20.3 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 772

Wit racisme en Turks etno-nationalisme: twee loten van dezelfde racistische stam

2

Naar aanleiding van tips van collega’s heb ik vorige week twee keer een uur naar mensen met superioriteitsgevoelens gekeken.

Het gaat hier om de VPRO-documentaire Ons Moederland, waarin de extreemrechtse Constant Kusters van de Nederlandse Volks-Unie (NVU) centraal staat, en een gesprek in Café Weltschmerz tussen interviewer Önder Kaya en historicus Armand Sag over het secularisme in het Turkije van Mustafa Kemal Atatürk. Hoewel het racisme bij Kusters explicieter is, gaat het bij de twee Turkse Nederlanders in wezen om hetzelfde superioriteitsdenken.

Normaliter scroll ik gewoon door als ik deze namen voorbij zie komen op sociale media. Immers, je hoeft het riool niet in te gaan om te weten dat je er vies uit gaat komen. Maar goed, wanneer anderen mij erop wijzen, dan ga je toch kijken. Uit loyaliteit naar de tipgevers toe, maar ook beetje uit nieuwsgierigheid.

Wat me bij Ons Moederland het meeste trof, was de continuïteit van de racistische drek bij Kusters. We zien archiefbeelden van een jonge man. Ook toen was Kusters al een racist. Hij is geen spat verandert. Hij verkondigt nog steeds dezelfde wit-racistische troep. Heel expliciet zeggen hij en zijn metgezellen: oprotten, vol is vol, geen vermenging met moslims, zwarte mensen en andere minderheden.

Het enige mogelijke lichtpuntje in Ons Moederland was de oudste dochter van Kusters, die Surinaamse bara aan haar tegenstribbelende vader laat proeven. Vader Kusters wil namelijk liever alleen Hollandse pannenkoek eten, geen ‘exotische’ dingen. Met andere woorden: die man is hopeloos verloren, maar zijn dochter kan wellicht nog verlost worden.

Maar het is een naargeestig portret. Wat het meest akelig stemt is niet eens het racisme van Kusters, maar de constatering dat Nederland steeds meer als hem is gaan denken. Dat zegt Kusters zelf ook. Normaal rechts is meer en meer naar hem opgeschoven. Politici zoals Fortuyn, Wilders, Rutte en Baudet, hebben racisme stukje bij beetje genormaliseerd. En dat breekt onze samenleving op.

Turks superioriteitsdenken streeft ernaar om iedereen als Turk te verorberen

Dit gaat ons nog dieper raken als er geen antiracistische interventies worden gepleegd. Dat kan deze documentaire zijn, maar ook vreedzame demonstraties zoals die van Kick Out Zwarte Piet. Zonder racisme te confronteren komt er geen verandering.

Maar het is niet alleen het racisme van de Nederlandse Volks-Unie en andere witte Nederlanders dat onze maatschappij bedreigt. We hebben het ook te stellen met het racisme dat is overgewaaid uit bijvoorbeeld Turkije. En een subtiele vorm daarvan hebben we de afgelopen week kunnen horen in het gesprek tussen Armand Sag en Önder Kaya.

In tegenstelling tot het racisme van Kusters is hun vorm van racisme impliciet. Zo stelt Önder Kaya dat er 410.000 Turkse Nederlanders zijn in Nederland. Telt hij daarbij ook de Koerdische Nederlanders en andere mensen op, die zichzelf juist niet als Turk definiëren? Het valt mij vaker op dat Turks superioriteitsdenken ernaar streeft om iedereen met wortels uit Turkije als Turk te verorberen. We zijn allemaal Turken, klaar.

Een ander opvallende uitspraak komt uit de mond van Armand Sag. Hij zegt: ‘De verdiensten van Atatürk zorgden ervoor dat het volk zich achter hem schaarde’. Nogmaals: om welk volk gaat het hier eigenlijk? De Turken, de Armeniërs, Assyriërs, de Grieken?

Gedurende de gehele uitzending wordt vanuit een dominant Turks perspectief gesproken. En vast nummer bij zulke gesprekken is wantrouwen en minachting tegenover minderheden. Zo wordt het zuidoostelijke Diyarbakir, waar veel Koerden wonen, een ‘uithoek’ genoemd. Verder spreken ze van Koerdische en Armeense ‘opstanden’, maar is er nooit sprake van Turkse onderdrukking.

Tijdens hun gesprek voor Café Weltschmerz wordt ook Ziya Gökalp aangehaald, de godfather van het Turkse nationalisme. Hij zou hebben beweerd dat de etnische achtergrond niet belangrijk is om Turk te worden: het gaat om culturele verturksing, wat een essentieel verschilpunt zou zijn met Europees nationalisme.

Nou, dat is dus buiten de onverturksbaarheid van Armeniërs, Assyriërs, Grieken en joden gedacht. Gökalp vind culturele verturksing – op zich al een uiting van Turks superioriteitsdenken – alleen voor sommige niet-Turkse moslimgroepen haalbaar, zoals de Koerden.

En dat maakt zijn nationalisme racistisch en vernietigend. Maar daar hoor je de heren in Cafe Weltschmerz niet over…

Biculturele Britten over de Brexit: Wanneer patriottisme tot racisme verwordt

1

Waait er door de naderende Brexit een racistische wind door Groot-Brittannië? We vroegen het aan vier Britten van kleur.

Vorige maanden vonden in Groot-Brittannië de parlementsverkiezingen plaats. De Conservatieven onder leiding van Boris Johnson behaalden een meerderheid en kunnen nu  de Brexit  regelen.

Naast de Brexit speelde nog een boel andere thema’s, waaronder het thema discriminatie. Dit is niet geheel toevallig, want volgens the Guardian heeft Groot-Brittannië sinds 2016 – het jaar van het Brexit-referendum – veel meer last van racisme en racistische haatmisdrijven dan in de jaren ervoor.

Ook de Conservatieve Partij kampt nu met een ‘islamofobie-probleem’. Negatieve social media-uitlatingen over moslims en de islam door lokale Conservatieve politici worden breed uitgemeten in de media.

Zo openbaarde the Guardian vorige maand ‘anti-islamitische en racistische social mediaberichten’ door 25 Conservatieve kopstukken en onthulden Britse media dat een Schots Lagerhuis-kandidaat bang is voor ‘Eurabië’.

Tijdens de verkiezingscampagne hebben tenminste vier Tory-ministers hun steun uitgesproken voor Tory-kandidaten die worden beschuldigd van moslimhaat en racisme, berichtte the Guardian.. Die parlementskandidaten zouden onder meer hebben gesteld dat moslims niet loyaal zijn aan Groot-Brittannië. Ook zouden ze immigranten hebben beschuldigd van het meenemen van HIV.

Bovendien ligt premier Boris Johnson zelf onder vuur, omdat hij vorig jaar in een column voor the Telegraph vrouwen in een boerka met brievenbussen vergeleek. Johnson zei ‘sorry’ voor de moslimhaat in zijn partij en bood vorige week zijn excuses aan voor zijn brievenbus-opmerking, iets wat hij een week eerder nog weigerde te doen. Ook zegde hij een ‘onafhankelijk onderzoek naar elke vorm van vooroordelen en discriminatie’ binnen de Tory-partij toe.

Wat is de relatie tussen de Brexit en racisme? Hoe ervaren biculturele Britten racisme en andere vormen van discriminatie? En wat verwachten ze van de parlementsverkiezingen? De Kanttekening sprak hierover met vier Britse scholieren met een migratieachtergrond. Ze komen alle vier uit Birmingham, de tweede stad van het land.

Vijandigere sfeer

Ali, wiens roots in het Indiase deel van Kashmir liggen, is zeventien jaar en zit nu op een college. Volgend jaar gaat hij naar de universiteit. Hij heeft dit jaar stage gelopen in Brussel bij het Europees Parlement en is goed op de hoogte van wat er speelt in de politiek. Volgens Ali is er zeker een verband tussen Brexit en racisme, maar moet je genuanceerd naar dit complexe vraagstuk kijken.

Foto: Ali

‘De Brexit op zich is natuurlijk niet racistisch, maar veel brexiteers houden er nogal xenofobe, soms zelfs ronduit racistische standpunten op na’, zegt hij. ‘Maar er zijn ook een heleboel Brexit-voorstanders die dit loochenstraffen, zoals een docent van mij. Dat is een hele fijne vent.’

Volgens Ali hoopt een deel van de brexiteers de grenzen te kunnen sluiten. ‘Dit zijn mensen die bang zijn voor buitenlanders, voor immigratie. In de kranten die Brexit steunden was immigratie ook het belangrijkste onderwerp. Ze zaaiden angst tegen de Oost-Europeanen die massaal zouden komen om ‘onze’ banen te stelen.’

Ali gelooft dat er vanwege de Brexit-discussie meer racisme is in Groot-Brittannië. ‘Het is nu makkelijker om openlijk xenofoob, islamofoob en racistisch te zijn. Want deze mensen voelen zich gesteund door de politiek. Toen Theresa May nog minister-president was riepen haar fans tegen een groepje vluchtelingen: ‘Ga naar huis.’ Er is een vijandigere sfeer ontstaan, waar ik mij wel eens zorgen over maak.’

Ali houdt de Conservatieve Partij mede verantwoordelijk voor dit klimaat. ‘De Conservatieven zeggen wel dat ze ook Indische en Pakistaanse leden hebben en dus niet xenofoob zijn, maar de partij heeft een lange geschiedenis van hard-line beleid. De Conservatieven zijn niet pro-diversiteit. Niet-witte partijleden zijn vooral een tool, denk ik.’

‘Er is een vijandigere sfeer ontstaan’

De zeventienjarige Irfan, wiens familie oorspronkelijk uit Pakistan komt, is lid van de Conservatieve Partij. Hij is het niet met Ali’s analyse eens. ‘Verschillende groepen Britten zijn voor de Brexit. Een minderheid van de brexiteers is helaas racistisch, maar dat is echt een minderheid. De Brexit heeft niet voor racisme gezorgd, wel voor patriottisme en trots. Helaas uiten sommige mensen dit op een incorrecte manier. Dan verwordt patriottisme tot racisme. Dat is heel spijtig.’

Foto: Irfan

Maar waarom is Irfan lid van de Conservatieve Partij, ondanks al die ‘islamofobie’-incidenten? ‘Ik wil deze incidenten niet groter maken dan dat ze zijn. Boris Johnson maakte inderdaad een niet zo handige opmerking toen hij boerkadraagsters met brievenbussen vergeleek, maar je moet ook kijken naar de context van die column. Daarin had hij juist kritiek op het boerkaverbod. ‘Ja, de boerka is onderdrukkend en belachelijk, maar dat is nog steeds geen reden om de boerka te verbieden’, betoogde Johnson in zijn artikel. Iedereen is de kern van zijn betoog echter vergeten, het gaat alleen nog maar om die onhandige vergelijking.’

Racisme

Net als Irfan gelooft Raisha niet dat Groot-Brittannië nu racistischer is geworden door de Brexit. ‘Het racisme bestond al, maar is dankzij de Brexit wel zichtbaarder geworden.’ Raisha is zeventien en komt uit Bangladesh. Toen ze drie was emigreerde ze met haar ouders naar Italië. Ze woont nog maar drie jaar in Groot-Brittannië.

Foto: Raisha

‘Van racisme van witte Britse mensen heb ik weinig last’, vertelt ze. ‘Dat komt misschien ook omdat Birmingham een hele multiculturele omgeving is. Wel kunnen mensen van kleur racistisch naar elkaar zijn. Zo zijn sommige Britten met een Bengaalse achtergrond heel negatief over nieuwkomers uit Bangladesh zoals ik.’

Ook Ali en Irfan hebben persoonlijk nauwelijks racisme ervaren, vertellen ze. Net als Raisha denken zij dat dit komt omdat zij wonen in Birmingham, een stad die veel multicultureler is dan andere plaatsen in Groot-Brittannië. ‘Diversiteit is in Birmingham de norm’, zegt Ali. ‘De enige keer dat ik met racisme te maken had was toen mijn vader werd uitgescholden voor Paki (een scheldwoord dat vergelijkbaar is met het Nederlandse ‘neger’, red.) op de snelweg door een andere automobilist. Maar het was echt de enige keer.’

‘Dat je in Groot-Brittannië als persoon van kleur minder racisme ervaart komt omdat het racisme hier institutioneel is’, stelt Gabby. Ze is met haar zestien jaar de jongste van de groep. Ze is in Groot-Brittannië geboren, haar vader komt uit Nigeria en haar moeder uit Jamaica.

Foto: Gabby

‘In de Verenigde Staten is racisme soms heel openlijk, denk aan de politie die zwarte mensen sneller aanhoudt en zwarte verdachten sneller neerschiet. Dat is hier niet zo. In Groot-Brittannië is het racisme meer verborgen.’

Gabby heeft zelf nooit met racisme te maken gehad, maar kent wel verhalen van mensen uit haar omgeving. ‘Ik ken slachtoffers van hate speech. Iemand vertelde mij dat brexiteers tegen haar hadden gezegd: ‘Als de Brexit straks een feit is, dan hoepel jij op.’’

Ze gelooft in een relatie tussen Brexit en vreemdelingenhaat. ‘Het is geen racisme tegen zwarte mensen, maar vooral tegen immigranten en moslims. Islamofobie is het grootste probleem. De islam wordt de laatste tijd steeds vaker – en volkomen ten onrechte – met terrorisme in verband gebracht, wat ook komt door negatieve stereotypering in de media en de haatberichten op social media.’

Institutioneel racisme

De vier scholieren zijn nog te jong en mogen vandaag dus niet stemmen. ‘Als ik vandaag wel mocht stemmen, dan ging ik voor Labour’, zegt Ali resoluut. Gabby en Raisha gaan ook voor Labour, Irfan steunt – hij is niet voor niets lid – de Conservatieven.

‘De Liberal Democrats vind ik trouwens ook goed, misschien staan zij wel dichter bij mijn politieke idealen’, vertelt Ali, ‘maar in het Britse districtenstelsel maken zij geen kans. Zeker niet in ons district hier in Birmingham.’

In de peilingen staan de Conservatieven voor, zij het vaak met een kleine marge. Alle vier vermoeden dat de Conservatieven zullen winnen. Irfan is hier nog het minst zeker over. ‘De voorsprong die de Conservatieven hebben is minder groot geworden. Misschien krijgen we wel een hung parliament, waarbij geen enkele grote partij over de absolute meerderheid beschikt en er een coalitie tussen twee of meerdere partijen gesloten moet worden.’

In een overwinning van Labour gelooft niemand. ‘Misschien krijgen ze meer zetels dan de vorige keer. Maar als je afgaat op de peilingen, dan winnen ze niet’, zegt Ali. Raisha denkt dat dit komt door de radicaal-linkse koers van Jeremy Corbyn. ‘Zijn politiek schrikt de kiezers van het midden af.’

Ali beaamt dit: ‘Dat Labour opkomt voor etnische minderheden vind ik natuurlijk geweldig, maar je wint hier geen verkiezingen mee. Minderheden zijn hooguit goed voor 15 procent van het electoraat. Ze geven niet de doorslag.’

‘Islamofobie is het grootste probleem’

Stel, de Conservatieven winnen en over een half jaar vindt de Brexit plaats. Wat dan? Loopt Groot-Brittannië het risico racistischer te worden? ‘Een beetje denk ik’, antwoordt Gabby. ‘Over het openlijke racisme maak ik mij nauwelijks zorgen, dat is vooral iets Amerikaans. Maar je hebt hier wel institutioneel racisme.’

Het grootste probleem vindt Gabby dat de Conservatieve Partij het Britse zorgstelsel, de National Healthcare Service (NHS), wil privatiseren. ‘Dat betekent meer ongelijkheid in de gezondheidszorg. Arme mensen en illegale immigranten zullen hier last van krijgen. Die laatste groep krijgt het, vrees ik, het allermoeilijkst, omdat ze minder snel zullen worden geholpen. Daar maak ik mij best wel zorgen over.’

Primeur: Nike brengt boerkini op de markt

1

Nike heeft nu ook een boerkini in het assortiment. Het nieuwe kledingstuk van de sportgigant bestaat uit drie delen: een hijab, een tuniek en een broek.

Aan de website Fast Company vertelt een woordvoerder van Nike: ‘We houden er echt van om producten voor atleten te ontwerpen, helemaal als we een niet-aangeboord deel van de markt ontdekken, of wanneer mensen niet kunnen deelnemen aan iets waar ze aan willen deelnemen.’

Het is niet het eerste islamitische kledingstuk van Nike. Twee jaar geleden heeft het kledingmerk de islamitische markt ontdekt en introduceerde het een speciale sporthoofddoek.

De boerkini van Nike ligt vanaf februari 2020 in de winkels.

Turken en Marokkanen ruziën over Westelijke Sahara vanwege video op Turkse tv

1

De Turkse televisiezender TRT heeft een video uitgezonden over Polisario, de onafhankelijkheidsbeweging die een einde wil maken aan de Marokkaanse aanwezigheid in de Westelijke Sahara. In Marokko is hierop met verontwaardiging gereageerd.

De staatszender TRT zond een twee minuten durend item uit over Aminatou Haidar, een activist van Polisario. Zij wordt daarin de ‘Ghandi van de Westelijke Sahara’ genoemd.

Haidar wil dat de internationale gemeenschap meer druk uitoefent op Marokko om de Westelijke Sahara te verlaten. Marokko annexeerde in 1975 de Westelijke Sahara.

Volgens het online medium Morocco World News, dat betrekkelijk loyaal op de hand is van de Marokkaanse staat, zond TRT dit Polisario-filmpje niet om altruïstische redenen uit.

Enkele dagen geleden dreigde Marokko een vrijhandelsverdrag met Turkije op te zeggen omdat dit Marokko geen voordeel zou bieden. Turkije wil met het uitzenden van deze video op TRT terugslaan, zo vermoedt Morocco World News.

Suriname: pastoor vindt dat volk moet sterven voor Bouterse, vergelijkt hem met Jezus

1

Pastoor Kenneth Donk zorgt voor veel ophef in Suriname. Hij zei namelijk dat het Surinaamse volk moet sterven voor één man: de onlangs veroordeelde president Desi Bouterse.

Donk zei zijn gewraakte woorden op een bijeenkomst van Bouterses Nationale Democratische Partij (NDP), waar hij lid van is. Bouterse zelf was overigens ook aanwezig.

De pastoor hield een speech waarin hij zei dat tweeduizend jaar geleden ‘de hypocrieten, de lafaards en de misleiders’ hadden gezegd dat één man moest sterven voor het volk.

Donk bedoelde Jezus. Jezus werd volgens het christelijk geloof door joden overgeleverd aan de Romeinen, die hem vervolgens aan het kruis spijkerden. Maar volgens Donk moet het nu andersom zijn: ‘Laat het Surinaamse volk sterven voor één man’, zei hij tegen de aanwezigen.

De Surinaamse president is twee weken geleden tot twintig jaar gevangenisstraf veroordeeld voor zijn rol in de Decembermoorden van 1982. Bouterse heeft bezwaar tegen deze veroordeling aangetekend. Hij loopt nog steeds vrij rond.

‘Als Oranje tegen Marokko voetbalt, ben ik voor Oranje’

0

Vijftig jaar Marokkaanse migratie: succesverhaal of mislukking? Rachid Benhammou blikt terug met Abdessamad Taheri (eerste generatie) en Younes Achahboun (tweede generatie). 

Een halve eeuw geleden verlieten de eerste Marokkanen hun land om hun geluk in Nederland te zoeken. De jonge, sterke mannen en vrouwen van toen zijn nu bejaard, teruggekeerd of al overleden. Vijftig jaar later maken hun kinderen en kleinkinderen duidelijk dat ze zich hier geen gast voelen, maar deel uitmaken van de Nederlandse samenleving – met alle rechten en plichten die daarbij horen.

Dit jaar wordt in heel het land vijftig jaar migratie gevierd met onder andere bijeenkomsten, lezingen, festiviteiten en publicaties van literatuur. De Kanttekening sprak met twee Marokkaanse Nederlanders van verschillende generaties over migratie, integratie en het Nederlander-zijn.

De Haagse ambtenaar en coach Abdessamad Taheri kwam in 1979 naar Nederland en behoort tot de eerste generatie Marokkaanse Nederlanders. Younes Achahboun is van de tweede generatie. Hij werd in 1996 in het Haagse Haga ziekenhuis geboren en groeide op in de Schilderswijk. De 24-jarige studeert, bezorgt medicijnen aan huis en wil later jongerenwerker worden. ‘Nee, geen drugs. Gewoon medicijnen.’

Hoe noem je jezelf? Nederlander, Marokkaanse Nederlander, Marokkaan?

Younes: ‘Officieel ben ik gewoon een Nederlander met Marokkaanse roots. Ik voel mij zowel Nederlands als Marokkaans. Als ik aan het werk ben bij de apotheek of wanneer ik medicijnen bezorg ben ik Younes de Nederlander. Maar als ik s ’avonds over straat loop met mijn capuchon op, dan ben ik ‘die Marokkaan’. Het is hoe mensen je willen zien.

Wat betreft mijn eigen gevoelens: ik voel mij Nederlander omdat ik niet alleen hier ben geboren en opgegroeid, maar omdat ik meedoe in de samenleving. Natuurlijk heb ik ook Marokkaanse gevoelens, maar in de praktijk komt het Nederlandse vooral naar boven. Als ik bijvoorbeeld Marokkaans praat met iemand, moet ik de woorden eerst in mijn hoofd vertalen omdat ik in het Nederlands denk.’

Abdessamad: ‘Ik waardeer mijn Riffijnse roots heel erg en ik haal daar ook mijn kracht uit. Maar ik merk dat ik in mijn doen en laten vooral Nederlands ben. Als Oranje tegen Marokko voetbalt, ben ik voor Oranje. Dat heeft ook een beetje met politiek te maken. Ik ben vervreemd geraakt van Marokko, door alles wat daar gaande is. Vroeger kon ik heel fanatiek voor Marokko zijn, maar dat is in de loop der jaren veel minder geworden.’

Overal in het land wordt vijftig jaar migratie gevierd. Valt er wel iets te vieren?

Abdessamad: ‘Ja en nee. Ik zal het proberen uit te leggen. Er valt wat te vieren omdat je ziet dat veel mensen hun weg hebben kunnen vinden in dit land, hun kansen hebben gegrepen en het best goed doen. Ze zijn onderdeel van de samenleving. Aan de andere kant zie je helaas ook veel mensen die de boot missen. Ze draaien niet lekker mee, voelen zich niet thuis of vallen buiten de boot. Deels ben je natuurlijk altijd zelf verantwoordelijk voor hoe je leven eruitziet. Maar er zijn ook omstandigheden die ervoor zorgen dat je een bepaalde kant wordt opgeduwd.

‘ik merk dat ik in mijn doen en laten vooral Nederlands ben’

Als jongeren zich gediscrimineerd voelen en het idee hebben dat ze tweederangs burgers zijn, dan kun je twee dingen doen. Of je gaat er bij de pakken neerzitten en niks doen, of je gaat je afvragen wat je zelf kunt doen om het tij te keren. Ergens kan ik het wel begrijpen dat iemand dan denkt: ‘Waar doe ik het voor, waarom zou ik mijn best doen op school of op werk? Ik word toch niet voor volwaardig gezien’. Maar die houding brengt je niet verder. Het zal je niet gelukkig maken.’

Younes: ‘Ik zie het anders. Omdat ik altijd het verhaal van mijn eigen vader erbij pak. Die man is, zoals velen, begin jaren zestig naar Nederland gekomen om zijn kinderen een beter leven te geven dan hij zelf heeft gehad. Hij heeft keihard gewerkt, onder andere in de kassen. Maar ondanks de slechte ontberingen en lage salarissen heeft hij wel een toekomst voor ons opgebouwd, een toekomst in een land waar je kansen en mogelijkheden hebt. En of je die met beide handen grijpt, ligt helemaal aan jezelf.

Als je je gediscrimineerd voelt, moet je sowieso niet in die slachtofferrol blijven hangen. Je mag tegen mij zeggen wat je wilt en denkt. Ik voel me niet aangesproken. Ook niet wanneer die gekke blonde in de Tweede Kamer weer iets roept. Het boeit me niet. Ik doe gewoon mijn ding, word omringd door mooie mensen en heb mijn draai gevonden in deze samenleving. Je moet je niet laten afleiden door wat sommige mensen zeggen. Dat zijn de belemmeringen die je onderweg tegen komt.’

Zeg je dat ook tegen leeftijdsgenoten in de Schilderswijk die het niet zo goed doen in de maatschappij?

Younes: ‘Jahoor. Ik zeg altijd: ‘Houd eerst jezelf een spiegel voor, voordat je een ander de schuld geeft.’ Misschien heeft die houding met mijn opvoeding te maken. Maar mijn principes spelen hier zeker een grote rol. Ondanks dat ik in de Schilderswijk ben opgegroeid, waar de kans op schooluitval groot is, zou ik bijvoorbeeld nooit iemand beroven of drugs kunnen verkopen. Ik heb ook het geluk gehad dat ik in mijn jeugd mensen om mij heen had met kennis en ervaring. Mensen die mij leerden hoe goed te leven. Als je elke dag in de coffeeshop rondhangt kom je andere mensen tegen en krijg je andere zaken mee.

Toen ik vijftien jaar oud was werd ik opgepakt door de politie en moest ik drie dagen zitten. Ik weet nog dat dat mijn vader veel pijn had gedaan. Hij zei tegen mij: ‘Ik ben al meer dan veertig jaar in dit land. Al die jaren heb ik keihard gewerkt en de politie heeft mij nooit aangesproken, laat staan aangehouden voor iets. Hoe komt het dan dat jij, als vijftienjarige, in een cel hebt moeten zitten?’ Dat was voor mij een eyeopener en het moment dat ik besloot de pleintjes te vermijden.’

Is de migratie in jullie ogen gelukt?

Abdessamad: ‘Ja, voor 100 procent. Het is maar net hoe je daartegen aan kijkt. Pak de redenen erbij, van waarom mensen ooit zijn vertrokken. Dus zaken als armoede, geen werk, geen onderwijs, geen gezondheidszorg of geen toekomstperspectief. Vervolgens ga je naar een land waar je, als je je been breekt, zeker bent van hulp. Als je werk zoekt, vind je dat. Als je je kind inschrijft op school, dan ben je zeker van gedegen onderwijs. Je verhuist van een omgeving met nul perspectief naar een omgeving waar je alles kunt bereiken. Ja, dan is de migratie goed gelukt.’

Ja, voor de migranten zelf. Maar geldt dat ook voor de Nederlandse samenleving? Hoe zit het dan met de integratie?

Abdessamad: ‘De discussie over het wel of niet meedraaien in de maatschappij is een andere. De integratie is helemaal gelukt als eenieder volwaardig meedraait en zich ook volwaardig voelt. En dat is deels gelukt en voor een deel ook niet. Je bent geïntegreerd wanneer je het gevoel hebt dat je onderdeel bent van de maatschappij, en niet wanneer je een dikke BMW voor de deur hebt staan.’

Younes: ‘Klopt, het is een gevoel dat je hebt. Ik ben best positief over de stappen die de afgelopen vijftig jaar zijn gemaakt. Maar er ook zijn hele groepen die daar een heel ander gevoel bij hebben. Sommige jongeren die hier geboren zijn, en waarvan je zou zeggen dat juist zij volwaardige Nederlanders zouden moeten zijn, hebben dat gevoel niet. Mijn generatiegenoten. Dat is jammer.’

Hoe komt het dat juist die generaties dat gevoel niet hebben?

Abdessamad: ‘Het is misschien een cliché, maar cultuur speelt een rol. Daarnaast speelt religie een rol. Wat maakt dat iemand zich wel of niet thuis voelt, met daarbij alle normen, waarden en gewoontes die je ouders hebben mee genomen naar dit land? Bij velen speelt de omgeving waarin je je verkeert een belangrijke rol in de keuzes die je maakt.

Een voorbeeld: De meeste Marokkaanse Nederlanders komen uit het Rif-gebied. De link tussen Amsterdam en Ketama (stadje in de Rif waar veel hasj vandaan komt, red.) is softdrugs. Nederland staat heel lang bekend als een land dat softdrugs gedoogt. En laat Riffijnen nou precies uit een gebied komen waar veel softdrugs worden geproduceerd. Veel Marokkaanse Nederlanders zijn daarom ook werkzaam in dat veld, als logistiek medewerker of als transporteur. Gelukkig hebben we het hier over een kleine groep, want de meesten zijn elders werkzaam en draaien lekker mee. Het gaat echt om de omgeving waarin je verkeert.’

Wat is dan de juiste omgeving?

Abdessamad: ‘Dat is een omgeving waarin je gewezen wordt op de kansen en mogelijkheden. Kijk, de eerste generatie was vooral bezig met overleven. Lange werkdagen met het perspectief om ooit terug te keren. Die mensen hadden de kennis en de tijd niet om hun kinderen op een juiste manier te begeleiden in en naar de Nederlandse maatschappij. Wanneer er een brief van school op de deurmat lag, dan moesten die mensen bij anderen zijn om die te vertalen. Gelukkig is dat nu heel anders, maar het speelde wel een rol in het feit dat men wel of niet mee kon draaien in de samenleving.’

Heeft de Nederlandse overheid zelf ook steken laten vallen?

Abdessamad: ‘Toen minister Blok nog Tweede Kamerlid was (voor de VVD, red.), zei hij ooit: ‘De integratie is gelukt én niet gelukt dankzij het ingrijpen van de overheid, en het is gelukt én niet gelukt ondanks het ingrijpen van de overheid.’ Tsja, een uitspraak van niks natuurlijk. Maar als je het goed bekijkt, dan zie je dat daar wel een kern van waarheid in zit. De overheid heeft decennialang veel gedaan om de integratie van nieuwkomers in goede banen te leiden. Toch heeft men ook veel steken laten vallen, zoals met Arabische lessen voor kinderen onder schooltijd.

Dat hadden ze nooit mogen doen. De tijd die veel kinderen met Marokkaanse roots spendeerden om de Arabische taal te leren hadden ze goed kunnen gebruiken om de Nederlandse taal en rekenen onder de knie te krijgen. Het ergste was dat we niet eens les kregen in de taal en cultuur van onze ouders en grootouders, die een andere cultuur hadden en Berbers spraken. Dat Nederland zich daarvoor geleend heeft, ongelooflijk. Er werd je geen taal en cultuur aangeleerd, maar Marokkaans nationalisme.’

Younes: ‘Ik heb gelukkig geen Arabische lessen gehad op school. Wel Koranlessen in de moskee. Maar ik snap wel dat wanneer een overheid jou je gang laat gaan en je niet bezig bent met de Nederlandse samenleving, dat het dan makkelijker is om in je eigen cocon te blijven hangen en minder meedoet met de rest.’

Wat spreken jullie thuis? Nederlands of Berbers?

Younes: ‘Thuis spreken we meestal Berbers, maar vaak ook Nederlands. Mijn moeder vond het wel prettig als we Nederlands spraken, zodat ze het ook sneller kon leren.’

Abdessamad: ‘Vroeger spraken we alleen Berbers thuis. Wanneer we Nederlands spraken, werd ons al snel gewezen op het feit dat de taal van je moeder heel belangrijk is. Dat we anders die taal zouden vergeten. Dat was wel hard werken voor ons, want het Nederlands was onze eerste taal.’

Spreek je nu ook alleen Berbers met je eigen kinderen?

Abdessamad: ‘Nee, met mijn kinderen spreek ik alleen Nederlands. Ik vind het wel belangrijk dat ze Berbers leren, maar het is nog belangrijker dat ze meedoen in deze samenleving, hún samenleving.’

‘Je mag tegen mij zeggen wat je wilt, voel me niet aangesproken  – ook niet wanneer die gekke blonde in de Kamer weer iets roept’

Hoe zien jullie de migratie en integratie in de komende vijftig jaar?

Abdessamad: ‘Optimistisch. Een deel zal het heel fijn hebben met elkaar én met anderen. Daarnaast zullen ook veel mensen in hun eigen omgeving blijven hangen, wat een gemiste kans is. Het gevoel dat je niet wordt geaccepteerd door deze maatschappij leeft niet alleen onder ‘allochtonen’. Ook sommige autochtone Nederlanders vinden het steeds moeilijker om mee te draaien in deze maatschappij, vanwege bijvoorbeeld economische redenen of vanwege de ingewikkelde bureaucratie.

Ik zie de toekomst niettemin rooskleurig in. Let wel, de migratie zal nooit stoppen. Mensen zullen altijd op zoek gaan naar een beter leven in een ander land. En dus zullen de problemen zich blijven voordoen. Het is dan de kunst hoe je met elkaar die problemen aanpakt. En leren van de fouten die we vroeger hebben gemaakt. Links Nederland kan zich dat wel aantrekken.’

Wat bedoel je daarmee?

Abdessamad: ‘Nou, dat linkse partijen de problemen rondom integratie te lang hebben laten liggen. Ze zijn te lang te soft geweest voor migranten en te lang te soft geweest voor rechts, terwijl rechts nu het onderwerp naar zich toe heeft getrokken. Het pappen en nathouden is voor niemand goed geweest. Je ziet gelukkig wel dat men die fouten nu inziet en het anders wil.’

Younes: ‘Kijk, de multiculturele samenleving kan dé ideale samenleving zijn. Een samenleving waar je met elkaar leeft en vooral van elkaar leert. Die multiculturele samenleving wordt vaak gezien als een beperking, maar ik zie het vooral als een verrijking.

Ik denk dat we de komende jaren wel te maken zullen krijgen met andere problemen, bij andere nieuwkomers. Denk aan de vluchtelingenproblematiek op dit moment. Maar ik heb vertrouwen in deze maatschappij, in de mensheid, en ook in mijzelf. Je moet niet in de slachtofferrol blijven hangen, maar vooruit kijken, optimistisch zijn. Ik geloof dat we er in Nederland met z’n allen uit zullen komen, vooral als ik later minister-president van dit land ben.’

India: tienduizenden Assamezen protesteren tegen ‘anti-moslimwet’

0

In de noordoostelijke Indiase staat Assam zijn tienduizenden mensen de straat opgegaan om te demonstreren tegen de zogenoemde Citizenship Amendment Bill. Moslims in Assam vrezen dat ze door deze wet officieel als ongewenste minderheid worden bestempeld.

Het amendement, dat vandaag is aangenomen door het Indiase Lagerhuis, heeft officieel als doel om vluchtelingen uit Afghanistan, Bangladesh en Pakistan makkelijker aan het Indiase staatsburgerschap te helpen. Maar het gaat alleen om vluchtelingen die hindoe, jaïnist, boeddhist, sikh, parsi of christen zijn. Moslimvluchtelingen worden niet genoemd.

Critici betogen dat de Citizenship Amendment Bill is bedoeld om hindoes die niet in de nieuwe volkstelling van Assam terecht zijn gekomen alsnog volwaardig Indiaas burger te laten worden. Ruim twee miljoen inwoners, die niet konden bewijzen dat hun Indiase roots teruggingen tot vóór 1971, zijn niet opgenomen in deze volkstelling. Daardoor verloren deze twee miljoen mensen, voornamelijk moslims, hun Indiase staatsburgerschap.

Veel moslims in de noordoostelijke deelstaat Assam zijn pas na 1971 geëmigreerd uit Bangladesh, dat zich toen losmaakte van Pakistan. Een deel is vluchteling, een deel is arbeidsmigrant.

Volgens sommigen is het doel van de ‘hindoe-nationalistische’ BJP-partij van premier Narendra Modi om de demografie van India te veranderen en van moslims tweederangs burgers te maken – en zo mogelijk te dumpen.

Al maandenlang arresteert India mensen in Assam die immigranten zouden zijn. Ook zet het land tribunalen en detentiekampen op langs de grens met Myanmar en Bangladesh.

In Assam zijn tienduizenden mensen, vooral studenten, de straat opgegaan om te protesteren. In de stad Dibrugarh besloot de politie met wapenstokken de menigte uiteen te drijven, meldt the Times of India.

De demonstranten uit Assam brachten de slag bij Saraighat (1671) in herinnering. In 1671 wist het onafhankelijke koninkrijk Ahom, dat in Assam lag, een invasie van het machtige Mogol-rijk af te slaan. Assam verzet zich nu weer tegen een machtig rijk- namelijk: India-, zo is de gedachte.

Taakstraffen en celstraf geëist tegen ‘dreigturken’ om social mediaposts na coup van 2016

2

Vijf Turkse Nederlanders stonden vandaag terecht in de rechtbank in Rotterdam. De vijf bedreigden vermeende aanhangers van de Turks-Amerikaanse geestelijke Fethullah Gülen en riepen op tot geweld, stelt de Officier van Justitie.

Voor de Telegraaf deed Saskia Belleman vandaag vanuit de rechtbank verslag op Twitter. In de rechtbank kwamen verschillende social mediaberichten getoond, geplaatst vlak na de  mislukte coup die Turkije in juli 2016 trof.

Zo schreef verdachte Mehmet D. na de mislukte couppoging op Facebook: ‘Vanaf heden moeten van de Gülen-aanhangers het hoofd van de romp gescheiden worden.’ En: ‘Je moet ze zonder iets te zeggen door de kop schieten. Dan ga je naar de hemel.’

Sinds de mislukte coup van juli 2016 voert Turkije een klopjacht tegen de beweging achter de Turks-Amerikaanse geestelijke Fethullah Gülen. Erdogan houdt hem verantwoordelijk voor de staatsgreep.

Mehmet D. was te tijde van de couppoging in Turkije. Hij zegt dat zijn bericht bedoeld was voor de coupplegers. ‘Wat had ik voor reactie moeten geven als je als mens zoiets meemaakt? Dan moet je tegen de mensen die zoiets doen iets zeggen’, is zijn verdediging. D. stelt dat er werd geschoten op zijn zoon en hij tanks voorbij zag denderen.

De verdachten beroepen zich ook op hun ‘Turkse temperament’ en op dat de vertalingen van hun berichten, die in het Turks geschreven zijn, niet kloppen. ‘Turks is als kauwgum, je kunt het naar iedere kant trekken die je wilt’, aldus verdachte Hakan M.

Wat in ieder geval minder aan de verbeelding overlaat is een filmpje van verdachte Bekir A., die op de dag na de coup in een filmpje zeven keer in de lucht schiet met een luchtdrukpistool. ‘Kom niet op mijn pad. Ik zweer dat ik jullie doodschiet. Dit is geen grap.’ Hij was kwaad en spreekt zelf van ‘bluf’.

De Officier van Justitie gaf aan dat de verdachten, juist omdat de Turkse taal als ‘kauwgum’ is, hadden kunnen weten dat hun woorden konden binnenkomen als bedreigingen. Ook is voor de vertaling van de social mediaberichten gebruik gemaakt van beëdigde tolken, aldus de Officier van Justitie.

Dat de verdachten zich op hun emoties beroepen, dat snapt de Officier van Justitie. Maar: ‘het rechtvaardigt dit soort berichten niet’.

De advocaten van de verdachten bepleitten vrijspraak en betoogden dat een veroordeling het vrije woord zou aantasten. En het schieten in de lucht van Bekir A. zouden we niet als bedreiging moeten zien, maar als een uiting van blijdschap zoals die wel vaker in Turkije voorkomt: de coup werd immers verhinderd.

De straffen die worden geëist variëren van taakstraffen van veertig uur en zestig uur tot een voorwaardelijke celstraf van twee weken, schrijft Belleman. De uitspraak volgt op 19 december.

Oeigoeren in heropvoedingskampen ‘afgestudeerd’ en ‘vrij om te gaan’, aldus China

0

Shohrat Zakir, de gouverneur van de Chinese regio Xinjiang, zegt dat de islamitische Oeigoeren die daar in kampen vastzitten zijn ‘afgestudeerd’. Ze zijn ‘vrij om te komen en te gaan’. De mensen die nog in deze ‘beroepsopleidingscentra’ zitten verblijven daar uit vrije wil, zegt Zakir. Volgens mensenrechtenorganisaties en Oeigoerse activisten is dit een leugen.

Gouverneur Zakir deed zijn opmerkelijke uitlatingen tijdens een persconferentie in Beijing. Hij stelt ook dat buitenlandse media leugens over het Chinese Oeigoeren-beleid verspreiden. ‘De Verenigde Staten zijn rusteloos en hebben een lastercampagne tegen Xinjiang gelanceerd.’

Vorige week riep het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden president Trump op om actie te ondernemen tegen China. Eerder zei vicepresident Mike Pence zich zorgen te maken over de Oeigoeren. Daar zijn meer dan een miljoen moslims opgesloten in interneringskampen, waar ze worden gehersenspoeld met als doel om het islamitische geloof uit te bannen, aldus Pence.

Dat getal is volgens gouverneur Zakir een verzinsel. ‘Niemand kan de mars van Xinjiang naar stabiliteit en ontwikkeling stoppen.’

Mensenrechtenorganisaties nemen de claims van Zakir weinig serieus. Volgens Amnesty International is hier sprake van een ‘nieuwste poging van de Chinese propagandamachine’ om het beeld bij te stellen dat China de Oegoeren onderdrukt. Amnesty zegt dat China maar met bewijzen moet komen.

Ook volgens de naar Nederland gevluchte Oeigoerse activist Abdurehim Gheni liegt de Chinese gouverneur. ‘Ik heb onmiddellijk telefoontjes gepleegd naar mijn familieleden die vermist zijn, maar niemand nam de telefoon op. Als alle Oeigoeren nu al vrijgelaten zouden zijn, waarom kan ik niet met hen in contact komen?’

Amerika verandert weinig aan de broze relatie tussen Marokko en Israël

1

Mike Pompeo, de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, bezocht vorige week Marokko.

Voorafgaand aan het bezoek berichtten Israëlische media dat Pompeo zich tijdens het bezoek hard zou maken voor een betere relatie tussen Israël en Marokko. Maar achteraf zei Pompeo: ‘Nee, dat is niet besproken en is een Israëlisch verzinsel.’

Ook berichtten diverse media dat koning Mohammed VI het bezoek van Benjamin Netanyahu weigerde. De Israëlische premier zou samen met Pompeo naar Marokko gaan, maar de Marokkaanse koning zou hier een stokje voor hebben gestoken. Zit een betere relatie tussen Israël en Marokko er dan echt niet in?

Marokko en Israël hebben geen officiële, diplomatieke relatie, maar dat betekent niet dat de twee landen helemaal geen banden hebben. Er is een economische relatie die zich grotendeels ‘in het geheim’ afspeelt. Er vinden Israëlische investeringen in Marokko plaats, het Noord-Afrikaanse koninkrijk verwelkomt Israëlisch toerisme en is zelfs één van Israëls grootste handelspartners in Afrika. Bovendien werken beide landen samen op het gebied van veiligheid.

Voor Marokko is het belangrijk dat deze banden min of meer geheim blijven. In de officiële statistieken van het koninkrijk is Israëlisch geld bijvoorbeeld niet terug te vinden. Andersom zijn de handelscijfers wel openbaar in Israëls statistieken. Israël wil namelijk wel een publieke relatie met Marokko.

‘Israël wil al sinds de jaren negentig, de tijd van de Oslo-akkoorden, een officiële relatie met Marokko opbouwen. Er waren in die tijd ook diplomatieke missies in Marokko en Israël’, vertelt Bruce Maddy-Weitzman. Hij is Israël-Marokko-expert en hoogleraar aan de aan de universiteit van Tel Aviv, waar hij de vakken Midden-Oosten Studies en Afrikaanse geschiedenis verzorgt.

‘Israël vraagt zich af: waarom maken we het niet officieel?’

Het contact tussen Israël en Marokko werd in 2000 stilgelegd na de Tweede Intifada, de Palestijnse opstand. Om de zoveel jaar komt het vraagstuk opnieuw naar boven: wanneer krijgen Israël en Marokko een diplomatieke relatie? Niet alleen Israël maar ook de Verenigde Staten profiteren van zo’n officiële relatie.

Coalitie tegen Iran

Een betere band tussen Marokko en Israël zou president Donald Trump helpen om de Palestijnen te overtuigen zijn vredesplan te steunen, omdat hij dan ook op steun in de Arabische wereld zou kunnen rekenen. Daarnaast is Marokko een belangrijke speler op het gebied van terrorismebestrijding.

Sinds de aanslagen in Casablanca in 2003, waarbij 45 mensen om het leven zijn gekomen, is Marokko actief bezig om het terrorisme te bestrijden. Het land wordt gezien als een expert in de regio op het gebied van terrorismebestrijding. Een officiële band tussen Marokko en Israël zou voor de Verenigde Staten de deur openen om een sterke coalitie op te zetten met Israël en Arabische landen tegen Iran.

Hoewel Marokko geen officiële diplomatieke banden met Israël onderhoudt zit Marokko wel in het ‘anti-Iran-kamp’. Sinds de Iraanse revolutie van 1979 zijn de banden tussen Marokko en Iran zwak. Dat komt omdat de sjah, die tijdens deze revolutie zijn koffers moest pakken, juist wel goede banden had met Rabat.

In 2018 beschuldigde Marokko Iran van het vervoeren van wapens naar de Westelijke Sahara, waar de onafhankelijkheidsbeweging Polisario de Marokkaanse bezetting bestrijdt. Hoewel Iran de beschuldigingen ontkende, besloot Marokko toen de banden compleet te verbreken.

Deze gedeelde vijand maakt een goede relatie met Marokko voor Israël extra belangrijk. ‘Een goede band tussen Israël en Marokko zou aantonen dat Israël een ‘normaal’ land in de regio is, met normale banden met Arabische landen’, zegt Maddy-Weitzman. ‘Voor een deel bestaan deze banden ook al. Israël vraagt zich daarom af: waarom maken we het niet officieel?’

Geen voordelen voor Marokko

Voordat Pompeo vorige week donderdag Marokko bezocht, ontmoette hij de Israëlische premier Benjamin Netanyahu in Portugal. ‘Waarschijnlijk heeft Pompeo de mogelijkheid van een betere relatie tussen Israël en Marokko wel met Netanyahu besproken. De regering-Trump zoekt altijd manieren om Netanyahu te helpen, maar heeft hierbij een misrekening gemaakt’, aldus Maddy-Weitzman.

Volgens de hoogleraar zijn er voor Marokko te weinig voordelen verbonden aan diplomatieke banden met Israël. De Palestijnse kwestie is een gevoelig onderwerp in Marokko. Tegen Israël bestaat veel weerstand. Niet alleen de man in de straat maar ook verschillende overheidsleden maken zich hard voor de Palestijnse zaak. Er is een roep om de handel en investeringen vanuit Israël beperken. Een officiële relatie met Israël zou voor veel onrust zorgen in Marokko.

‘Eigenlijk is er in die tien jaar niets veranderd’

Een goede relatie met de Verenigde Staten is voor Marokko wel belangrijk, maar ook daar valt volgens Maddy-Weitzman weinig meer te winnen. Amerika en Marokko hebben al lange tijd een goede relatie.

De relatie kwam op scherp te staan, toen er in 2016 geruchten waren dat Marokko 12 miljoen dollar aan de Clinton Foundation zou doneren als de stichting Marokko zou bezoeken. Van zowel de donatie als het bezoek kwam niets terecht, maar Trumps vertrouwen in Marokko was geschaad.

In de laatste maanden lijkt de relatie tussen de VS en Marokko echter volledig te zijn hersteld, met niet alleen Pompeo’s bezoek maar ook met het bezoek van Ivanka Trump in november. Ook het opstappen van veiligheidsadviseur John Bolton draagt hier volgens Maddy-Weitzman aan bij. Bolton probeerde namelijk actief Marokko’s activiteiten in de Westelijke Sahara te beëindigen.

Maddy-Weitzman: ‘Zonder die obstakels heeft Marokko alle Amerikaanse steun die het land nodig heeft. Dus hoeft Marokko geen relatie met Israël op te bouwen in ruil voor extra steun.’

Voorlopig geen publieke relatie

Een officiële, diplomatieke relatie tussen Marokko en Israël lijkt er in de nabije toekomst niet in te zitten. Wanneer wel? Dat weet eigenlijk niemand. Volgens de hoogleraar moet er nog veel gebeuren voordat Marokko zal overwegen zijn relatie met Israël publiek te maken.

‘De Verenigde Staten zouden hetzelfde spelletje met Marokko kunnen spelen als zij met Israël deden. Donald Trump erkende Israëls soevereiniteit over de Golanhoogten. Zo’n zelfde deal zouden de Verenigde Staten het Noord-Afrikaanse koninkrijk ook kunnen aanbieden: erkenning van Marokko’s controle over de Westelijke Sahara in ruil voor een diplomatieke relatie met Israël. Maar ik denk niet dat de Amerikanen zo’n deal zullen voorstellen.’

Een andere belangrijke kwestie blijft die van de Palestijnen. Een concrete oplossing voor de Palestijnse kwestie zou volgens Maddy-Weitzman de situatie voor Marokko veranderen, maar hij denkt dat deze oplossing nog wel even op zich laat wachten. De vraag wanneer Marokko en Israël een echte diplomatieke relatie zullen starten, blijft daarom voorlopig onbeantwoord.

Maddy-Weitzman is er gelaten onder: ‘Tien jaar geleden deed ik een interview over ditzelfde onderwerp voor een Franstalige krant in Marokko. Mijn antwoorden waren toen hetzelfde. Eigenlijk is er in die tien jaar niets veranderd.’