19.7 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 591

BIJ1 en CU slaan terug na kritiek op tegenstem meisjesbesnijdenis-motie

0

BIJ1 en ChristenUnie lagen dit weekend onder vuur op Twitter, omdat deze partijen stemden tegen een PVV-motie over een actiever opsporingsbeleid tegen besnijdenis bij meisjes.

Deze motie verzocht de regering afgelopen week een scherper opsporingsbeleid te voeren’. 4.200 meisjes zouden risico lopen besneden te worden. BIJ1 en ChristenUnie stemden tegen. Dit kwam de partijen op veel boze twitteraars te staan.

‘Woke = misdadig’, schreef bijvoorbeeld ex-journalist en voormalig politicus Jan Roos. Nieuws- en opiniesite ThePostOnline sprak sarcastisch over een ‘emanciperende vuist vóór meisjesbesnijdenis’.

Simons vindt de ophef over haar tegenstem onterecht, zegt ze, want vrouwenbesnijdenis ‘wordt ook al actief bestreden. Op verschillende manieren. En dat is onder meer waarom de minister de motie ontraadde’.

ChristenUnie-leider Gert-Jan Segers stemde tegen de motie. Hij twittert: ‘Vrouwenbesnijdenis is een vreselijke misdaad. Onze wetten verbieden het, het kabinet bestrijdt het al en had daarom de motie ontraden.’

Toch zegt Segers ook dat zijn fractie achteraf gezien vóór had moeten stemmen, omdat nu wordt gesuggereerd dat de ChristenUnie vrouwenbesnijdenis helemaal niet erg vindt. ‘Vrouwenbesnijdenis moet bestreden worden. Altijd. Punt.’

BIJ1 werd op Twitter ook bekritiseerd omdat het als enige partij stemde tegen een motie die, naar aanleiding van de aanslag op Peter R. de Vries, de regering oproept met voorstellen te komen om de strijd tegen de georganiseerde misdaad te intensiveren. Volgens Simons is dit een ‘populistische, holle en niet uitvoerbare motie over de rug van iemand die voor z’n leven vecht’.

Simons stemde ook tegen deze moties vanwege de ‘dubbele, soms xenofobe bodem’, twittert ze. ‘Veel van de problemen nu, zoals het toeslagenschandaal, zijn ontstaan doordat onuitvoerbare plannen op basis van politiek winstbejag zijn aangenomen en doorgedrukt.’

Simons: ‘En zullen we afspreken dat we niet alleen de stemmingsuitslagen van moties delen maar daarbij ook de tekst van de moties? Want prima dat mensen vragen stellen over stemgedrag maar dan wel graag op basis van volledige info?’

Ze krijgt hierin steun van historicus en Elsevier-columnist Geerten Waling. ‘Helemaal eens’, schrijft hij. ‘En kijk ook altijd naar de context: waren er andere moties die een vergelijkbare strekking hadden, maar beter/realistischer geformuleerd? Was de motie inhoudelijk nuttig, of een wassen neus en een kreet voor de bühne?’

Enaam Ahmed Ali: ‘Vrijheid ligt in zelfbeschikking en eigen keuzes maken’

0

‘Getverderrie. Alweer een hoofddoek. In de Tweede Kamer, nu de VN. Ik wil mijn Nederland terug. Stop de islamisering!’, twitterde PVV-leider Geert Wilders onlangs over haar. Maar Enaam Ahmed Ali (28) laat zich er niet door intimideren en heeft het liever over haar missie. Na een onderneming in modest fashion en een functie als business developer bij de Rabobank is ze benoemd tot vrouwenvertegenwoordiger 2022 bij de Verenigde Naties.

Wat motiveert jou om maatschappelijk betrokken te zijn?

‘Van jongs af aan hield ik mij bezig met vrouwenrechten en gelijkheid. Gelijke behandeling van vrouwen is voor mij altijd heel belangrijk geweest. Als kind stimuleerde onze vader ons om altijd ons best te doen, door bijvoorbeeld je opleiding af te maken. Maar ik zag ook een verschil in de verwachtingen die mijn ouders hadden van mijn broers en mijn zussen en ik. Die verwachtingen gingen over de verschillende rollen die wij thuis hadden. Ik vond dat toen al helemaal niks. Ik ging de discussie aan met mijn ouders en riep bijvoorbeeld: ‘Waarom mag mijn broer dat wel doen en ik niet?’, of: ‘Waarom moet ik dit doen en hij juist niet?’ Ik heb dus op jonge leeftijd het activisme en feminisme opgezocht binnenshuis. En naarmate ik ouder werd, ben ik daarin ook actief geworden in de maatschappij.

‘Daarbij stond ik tijdens mijn jeugd met twee voeten in twee verschillende culturen. Elke zomer ging ik terug naar Libië, waardoor ik mijn nichtjes, neefjes en familie daar goed heb leren kennen. Naarmate ik ouder werd, nam ik de verschillende genderrollen steeds beter waar, bijvoorbeeld door wat mijn nichtjes allemaal wel of niet konden doen. Dat is voor mij een grote drijfveer geweest.’

Heb je het gevoel dat je als moslimvrouw aan een hogere standaard moet voldoen?

‘Van huis uit werd er altijd een hoge standaard op ons gelegd om altijd de beste te zijn. Maar ook in de maatschappij heb ik het gevoel gehad dat ik men geen enkele reden moet kunnen geven om maar iets negatiefs te zeggen. Of om maar iets van twijfel over te laten over wie ik ben en wat mijn capaciteiten zijn. Dat is niet altijd de beste manier om dingen op te pakken, maar dat is wel het gevoel dat ik continu heb gehad. En dat was eigenlijk ook omdat ik het gevoel had dat ik, als hoofddoek dragende moslima, een andere positie had in de maatschappij. Er wordt anders naar mij en andere hijabi’s gekeken. Voor een lange tijd heb ik geprobeerd dat te maskeren en mijn plek te vinden, door het advies van mijn vader op te volgen en overal heel goed in te worden.’

Hoe is dat geweest in je carrière en bij de bank met een hoge positie? Had je veel te maken met vooroordelen?

Ik heb mij altijd als een van de weinige mensen van kleur begeven in witte omgevingen. Uit onderzoek blijkt dat in deze situatie de witte omgeving een persoon van kleur niet als een bedreiging ziet maar juist als uitzondering. Daardoor wordt de persoon van kleur sneller opgenomen in de groep. Ik heb mij vaak in zulke omgevingen begeven waardoor mijn ervaringen merendeels positief zijn geweest. Bovendien denk ik altijd drie keer na voordat ik überhaupt wat zeg en op topniveau probeer te presteren. Maar er zijn nog steeds vaak situaties waarin ook ik aanvoel dat iemand anders naar mij kijkt, of op een andere manier met mij omgaat.’

‘Bij de Rabobank heb ik het ontzettend naar mijn zin. Ik kwam daar nauwelijks vooroordelen tegen. Het waren juist positieve ervaringen, zoals bij mijn eerste ramadan bij de bank. Mijn manager kwam destijds naar mij toe en zei: ‘Enaam, wil je even met mij meelopen?’ Ik had geen idee wat ze wilde vertellen of vragen. ‘Ik weet dat de ramadan vandaag begint, kan ik je ergens meehelpen? Kunnen we misschien kijken naar je rooster, dat we het anders inrichten? Of de tijden waarin je werkt?’ Dat soort kleine dingen maken een groot verschil.’

Hoe ben je vanuit jouw huidige baan bij de VN terecht gekomen?

‘Het begon voor mij als vrijwilliger bij verschillende communitycentra en evenementen. Ik ben werkzaam geweest bij de Women’s March, als vrijwilliger en bestuurder, en bij het bestuur van VN-vrouwen Nederland. Eigenlijk is mijn activisme voor vrouwenrechten tijdens mijn onderneming al begonnen: ik had een modest fashion kledingmerk, waarbij we campagne voerden om over te brengen dat vrijheid ligt in de keuzes die je zelf maakt. Daarmee bedoel ik bijvoorbeeld het dragen van een hoofddoek. Ik voel mij heel erg comfortabel in mijn hoofddoek. Ik wil die niet afdoen, terwijl ik dat wel zou kunnen doen, zonder dat dit consequenties heeft voor mijn sociale leven. Natuurlijk zal ik online genoeg over mij heen krijgen, maar het is een mogelijkheid. Daar gaat het om: vrijheid. Een vrouw die geen hoofddoek wil dragen moet ook die keuze kunnen maken. Het zelfbeschikkingsrecht is er voor iedereen.’

‘Naarmate ik ouder werd, nam ik de verschillende genderrollen steeds beter waar – bijvoorbeeld door wat mijn nichtjes allemaal wel of niet konden doen’

Wat wil je graag bereiken als VN-Vrouwenvertegenwoordiger?

‘Een aantal dingen: onder andere het bewustzijn vergroten voor de thema’s technologie en klimaatverandering en de urgentie ervan benadrukken. Niet alleen op landelijk niveau of bij de VN, maar ook op individueel niveau door de keuzes die we maken. Ik wil daar meer aandacht voor vragen, want we kunnen met kleine dingen veel veranderingen teweegbrengen. Op groter niveau is het mijn doel om de genderlens te betrekken in deze thema’s. Klimaatverandering gaat vrouwen, met name in ontwikkelingslanden, het hardst raken. Toch zijn ze vaak geen onderdeel van de gesprekken en oplossingen die worden bedacht: ze staan niet centraal bij de problematiek die hen aangaat.’

Hoe komt het dat vrouwen in ontwikkelingslanden zwaarder worden getroffen door klimaatverandering?

Gezinnen komen in vluchtelingenkampen terecht als gevolg van natuurrampen, droogte en andere rampen die het gevolg zijn van klimaatverandering. Zulke kampen zijn vaak erg onveilig voor vrouwen: ze hebben geen vier muren om zich heen om hen te beschermen. Je ziet dat geweld tegen vrouwen en verkrachtingen in dit soort situaties toenemen. De kans dat een meisje wordt uitgehuwelijkt is in zulke situatie ook groter.’

Waarom heb je voor deze thema’s gekozen?

‘Door mijn werk binnen technologie en social impact ben ik mij verder gaan verdiepen in klimaat. Ook bij het onderwerp ontwikkelingseconomie zie je hoe belangrijk klimaat is voor de ontwikkeling van een land en voor individuen. Daarbij is technologie de katalysator geweest voor klimaatverandering: de hoeveelheid aan materialen en CO2-uitstoot die we hebben is gecreeërd door industrialisatie. Maar ook een groot deel van de oplossing voor klimaatverandering ligt in technologie. Vandaar ook dat technologie en klimaat de centrale thema’s zijn voor aankomend jaar bij de VN-vrouwenvertegenwoordiging.

‘Daarnaast speelt mijn ‘zijn’ een rol. Dan gaat het over zelfbeschikking en de keuze om de hijab wel of niet te dragen, maar ook over de consequenties die vrouwen ervaren vanuit de gemeenschap als ze een bepaalde keuze maken. Toen bekend werd dat ik de VN-vrouwenvertegenwoordiger voor 2022 voor Nederland ben, stuurde Wilders zijn tweet over mij, waarop hele nare dingen volgden. Daar ontkom ik niet aan: het liefst zou ik het hebben over de inhoud van de thema’s van het jaar, dus klimaat en technologie, maar mijn bijdrage en focus zal veel breder zijn dan dat.’

Wat voor impact heeft technologie volgens jou op vrouwen?

‘Als we bijvoorbeeld kijken naar online intimidatie, zijn vooral vrouwen daar doelwit van, en met name vrouwen van kleur. Ik ben zeker niet het enige slachtoffer. De algoritmes die worden gebruikt zijn vaak onevenwichtig en meer gericht op mannen en veel minder op vrouwen en mensen van kleur. Dit is ontzettend belangrijk, omdat het direct impact heeft op de veiligheid van vrouwen en mensen van kleur. Bijvoorbeeld in zelfrijdende auto’s of andere algoritmes die ontwikkeld worden, of toegang tot financiering. Het welbekende voorbeeld over een koppel dat een creditcard aanvraagt bij Apple, waarna de man een veel hogere kredietlimiet krijgt dan zijn vrouw. Ik wil pleiten voor meer betrokkenheid van vrouwen, zodat we samen met hen de juiste oplossingen kunnen vinden en uitvoeren.’

Hoe kan je deze problemen oplossen?

‘Er wordt veel werk gedaan door VN-vrouwen om deze problematiek aan te pakken. Er is echter actie nodig op internationaal niveau, want de problemen kunnen alleen worden bestreden door klimaatverandering tegen te gaan. Daar heb je de private en publieke sector voor nodig, alle grassroot-organisaties, maar ook jij en ik. Zolang de klimaatverandering blijft doorgaan, kan je geen impact maken. Het is dan dweilen met de kraan open. Veel organisaties doen nu aan symptoombestrijding, bijvoorbeeld door de vluchtelingenkampen beter in te richten of betere noodhulp aan te bieden. Maar er moet wereldwijd actie worden ondernomen. En dat kan alleen als alle wereldleiders dit vitale vraagstuk ook serieuzer gaan nemen. Rechtszaken zijn daar een tool voor, denk aan de Urgenda-zaak en de zaak tegen Shell door Milieudefensie. Een andere manier is de diplomatie. Dat is onder andere wat ik als VN-vrouwenvertegenwoordiger voornamelijk zal gaan doen.’

Je zegt ook islamofobie en antisemitisme aan te willen kaarten. Waarom?

‘Een groot probleem: islamofobie is continu aan het groeien. Dat heeft te maken met onder andere het politieke beleid en de mediaframing van de afgelopen twintig jaar. De laatste jaren hebben we de consequenties ervan gezien. Hier in Nederland zijn er moskeeën in brand gestoken en leuzen die werden beklad op de moskee. In juni is een islamitische familie in Canada doodgereden. Er zijn veel parallellen met de aanloop naar de Tweede Wereldoorlog, zoals de manier waarop Joden werden behandeld en hoe ze werden geframed. Het lijkt alsof we niets leren van de geschiedenis. Dat islamofobie nog steeds niet wordt erkend in Nederland is een probleem. Daarnaast is antisemitisme nog steeds een probleem, zoals in Amsterdam waar synagogen beveiligd worden.’

‘Het is goed dat we een specifieke aanpak hebben voor antisemitisme, maar zo’n gerichte aanpak missen we nog bij islamofobie’

Wat zou er gedaan moeten worden om islamofobie in te dammen?

‘We moeten actieplannen maken en niet afwachten tot er iets vreselijks gebeurt. Preventieve maatregelen zijn daarbij van belang. Denk aan publiekscampagnes om stereotypes te ontkrachten, het stoppen met subsidieren van haatzaaiende organisaties en het beter beveiligen van moskeeën. Ook beeldvorming is een groot onderdeel van het probleem.

‘Het is goed dat we een specifieke aanpak hebben voor antisemitisme, maar zo’n gerichte aanpak missen we nog bij islamofobie. Terwijl het in essentie gaat om hetzelfde gedrag, namelijk haatzaaien. Er zijn al veel organisaties bezig met het onder aandacht brengen van islamofobie. Maar we missen nog concrete acties: moslims en mensen die worden gepercipieerd als moslim worden nog steeds benadeeld. Dat zien we op de arbeidsmarkt maar ook in beleid, zoals bij het verbod op gezichtsbedekking, het zogenoemde boerkaverbod.’

Is er daarbij nog ruimte voor islamkritiek?

‘Er mag zeker kritiek zijn: opbouwende of constructieve kritiek is belangrijk. De kwestie van vrijheid van meningsuiting is lastig, maar het moet niet de andere kant op slaan. Ik wil voorkomen dat we islamofobie gaan normaliseren, door bijvoorbeeld politici die haatzaaien te tolereren. Dat kan gevaarlijk worden. Elke keer vinden we zulke opmerkingen steeds normaler. En dat kan overgaan tot fysiek geweld.’

Frans onderzoek: moslimhaat fors toegenomen sinds onthoofding Paty

0

In 2020 daalde het aantal racistische voorvallen in Frankrijk, maar anti-moslim- en anti-Aziatische voorvallen namen in deze periode juist toe. Dit blijkt uit een nieuw rapport door de Franse Nationale Raadgevende Commissie voor de Rechten van de Mens.

Het aantal geregistreerde racistische incidenten in Frankrijk daalde van in 2020 met een kwart. Dit heeft te maken met het succes van de Black Lives Matter-beweging, menen de onderzoekers.

Tegelijkertijd nam in deze periode het anti-moslimvoorvallen juist toe. Dit zou komen door de onthoofding van geschiedenisdocent Samuel Paty, die in zijn lessen Mohammed-cartoons van Charlie Hebdo liet zien, en het gepolariseerde debat in Frankrijk over ‘islamitisch separatisme’.

Zowel de moord op Paty als het separatisme-debat speelde in het laatste kwartaal van 2020. In die periode steeg het aantal anti-moslimvoorvallen met 40 procent ten opzichte die periode in het jaar ervoor.

In totaal vertegenwoordigden anti-islamitische voorvallen 16 procent van alle discriminatoire voorvallen, tegen 8 procent in 2019.

Het anti-Aziatische racisme nam in 2020 ook toe, wat samenhangt met de coronapandemie. Chinezen en andere Oost-Aziaten in Frankrijk werden geassocieerd met het coronavirus, dat eind 2019 in de Chinese stad Wuhan uitbrak. 30 procent van de Oost-Aziatische ondervraagden had begin 2020 te maken met racisme.

Niet coke-consumptie is het probleem, maar dat het illegaal is

0

De moordaanslag op misdaadverslaggever Peter R. de Vries roept veel reactie op. Grote woorden werden gebruikt om deze aanslag te veroordelen. Het was een aanval op de journalistiek, een aanval op de persvrijheid en een aanval op de rechtsstaat.

Hoewel de impact van deze aanslag op de (misdaad)verslaggeving zeker niet onderschat mag worden, mogen we niet uit het oog verliezen waar het hier werkelijk om gaat. Een laaggeplaatste pion valt een journalist niet aan omdat zijn baas een hekel heeft aan de journalist of aan de rechtsstaat. Peter R. de Vries was doelwit omdat hij een belangrijke rol speelt in een proces tegen een groot aantal criminele verdachten. Een zaak waarvan de leider van die organisatie heeft aangegeven dat iedereen die erbij betrokken is dood moet. En waarvan een aantal betrokkenen ook reeds dood is geschoten.

We hebben het hier over het Marengo-proces tegen zeventien criminelen, waaronder maffiabaas Ridouan Taghi. Het is een proces waarbij belangrijke maffiakopstukken terecht staan. Een proces tegen keiharde drugshandelaren, die er niet voor terugdeinzen om iedereen die hen in de weg staat uit de weg te ruimen. Cokehandelaren die profiteren van het feit dat er in Nederland een boel drugs geconsumeerd wordt, maar ook van het feit dat ons land de grootste doorvoerhaven voor cocaïne in Europa is.

Met grote woorden zijn we er niet. Want zolang de coke door onze neuzen blijft vloeien, blijft het ook voor de politie dweilen met de kraan open. De prijs van een gram coke ligt al jaren stabiel rond de vijftig euro. Hoewel er regelmatig coke wordt onderschept, komt deze drugs in voldoende mate in ons land aan. De vraag naar coke blijft bovendien onverminderd hoog. Van oud naar jong, rijk naar arm, hoog- en laagopgeleid, iedereen snuift het witte goedje maar al te graag op.

Wat als we op termijn de productie, verkoop en consumptie van cocaïne legaliseren?

Je zou kunnen zeggen dat cokegebruikers de echte schuldigen zijn aan de aanslag op Peter R. de Vries. Zij die coke gebruiken, hebben bloed aan hun neus. Maar ik geloof niet dat een verbod op coke gaat werken. Als ik om mij heen kijk zie ik veel prima functionerende young professionals geregeld losgaan in het weekend met een zakje coke. Net als alcohol, tabak of een pilletje is het gewoon een consumptie-item geworden. Met als verschil dat aan coke-consumptie criminelen verdienen.

Coke-consumptie is niet het probleem, maar het feit dat deze consumptie illegaal is. Wat als we op termijn de productie, verkoop en consumptie van cocaïne legaliseren? Wat zou dat kunnen betekenen? Dat Nederlanders legale, veilige en niet-criminele coke verkiezen boven het goedje dat dealers verkopen. Dat boeren in Latijns-Amerika legaal aan coke kunnen verdienen, net als andere ondernemers in de handel, distributie en verkoop. En vooral dat de grootste inkomstenbron van criminelen – drugs – wegvalt. Een zwaardere klap zou je criminelen niet toe kunnen brengen, zou je denken.

Het label narcostaat moet je niet alleen plakken op Zuid-Amerikaanse landen als Colombia. We moeten erkennen dat Nederland er steeds meer op begint te lijken. En we moeten ook over de grens kijken, naar andere (voormalige) narcostaten, om zo een oplossing te vinden voor de problematiek waarmee we nu worstelen als Nederland. Juist in Latijns-Amerika vindt op dit moment een ongekende revolutie plaats als het gaat om het geleidelijk decriminaliseren en legaliseren van drugs.

Waar wij met ons gedoogbeleid ten aanzien van wiet ooit voorloper waren in de wereld, zijn we inmiddels allang ingehaald door Noord- en Zuid-Amerika. Zij laten ons de toekomst zien. Willen we niet langer dat criminelen het geld en de macht hebben om hier aanslagen te plegen, en dat wij hierdoor allemaal bloed aan onze neus hebben, dan moeten we binnen afzienbare tijd drugs gaan legaliseren. Zo nemen we criminelen wind uit de zeilen. En blijft onze samenleving veilig.

Utrecht: nazaten tot slaaf gemaakten mogen gratis ‘pijnlijke’ naam wijzigen

0

Surinaamse en Antilliaanse Utrechters mogen straks kosteloos hun achternaam veranderen, als die naam uit het koloniale verleden stamt, schrijft AD Utrecht. Dit heeft een meerderheid van de Utrechtse gemeenteraad besloten. Op dit moment moeten mensen die hun achternaam willen veranderen hiervoor 835 euro betalen.

Tot slaaf gemaakten in Suriname en op de Antillen hadden vaak alleen een voornaam. Na de afschaffing van de slavernij in 1863 kregen ze ook een achternaam, die ze echter zelf niet mochten bedenken. Dat werd voor hen gedaan. Vaak werden de voormalige tot slaaf gemaakten vernoemd naar Nederlandse steden, de plantage waar ze hadden gewerkt, of naar de producten die er werden verbouwd.

De gemeenteraad van Utrecht stemde in met een motie van Denk, die van mening is dat Surinamers en Antillianen van hun ‘belastende en denigrerende’ naam af moeten komen.

De Utrechtse gemeenteraad stemde ook in met een vervolgonderzoek naar het slavernijverleden van Utrecht. Uit het recent gepresenteerde historische onderzoek blijkt dat de Utrechtse gemeente, de Rooms-Katholieke Kerk, zendingsverenigingen, musea én de universiteit hebben verdiend aan de slavernij.

Een opmerkelijke conclusie is dat de achttiende-eeuwse feministe avant la lettre Belle van Zuylen, bekend van haar uitspraak ‘Ik heb geen talent voor ondergeschiktheid’, veel minder verlicht was dan gedacht.

‘Zij wordt vaak beschouwd als een positief voorbeeld van intelligentie, emancipatie en onafhankelijkheid, maar haar kapitaal was voor bijna 40 procent in koloniale compagnieën geïnvesteerd. De koloniale winsten maakten het mogelijk om een schrijvend leven in luxe te leiden waarbij ze zich niet kritisch uitte over slavernij’, stellen de onderzoekers.

Van Zuylen is naamgever van de Utrechtse wijk Zuilen. Maar burgemeester Dijksma wil nog niet denken aan het veranderen van namen in de stad die doen denken aan kolonialisme en slavernij.

Veenendaal: D66’er uit fractie gezet na stem tegen regenboogvlag

0

De Marokkaans-Nederlandse politicus Hassan Saidi is door zijn fractiegenoten uit de D66-fractie van Veenendaal gezet. De reden: hij stemde tegen het hijsen van de regenboogvlag op het stadhuis.

Saidi verzette zich deze week tegen het ophangen van de regenboogvlag op het stadhuis, omdat dit ‘symboolpolitiek’ zou zijn. Eind juni stemde hij al tegen een voorstel van GroenLinks en Lokaal Veenendaal om een regenboogzebrapad aan te leggen. Saidi kwam recht tegenover zijn fractiegenoten te staan.

Volgens de Veenendaalse D66-voorzitter Coby van den Heuvel was de tweede tegenstem er één te veel. ‘In de politiek kunnen er meningsverschillen ontstaan en dat is ook niet erg. Maar het mag niet structureel worden. Na een tweede keer wordt het lastig en daarom hebben we afscheid van hem genomen als fractielid’, zegt ze tegen AD Utrecht.

Waarom stemde Saidi tegen? ‘Uit allerlei rapporten blijkt dat discriminatie op grond van herkomst en etnische achtergrond het vaakst voorkomt’, zei hij in zijn stemverklaring. ‘Ik zal tegen de motie stemmen om twee redenen: als eerste vraagt discriminatie onze volle aandacht en niet slechts een discriminatie van een bepaalde groep burgers. Wat doen we met al die andere groepen in de samenleving die zichzelf ook achtergesteld voelen? Het hijsen van de vlag is wat mij betreft symboolpolitiek.’

Volgens Van den Heuvel en de Veendendaalse D66-fractievoorzitter Youssef Boutachekourt betekent de tegenstem van Saidi niet dat hij tegen homo-emancipatie is. Hij zou de LHBT+-gemeenschap juist een heel warm hart toedragen.

Volgens AD Utrecht brandt het landelijke D66-bureau zich liever niet aan de zaak. Een woordvoerder wijst op het verkiezingsprogramma van D66, waarin staat dat iedereen in Nederland het recht heeft om zichzelf te zijn.

Essay | Lafjes legaliseren, drugsboefjes demoniseren: poldermaffia gedijt erbij

0

Maar natuurlijk heeft de Nederlandse overheid niet gewild dat misdaadverslaggever Peter R. de Vries werd neergeschoten. Of dat advocaat Derk Wiersum hetzelfde overkwam. Of dat de Telegraaf werd aangevallen. Niemand wílde dat, behalve de georganiseerde misdaad zelf. Ik vraag me af of de aanslagplegers zelf wel echt de aanslagen wilden uitvoeren of niet.

Zowel dat laatste als de titel van deze bijdrage verdienen wat uitleg. Hopelijk draagt die uitleg bij aan het voorzichtige omdenken wat reeds plaatsvindt, ook internationaal, ten aanzien van de aanpak van ondermijnende, georganiseerde en gewetenloze drugscriminaliteit. Want die aanpak, hoe spijtig ook, is vooralsnog zelfondermijnend, gewetenloos en vooral ongeorganiseerd.

In plaats van naar de rol van de staat te kijken – en nee, dan heb ik het niet over het beveiligen van journalisten, dat is te makkelijk – wordt nu pretentieus opgeroepen tot drugslegalisering als één van de opties om de drugscriminaliteit het hoofd te bieden. Zowel wetenschappers, maar ook Peter R. de Vries zelf, hebben eerder al kritiek geleverd op de falende wars on drugs in eigen land en het buitenland.

Als we nu luisteren naar politici die meegaan in die kritiek, en dus hun zin geven, betekent dat echter een lafhartige legalisering. Het zou slechts een uiting zijn van schaamteloze politiek-retorische uitbuiting van barbaarse aanslagen, waarachter, volgens hoogleraar en drugsonderzoeker Tom Decorte (Universiteit Gent), een ‘sterk ideologisch gekleurde visie op drugs en drugsbeleid’ zit.

Het lijkt wel alsof wij deze aanslag op Peter R. de Vries onbewust nodig hadden, om eindelijk echt te durven overgaan tot een serieus gesprek over nationale legalisering. Eentje waarmee we eigenlijk zeggen: ‘We kunnen het niet meer aan, de drugssyndicaten zijn te sterk, we geven ons gewonnen, dús we gaan legaliseren.’ Je biedt dan de georganiseerde misdaad niet zozeer het hoofd, maar je maakt een knieval. Dat is symbolisch één van de grootste zwakteboden die je als overheid kunt maken.

Bovendien: als je besluit om als land drugs te legaliseren, dan zijn er – met het oog op de internationale drugscriminaliteit – wel een aantal bezwaren te noemen. Als je in Nederland drugs legaliseert, dan gaat België ons echt niet zomaar volgen daarin, wat deze week ook bleek toen de Antwerpse Bart Dewever zijn tienpuntenplan tegen de georganiseerde misdaad presenteerde.

Ik heb ooit eerder gezegd dat legalisering allerlei problemen kan opleveren, en je eigenlijk de georganiseerde criminele organisaties juist in de kaart speelt. In Nederland kan cocaïne bijvoorbeeld binnen onze landsgrenzen legaal vervoerd en verhandeld worden, waar afnemers in België alsnog meer (willen) betalen voor de drugs – want de nog bestaande illegaliteit bij onze zuiderburen brengt meer risico’s met zich mee en die risico’s blijven duur.

Als je drugs wilt legaliseren, kies dan voor een serieuze en volledige Europese legalisering, of eigenlijk voor een mondiale legalisering, zoals oud-secretaris-generaal van de Verenigde Naties Kofi Annan die voor zich zag.

En als je wilt legaliseren, doe het dan om de pure redenen. Begin dan eerst bij het naïeve idee waarom we aan een te consumeren goed überhaupt een moraal plakken door het te verbieden. Drugs is slechts drugs. Een ding. Dat kun je überhaupt niet criminaliseren, toch?

Als je in plaats van een war on drugs een peace on drugs wilt voeren, doe dat dan slim. Dus alle drugs tegelijkertijd, in alle landen, en doe het omdat je erin gelooft dat drugs niet inherent slecht is. Spendeer vervolgens het geld dat is verdiend met de accijnzen over de legale drugsverstrekking aan de zorg, aangezien het risico op drugsverslaving kan toenemen. Daarnaast moet er meer aandacht komen voor consumentenbewustzijn over de schadelijke effecten van drugs op de gezondheid. Hoe dan ook, legaliseer drugs, omdat iedereen vindt dat drugs niet strafbaar zou moeten zijn, maar een te consumeren product met de gerelateerde gezondheidsrisico’s van dien, zoals alcohol, chocolade of koffie.

Er is niet genoeg aandacht voor dieperliggende oorzaken waarbij de georganiseerde drugscriminaliteit floreert – en dit zelf ook goed beseft

Als je drugs wel blijft demoniseren en criminaliseren, maar het toch decriminaliseert omdat je de oorlog tegen drugs niet wint, dan zit je fout. Het is ongeloofwaardig en blijft onmogelijk, want tja, het ingebeelde kwaad ervan los je dan toch niet op, omdat je het als kwaad blijft zien.

Ditzelfde geldt in zekere zin voor hoe wij zichtbare ‘drugcrimineeltjes’ demoniseren en willen aanpakken. Ze zijn daders, maar een grote groep ervan is ergens eerder slachtoffer.

De mogelijke schutter van Peter R. de Vries is de 21 jaar oude Delano G. uit Rotterdam, een rapper met kennelijk wat lokale naam en faam. Gelijk moest ik denken aan een eerder argument dat ik heb aangedragen: misschien moeten we deze vaak nog jongere jongeren – sommigen zijn maar acht jaar oud – gaan zien als kindsoldaten. Ze zijn jong, gemakkelijk gemanipuleerd, en nog eenvoudiger vervangen, mochten ze zelf omkomen of gepakt worden.

Daar waar sommigen het een interessante manier vonden om naar de georganiseerde misdaad te kijken, vond niet iedereen mijn vergelijking netjes. ‘Kijk maar of je nog zo praat als ze een familielid van je ombrengen’, werd mij medegedeeld. Tja, ik snap de emoties maar al te goed. Maar het zijn nu net die emoties die de overhand hebben gehad, en nog steeds hebben, waardoor het publiek en vooral de overheid zelf de aanpak van drugscriminaliteit in de weg zitten.

Deze kindsoldaten worden namelijk niet alleen misbruikt voor brute liquidaties. Nee, zij belichamen de ideale afleidingsmanoeuvre voor de georganiseerde criminaliteit. Nu zijn ze bij justitie en handhaving, in het bijzonder bij de recherche van de politie, dag en nacht bezig om met name bewijs te vergaren tegen de twee aangehouden verdachten van de aanslag op Peter R. de Vries – verdachten die voor de georganiseerde criminaliteit niks waard zijn. En makkelijk vervangbaar.

Deze vlieger gaat ook op, in mindere mate echter, voor corrupte havenmedewerkers en beambten. Hoewel minder onschuldig, raken zij vrij vaak onder dwang betrokken in de georganiseerde criminaliteit. Tja, je gaat één keer in op een aanbod van zevenduizend euro en leent even dat toegangspasje uit. Dom, had je niet moeten doen en daarvoor verdien je straf. Maar verdien je dat ook als er foto’s worden getoond van jouw kinderen en waar zij naar school gaan? En je dus jezelf maar inlaat met de drugscriminaliteit, want je vreest voor het leven van jouw kinderen? Dan ben je een slachtoffer.

Intussen gaan er wel recherche-fte’s naar bewijsvergaring tegen de makkelijk vervangbare individuen, maar blijven de langer lopende opsporingsonderzoeken tegen de criminele masterminds weer wat liggen. Uiteindelijk komen de verdachten voor de rechter; een rechter die onderhevig is aan publieke morele verontwaardiging over de gewetenloze daders. Een rechter die dan meer tijd spendeert aan natuurlijk een zo onafhankelijk mogelijke uitspraak, en die onder grote publieke druk en werkdruk tot een beslissing moet komen. Sta er maar. Of ja, zit er maar.

Kortom: de demonisering en gewetenloze aanpak van de kleine boefjes zitten vooral de opsporing, handhaving en rechtsspraak zelf in de weg. Die gepakte individuen en hun gepleegde criminaliteit, hoe gewelddadig ook, zijn slechts symptomen van het probleem, niet het probleem zelf. Want nog voor er een uitspraak is, staan er weer nieuwe kindsoldaten klaar om ingezet te worden om de drugshandel voort te zetten of de rechtsgang nog meer te ‘ondermijnen’.

Wij allemaal gaan in het war on drug-verhaal mee, in die kakofonie van zware georganiseerde drugscriminaliteit, en in de demonisering en aanpak ervan. Sterker nog, het wel of niet delen van de beelden van Peter R. de Vries vinden we erger – casu quo GeenStijl verwijdert ze niet – dan het falende drugsbeleid. Minister van Justitie Ferd Grapperhaus reageert met spierballentaal. Het legaliseringsdebat wordt aangezwengeld, waarbij zelfs vanuit de politie zelf al meer voorzichtige steun komt voor legalisering (namelijk door voorzitter Gerrit van de Kamp van politievakbond ACP).

Maar feit is dat we drugscriminaliteit op deze manier niet het hoofd zullen bieden. Sterker nog, we houden ons hoofd net boven water. Er is te weinig serieuze aandacht voor dieperliggende oorzaken waarbij de georganiseerde drugscriminaliteit floreert – en dit zelf ook goed beseft. Dit, terwijl de problematiek rondom drugscriminaliteit maar door ettert, en dat eigenlijk al sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw doet. Nu, vijftig jaar verder, barst het uit. Beter gezegd: door de langdurige, kortzichtige kokervisie op deze hardnekkige ondermijnende, georganiseerde en gewetenloze criminaliteit zijn we ergens – en dit is best pervers, eigenlijk – zelfondermijnend, ongeorganiseerd en gewetenloos bezig.

Dit moet stoppen. Doorbreek dit patroon. Ga anders nadenken over de aanpak van drugscriminaliteit. Durf om te denken, ontwikkel een andere visie op drugs en de pionnen op het criminele schaakbord. De georganiseerde misdaad is een structureel probleem dat om een structurele oplossing vraagt. Een oplossing die nu moet worden ingezet.

Indiase website ‘verkocht’ moslimvrouwen aan hindoes

0

Zo’n negentig moslimvrouwen in India ontdekten tot hun afschuw dat ze op een website werden ‘verkocht en geveild’. Dit schrijven diverse Indiase en Pakistaanse media.

Contactgegevens van deze moslima’s die op door de website ‘Sulli Deals’ op een ‘veilinglijst’ geplaatst. ‘Sulli’ is een denigrerende term voor Indiase moslims.

Naast de website was er ook een app. Zodra de gebruiker de app opende kreeg hij het bericht: ‘Vind je sulli-deal van de dag’.

De meerderheid van de vrouwen had een Indiase achtergrond, hoewel er ook enkele Pakistaanse vrouwen bij zaten. De vrouwen waren activisten, kunstenaars, journalisten en onderzoekers.

De website en de app van Sulli Deals zijn na een storm van verontwaardiging offline gehaald door de host.

Moslimvrouwen die hun foto’s op de website zagen, voelden zich boos en seksueel geïntimideerd.

Volgens de Indiase Twitteractiviste Saniya Sayed zijn de mensen die foto’s van vrouwen misbruiken ‘potentiële verkrachters’.

‘Hoe is dit acceptabel?’, valt activiste Fatima Khan haar bij. ‘Wat zal de eventuele straf zijn die wordt opgelegd aan de mensen die deze lijst hebben gemaakt? Moslimmannen worden gelyncht, moslimvrouwen worden lastiggevallen en online verkocht. Wanneer zal dit eindigen?’ twitterde ze.

‘******* op!’: vlogger verkent Den Haag met djellaba, schrikt van reacties

0

Een vlogger van het YouTube-kanaal Bondgenoten verkleedde zich als orthodoxe moslim, compleet met djellaba, om te kijken hoe mensen in Den Haag hierop  reageren. Hij schrok ervan.

Voor dit experiment verfde vlogger Jaap Gunnink zijn baard zwart en deed hij een djellaba aan. Ook zette hij een kufi, een islamitisch hoofddeksel, op. Daarna ging hij met mede-vlogger Benjamin Beernink op stap door drie verschillende delen van Den Haag: het centrum, het Statenkwartier en Duindorp.

In het centrum werd Gunnink door twee agenten tegengehouden, omdat hij ‘opviel’. In het Statenkwartier kreeg hij vreemde blikken en twee keer een onvriendelijke opmerking naar zijn hoofd geslingerd.

In Duindorp, waar relatief veel witte laagopgeleiden en PVV-stemmers wonen, riep een jongen op een scooter hem toe: ‘Ik waarschuw jou hier één keer: ga hier niet zo lopen.’

Duindorp was het minst veilig voor moslims, aldus Gunnink. ‘Het was geen prettig sfeertje. Dat had ik niet verwacht’, zegt hij tegen NPO-jongerenradiozender FunX.

Hun video is inmiddels meer dan 90.000 keer bekeken.

De twee voerden twee jaar geleden ook een experiment uit, maar dan met een Joods keppeltje in Utrecht. Ook dit leidde tot vele negatieve reacties. Eenzelfde experiment in Den Haag leverde echter geen negatieve reacties op.

‘Aanvallen tegen moslims online net zo gevaarlijk als op straat’

0

Moslims in Europa geloven dat haat tegen moslims op internet net zo gevaarlijk is als aanvallen op straat, blijkt uit een studie door de Raad van Europa.

Onderzoeker Daniel Höltgen interviewde hiervoor moslimverenigingen uit acht verschillende Europese landen, waaronder Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en Duitsland.

Höltgen ziet dat berichten meestal anoniem worden gedeeld, maar dat het aantal gebruikers dat haatberichten onder de eigen naam online deelt de laatste tijd is toegenomen.

Slachtoffers van online misbruik melden dit niet bij de autoriteiten, volgens Höltgen, omdat ze niet weten waar ze dit moeten doen en omdat ze denken dat de daders toch niet worden aangepakt.

Moslimorganisaties klagen over het gebrek aan bescherming door overheidsinstellingen. Dit zou onder andere meer omdat anti-moslimincidenten niet goed worden geregistreerd.

In Nederland registreert de politie voorvallen van moslimhaat niet langer als een aparte categorie, een besluit waar deskundigen kritiek op hebben.

Volgens Höltgen vallen doodsbedreigingen, oproepen tot geweld tegen moslims en grof taalgebruik niet onder de categorie ‘vrijheid van meningsuiting’ en moet hier dus ook online tegen worden opgetreden.

‘Alles wat in het openbare leven verboden is, moet ook op het internet verboden worden’, aldus Höltgen.