Een stevig weerwoord? Een dupliek

3

Mijn laatste column, waarin ik betoogde dat Nederland zijn IS-vrouwen en -kinderen moet terughalen, zorgde op social media voor nogal wat ophef.

Ik schreef dat Nederland zich wel inzet voor Nederlanders die in buitenlandse gevangenissen zitten, maar de vrouwen en kinderen van IS-strijders in de kou laat staan. Een opmerkelijke rechtsongelijkheid. Ik besloot mijn column met de suggestie dat de terughoudendheid van de Nederlandse staat zou kunnen liggen aan de afkomst (huidskleur) of het geloof (de islam) van deze vrouwen.

Opvallend was de emotionaliteit van de reacties hierop, die grotendeels van populisten kwamen en voornamelijk uit gescheld bestonden. Aan dat laatste wil ik pertinent niet meedoen.

Daarom was de reactie van Gert Jan Geling een verademing. Ik ben het met hem eens dat de publieke discussie via het vrije woord en met argumenten moet worden gevoerd. Ook ben ik het met hem eens dat een column moet prikkelen en aanzetten tot nadenken. Maar gelet op het laatste, valt de behoefte van Gert Jan aan een ‘stevig weerwoord’ op. Zijn mening hierover was al bekend vanuit een eerder gepubliceerd stuk over dit onderwerp in Trouw.

Maar goed, laten we zijn argumenten nader bekijken. Hij vertrekt vanuit de veronderstelling van een islamitisch gevaar. Dat zou bijzonder groot zijn bij terugkeerders uit IS-gebied. Ik begrijp deze vrees wel, maar vindt die wel opgeblazen. Want gevaar geldt voor iedereen die uit oorlogsgebied komt, zoals teruggekeerde Nederlandse militairen en dat geldt ook voor veroordeelde criminelen die naar Nederland terugkeren.

Belangrijker nog: mijn column ging over de rechtsongelijkheid tussen Nederlandse onderdanen in het buitenland. Dat het islamitisch gevaar vooral in Nederland vergroot wordt, is af te lezen aan het feit dat andere landen wél hun burgers uit IS-gebied terughalen. Dit punt negeerde Gert Jan.

Tegenstanders kunnen aanvoeren dat er wel degelijk aanslagen zijn gepleegd door moslims, maar niet door teruggekeerde militairen. In de VS is dat anders, maar laat mij meegaan met dit argument. Enkele tegenwerpingen zijn dan op hun plaats.

Ten eerste: de meeste bomaanslagen zijn niet in Nederland gepleegd, maar in omliggende landen. Deze aanslagen werden grotendeels gepleegd door homegrown geradicaliseerden in eigen land, niet door terugkeerders.

Daarbij is het type aanslagen verschoven van terroristische netwerken die bommen tot ontploffingen brengen naar individuen die met messen insteken op voorbijgangers. Dat heeft de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid kort geleden ertoe bewogen om het dreigingsniveau te verlagen van 4 naar 3.

Maar het belangrijkste punt is dat de aanslagplegers gefrustreerde mannen zijn en geen vrouwen of moeders. Waarom dan de vrouwen en de kinderen de dupe laten worden van de individuele acties van enkele mannen? Ook dit aspect is onder het online gescheld bedolven. Dit laat wel zien hoezeer het gevaar van IS-vrouwen wordt uitvergroot.

Je moet heilige witte huisjes aan de kaak kunnen stellen

Gert Jan Geling meent dat ik de racismekaart trek. Zou hij dat ook vinden als het ging om blanke vrouwen, homo’s en Joden? Door de suggestie dat de Nederlandse staat niet vrij is van raciale voorkeuren en door anti-moslim-sentimenten op deze manier af te doen, smoort hij het vrije woord dat hij zegt te verdedigen. Je mag het er eigenlijk niet over hebben. Maar we moeten het er juist wel met elkaar over hebben. Je moet heilige witte huisjes aan de kaak kunnen stellen.

Gert Jan schrijft dat de Nederlanders in buitenlandse gevangenissen en in IS-gebieden uit zowel kleurlingen als blanken bestaan. Dat is zeker waar. De etnische afkomst van de Nederlandse Syriëgangers varieert van Marokkaans, Somalisch, Antilliaans, Turks, Turks-Koerdisch tot Nederlands-autochtoon. Maar in de buitenlandse gevangenissen overheersen blanken (die waar mogelijk teruggehaald worden) en in de IS-gebieden zijn het kleurlingen (die niet teruggehaald worden). Deze nuances veranderen het beeld én de conclusies.

Nederland klopt zich op de borst als het om de mensenrechten gaat, maar moet ook de daad bij het woord voegen. Je kunt wel heel kritisch zijn over de situatie in bijvoorbeeld Iran of Saoedi-Arabië, maar als je tegelijkertijd de in Syrië opgesloten IS-vrouwen en -kinderen aan hun lot overlaat, dan zijn je met de mond beleden principes weinig waard.

Ten slotte valt mij op dat er in Nederland nauwelijks kritisch wordt gereflecteerd op de islamkwestie. Deze kwestie gaat terug tot de economische crisis van de jaren tachtig en is langzaam vernauwd tot een terrorismevraagstuk. Aanvankelijk waren het vooral de populisten die in deze pot roerden – Pim Fortuyn en Geert Wilders – maar met hun politieke opmars werd islamkritiek gemeengoed in Nederland.

Het allertreurigste is dat ook de Nederlandse staat steeds vaker dit geluid verkondigt, zoals ik in mijn vorige column al betoogde. Daarom is het de intellectuele plicht van columnisten om kritisch tegenover clichés over de islam te staan. En die kritische houding tegenover machthebbers mis ik bij Gert Jan Geling.

Peiling: driekwart Duitsers ziet Erdogan als bedreiging

0

75 procent van de Duitsers ziet de Turkse president Recep Tayyip Erdogan als een bedreiging voor de stabiliteit en de veiligheid in de wereld.

Dit blijkt uit een opiniepeiling door het onderzoeksinstituut Institut für Neue Soziale Antworten, schrijft de Duitse website Focus Online.

Erdogan ligt in het buitenland onder vuur vanwege zijn autoritaire politiek. De onafhankelijkheid van de rechterlijke macht is in het geding, de vrije pers is gesmoord en duizenden vermeende tegenstanders van het regime zitten in de gevangenis. Toch is Erdogan in de ogen van het Duitse publiek niet de gevaarlijkste politicus.

Dat is Donald Trump, die door 80 procent van de respondenten als een gevaar voor de stabiliteit in de wereld wordt gezien. Erdogan staat met 75 procent op nummer twee. De Turkse president wordt gevolgd door de Noord-Koreaanse dictator Kim Jong-un (73 procent) en de Russische president Vladimir Poetin (63 procent).

Duitsers maken zich ook zorgen over klimaatverandering (42 procent), islamistisch terrorisme (38 procent) en de vluchtelingencrisis (33 procent).

Egyptische anti-islamofobiemonitor woedend op Wilders

1

De aankondiging van Geert Wilders van afgelopen zaterdag om alsnog een Mohammed-cartoonwedstrijd te organiseren haalde het wereldnieuws. Hoewel dit een ‘grap’ bleek te zijn en Wilders zondagochtend al opeens een ‘winnaar’ bekendmaakte, zorgde de cartoonwedstrijd voor enige ophef in de islamitische wereld. Het in Egypte gevestigde Observatorium tegen Islamofobie heeft maandag in een persbericht het initiatief van de Nederlandse politicus veroordeeld.

In zijn reactie benadrukte het Observatorium tegen islamofobie dat de vrijheid van meningsuiting nooit zo ver mag gaan dat ”heilige religies” bespot mogen worden, maar dat het de plicht is van regeringen en overheden om ervoor te zorgen dat religieuze symbolen worden beschermd tegen aanvallen en opzettelijke karikaturen.

‘Het is een regelrechte provocatie van moslimgevoelens in Nederland en over de hele wereld, waarvan extremistische groeperingen profiteren.’

Het Observatorium stelde bovendien dat Geert Wilders een rechtsextremist is, die zich voedt met gevoelens van haat, discriminatie en onderdrukking. Wilders zou zich schuldig maken aan rassendiscriminatie tegen moslims, omdat hij moslims de schuld geeft van alle problemen waarmee Nederland kampt.

Jordanië wil dat Netflix ‘anti-islamitische’ serie Messiah offline haalt

1

Het koninkrijk Jordanië wil dat Netflix de serie Messiah offline haalt, omdat deze anti-islamitisch zou zijn.

De serie gaat over CIA-agente Eva Geller (Michelle Monaghan) die een man genaamd Al-Massih (Mehdi Dehbi) onderzoekt, die claimt dat hij de teruggekeerde Isa (Jezus) is.

De serie is deels opgenomen in Jordanië, maar de Koninklijke Commissie van Jordanië heeft de serie nu in de ban gedaan, omdat die de islam zou bespotten. Jordanië wil dat Netflix de serie offline haalt.

De pijn zit hem vooral in de naam van het karakter Al-Massih, de Messias in het Arabisch. Niet alleen Jezus (Isa al-Masih) wordt zo genoemd, maar ook Al-Massih ad-Dajjal, letterlijk de bedrieger. Hij is de Antichrist in de islam.

Het is niet duidelijk of de Al-Massih van Netflix echt Isa/Jezus is, of een bedrieger. Will he con or convert you?(Wil hij je bedriegen of bekeren?) is de vraag die in de serie wordt gesteld.

Een petitie tegen Messiah op de website Change.org is nu door meer dan 4.000 mensen ondertekend, vooral door moslims. Ook onder orthodoxe christenen is de serie echter omstreden, omdat de serie niet het verhaal over Jezus’ wederkomst vertelt zoals dat in de Bijbel staat.

Het ‘dekoloniseren’ van Suriname is vooral campagneretoriek

0

De politieke partij BIJ1, geleid door het Amsterdamse raadslid Sylvana Simons, spreekt geregeld over het belang van ‘dekolonisatie’. Dit doet zij in de context van het stimuleren van gelijkwaardigheid tussen Nederlanders. Zo pleitte deze partij onlangs, met steun van GroenLinks, voor dekolonisatie van het vak wiskunde op Amsterdamse middelbare scholen.

‘Nu wordt het vooroordeel in stand gehouden dat alleen de westerse beschaving relevante ontwikkelingen in de wiskunde en de natuurwetenschappen heeft gemaakt. Dat voedt het – vaak onbewuste – beeld dat witte mensen slimmer en beschaafder zijn dan niet-witte mensen.’

Het pleidooi van BIJ1 is ook in de voormalige kolonie Suriname geregeld in de politieke arena te horen. President Desi Bouterse is hiervan overigens de grootste pleitbezorger. Sterker nog: hij ziet het vonnis dat hem onlangs veroordeelde tot twintig jaar celstraf als een Haagse neokoloniale truc en wil Suriname voor eens en voor altijd dekoloniseren.

Altijd interessant hoe dezelfde woorden op verschillende manieren kunnen worden uitgelegd. BIJ1 omschrijft dekolonisatie als ‘het terugvinden van een identiteit en trots op de eigen cultuur, want die heeft gedurende de periode van kolonisatie onder druk gestaan. In de minst zware gevallen werden cultuur en identiteit als primitief en minderwaardig gezien; in de meest heftige gevallen is de oorspronkelijke cultuur actief vernietigd.’

Bouterse, op zijn beurt, zei in februari 2019 bij de herdenking van zijn eigen militaire staatsgreep in 1980 dat ‘de dekolonisatiestrijd van Suriname nog in volle gang is’. En ook na het vonnis van de Krijgsraad refereerde hij hiernaar. Het proces zou een ‘door Nederland georkestreerd, politiek proces’ zijn. Zijn advocaat sprak van een ‘achterwaarts dekolonisatieproces’, waarvan het strafproces de ‘laatste horde’ is.

Al jaren heeft Bouterse politiek en electoraal gezien baat bij zijn pleidooi van dekolonisatie. Hij gaat in mei 2020 op voor zijn derde, achtereenvolgende termijn als president en ondanks het vernietigende vonnis ziet het er rooskleurig voor hem uit. In de opiniepeilingen blijft de NDP nog altijd de grootste partij. Mijn verwachting is dat Bouterses verkiezingscampagne de nodige dekolonisatieretoriek zal bevatten. Harder dan ooit tevoren.

 

‘Al jaren heeft Bouterse politiek en electoraal gezien baat bij zijn pleidooi van dekolonisatie’

In de eindfase van deze campagne krijgt Bouterse steun uit onverwachte hoek, in de persoon van auteur en NIOD-onderzoeker dr. Ellen de Vries. Zij komt daags voor de verkiezingen met een nieuw boek, waarin ze beschrijft hoe de Nederlandse kolonel Hans Valk toenmalig militair Bouterse in 1980 aan de macht hielp. Dit deed Valk door Bouterse te helpen bij het plegen van de militaire staatsgreep op 25 februari van dat jaar. De rol van Nederland in de aanloop naar deze staatsgreep, en daarmee indirect rondom de Decembermoorden, blijft tot op de dag van vandaag boven de Surinaamse markt hangen.

Wat die rol exact is geweest, is vastgelegd in de ‘geheime Suriname-dossiers’. De Tweede Kamer heeft besloten deze dossiers tot 2060 achter slot en grendel te bewaren in het Nationaal Archief in Den Haag. In 2017 riep ik de Tweede Kamer in de Volkskrant op om deze dossiers alsnog openbaar te maken. Tot die tijd blijft Bouterse baat hebben bij de vele geruchten in de Surinaamse samenleving over de rol van Nederland bij de militaire staatsgreep.

‘Als zulke geruchten kloppen, betekent het impliciet dat de Nederlandse Staat in 1980 het internationaal recht heeft overtreden door de soevereiniteit van een bevriende, democratische natie willens en wetens te schenden. Des te belangrijker om eens de waarheid te vertellen’, schreef ik toen. Ik blijf daar ook twee jaar later bij.

Als de geruchten kloppen, krijgt Bouterse gelijk over de kwalijke rol die Nederland in de jaren tachtig in Suriname heeft gespeeld. Tegelijkertijd was het Bouterse zelf die heulde met de neokoloniale vijand en die zijn plek op het Surinaamse pluche toentertijd te danken had aan zijn vrienden uit Den Haag.

Maar als de geruchten niet kloppen, krijgt Bouterse ongelijk en staat hij politiek behoorlijk in zijn hemd. Zijn campagne van ‘dekolonisatie’ wordt dan meteen uitgehold. En zijn politieke opponenten zullen garen spinnen via hun (dis)kwalificatie van Bouterse als goedkope charlatan, die constant flirt met de werkelijkheid om er vervolgens met de leugen vandoor te gaan.

Ik vind het echter niet aan een individuele, Nederlandse auteur om, te midden van de hitte van de Surinaamse verkiezingsstrijd, de verkiezingen behoorlijk te beïnvloeden – ook als het onbedoeld is. Zeker niet als Ellen de Vries voor haar onderzoek géén beroep kan doen op geheime dossiers met cruciale informatie.

Idealiter zouden historici van het Nationaal Archief uit Nederland én uit Suriname gezamenlijk de ‘geheime Suriname-dossiers’ bestuderen. Vanuit hun onafhankelijke rol en positie kunnen ze deze dossiers dan gezamenlijk openbaren en duiden. Het groene licht daarvoor kan enkel worden gegeven door de Nederlandse Tweede Kamer.

Zou BIJ1 vanuit de Amsterdamse gemeenteraad niet alleen durven pleiten voor dekolonisatie van het wiskundeonderwijs, maar ook voor dekolonisatie van de gedeelde geschiedenis van Suriname en Nederland? En zal GroenLinks daarbij opnieuw als haar partner fungeren in politiek Den Haag? De bal ligt bij hun buitenlandwoordvoerder Bram van Ojik, en de tijd zal het leren. Maar wachten tot 2060 zou een neokoloniale schande zijn.

Britse perswaakhond: moslims worden in kranten slechter behandeld

2

‘Ik vermoed dat er over moslims soms op een manier wordt geschreven waarop kranten simpelweg niet over Joden of katholieken zullen schrijven.’ Dit zegt Alan Moses, voorzitter van de Britse perswaakhond Independent Press Standards Organisation (Ipso), tegen de krant Financial Times.

De observatie van Moses komt twee maanden voor de publicatie van een richtlijn van Ipso voor journalisten, over hoe ze genuanceerd over moslims moeten schrijven. Volgens een hoorzitting, die afgelopen jaar is gehouden, staan de gedrukte media vol vooroordelen over moslims.

Ipso zou daar als perswaakhond te weinig tegen doen. Ipso heeft zich deze kritiek aangetrokken en komt daarom met een richtlijn.

Tendentieuze verhalen op de voorpagina, waarin moslims een negatieve rol spelen, doen de verkoop van kranten stijgen, zegt Moses. Ook geeft hij aan dat er soms nepnieuws over moslims wordt verspreid.

Ipso is een organisatie die door journalisten zelf is opgezet. De organisatie kan rectificaties afdwingen bij kranten en op termijn er zelfs toe overgaan de krant te laten sluiten.