8.1 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 591

Zwolse moskee dimt gebedsoproep: ‘Willen elkaar niet leven zuur maken’

0

Stichting Miesbehoel Islam Zwolle heeft in overleg met buren, de wijkmanager en de wijkagent besloten om de gebedsomroep minder ver te laten reiken. ‘We willen elkaar niet het leven zuur maken’, zegt de imam tegen de Stentor.

Vorige maand kreeg de Masdjied-E-Awliya-moskee (foto) in Zwolle een geluidsinstallatie. Vanaf dat moment klonk vier keer per dag luid de gebedsoproep, tot ongenoegen van veel buurtbewoners in de Zwolse wijk De Aa-landen.

Vorige maand zei de imam nog dat de buurt maar rekening met de moskee moest houden, want Nederland is een multicultureel land. Hij zei toen gewoon gebruik te maken van de wettelijke mogelijkheden. Wel gaf hij toe dat hij de buurt misschien wat beter had kunnen informeren hierover.

Na overleg met buurtbewoners, de wijkmanager en de wijkagent is besloten om de speakers naar het dak te draaien, zodat ze minder ver reiken. De imam: ‘We geven de azan (de oproep tot gebed, red.), dat is voor mij het belangrijkste. Ik ben blij dat we voor deze middenweg hebben gekozen.’

Als baby gestolen of verkocht: ‘Niets in mijn adoptiedossier is waar’

0

Geboren op een babyfarm, weggestolen bij je moeder of verhandeld door criminelen. Dat is het verleden van veel adoptiekinderen uit het buitenland. De Nederlandse overheid wist ervan, maar een vergoeding om de waarheid te achterhalen blijft uit. Sommige geadopteerden zijn het zat en trekken alles uit de kast om antwoorden te vinden.

Een groep geadopteerden heeft een statement opgestuurd, waarin zij het Ministerie van Justitie en Veiligheid aansprakelijk stelt voor schade door onrechtmatige adoptieprocedures van kinderen uit het buitenland. De adoptiekinderen hopen op een financiële tegemoetkoming. Daarmee willen zij onder meer de zoektochten naar hun biologische families betalen.

De commissie-Joustra publiceerde in februari een rapport waaruit bleek dat de Nederlandse overheid wist dat er misstanden plaatsvonden bij adopties uit het buitenland tussen 1967 en 1998. De overheid bood toen – tot verbazing van veel adoptiekinderen – haar excuses aan. Juriste Dewi Deijle, zelf geadopteerd uit Indonesië, maakt zich al jarenlang hard voor de rechten van geadopteerden in Nederland. ‘Ik heb wel een traantje gelaten die dag’, zegt Deijle.

Maar toen kwam de volgende stap. ‘Als je je excuses aanbiedt, moet je ook verantwoordelijkheid nemen.’ En dat moet volgens Deijle in de vorm van een vergoeding voor alle geadopteerden. Minister Sander Dekker (Rechtsbescherming) wil een kenniscentrum opzetten en kwam met een subsidieregeling voor organisaties die adoptiekinderen steunt, maar financiële ondersteuning voor alle individuele geadopteerden blijft vooralsnog uit.

Deijle ging in gesprek met Dekker: ‘Hij vindt dat de Nederlandse belastingbetaler hier niet voor op hoeft te draaien. Terwijl ik juist denk dat Nederland draait om solidariteit. Ik weet niet wie mijn biologische moeder is, maar ik ben hoogstwaarschijnlijk verhandeld door criminelen. We zijn misdaden aan het oplossen, waarom moeten we dat zelf betalen?’

Namens de stichting Mijn Roots, een organisatie die zich inzet voor geadopteerden uit Indonesië, stelde Deijle in 2017 de Nederlandse staat al aansprakelijk. Het ministerie van Justitie en Veiligheid wees de aanklacht toen echter van de hand. Daarom besloot de juriste nu de verhalen van Nederlandse geadopteerden uit verschillende landen te verzamelen en op te sturen naar het ministerie, in de hoop zo toch de overheid te bewegen tot een vergoeding. Deijle verwacht binnen vier weken iets te horen.

Mirjam (rechts) en Doriet (links) (Beeld: Bsharp Media)

‘Niets was waar’

Een van de verhalen die is meegestuurd met de claim van Deijle is het verhaal van Doriet Begemann (41). Doriet begon ruim twintig jaar geleden met haar zoektocht. Ze werd in 1979 geadopteerd als baby uit Indonesië, samen met haar anderhalf jaar oude zus Mirjam. Het Nederlandse echtpaar dat hen in huis nam geloofde dat de twee biologische zusjes waren. Maar Doriet heeft dat nooit geloofd.

‘Als ik naar Mirjam keek, dan had ik het gevoel dat ze mijn zus niet was. Het gekke is dat ik eigenlijk helemaal niet weet hoe een biologische zus dan wel voelt, maar ik wist gewoon dat zij niet mijn echte zus was.’

‘Als ik naar Mirjam keek, dan had ik het gevoel dat ze mijn zus niet was’

In 2004 schakelde Doriet het programma Spoorloos in. Met de adoptiedocumenten ging het team op zoek naar haar biologische familie, maar vond niets. ‘Toen werd duidelijk: er klopt niets van mijn adoptiedossier. De handtekeningen op de geboorteakte en de overdrachtsakte kwamen niet overeen, de adressen klopten niet, mijn geboortemelding was gedaan door een vroedvrouw in plaats van mijn biologische moeder. Niets was waar.’

‘Ik was bang voor wat ik zou vinden’

Doriet wilde na het onderzoek van Spoorloos een DNA-test doen om te kijken of Mirjam haar echte zus was, maar Mirjam weigerde. ‘Ik ben zelf op zoek gegaan naar antwoorden en overwoog naar Indonesië te gaan, maar uiteindelijk besloot ik van dat geld te gaan studeren’, zegt Doriet. ‘Wat ook meespeelde is dat mensen zeiden: ‘Je bent met een reden afgestaan, wie weet willen jouw ouders je helemaal niet zien. Ga je dan duizenden euro’s uitgeven om erachter te komen dat je helemaal niet gewenst bent?’ Ik was ook bang voor wat ik zou vinden.’

Doriet en haar adoptievader (Beeld: Bsharp Media)

Hulp vanuit de Nederlandse overheid of instanties kon Doriet tijdens haar zoektocht wel vergeten. Een Nederlandse rechter heeft de adoptie goedgekeurd, maar vervolgens weigerde de burgerlijke stand in Den Haag haar geboorteakte om te zetten naar een Nederlands certificaat. De reden voor de weigering was dat de vroedvrouw melding had gedaan van haar geboorte, terwijl dit door de biologische moeder had moeten worden gedaan.

Waarom de rechter hier niet opnieuw naar heeft gekeken weet Doriet nog steeds niet. ‘Ik geloof niet dat de rechter kwade bedoelingen heeft gehad. Het idee was toen echt: ‘Die kinderen zijn zielig en die moeten we helpen.’

‘Ik heb geprobeerd de Nederlandse rechtbank te bellen, maar je wordt van het kastje naar de muur gestuurd. Er is waarschijnlijk gekeken naar de handtekening van de rechter in Indonesië en de notaris in Indonesië, maar niet naar de handtekeningen van mijn biologische ouders. Iedereen kan zien dat op het geboortecertificaat een heel andere handtekening staat dan op de overdrachtsakte, terwijl ze beide van mijn biologische ouders zouden moeten zijn’, zegt Doriet.

De DNA-test

Zestien jaar na het onderzoek van Spoorloos stemde Doriets zus Mirjam wel in met een DNA-test. In januari van dit jaar kwam de uitslag binnen: Doriet en Mirjam zijn inderdaad geen biologische zussen. ‘We hadden helemaal geen match. Ik ging er al vanuit dat we geen echte zussen waren, maar ik hoopte nog dat we misschien halfzussen of nichtjes waren. Het is alsof toen pas echt het kwartje viel. Alles is gelogen.’

De klap was vooral hard voor de moeder van Doriet en Mirjam. ‘Zij dacht echt dat wij biologische zussen waren’, vertelt Doriet. ‘Nu moest ook zij concluderen dat de adoptie waarschijnlijk illegaal is geweest. Dat wil je natuurlijk niet. Mijn moeder was huisvrouw en wist niet beter. Mijn vader heeft de hele adoptie geregeld.’ De vader van Doriet stierf toen zij veertien was. ‘Ik heb hem hier nooit iets over kunnen vragen.’

Kinderen

Doriet twijfelde door haar adoptieverleden of ze zelf wel kinderen wilde. ‘Ik was bang dat ik ze dan misschien zou willen afstaan’, legt ze uit. ‘Maar als je dat kindje eenmaal in je armen hebt dan denk je: wat een stomme gedachte.’

Wel gaf het moederschap Doriet een nieuw inzicht, waarmee ze op een andere manier naar haar eigen adoptie kon kijken. ‘Ik besefte ineens hoe wanhopig een moeder moet zijn geweest om vrijwillig haar kind weg te geven. Ik weet natuurlijk niet of ik ben meegenomen of dat mijn biologische moeder mij niet wilde, maar als ze mij heeft weggeven, moet dat heel moeilijk voor haar zijn geweest.’

‘Ik besefte ineens hoe wanhopig een moeder moet zijn geweest om vrijwillig haar kind weg te geven’

Ook een bijzondere ervaring was dat Doriet voor het eerst iemand zag die op haar leek. ‘Dat was best bizar, mijn oudste zoon leek zo erg op mij. Zoiets had ik nog nooit gezien. En niet alleen qua uiterlijk maar ook qua karakter, zelfs mijn slechte eigenschappen!’

Laatste poging

Als laatste poging om haar biologische familie te vinden, maakte Doriet een documentaire. Het eerste deel van de documentaire verscheen onlangs online.

‘Ik hoop dat de film de grens overgaat en dat iemand in Indonesië mij herkent. Ik ga ervanuit dat er niets te vinden valt, maar mocht ik op een nieuw spoor komen, dan volgen er misschien nog wel delen 4 en 5.’

In de eerste aflevering interviewt Doriet haar moeder en zus Mirjam, ze bladert door het adoptiedossier, wijst de fouten aan en belt met Nederlandse instanties. Ook laat ze regelmatig babyfoto’s zien, in de hoop dat iemand in Indonesië haar zal herkennen.

‘Als mijn kleinkinderen later vragen of ik heb geprobeerd mijn familie te vinden, dan wil ik kunnen zeggen dat ik alles heb gedaan. Ik wil geen burn-out of depressie en ik weet dat ik ergens een grens moet trekken, maar ik moet dit nog proberen. Ik wil niet later denken: wat als ik nou dit had gedaan of daar had gezocht? Ik wil weten: ik heb alles gedaan wat ik kon.’

Turkije: politicus wordt hardhandig opgepakt, belandt via ziekenhuis in cel

0

De Turkse oppositiepoliticus Ömer Faruk Gergerlioglu moest eergisteren worden opgenomen in het ziekenhuis, nadat hij vrijdag hardhandig werd gearresteerd door de Turkse politie.

Zijn soon Salih meldt op Twitter dat zijn vader zaterdag op de intensive care is geplaatst wegens een veel te hoge bloeddruk. Later die dag werd hij naar de gevangenis gebracht.

Mensenrechtenactivisten en politici hebben de arrestatie van Gergerioglu scherp veroordeeld. Zo noemt Amnesty International het oppakken van de HDP-politicus ‘volkomen schandalig’, ook omdat op beelden te zien is dat Gergerioglu niet eens de kans kreeg om zijn schoenen aan te trekken toen hij werd meegenomen.

Ook voormalig Europarlementariër Kati Piri, die nu in de Tweede Kamer zit voor de PvdA, is kritisch: ‘EU-regeringsleiders pushen ‘positieve agenda’ met Erdogan: meer handel en nieuwe migratieovereenkomsten’, zegt ze refererend naar de ontmoeting tussen EU-leiders en de Turkse president deze week. ‘Als de mensenrechtensituatie onbesproken blijft is er niets positiefs aan die agenda’.

De 55-jarige Gergerioglu werd onlangs veroordeeld na een verdenking van het maken van propaganda voor de PKK, officieel vanwege berichten die hij vijf jaar geleden op social media had geplaatst. Twee maanden geleden werd hij om diezelfde reden geroyeerd als lid van het Turkse parlement.

Gergerioglu is lid van de pro-Koerdische HDP, de op één na grootste oppositiepartij van Turkije, die nu een verbod boven het hoofd hangt. De HDP wordt door de regering beschuldigd van banden met de PKK, een gewapende Koerdische groepering die door Turkije, de VS en de EU op de lijst van terroristische organisaties is geplaatst.

Voormalige HDP-leiders Selahattin Demirtas en Figen Yüksekdag werden in 2016 gearresteerd op beschuldiging van terrorisme en zitten nog steeds achter de tralies.

Uitzetting naar Marokko dreigt voor Amsterdamse zussen Sofia en Najoua

0

De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) wil de zussen Sofia (24) en Najoua (21) Sabbar uitzetten naar Marokko, het land van waaruit ze op jonge leeftijd door hun moeder zijn meegenomen.

Ze hebben geen verblijfsvergunning. Bij aankomst in Nederland, bijna twintig jaar geleden, meldde de moeder hun niet aan. Dit vertellen de zusjes bij het Radio 1-programma Met het Oog op Morgen.

Ze leefden voortdurend in de illegaliteit, in Amsterdam. ‘Wij waren voortdurend in angst, hebben natuurlijk ook heel vaak moeten verhuizen. Je weet dat er iets niet klopt.’

Drie jaar geleden besloten de zusjes naar de rechter te stappen. Hun verdediging: het is ze allemaal over­komen en ze hebben hier geen enkele zeggenschap in gehad. De rechter oordeelde daarop dat Sofia (foto, rechts) en Najoua (foto, links) recht hebben op een verblijfsvergunning.

Toch is de IND in hoger beroep gegaan. ‘Eén van de redenen is dat wij dat niet op een jonge leeftijd hebben ingediend. Wat verwachtte het IND? Dat ik naast mijn examens nog een procedure ging indienen?’

Ondanks alles wisten de twee in te burgeren en succesvol de havo en het vwo af te ronden. Ze doen veel vrijwilligerswerk voor nieuwkomers en ongedocumenteerden. In 2019 wordt Sofia benoemd tot Junior Held van Amsterdam.

Najoua wil advocaat worden en Sofia wil Pedagogiek studeren – in Nederland. Ze kunnen zich niks voorstellen bij een ‘terugkeer’ naar Marokko. Ze kennen de cultuur niet en beheersen de Arabische taal amper, zeggen ze. ‘Wij hebben er totaal geen beeld bij.’

Het hoger beroep van het IND op zijn vroegst pas over een halfjaar. Tot die tijd staat alles stil. ‘Wéér kan ik me niet inschrijven voor de universiteit’, zegt Najoua tegen het Parool.

Sofia: ‘Er wordt gespeeld met je leven. We ­kunnen allebei met een Nederlandse vriend trouwen en op die manier een verblijfsvergunning krijgen, maar dat willen we niet. Omdat we in het Nederlands rechtssysteem geloven.’

Najoua: ‘Misschien is het naïef, maar ik hoop dat de IND inziet dat wij het verdienen om ­gewoon Nederlander te zijn.’

Inmiddels is een petitie die stelt dat de zusjes moeten blijven zo’n zesduizend keer getekend.

De zusjes hebben ook een brief gestuurd naar de Amsterdamse burgemeester Femke Halsema: ‘Stuur ons niet uit huis. Ons thuis. Ons Amsterdam.’

Baudet breekt met oude leermeester Kinneging: ‘Een Judas’

0

Forum voor Democratie-leider Thierry Baudet heeft op Twitter uitgehaald naar de conservatieve Leidse rechtsfilosoof Andreas Kinneging.

Opmerkelijk, omdat de twee in vroegere tijden nog bondgenoten waren. Kinneging gaf Baudet college aan de Universiteit Leiden, waar hij Baudet beïnvloedde met zijn conservatieve ideeën. Baudet noemde hem naderhand ‘één van de beste docenten die ik ooit heb gehad’. Kinneging gaf in het verleden ook cursussen bij Baudets partij FvD.

Maar in de Telegraaf van zaterdag beweert Kinneging dat Baudet het ‘grandioos heeft verpest’. Kinneging vindt dat hij zich ‘gedraagt als de praeses van het studentencorps. Daardoor ontstaan allerlei irritaties en misverstanden. Het was Thierry’s eerste verantwoordelijkheid om zich af te schermen van het bruine gedachtegoed. Dat heeft hij onvoldoende gedaan’.

Kinneging zegt in het interview ook een partij te missen die zijn conservatieve denkbeelden goed weerspiegelt. ‘Kijk, als je niet naar links wilt en je bent conservatief maar je kent die Europese Traditie niet. (…) Dan kom je uit bij modern rechts. Dan zit je al snel in de verkeerde, bruine hoek: van de Übermensch en de rassenwaan. Daar wil je niet zitten.’

‘Een Judas’, twittert Baudet als door een wesp gestoken. ‘Zijn partij ís er al – en zit met 3 zetels in de Kamer!’ Hij doelt op JA21, de partij van oud-FvD-kopstukken zoals Joost Eerdmans en Annabel Nanninga. Zij braken met Baudet braken na antisemitische appjes bij de FvD-jongeren en een geruchtmakend partijdiner waar Baudet enkele antisemitische uitspraken zou hebben gedaan.

Baudet denkt dat Kinneging hem aanvalt om zijn eigen imago op te poetsen. Eerder dit jaar onthulde NRC dat de Leidse hoogleraar binnen zijn universiteit onder vuur ligt. Dit, vanwege zijn volgens sommigen intimiderende en seksistische manier van lesgeven.

De FvD-leider: ‘Dus wat dan beter te doen dan Baudet aanvallen!? (…) En zie: reputatie weer schoon! (…) I know a rat when I smell one.’

In het Telegraaf-interview geeft de Kinneging verder nog aan dat hij de islam niet als probleem ziet, maar juist verwelkomt. ‘Ik denk dat in de islam en in de islamitische wereld veel goede dingen zitten. Het begrip gemeenschap en de zorg voor elkaar leven daar echt, dat begint al in de boezem van de familie. Dat vind ik navolgenswaardig.’

De ‘As der Vromen’: waarom Turkije en Pakistan elkaar steeds meer steunen

0

Amerika trok onder Obama en Trump weg uit het Midden-Oosten. Zodoende raakt het lokale schaakbord overvol met nieuwe spelers, die nieuwe coalities vormen om het machtsvacuüm op te vullen.

In het ene kamp: Turkije, gesteund door Pakistan, Azerbeidzjan, Qatar en afwisselend door Iran, China en Rusland. In het andere kamp: de Arabische coalitie, geleid door Saoedi-Arabië, Egypte en de Verenigde Arabische Emiraten.

Beide kampen worden graag gezien als de ware hoeders van de moslimwereld. Toch lijkt de strijd in de praktijk vooral te gaan om prestige, geld en invloed, die de leiders van alle betrokken landen hard nodig hebben in tijden van economische recessie, binnenlandse onrust en oplopende conflicten in de regio.

Het losse netwerk aan onderlinge allianties tussen deze landen heeft een groeiende invloed op conflicten in de regio. Zo was Pakistaanse inmenging essentieel in de onderhandelingen van Afghanistan met de Taliban. Vredesbesprekingen in Jemen lijken ondenkbaar zonder Iran, dat de sjiitische Houthi’s ondersteunt. Een ander voorbeeld is de doorbraak in het conflict in Nagorno-Karabach. Azerbeidzjan veroverde de regio terug, mede dankzij de militaire en diplomatieke steun van Turkije en Pakistan.

De los-vaste alliantie tussen Turkije, Pakistan, Qatar en Iran staat bekend als de ‘As der Vromen’, vanwege hun gedeelde islamitische achtergrond en religieuze politieke agenda. In bredere zin, met steun van Rusland en China, wordt dit verbond de ‘As van de Gouden Ring’ genoemd, vanwege hun geografische omsluiting van de kwetsbare, maar strategisch belangrijke Centraal-Aziatische stan-landen, ook wel de gevoelige onderbuik van Rusland genoemd. Het vermoeden is dat deze landen de komende decennia steeds verder aan geopolitiek belang gaan winnen als doorvoerroute voor energie en goederen, onder meer via China’s Nieuwe Zijderouteproject.

Volgens de Indiase politiek verslaggever Praveen Swami (51) is de opkomst van deze nieuwe alliantie geen komst van een nieuwe wereldorde, maar vooral het afbreken van de oude. ‘Het vertelt ons vooral iets over de kwetsbaarheid van de geopolitieke orde. Erdogans neo-Ottomaanse fantasieën, Qatars pretentieuze ambities en Pakistans agressievere buitenlandbeleid zijn symptomen van een wereld waarin grootmachten, en met name de Verenigde Staten, zich hebben teruggetrokken en niet meer bereid zijn te investeren in het overeind houden van de oude geopolitieke orde.’

Op verschillende strijdtonelen, van Libië tot Syrië, steunen beide coalities andere groeperingen in strijd om invloed in de ontvlambare regio. Hierdoor raakten vooral Turkije en Saoedi-Arabië verwikkeld in enkele proxy-conflicten.

Turkije

Volgens Jake Sotiriadis, hoofd strategie en toekomstanalyse van de Amerikaanse luchtmacht, voert met name Turkije een steeds roekelozer buitenlandbeleid. Voor de politieke denktank Middle East Institute schrijft hij dat de gevolgen van Erdogans avonturisme merkbaar zijn in de hele regio, van Turkije’s dubieuze rol in Karabach tot het uitzenden van strijders naar Libië. ‘Dit zijn nauwelijks daden van een verantwoordelijke regionale macht, laat staan van een NAVO-bondgenoot.’

Volgens Sotiriadis wil Turkije het oude Ottomaanse Rijk (1299-1922) doen herleven. Dit beleid is verankerd in economische, militaire en politieke macht, een nuance die volgens hem door de westerse media vaak genegeerd wordt door Erdogan simpelweg af te schilderen als machtsbeluste autocraat. ‘Hij is slechts het symptoom van een breder probleem: Ankara’s verspreiding van een panislamistische, neo-Ottomaanse ideologie, die gevaarlijke gevolgen heeft voor de hele regio en ver daarbuiten.’

Ondanks recente toenaderingspogingen richting de EU en de nieuwe Amerikaanse regering is Turkije de afgelopen jaren steeds verder weggedreven van het Westen. De agressieve opstelling in het Middellandse Zeegebied en op Cyprus, militaire operaties tegen Koerden in Syrië, Irak en Turkije zelf, de militaire inmenging in Libië en recente rol in de oorlog om Nagorno-Karabach hebben de verhoudingen met de EU en Washington op scherp gezet. Deze harde lijn leidde ertoe dat de Israëlische Mossad Turkije een van de grootste dreigingen noemde voor de regionale stabiliteit. Ook veel Arabische landen zien het Turkse expansionisme als een steeds groter gevaar.

‘Erdogans neo-Ottomaanse fantasieën, Qatars pretentieuze ambities en Pakistans agressieve buitenlandbeleid zijn symptomen van een wereld waarin grootmachten zich terugtrekken’

Inderdaad verklaarde Ahmet Davutoglu, de Turkse oud-minister van Buitenlandse Zaken, in 2009 al dat Turkije streeft naar een nieuw Ottomaans Rijk. Een imperium waarin Turkije de Balkan, het Midden-Oosten en de Kaukasus zou re-integreren in de Turkse invloedssfeer via lokale islamistische partijen. Als doctrine wordt dit neo-Ottomanisme gezien als een definitief afscheid van de seculiere waarden van Atatürk. Erdogans Turkije staat een toenemende reïslamisering van het binnenlands beleid voor, veranderde van een parlementaire democratie in een autoritair geleide presidentiële republiek, die grensoverschrijdende ambities heeft.

Een steeds trouwere partner van Turkije is een ander land dat zich graag opwerpt als hoeder van de moslimwereld: Pakistan. De samenwerking tussen beide landen is de afgelopen jaren intenser en onvoorwaardelijker geworden. Terwijl ze op het internationale podium steeds meer vrienden verliezen, vinden zij steun bij elkaar wat betreft politieke pijnpunten als Kashmir, Cyprus en de Kaukasus.

Ondanks hun beperkte onderlinge handel delen beide landen diepe historische en culturele banden. Zo zagen veel Indiase moslims de Ottomaanse sultan als hun kalief toen Pakistan nog onderdeel uitmaakte van Brits-India. En in 1947 was Turkije een van de eerste landen die Pakistan erkende. Bovendien is Ankara een van de meest uitgesproken verdedigers van Pakistan binnen de Verenigde Naties. Vorig jaar oktober stelde Erdogan, tot grote vreugde van Islamabad, de kwestie van Kashmir aan de orde. Ook hebben de bondgenoten een groeiende militaire samenwerking.

Pakistans keuze

Voor Pakistan is de keuze voor de alliantie vooral pragmatisch, meent Muhammad Athar Javed, directeur van de Deens-Pakistaanse denktank Pakistan House. Hij is het dan ook niet eens met het veel geschetste plaatje van Pakistans ambities om de moslimwereld te leiden.

‘De islamitische coalities zijn een verhaal uit het verleden. Momenteel zijn economische belangen de ruggengraat van elke alliantie. Pakistan heeft vooral behoefte aan een alternatief economisch model om handel en investeringen op lange termijn in stand te houden. Het land heeft een stabieler en meer permanent bondgenootschap nodig, vrij van onderlinge sancties.’

Volgens Javed kan het bondgenootschap met Turkije een regionale oplossing bieden voor collectieve economische problemen. Ook wijst hij op het centrale belang van nieuwe handelsroutes.

De afgelopen jaren heeft Pakistan veel investeerders verloren, omdat het ‘land der zuiveren’ niet in staat was zich te ontdoen van zijn imago als gedoger van terroristische groeperingen. Hierdoor staat Pakistan sinds 2018 op de grijze lijst van de Financial Action Task Force (FATF), een intergouvernementele organisatie die zich richt op de internationale bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering. Landen op deze lijst kunnen te maken krijgen met economische sancties van de 37 FATF-lidstaten en andere internationale organisaties, zoals het IMF en de Wereldbank, en ondervinden vaak nadelige gevolgen voor de handel. Volgens schattingen loopt Pakistan nu jaarlijks ruim 8 miljard euro aan handel en steun mis.

Volgens de Turkse politicologe Zeynep Kaya (37) is een belangrijke oorzaak voor de hechtere band tussen beide landen het feit dat Turkije een van de weinige landen is die het besluit van de FATF bestrijdt. Daarnaast steunt Turkije Pakistan volmondig wat betreft Kashmir.

‘Daarbij reageerde Pakistan prompt op de Turkse couppoging in 2016 door alle Gülenscholen in het land te sluiten en de organisatie te bestempelen als terroristische organisatie. Pakistan steunde Turkije ook toen de VS sancties oplegden vanwege de aankoop van een Russisch raketsysteem.’

Bovendien staan Ankara en Islamabad onvoorwaardelijk achter Azerbeidzjan in het conflict met Armenië, waardoor er in Bakoe Turkse én Pakistaanse vlaggen wapperden na de ‘bevrijding’ van Nagorno-Karabach.

‘Pakistan reageerde prompt op de Turkse couppoging in 2016 door alle Gülenscholen in het land te sluiten’

Dat Turkije en Pakistan het steeds beter met elkaar kunnen vinden is ook een gevolg van de verslechterde band tussen Pakistan en de VS onder Trump, die in 2018 de 27 miljard euro aan Amerikaanse ontwikkelingshulp van de afgelopen twintig jaar dwaasheid noemde. Hierdoor werd Pakistan vanzelf dichter naar landen als China en Turkije toegetrokken, die nauwelijks eisen stellen wat betreft mensenrechtenbeleid, vrijheid en democratie.

Vroeger was Pakistan voornamelijk georiënteerd op Saoedi-Arabië en andere landen van de Arabische Liga. Maar deze Arabische oriëntatie is onder druk komen te staan, vanwege hun afnemende steun voor de Pakistaanse claim op Kashmir en Pakistans weigering het Saoedische leger te ondersteunen in Jemen. Mede hierdoor besloten Saoedi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten beiden leningen van elk een miljard dollar terug te eisen.

Een ander geschilpunt is de toenadering van de Arabische landen richting Israël. Het is een duidelijk voorbeeld van een keuze voor handelsgerichte Realpolitik tegenover politieke orthodoxie, al is de normalisatie tussen Jeruzalem en de Arabische wereld nog in een pril stadium. Doordat in Saoedi-Arabië economische belangen lijken te worden verkozen boven ideologie, kan Pakistan zichzelf opvoeren als baken van vroomheid.

Toch is ook premier Imran Khan een Realpolitiker, en vecht ook hij voor eigen financiële, territoriale en politieke belangen. Khans regering ontleent binnenlands ook veel legitimiteit aan het plaatje van een standvastige islamitische republiek, die beschikt een sterk leger en een nucleair arsenaal, en islamitische broeders in Kashmir en Palestina niet laat zitten.

Khan wil een voorvechter van de islamitische zaak zijn, omdat dit de extremisten in eigen land in toom houdt. Hierdoor is de keuze voor partners als Turkije, China en Iran een veiliger alternatief dan meegaan met de Arabische landen in hun politiek van verzoening. Tegelijkertijd betekent de keuze voor China dat Pakistan niet opkomt voor de islamitische Oeigoeren in Xinjiang, die slachtoffer zijn van vervolging en genocide door het communistische regime. Pakistan werpt zich alleen op als voorvechter voor de islamitische zaak als dat het regime goed uitkomt.

Arabische as

‘Turkije probeert zijn band met het Westen te behouden, terwijl het tegelijkertijd zijn agressieve beleid tegenover onder andere Griekenland handhaaft, aangezien dit door veel Turkse burgers wordt gezien als een zaak van nationaal belang’, zegt Zenyep Kaya. ‘Maar dit mag niet ten koste gaan van de eigen economie. Daarom zal onze regering, alle harde woorden ten spijt, de banden met de EU en de VS overeind proberen te houden. De drijvende kracht achter het beleid zijn financiële voordelen.’

Hierdoor is Erdogan volgens de Duitse defensiespecialist Andreas Krieg (Kings College Londen) genoodzaakt concessies te doen. ‘Erdogan kan zich simpelweg niet meer vijanden veroorloven. Ruzie met de EU, binnenlandse problemen door de pandemie en militaire overstretch dwingen hem om conflicten niet teveel op de spits te drijven.’

Daarom is voor zowel Pakistan als Turkije een partnerschap met Iran een ingewikkeld vraagstuk. Ondanks gespannen verhoudingen met Riyad wagen zowel Turkije als Pakistan het niet de aartsvijand van Saoedi-Arabië onvoorwaardelijk te steunen. Met name Pakistan staat voor een groot dilemma, omdat het niet openlijk voor de VS kan kiezen, noch Iran kan steunen. Beide opties zouden voor Pakistan verstrekkende economische en strategische gevolgen kunnen hebben. Daarom hoopt Khan de relaties met Saoedi-Arabië in balans te houden en zoekt ook Turkije geen totaalconflict met het schatrijke koninkrijk.

‘De islamitische coalities zijn een verhaal uit het verleden. Momenteel zijn economische belangen de ruggengraat van elke alliantie’

Na de beëdiging van de nieuwe Amerikaanse president Joe Biden hebben Saoedi-Arabië en Turkije geprobeerd zich met elkaar te verzoenen. Maar of deze verzoening zo eenvoudig tot stand komt is twijfelachtig. Er bestaan grote meningsverschillen en botsende belangen, onder meer over het beleid ten aanzien van Israël, Jemen en Syrië, de groeiende samenwerking tussen Riyad en de Koerden in Syrië, stroeve onderlinge handelsbetrekkingen en natuurlijk de moord op journalist Jamal Khashoggi, die vermoord werd in het Saoedische consulaat in Istanbul.

De tweedeling tussen het Arabische kamp en de Turks-Pakistaanse coalitie is ook zichtbaar rond de erkenning van de Moslimbroederschap. Deze organisatie wordt door de meeste Arabische landen bestempeld als een terroristische organisatie, maar wordt gesteund door Turkije, Qatar en Pakistan. In 2013 pleegde het Egyptische leger een staatsgreep tegen premier Mohamed Morsi van de Moslimbroederschap, een coup die door de Arabische wereld werd toegejuicht, maar door Turkije werd veroordeeld. Turkije dient sindsdien als toevluchtsoord voor leden van de in Egypte verbannen broederschap, wat uiteraard weer tot spanningen leidt met de Arabische wereld.

Ideologische conflicten lijken hierdoor volgens Zeynep Kaya voorlopig niet van de baan. ‘Deze conflicten hebben Erdogans populariteit in eigen land versterkt.’ Het lijkt er volgens haar op dat Erdogan met spierballentaal en machtsvertoon in de regio zijn invloed zo ver mogelijk wil uitbreiden. Dit, zonder al te veel handelsschade op te lopen en zonder permanent zijn banden met het Westen te schaden.

Problemen aan beide kanten

Ondanks het belang van beide partners in de versterking van de Turks-Pakistaanse alliantie, lijkt een snelle en grootschalige samenwerking voorlopig buiten bereik. Pakistan is in hoge mate afhankelijk van internationale investeerders. Ook staat de islamitische republiek diep in het krijt bij China, vanwege ambitieuze, steeds meer controversiële en vaak onbetaalbare megaprojecten rondom Beijings Nieuwe Zijderoute.

De economische situatie in Turkije is volgens Kaya niet veel beter: ‘de Turkse Lira verloor in een jaar tijd meer dan dertig procent van zijn waarde ten opzichte van de euro. Ook is het handelsvolume van zo’n 650 miljoen euro tussen Turkije en Pakistan niet bepaald indrukwekkend.’

De Pakistaanse premier Khan gaf recentelijk toe dat zijn land niet in staat is op korte termijn het exportvolume te vergroten. Een ander obstakel zijn Pakistans vermeende banden met terroristische organisaties. Hierdoor kan het voor Erdogan schadelijk zijn om Pakistan onvoorwaardelijk te steunen.

‘Als je het mij vraagt zie ik nauwelijks een echte win-winsituatie’, zegt Kaya, ‘maar slechts winst wat betreft het Turkse leiderschap in de islamitische wereld. Dat is Erdogans langgekoesterde droom.’

Osman Kavala, de ‘Soros van Turkije’, zit al 1.250 dagen vast. Maar waarom?

0

1.250 dagen zit hij in de gevangenis, zonder ooit veroordeeld te zijn. De Turkse miljonair en filantroop Osman Kavala (63) werd eerst ervan beschuldigd het brein te zijn achter de Geziparkprotesten van 2013. Vervolgens zou hij betrokken zijn bij de mislukte coup van 2016. Experts zeggen dat hij louter om politieke redenen vastzit.

Hij is ondernemer, maar Osman Kavala werd in Turkije vooral bekend vanwege al het liefdadigheidswerk dat hij doet. Kavala werd in 1957 in Parijs geboren en komt uit een rijke familie van Turkse tabakshandelaren die in 1923, tijdens de bevolkingsuitwisseling tussen Griekenland en Turkije, Noord-Griekenland noodgedwongen hadden moeten verlaten. Hij bezocht een internationale school in Istanbul en studeerde management in Ankara en economie in Manchester. Een promotietraject aan The New School for Social Research in New York maakte hij niet af. Kavala keerde in 1982 terug naar Istanbul om het familiebedrijf Kavala Companies over te nemen van zijn net overleden vader.

Kavala zette zich in voor tal van maatschappelijke organisaties in Turkije en maakte zich hard voor cultuur, vrouwenrechten, milieu en verzoening tussen Turken, Koerden en Armeniërs. Van 2002 tot zijn arrestatie in 2017 was Kavala als oprichter en voorzitter actief voor Anadolu Kültür, dat culturele centra runt in onderontwikkelde Turkse regio’s. Ook bevorderde hij met Anadolu Kültür de culturele samenwerking met de Kaukasus, de Balkan en de Europese Unie. De organisatie zet zich in voor de bescherming en het behoud van cultureel erfgoed en wil bijdragen aan pluralistische en democratische samenleving.

Kavala was ook een van de oprichters van de Open Society Foundation in Turkije, de NGO van de Hongaars-Amerikaanse miljardair George Soros die wereldwijd democratie en mensenrechten wil bevorderen. Vanwege zijn link met Soros, ook zondebok in Hongarije en radicaal-rechtse partijen in Nederland en Duitsland, beschuldigde Erdogan Kavala ervan de Geziparkprotesten van 2013 te hebben gefinancierd.

Op 18 oktober 2017 werd Osman Kavala aangehouden op de luchthaven Istanbul Atatürk, na een bezoek aan Gaziantep voor een gezamenlijk project met het Goethe Instituut. Een week later noemde pro-regeringskrant Sabah hem een ‘zakenmagnaat met een duistere achtergrond’ en met contacten met de Gülenbeweging, die door de Turkse regering verantwoordelijk wordt gehouden voor de mislukte coup van 2016. Er volgden meer beschuldigingen, zoals dat Kavala dankzij zijn link met Soros achter de democratische Geziparkprotesten zou zitten.

Wat was nu de echte reden van Kavala’s arrestatie en gevangenschap? Volgens de Amerikaanse Turkije-deskundige en hoogleraar Internationale Betrekkingen Henri Barkey was president Erdogan bang dat de Arabische Lente naar Turkije zou overslaan. Daarom drukte hij de Geziparkprotesten zo hard de kop in. ‘Erdogan is bang dat hij de macht zal verliezen, hij is paranoïde geworden. Kavala is hier nog steeds het slachtoffer van.’

Barkey is ervan overtuigd dat de Turkse president een persoonlijke vendetta tegen Kavala voert. ‘Turkije is irrationeel bezig. Erdogan controleert de rechterlijke macht, dus het is een kleine moeite om Kavala vrij te laten. Maar Erdogan wil dat niet, omdat het persoonlijk is. De president heeft drie prominente vijanden in de gevangenis opgesloten tegen wie hij een diepgewortelde haat koestert: Ahmet Altan, Selahattin Demirtas en Osman Kavala.’

Journalist Altan beschuldigde in 2013 in zijn krant Taraf Erdogan en diens vertrouwelingen van corruptie. Demirtas is de charismatische oppositiepoliticus van de pro-Koerdische partij HDP, die Erdogan bij de verkiezingen van 2015 een absolute meerderheid had afgehouden. Maar Kavala vormde helemaal geen gevaar, aldus Barkey.

‘Ik weet niet wat het is, maar Erdogan heeft iets persoonlijks tegen Kavala’

‘Hij zette zich belangeloos in voor de samenleving. Het kan misschien zijn dat Kavala is afgeluisterd en zich in privételefoongesprekken heel negatief over Erdogan heeft uitgelaten, en dat Erdogan dit heeft gehoord. Ik weet niet wat het is, maar Erdogan heeft iets persoonlijks tegen Kavala. Want het is irrationeel dat deze filantroop, die werkelijk geen vlieg kwaad heeft gedaan, opgesloten blijft.’

Journalist Yavuz Baydar, hoofdredacteur van de onafhankelijke Turkse website Ahval, heeft wel een idee. ‘Ahmet Altan staat voor de vrije pers, Selahattin Demirtas staat voor de oppositie en de democratie, Osman Kavala staat voor de civil society. Ze verdedigen waarden die haaks staan op die van het Turkse regime.’

Het is veel meer dan een persoonlijke vete, stelt Baydar. ‘Ook Erdogans ultranationalistische bondgenoten Devlet Bahceli van de extreemrechtse MHP (de coalitiepartner van Erdogans AKP, red.) en Dogu Perincek van de Patriottische Partij haten Kavala. Hij vormt een bedreiging voor hun Turkije. Kavala wil verzoening met de Armeniërs en de Koerden. Dat is nu wel het laatste wat Bahceli en Perincek willen.’

Osman Kavala is vrijgesproken in de Geziparkzaak, maar zit nu in voorarrest omdat hij ervan wordt verdacht samen met Henri Barkey – die bij verstek tot levenslang is veroordeeld door Turkije – betrokken te zijn geweest bij de mislukte coup van juli 2016.

‘Toen ze zijn zaak met die van mij probeerden te combineren, wist ik dat de Turkse autoriteiten wanhopig waren’, zegt Barkey hierover. ‘Mij wilden ze per se aan de Gülenbeweging linken, omdat Erdogan dan ook de Verenigde Staten de schuld kan geven van de staatsgreep. En Kavala maakt nu ook onderdeel uit van dit zogenaamde complot. Ik heb de aanklacht, die vele pagina’s telt, deels doorgelezen, maar het is allemaal zeer vergezocht. Het is puur om politieke redenen dat Kavala achter de tralies zit.’

Volgens Barkey zijn de ‘bewijzen’ flinterdun: ‘Kavala was op reis naar de Oost-Turkse stad Diyarbakir, een week later was ik daar ook. Volgens de aanklager was dit het bewijs dat we contact met elkaar hadden. Echt ongelooflijk.’

Ook kon de aanklager niet aantonen dat Kavala en Barkey met elkaar hadden gesproken via de telefoon in de tijd van de coup. ‘Maar ze wisten wel dat we in Istanbul bij elkaar de buurt waren en met elkaar hadden gepraat. Maar Kavala en ik kennen elkaar helemaal niet zo goed. We hebben elkaar enkele dagen na de coup toevallig twee minuten persoonlijk gesproken in mijn favoriete restaurant in Istanbul, toen hij zag dat ik daar ook was. Maar dat is het. Mijn zus kent Kavala heel goed, ik niet eigenlijk.’

Wat te doen?

Barkey vindt dat de Verenigde Staten en de Europese Unie Erdogan de duimschroeven steviger moeten aandraaien. ‘De nieuwe Amerikaanse president Joe Biden heeft nog steeds niet met Erdogan gesproken, terwijl hij nu twee maanden president is. Wel heeft het Witte Huis allemaal kritische statements over Turkije afgegeven. Biden doet dit doelbewust. Hij wil laten weten dat Erdogan niet welkom is, tenzij hij zijn gedrag verandert. De EU zou dat ook moeten doen, Erdogan niet meer uitnodigen (zoals nu al gebeurt, red.). En de druk vervolgens steeds meer opvoeren. Erdogan wordt daar namelijk zenuwachtig van. Hij is bang om geïsoleerd te worden.’

De laatste maanden begint Erdogan daarom al een verzoenende toon aan te slaan richting Europa, Israël en Egypte. ‘Natuurlijk is Erdogan onoprecht’, zegt Barkey. ‘Maar het is goed dat hij zenuwachtig wordt, dat hij weet dat het menens is. Hopelijk wordt dit beleid voortgezet en blijft Erdogan niet welkom in Brussel, tenzij Kavala en andere gevangenen worden vrijgelaten.’

Baydar is minder optimistisch. ‘De mensenrechtensituatie in Turkije verbetert niet, maar verslechtert juist. Het zogenaamde hervormingsbeleid van Erdogan is puur voor de bühne, en expres vaag geformuleerd. Maar blijkbaar is dit wel genoeg voor de EU, die de mensenrechten niet centraal stelt, maar handel, vluchtelingen en veiligheid. Met als gevolg dat Turkije er weer mee wegkomt. De pro-Koerdische partij HDP wordt wellicht binnenkort verboden door Turkije. Maar de EU wil de sancties opheffen. Eigenlijk zouden de EU en de VS hun Turkije-beleid samen moeten coördineren. Maar dat gebeurt niet. Ik vrees daarom dat het weer business as usual wordt, precies wat Erdogan wil.’

Baydar gelooft daarom ook niet dat Osman Kavala binnenkort wordt vrijgelaten. ‘Het regime – Erdogan en zijn nationalistische bondgenoten – zetten hun hakken juist in het zand. Kavala wordt vrijgelaten als het regime zich laat leiden door een andere politieke cultuur, een andere mentaliteit. Maar dat zie ik niet snel gebeuren.’

Barkey: ‘Sowieso wordt Kavala niet voor mei dit jaar vrijgelaten, want dan moet hij weer voor de rechter verschijnen. Erdogan kan hem misschien vrijlaten, zodat hij tegen de buitenwereld kan zeggen dat Turkije een onafhankelijke rechtspraak kent. Maar de zaak tegen mij, waar de zaak van Kavala mee verbonden is, blijft natuurlijk doorgaan. Dat is ook belangrijk voor het regime, want Erdogan is er heilig van overtuigd dat de Verenigde Staten achter de coup zitten.’

‘Osman Kavala is een symbool geworden’, zo besluit Barkey. ‘Hij laat zien dat er ook een ander Turkije bestaat, een Turkije dat Erdogan te vuur en te zwaard bestrijdt. Maar Erdogan is degene die Kavala belangrijk heeft gemaakt. Door hem op te sluiten heeft de president in feite zijn eigen gevaar geschapen.’

Brits regeringsrapport: institutioneel racisme bestaat niet

0

‘Institutioneel racisme bestaat niet’, suggereert de racismecommissie van de Britse regering in een historisch rapport. Het langverwachte racismeverslag werd opgesteld naar aanleiding van de Black Lives Matter-protesten.

De commissie zegt dat ‘openlijk en ronduit racisme voortwoekert’, maar concludeert dat het Verenigd Koninkrijk een ‘meer open samenleving’ is geworden waar kinderen uit vele etnische gemeenschappen even goed of aanzienlijk beter presteren dan witte leerlingen.

Het rapport stelt ook dat kwesties rond ras en racisme ‘minder belangrijk worden’ en, in sommige gevallen, geen belangrijke factor zijn bij het verklaren van ongelijkheden.

De conclusies van het racismerapport staan haaks op enkele racismerapporten die vorig jaar verschenen. Zo concludeerde een rapport dat in opdracht van de Labour Partij was geschreven dat ‘decennia van structurele discriminatie hebben geleid tot de onevenredige impact van de coronapandemie op etnische minderheidsgemeenschappen.’

Vorig jaar kondigde de Britse premier Boris Johnson het racismeonderzoek aan, dat ‘alle aspecten’ van raciale ongelijkheid in Groot-Brittannië moest onderzoeken. ‘We moeten erkennen dat als duizenden mensen vreedzaam demonstreren voor Black Lives Matter je dat niet kunt negeren’, zei Johnson toen.

Black Lives Matter-activisten zijn verontwaardigd over het racismerapport. Het rapport zou politiek gekleurd zijn en niet voldoende ingaan op een aantal belemmeringen waar minderheidsgroepen in het Verenigd Koninkrijk mee kampen, waaronder discriminatie op de arbeidsmarkt, onevenredig veel mensen van kleur die in de gevangenis zitten, onevenredig veel coronadoden onder niet-witte zorgmedewerkers.

Dit rapport doet niets anders dan het ‘witwassen’ van racisme, zegt de Britse antiracismedenktank Runnymede Trust tegen de Amerikaanse nieuwszender CNN.

Nida-leider beticht Denk van smeercampagne richting zijn partij

0

RTV Rijnmond komt zaterdagavond met documentaire Insjallah over de Rotterdamse politicus Nourdin el Ouali. Met zijn ‘islamitisch geïnspireerde’ partij Nida probeerde hij op 17 maart tevergeefs in de Tweede Kamer te komen. In de documentaire geeft El Ouali de media de schuld, evenals Denk.

‘Redacties willen alleen iets met islam als het in de context van een aanslag is, of iets anders lelijks. Dan weten ze je wel te vinden. Je mag het als moslim niet hebben over huizenmarkt of onderwijs’, zegt de Nida-leider. ‘Als je niet gepeild wordt, kom je niet op tv, als je niet op tv komt, word je waarschijnlijk niet gepeild. Het is echt een gesloten systeem.’

Ook is Ouali boos op Denk, die in dezelfde vijver met islamitische kiezers vist. Ouali zegt dat Denk een ‘lelijk spel’ speelde en Nida besmeurde. ‘We zouden een FETÖ-partij zijn.’

Met de term ‘FETÖ’ bedoelen Erdogan-aanhangers de Gülenbeweging, die volgens de Turkse president verantwoordelijk is voor de mislukte coup van 2016.

‘Maar we zouden ook aanhanger zijn van de PKK. Het is maar naar gelang welke doelgroep het is met welk verhaal ze komen. Elke keer horen we weer wat en dan denk ik: jeetje, wat achterbaks’, zegt Ouali.

Nida profileerde zich tijdens de campagne allerminst als anti-Erdogan. In een Facebook-video uit februari prees Ouali ‘bashkan’ (Turks voor ‘leider’) Erdogan. Het verkiezingsprogramma van Nida hekelt de Nederlandse regering omdat die de coup tegen Erdogan stilzwijgend zou hebben gedoogd.

Hoewel Nida niet in de Tweede Kamer is verkozen wil Ouali niet opgeven, vertelt hij morgen in de documentaire. ‘We zijn nog nooit zo sterk geweest als dat we nu zijn.’

China voert Franse nepjournalist op om beleid Xinjiang te verdedigen

0

‘Mijn Xinjiang: stop de tirannie van nepnieuws’. Dit was de titel van een stuk dat zondag op de website van de Chinese staatstelevisie CGTN werd gepubliceerd. De auteur: ‘Laurène Beaumond, freelance journaliste gevestigd in Frankrijk’.

In haar artikel ‘ontkracht’ Beaumond de westerse beschuldigingen van genocide en vervolging van de moslimminderheid van de Oeigoeren in de provincie Xinjiang. ‘Ik ben Française en heb bijna zeven jaar in China gewoond’, schrijft Beaumond. ‘Ik heb de gelegenheid gehad om de regio (Xinjiang) tussen 2014 en 2019 bij verschillende gelegenheden te bezoeken.’ De ‘journaliste’ zegt dat er niets klopt van wat de westerse media over de Oeigoeren schrijven.

Maar de vraag is of Beaumond wel bestaat. De Franse krant Le Monde zocht het uit en meldt dat deze naam niet voorkomt in het register van Franse beroepsjournalisten. Ze zou hier wel in moeten staan, omdat Beaumond volgens haar eigen cv een master Journalistiek heeft en voor verschillende Parijse redacties werkte voordat ze naar Beijing vertrok.

Het Chinese ministerie reageert geprikkeld op deze bevindingen: ‘Ze is een Frans staatsburger die al vele jaren in China woont en het land nauwlettend in de gaten houdt. Details over haar kan ik niet onthullen. In sommige Europese landen en in de VS is het zo dat iemand met een eerlijk verhaal over China hard zal worden aangevallen. Ik denk dat u begrijpt wat ik bedoel.’