23.8 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 531

Afro-Nederlanders bepleiten gratis wijziging slavennaam: ‘Het is een recht’

0

Na de afschaffing van de slavernij in 1863 in Suriname moesten de vrijgelatenen een naam krijgen: ze werden immers burger. Zij kregen hun naam van een ambtenaar, een slavenhouder of een plantage. Sommige nazaten van tot slaafgemaakten willen deze naam veranderen. Maar dat is niet makkelijk en kost veel geld – behalve in Utrecht, dat onlangs besloot zo’n wijziging te vergoeden. ‘Naamsverandering moet een recht zijn. De namen zijn ons immers met geweld gegeven.’

Omdat tot slaaf gemaakten na hun vrijlating geen bestaande familienaam mochten krijgen, werden de namen aangepast en soms verzonnen door de ambtenaren of slavenhouders. Zo kregen tot slaafgemaakten voornamen als Poelepantje of Mettertijd en achternamen als Hakbijl of Madretsma (‘Amsterdam’, maar dan achterstevoren).

‘Die achternaam zegt iets over je identiteit wat heel krachtig is, maar die niet bij ons past zoals Leeuwarden of Neus’, zegt de Utrechter Guno Mac Intosch (foto). Mac Intosch kreeg de naam van de plantagehouder waar zijn voorouders werkten. ‘Mijn voorouders kwamen via Nigeria in de Britse kolonie Barbados in het Caribisch gebied terecht. Een deel is na de afschaffing van de slavernij naar Brits-Guyana gegaan en een deel daarvan is in Nickerie, Suriname terecht gekomen. Mijn familie ontwikkelde zich in Coronie.’

Mac Intosch verdiepte zich afgelopen jaren in identiteitsvragen. ‘Taal en naam hebben daarmee te maken. Een naam zegt iets over herkenning, en de klasse waar je uit voortkomt. Ik heb in het bedrijfsleven gewerkt, mijn westerse naam heeft daarbij toen zeker geholpen. Woorden hebben kracht, maar dragen ook een spirituele kracht in zich en staan in relatie tot de natuur. Ik wilde mij van de oude ketens ontdoen en daarmee ontdoen van de naam Mac Intosch, want die hoort niet bij mij.’

Een reis naar Ghana naar onder meer fort Elmina, de plaats waar tot slaafgemaakten werden verscheept, gaf Mac Intosch het laatste zetje: hij ging zijn voornaam veranderen naar Yaw. Dat is nu zijn huidige naam. ‘In de West-Afrikaanse traditie heeft de geboortedatum een religieuze, sociale en spirituele betekenis. In Ghana en Nigeria krijgen kinderen de voornaam van hun geboortedag. Ik ben nu bezig met het kiezen van mijn tweede en derde naam. Want volgens West-Afrikaanse traditie vertellen die iets over je beroep en je karakter. Ik ga daarover in gesprek met vrienden en een spirituele coach die de traditie kennen.’

Mac Intosch is de eerste in de familie die zijn naam wilde veranderen. Zijn dochter volgt zijn voorbeeld. ‘Wij zijn de voorlopers en hebben het daardoor moeilijk. De eerste generatie Surinamers en Antillianen in Nederland waren niet met dit onderwerp bezig. Ik, die van tweede generatie is, wel. Ik denk dat elke generatie zich steeds bewuster wordt van de eigen afkomst en geschiedenis en dat dit proces ook goed is voor de huidige en volgende generaties, die bij integratievraagstukken tussen wal en schip vallen of om andere redenen niet door de eigen community worden geaccepteerd. Ik kom door deze zoektocht dichter bij mijzelf en dat geeft mij de kracht om door te pakken.’

‘Het gaat om het erkennen van in het verleden gemaakte fouten’

Het recente besluit van de gemeente Utrecht om de administratieve kosten op zich te nemen bij het veranderen van slavennamen juicht Mac Intosch toe. Utrecht onderzoekt nu hoeveel mensen gebruik willen maken van zo’n naamsverandering.  Een overbodig onderzoek, vindt hij. Naamsverandering voor nazaten van tot slaafgemaakten moet een recht zijn.

‘De namen zijn ons immers met geweld gegeven. Naamsverandering heeft met traumaverwerking te maken. Amsterdam heeft zijn excuses gemaakt en er komt een slavernijmuseum. Naamsverandering is een volgende stap in dat proces. Het gaat om het erkennen van in het verleden gemaakte fouten. Het is een helingsproces dat serieus genomen moet worden. Men moet niet, zoals minister-president Mark Rutte, zeggen: ‘Wij hebben niets met die voorouders te maken.’’

De discussie over naamsverandering speelt ook in andere landen, weet Mac Intosch. ‘Nederland is een van de laatste landen die de slavernij heeft afgeschaft. Het zou goed zijn als Nederland op dit gebied het voortouw zou nemen en de naamsverandering wettelijk mogelijk maakt. Met deze stap kan Nederland laten zien dat onze gemeenschappelijke geschiedenis wel degelijk correctie nodig heeft en naamsverandering cruciaal is in het verwerkingsproces van ons trans-Atlantische slavernijverleden.’

Plantage Onverwacht

Ruth Pinas uit Amsterdam is het eens met Mac Intosch: de naamsverandering moet gratis zijn en zonder het verplichte psychologisch onderzoek. ‘Waarom? Om mijn naam te laten veranderen? Die achternaam hebben we niet zomaar gekregen. Anderen hebben ons die naam opgedrongen. De slavenhouders hebben onze voorouders veel pijn gedaan.’

Beeld: Ruth Pinas

Pinas zette zich in de jaren negentig in voor de positie van Surinaamse vrouwen in de Bijlmer en voor homorechten. Ze ontdekte jaren geleden dat haar naam Franse wortels heeft. Een bezoek aan Lourdes bracht haar langs het Franse dorp Pinas. Ze stond perplex. Er waren ook Franse slavenhouders in Suriname, ontdekte ze. Vooral in district Para in Suriname komen namen als Piqué en Pirouw voor, vertelt ze.

Er waren 48 vrijgelatenen op plantage Onverwacht, die bezit waren van Joodse Nederlanders en de naam Pinas meekregen. De vader en grootouders van Pinas hebben nog op Onverwacht gewerkt, weet Pinas. Haar moeder vertelde af en toe brokjes die haar moeder haar weer had verteld. ‘Zij moesten eten leveren aan witte mensen terwijl ze zelf honger hadden. En het was soms net The Bold and the Beautiful. Ik heb een broer die mijn neef is.’

‘Door een naamsverandering heb je het idee dat je een deel van je voorouders bent’

Zoals Yaw Mac Intosch zijn dochter voorgaat, volgt Ruth Pinas wellicht haar zoon. Want hoewel zij geen plannen heeft om haar naam te veranderen, wil haar zoon dit wel. ‘Mijn zoon is daar veel meer mee bezig dan ik. Hij krijgt te maken met racisme en discriminatie op zijn werk.’

In de Bijlmer zijn mensen veel meer bezig met dit onderwerp, vertelt Pinas. ‘‘Waarom hebben ze dit onze voorouders aangedaan?’, vraagt mijn zoon zich af. Als mijn zoon en mijn dochter hebben besloten om hun naam te veranderen dan doe ik het ook. Mijn kinderen en ik doen alles samen. Door een naamsverandering heb je het idee dat je een deel van je voorouders bent.’

Kom los van je slavennaam

De discussie over het veranderen van je ‘slavennaam’ speelt al sinds de jaren tachtig, zegt Simion Blom, raadslid van GroenLinks in Amsterdam. Samen met initiatiefnemer Mourad Taimounti van Denk diende hij in juli 2020 de motie ‘Kom los van je slavennaam, kom los van je slavernijverleden’ in. In deze motie vroegen de twee raadsleden om de naamsverandering voor nazaten van slaafgemaakten makkelijker te maken – zonder naar de rechter te gaan bijvoorbeeld – en om het vergoeden van de daarbij komende administratieve kosten.

Beeld: Simion Blom

De motie kon niet worden uitgevoerd omdat de gemeente niet de bevoegdheid heeft om geslachtsnamen te wijzigen, liet burgemeester Femke Halsema weten. Die bevoegdheid berust namelijk bij de koning. Halsema startte een overleg met de steden Utrecht, Rotterdam en Den Haag over dit onderwerp, waarna zij een brief aan minister Sander Dekker (Rechtsbescherming) stuurde met het verzoek om het Besluit Geslachtsnaamwijziging en de Regeling betreffende verzoeken tot naamswijziging en tot naamsvaststelling aan te passen. Dit moet het voor de nazaten van tot slaafgemaakten mogelijk maken hun achternaam kosteloos te veranderen.

‘Het gaat om een principieel besluit’, licht Blom de motie toe. ‘Mensen moeten de vrijheid hebben om de naam die ze hebben gekregen van koloniale ambtenaren te veranderen. Ze staan in hun recht. Ik zie het ook als een vorm van herstelbetaling, zoals het recente excuus van de gemeente Amsterdam voor het slavernijverleden en het besluit voor een slavernijmuseum.’

Het raadslid kent het verleden van zijn voorouders. ‘De naam van mijn stamvader was Coffy, en hij verrichtte slavenarbeid op katoenplantage Sarah Leasowes in het district Coronie. De plantage ligt nog steeds aan de Surinaamse kust. Coffy kreeg de naam Andreas Samuel Blom opgelegd van de ambtenaar die de plantage opzocht aan de vooravond van de afschaffing van de slavernij.’

‘Ik zie het ook als een vorm van herstelbetaling’

Blom wil zijn achternaam zelf niet veranderen, vertelt hij. ‘Ik heb een emotionele band met mijn achternaam, omdat het de naam van mijn ouders, grootouders, neven, nichten, ooms en tante is. Mijn familie waarmee ik mij verbonden voel. Deze naam is onderdeel van mijn identiteit geworden.’

Het plan van Utrecht om niet te wachten op het besluit uit Den Haag en de administratieve kosten bij de naamsverandering te betalen, noemt Blom voortvarend. Hij ziet dit als voorbeeld voor Amsterdam en heeft daar raadsvragen over gesteld: ‘Kan Amsterdam ook niet zo’n aanbod doen?’

Voor Blom is het antwoord uit Den Haag op Halsema’s brief niet alleen van belang vanwege het principiële recht op naamsverandering van de nazaten van tot slaafgemaakten, maar ook vanwege het signaal dat het zou geven aan Nederlanders met een migrantenachtergrond. Hij ziet het als een soort lakmoesproef: ziet Nederland de Surinaams-Nederlandse burgers daadwerkelijk als zijn burgers met legitieme wensen?

Blom twijfelt daaraan, sinds het Haagse politieke klimaat sterk is verrechtst. ‘In de Tweede Kamer is er een politieke partij waarvan de leider urenlang ging dineren met een witte supremacist (Thierry Baudet met de Amerikaanse rassentheoreticus Jared Taylor in 2017, red.) om zich te laten ‘inspireren’. Joost Eerdmans is nu Tweede Kamerlid voor JA21. Hij was recentelijk nog partijleider van Leefbaar Rotterdam, de partij die voorstelde om Antilliaanse tienermoeders te laten steriliseren.’

Volgens Blom is dit gedachtegoed nu onderdeel van het politieke landschap in Den Haag. ‘Ik heb een positief besluit van de regering nodig om hoop te houden dat Nederland mij inderdaad als zijn burger ziet en om niet cynisch te worden, want ik ben teleurgesteld in mijn land.’

‘Bekend Amerikaans elektronicabedrijf misbruikt Oeigoerse dwangarbeiders’

0

De Amerikaanse afstandsbedieningenfabrikant Universal Electronics heeft een deal gesloten met de West-Chinese provincie Xinjiang om tenminste vierhonderd Oeigoerse arbeiders te laten werken in zijn fabriek in de Zuid-Chinese stad Qinzhou. Mensenrechtenorganisaties denken dat het hier gaat om dwangarbeid.

De Chinese autoriteiten hebben tenminste een chartervlucht betaald, die de Oeigoerse arbeiders onder politie-escorte van de stad Hotan in Xinjiang naar de fabriek hebben gebracht.

Er werken nu 365 Oeigoerse werknemers in de fabriek van Universal Electronics. De Oeigoeren worden volgens het elektronicabedrijf behandeld als Chinese arbeiders en ze zouden hun werk niet als dwangarbeid beschouwen.

Universal Electronic werkt nauw samen met Sony, Samsung, LG en Microsoft. Sony en Samsung zeggen dat als een leverancier de gedragscode ernstig overtreedt, er passende tegenmaatregelen zullen worden genomen. Microsoft zegt sinds 2016 niet meer gebruik te maken van hardware van Universal Electronics.

In maart legde een groep westerse landen sancties op aan Chinese functionarissen vanwege hun rol bij de misdaden tegen de Oeigoeren in de provincie Xinjiang en andere islamitische minderheden. Nike, H&M en andere westerse bedrijven uitten vervolgens ook hun bezorgdheid over de Oeigoeren, die door de Chinese overheid als dwangarbeiders worden ingezet in de katoenindustrie

India: na ‘liefdesjihad’ worden moslims nu ook beschuldigd van ‘drugsjihad’

0

Een katholieke bisschop in de Zuid-Indiase deelstaat Kerala heeft moslims beschuldigd van een zogeheten ‘drugsjihad’, die als doel heeft om de levens van niet-moslims te verwoesten. De opmerkingen van bisschop Mar Josoph Kallarangatt leiden tot veel ophef.

‘Verschillende soorten drugs worden gebruikt in ijssalons, hotels en frisdankbars, gerund door hardcore jihadisten’, aldus de bisschop in een recente preek. ‘Zij gebruiken verschillende types drugs als een wapen om niet-moslims te bederven.’

In zijn preek refereerde de bisschop ook naar de ‘liefdesjihad’, een complottheorie van hindoe-nationalisten die geloven dat moslimmannen doelbewust verkering willen met andersgelovige vrouwen om India te ‘islamiseren’.

Hindoe-nationalistische leden van de BJP-partij van premier Narendra Modi haastte zich om de bisschop te ontmoeten, om hun solidariteit met hem te betuigen. Ook greep de partij de gelegenheid aan om kritiek te leveren op de linksee deelstaatregering van Kerala, die steun zou geven aan ‘extremistische krachten’.

De communistische premier van Kerala veegt de beschuldigingen van de anti-islamitische bisschop van tafel. Hij zegt dat dit de eerste keer was dat hij hoorde van de ‘drugsjihad’. Het drugsprobleem is volgens de premier geen religieus probleem, en hij waarschuwde mensen in machtsposities om geen verdeeldheid te zaaien.

De BJP heeft in Kerala nauwelijks voet aan de grond gekregen. Daarom probeert de partij zich te profileren bij christelijke kiezers, die 18 procent van de bevolking uitmaken.

De hindoe-nationalistische ideologie beschouwt het hindoeïsme, het boeddhisme en het sikhisme als echte Indiase religies. Andere religies, zoals het jodendom, het christendom en de islam, zouden wezensvreemd zijn aan India.

VN-Mensenrechtenraad zet onderzoek oorlogsmisdaden in Jemen stop

0

De VN-Mensenrechtenraad heeft het onderzoek van de Verenigde Naties naar oorlogsmisdaden in Jemen stopgezet. Dat meldt de Arabische nieuwszender al Jazeera.

Dit is een klap in het gezicht van westerse landen die willen dat dit onderzoek zou worden voortgezet, maar ook voor de burgers van Jemen die slachtoffer zijn van mogelijke oorlogsmisdaden, waaronder ook de militaire coalitie onder leiding van Saoedi-Arabië.

Saoedi-Arabië is geen lid meer van de VN-Mensenrechtenraad, maar heeft bij andere landen stevig gelobbyd om tegen verlenging van de onderzoeksmissie te stemmen. 21 landen stemden voor het beëindigen van de missie, achttien stemden tegen. Zeven landen onthielden zich van stemming; Oekraïne stemde helemaal niet.

‘Een flagrante poging van Saoedi-Arabië en zijn bondgenoten om zichzelf te verzekeren van algemene straffeloosheid’, aldus de Egyptische mensenrechtenorganisatie Cairo Institute for Human Rights Studies.

In Jemen woedt nu al zeven jaar een bloedige burgeroorlog, nadat sjiitische Houthi-rebellen de Jemenitische hoofdstad Sanaa veroverden. Hierop besloot Saoedi-Arabië tot een militaire interventie  om de Jemenitische regering te steunen.

Inmiddels zijn tienduizenden mensen omgekomen en miljoenen ontheemd door wat de VN de ergste humanitaire crisis ter wereld noemt. Ongeveer 80 procent van de dertig miljoen burgers in Jemen is afhankelijk van hulp.

De Nederlandse ambassadeur Peter Bekker noemde de stemming een grote tegenslag. ‘Ik kan niet anders dan het gevoel hebben dat deze raad het volk van Jemen in de steek heeft gelaten.’

Man krijgt taakstraf na poging tot naar Nederland smokkelen van Irakezen

0

Een 51-jarige man uit Den Haag krijgt een taakstraf van 150 uur en zes maanden voorwaardelijke celstraf voor zijn poging om vier mensen uit Irak illegaal naar ons land te smokkelen, meldt AD Den Haag.

De man, die zelf een Irakese achtergrond heeft, zou hebben geprobeerd om in Turkije visa voor de vier te verkrijgen. Hij heeft goede contacten bij de Irakese ambassade in Den Haag en had al geregeld dat de vier naar Nederland konden komen. De vier moesten daar bij elkaar 36.000 euro voor betalen. Maar toen hij naar Turkije reisde om de overeenkomst definitief te regelen, liep zijn plannetje spaak.

De Nederlandse vertegenwoordiging vertrouwde het zaakje niet en weigerde om de vier de vereiste papieren te geven. De Irakezen waren woedend en wilden hun geld terugkrijgen van de man. Ze schakelden een kennis uit Leiden in. De man voelde zich bedreigd en stapte naar de politie, maar die ontdekte zijn plot om de vier tegen hoge geldbedragen naar Nederland te smokkelen.

Volgens zijn advocaat heeft de man niets verkeerds gedaan en was het geld ‘slechts’ een waarborgsom. De rechter ging hier niet in mee en veroordeelde de man – die op de zitting niet aanwezig was – tot een taakstraf van 150 uur en een voorwaardelijke celstraf van zes maanden, conform de eis van het Openbaar Ministerie.

De antisemitismebeschuldiging: een handige tool om moslims te bashen?

0

Niet alleen wordt antisemitisme als groter probleem gezien dan moslimhaat, ook worden moslims veel sneller van antisemitisme beschuldigd dan een witte man zoals Thierry Baudet. Dit gevoel hebben veel moslims. ‘Kritiek op Israël is geen antisemitisme.’

Nadat Baudet op Twitter het woord Holocaust tussen aanhalingstekens zette – volgens hemzelf omdat hij anderen citeerde die het woord in de mond namen -, twitterde het Amersfoortse GroenLinks-raadslid Youssef el Moussaoudi: ‘Stel een imam zou dit soort bizarre, ranzige, stompzinnige uitlatingen doen? Wat zou er dan volgens jullie gebeuren?’ Dan zou er volgens hem een spoeddebat in de Tweede Kamer komen en zouden de voorpagina’s van kranten er dagenlang vol mee staan.

El Messaoudi verwoordt een sentiment dat breed onder Nederlandse moslims en activisten leeft. Dit sentiment kwam ook naar boven toen schrijver Abdelkader Benali zich dit jaar terugtrok uit de 4 mei-lezing na ophef over een uitspraak uit 2006 over Amsterdamse Joden: ‘Je voelt je als Marokkaan nauwelijks op je gemak. Het lijkt Israël wel. Heel irritant allemaal. Zoveel Joden, dat voelt gewoon gek aan’. Volgens Benali ging het hier om onschuldige dronkenmanspraat, om ‘zwarte humor, ironie en meligheid, achteraf gezien misplaatst’.

Abdou Menebhi van de organisatie Stop Islamofobie rept over een dubbele maat. ‘Abdelkader Benali is onterecht geboycot’, stelt hij. ‘Het is onbegrijpelijk dat (JA21-politicus, red.) Annabel Nanninga wel wegkwam met haar grove uitspraken over 4 mei (die zij jaren terug op Twitter deed en naar haar eigen zeggen niet serieus bedoeld zijn, red.), maar dat Benali vanwege uitspraken die hij vijftien jaar geleden had gemaakt keihard werd aangepakt.’

‘Onbegrijpelijk dat Nanninga wegkwam met grove uitspraken over 4 mei, maar dat Benali vanwege uitspraken van vijftien jaar geleden keihard werd aangepakt’

Simcha de Vries van de stichting Een Ander Joods Geluid vindt dat Benali een perfect voorbeeld is van hoe de antisemitismebeschuldiging door rechts Nederland is gepolitiseerd. ‘De critici van Benali waren op zoek naar spijkers op laag water en toen kwamen ze bij een uitspraak uit 2006 uit, die vier jaar later werd geciteerd in een column. Dit is dus echt heel vergezocht.’

De kritiek op Farid Azarkan, die VVD-politica Dilan Yesilgöz bij haar mans naam ‘Zegerius’ noemt, zogenaamd om te benadrukken dat haar man Joods is, vindt hij ook vergezocht. ‘Niemand zou er over zijn gevallen als een witte politicus dit zo had gezegd, maar nu Azarkan het doet is het opeens antisemitisch.’

Thierry Baudet heeft volgens De Vries juist lange tijd het voordeel van de twijfel gekregen. Dat terwijl hij hetzelfde antisemitisch gedachtegoed propageert, aldus De Vries, als de daders van antisemitische aanslagen in Pittsburgh en San Diego. Neem de ‘omvolkingstheorie’, dat Europa doelbewust wordt overspoeld door moslims en mensen uit Afrika – waar Joden achter de schermen verantwoordelijk voor zouden zijn.

Aron Vrieler van het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI) begrijpt de ophef over Benali wel. ‘Hij werd gevraagd om de 4 mei-lezing te houden, terwijl toen bleek dat sommigen eerder door hem gekwetst waren in hun Joodse afkomst. Dat was weliswaar onbedoeld van Benali, maar toch kan het op 4 mei bij sommigen de verkeerde gevoelens oproepen.’

Er was eerder dit jaar ook ophef over oud-GroenLinks-Kamerlid Tofik Dibi, die op Twitter ferme aanhangers van Israël in de Tweede Kamer de buikgriep toewenste. Toen een Telegraaf-journalist hier vervolgens kritische over tweette, vergeleek Dibi iedereen die boos reageerde met kakkerlakken. Volgens Vrieler was de ophef hierover terecht. ‘Dibi is een ambtenaar bij de gemeente Amsterdam en heeft een voorbeeldfunctie. Dan wordt er vanzelfsprekend anders gekeken naar wat je op Twitter gooit.’

Israëlkritiek en moslimhaat

Onderzoeker Ewoud Butter herkent de dubbele maat: ‘Moslims worden in het debat eerder van antisemitisme beschuldigd. Geregeld ten onrechte, dan wordt het een middel om moslims monddood te maken’. Tegelijkertijd ontkent hij niet het bestaan van antisemitische ideeën onder moslims.

‘Uit onderzoek van het Verwey-Jonker Instituut in 2015 bleek dat moslimjongeren negatiever denken over Joden in Nederland dan christelijke en niet-gelovige jongeren. Een vervolgonderzoek later dat jaar liet zien dat zeker bij moslimjongeren incidenten tussen Israël en de Palestijnse gebieden een triggerfactor vormen. Over Joden en de Joodse religie bleken deze jongeren veelal neutraal of positief te denken, maar over zionisten voornamelijk negatief.’

Historicus Chris Quispel, tot zijn pensioen docent aan de Universiteit Leiden, vertelt dat ‘islamitisch’ antisemitisme vleugels kreeg na de oprichting van de staat Israël in 1948. ‘Voor de opkomst van het zionisme en de stichting van de staat Israël bestond er ook antisemitisme in de islamitische wereld, maar dit bereikte nooit dezelfde mate van kwaadaardigheid als in het christelijke Europa. Het interessante is ook dat het antisemitisme in de islamitische wereld na 1948 geïnjecteerd wordt met Europese antisemitische ideeën, zoals de beruchte Protocollen van de Wijzen van Sion (een complottheorie over een Joodse samenzwering om de wereldmacht te grijpen en het christelijke Europa te vernietigen, red.).’

Volgens Menebhi van Stop Islamofobie komt ‘islamitisch’ antisemitisme vooral voor onder ‘fanatieke islamisten’. Onder ‘traditionele moslims’ bestaan er wel vooroordelen over Joden, maar Joden en moslims hebben eeuwenlang vreedzaam met elkaar samengeleefd, zoals in Marokko, legt hij uit. ‘In de Koran en de Hadith staan weliswaar teksten over Joden die je als antisemitisch kunt uitleggen, maar tegelijkertijd zijn Joden net als christenen ‘mensen van het Boek’ die door de islam worden getolereerd.’

Incidenten zijn volgens Menebhi vaak spontane reacties op het geweld van Israël tegen de Palestijnse bevolking. Wel vindt hij dat er onvoldoende onderscheid gemaakt wordt tussen de staat Israël en het Joodse volk, en dat er nog veel werk verricht moet worden om dit probleem te tackelen. Joodse instituties als het CIDI en het Nieuw Israëlietisch Weekblad maken het de moslimgemeenschap echter niet makkelijker, door zich erg met de staat Israël en zijn beleid te identificeren, aldus Menebhi. ‘Dit komt de dialoog niet ten goede.’

‘De core business van het CIDI is om Israël te verdedigen’, beaamt De Vries van Een Ander Joods Geluid. ‘Er staat per slot van rekening ook ‘Israël’ in de naam (Centrum Informatie en Documentatie Israël, red.). Als je wilt betogen dat Israël de enige veilige plek is voor Joden, heb je dus een belang erbij vervolgens overal antisemitisme te zien om dat argument kracht bij te zetten.’

CIDI-medewerker Vrieler ziet dit anders. ‘Onze organisatie houdt voorlichting over Israël en de bestrijding van antisemitisme uit elkaar. Het is niet terecht als onze kritiek op antisemitisme bij voorbaat wordt afgeschreven, omdat we toevallig ook een organisatie zijn die iets over Israël zegt. Bovendien is het nu eenmaal een treurig gegeven dat Israël wel degelijk als cynisch ‘frame’ wordt gebruikt om antisemitische uitingen te doen – alle andere aandacht en politieke kritiek daargelaten.’

Tegelijkertijd ziet Vrieler dat Israëlkritiek vaak ontaard in antisemitisme. ‘Antisemitisme is in de kern een vijandig denkbeeld over Joden als collectief. Je kunt niet in de hoofden van mensen kijken en dus weten of hun motieven antisemitisch zijn, maar je leert na een tijdje wel patronen herkennen’, zegt hij.

‘Legitieme kritiek op Israël mag uiteraard. Als mensen echter demonstreren tegen mensenrechtenschendingen in Israël en nooit demonstreren tegen wat er in de buurlanden van Israël gebeurt, dus wanneer Israël een obsessie wordt, dan zou daar weleens antisemitisme achter kunnen zitten. Ook als Joden niet expliciet worden genoemd, maar Israël met nazi-Duitsland wordt vergeleken of zionisten nazi’s worden genoemd, dan is er al snel sprake van antisemitisme. Of als Israël wordt geframed als het ultieme kwaad in de wereld. Dat is een antisemitische trope, want Joden worden door antisemieten als het ultieme kwaad gezien. Een beruchte eigenschap van het antisemitisme is dat het door de eeuwen heen wordt aangepast aan de heersende denkbeelden, en antisemitisme steeds weer een ander jasje krijgt. In de negentiende en vroege twintigste eeuw werden Joden geframed als kapitalisten of als revolutionaire communisten, nu gaat het over de staat Israël, of zitten de Joden achter de coronapandemie.’

De Vries van Een Ander Joods Geluid is het daarmee oneens. ‘Kritiek op Israël is geen antisemitisme. Het zijn twee verschillende dingen. Het ene is kritiek op een staat en een ideologie – zionisme -, het ander is het dehumaniseren van en een irrationele haat tegen Joden. Dit zijn fundamenteel verschillende zaken. Er wordt vaak gewezen naar een dubbele standaard ten opzichte van Israël, maar dat is natuurlijk heel subjectief. Kijk maar naar de financiële militaire steun vanuit Amerika, die niet aan andere landen wordt geboden. Is dat geen dubbele standaard?’

De Vries vindt dat het CIDI veel te gemakkelijk roept dat iets antisemitisme is. ‘Daar waar het Israëlkritische personen betreft, zoals bij Abdelkader Benali, is de organisatie er als de kippen bij om antisemitisme te roepen. Baudet daarentegen moest het heel bont maken voordat de organisatie daar iets over zei. Heel Nederland had het toen al opgemerkt, terwijl ik van een organisatie die zegt op te komen voor Joods Nederland juist verwacht zou hebben dat ze in 2017 bij de oprichting van Forum voor Democratie al aan de bel hadden getrokken. ‘Jews  will not replace us’, werd in Charlottesville geroepen. Iemand met hetzelfde gedachtengoed richtte hier een partij op. Dát was het moment om je mond open te doen.’

‘Mensen die nu nog FvD stemmen ontkennen dat hun partij antisemitisch is, maar zijn de gebeten hond als een moslim een antisemitische uitspraak doet’

Menebhi van Stop Islamofobie vindt bewustzijn over het gevaar van antisemitisme goed, maar vindt dat moslimhaat eveneens serieus genomen moet worden als probleem. ‘Er is wel een aparte coördinator voor de bestrijding van antisemitisme, maar niet om islamofobie te bestrijden. Synagogen worden beschermd, maar moskeeën niet – terwijl er de laatste tijd veel geweldsincidenten tegen moskeeën zijn geweest. Bovendien registreert de Nederlandse politie islamofobie niet als een apart haatmisdrijf, in tegenstelling tot antisemitisme. Natuurlijk is het goed dat we antisemitisme serieus nemen, maar laten we islamofobie ook eindelijk eens serieus gaan nemen.’

Butter: ‘Uit het eerdergenoemde onderzoek van het Verwey-Jonker Instituut bleek dat 12 procent van de islamitische jongeren negatieve gevoelens heeft over Joden. Dat was veel in vergelijking met andere groepen. Maar uit hetzelfde onderzoek bleek ook dat 34 procent van de christenen negatief denkt over moslims en 45 procent negatief over Marokkanen. Dat is ook zorgelijk.’

Waar alle geïnterviewden het met elkaar over eens zijn, is dat de discussie in Nederland enorm gepolariseerd is en het afhangt van de persoon aan wie je het vraagt of iets antisemitisme is of niet.

‘Antisemitismebeschuldigingen kunnen heel erg gepolitiseerd zijn’, zegt professor Quispel. ‘Mensen die nu nog op Forum voor Democratie stemmen ontkennen dat hun partij antisemitisch is, maar zullen als een gebeten hond reageren als een moslim een antisemitische uitspraak doet. Er zit een hypocriet element in.’

In een eerdere versie van dit stuk stond vermeld dat Tofik Dibi zionisten buikgriep toewenste én hen met kakkerlakken vergeleek. Dit is aangepast.

Turkije: celstraf voor Koerdische schrijfster wegens ‘terreurpropaganda’

0

De Koerdische schrijfster Meral Simsek (40) moet van de Turkse rechter vijftien maanden de gevangenis in. Ze zou ‘propaganda voor terreurorganisaties’ hebben gemaakt in haar werk. Simsek gaat in beroep en hoeft tot de rechtszaak aandient nog niet achter de tralies.

De openbaar aanklager had een veel hogere straf geëist van bijna twintig jaar, omdat ze haar ook beschuldigde van ‘lidmaatschap aan een terreurorganisatie’. Ze zou actief zijn voor de PKK en de daaraan gelieerde Koerdische koepelorganisatie KCK. Beiden zijn organisaties waarmee Turkije in oorlog verkeert. De PKK staat ook in de Europese Unie, Amerika op de terreurlijst.

Daar heeft de rechter haar van vrijgesproken, maar acht haar wel schuldig van ‘terreurpropaganda’.

‘Daar is allemaal niets van waar’, zei ze eerder aan de Kanttekening over de aanklachten tegen haar. ‘Het heeft te maken met mijn werk en met mijn optredens. In mijn boek Arzela zou ik een denkbeeldige staat hebben gesticht – Koerdistan dus’, vertelde ze toen.

Simsek is lid van de internationale persvrijheidsvereniging PEN en winnaar van meerdere internationale prijzen.

Simsek mag tot haar beroep wordt afgehandeld niks publiceren en moet in ‘doodse stilte’ het uiteindelijke vonnis afwachten. ‘Bij het minste of geringste kan alles opnieuw beginnen.’

Daarom wil ze weg uit Turkije, waartoe ze eerder dit jaar al een mislukte poging voor heeft gedaan.  De Griekse politie heeft haar illegaal terug in de handen van de Turkse staat geduwd.

Canada: Inheemse vrouw (37) wordt niet geholpen door ziekenhuis en sterft

0

Een inheemse vrouw is in een ziekenhuis in de Canadese provincie Quebec overleden omdat het verplegend personeel haar onmenselijk en racistisch heeft behandeld, schrijft de Britse krant the Guardian. Ze zou nog in leven zijn als ze wit was, concludeerde een lijkschouwer.

Het gaat om de 37-jarige Joyce Echaquan, die in september dit jaar in het ziekenhuis in Quebec werd opgenomen vanwege een hartaandoening. Toen haar pijn verhevigde, leek het personeel onverschillig voor haar smeekbeden om hulp.

Daarop besloot de vrouw haar ervaringen te livestreamen op Facebook. Te zien is dat ze grijnst als verpleegsters haar ‘dom als de hel’ noemden. ‘Ben je klaar met stom doen? Ben je klaar?’, vroeg een verpleegster in het Frans terwijl Echaquan kreunde van de pijn.

‘Je hebt verkeerde keuzes gemaakt, lieverd,’ zei een andere verpleegster. ‘Wat zullen je kinderen denken als ze je zo zien?’

Echaquan, een Atikemekw-moeder van zeven kinderen, stierf aan longoedeem in verband met een zeldzame hartaandoening.

De lijkschouwer stelde vast dat het medisch personeel ervan uitging dat Echaquan last had van ontwenningsverschijnselen vamwege het stoppen met pijnstillers. Het persooneel negeerde ook de symptomen die ze beschreef, waaronder hartkloppingen.

De lijkschouwer concludeerde dat de eerste diagnose van Echaquan was gebaseerd op vooroordelen en dat ze niet goed werd gecontroleerd, voordat het personeel haar alsnog naar de intensive care bracht. Ze gelooft dat Echaquan vandaag zou leven als ze wit was, want ‘systemisch racisme’ is nog steeds alomtegenwoordig in Canada.

‘Zonder de video zou mevrouw Echaquan nooit zijn gehoord. Deze observatie zorgt ervoor dat de rillingen over de rug lopen.’

De premier van Quebec is naar eigen zeggen ‘geschokt’ over de ‘onaanvaardbare’ behandeling van Echaquan, maar hij ontkent dat dit een voorbeeld was van systemisch racisme.

De familie van Echaquan kondigde aan een rechtszaak aan te zullen spannen tegen het ziekenhuis.

Ophef in België: schoolkinderen leren over islam uit boeken van Turkse staat

0

Het Vlaamse tv-programma Pano heeft onthuld dat schoolkinderen in Vlaanderen werken met handboeken en leerplannen uit Turkije, die niet zijn aangepast aan de Belgische context.

De Vlaamse onderzoeker en politiek filosoof Leni Franken, expert op het vlak van levensbeschouwelijke vakken, noemt de handboeken en leerplannen ‘gedateerd’, ‘oubollig’, ‘niet kritisch’ of simpelweg ‘slecht’. Ze stelt dat de invloed van Turkije op de Vlaamse islamlessen te groot is.

De handboeken zijn uitgegeven door Diyanet, het Turkse orgaan dat de soennitische staatsgodsdienst uitdraagt en ook in het buitenland actief is. ‘Het staat zwart op wit in de boeken: Diyanet is de uitgever van deze handboeken. Dat betekent dat het Vlaamse islamonderwijs dus werkt met Turkse leerboeken’, zegt Franken.

De boeken houden geen rekening met de Belgische context. Zo leren kinderen dat God de wereld heeft geschapen, maar wordt niet ingegaan op het debat tussen wetenschap en geloof daarover.

Ook staat er in het schoolboek dat niet-moslims slechtere mensen zijn: ‘De mensen met een zwak geloof die niet nadenken over het leven in het hiernamaals of Allah minder gedenken, zijn meer geneigd om fouten te begaan. Hierdoor nemen ook slechte gewoontes en gedragingen, zoals zelfmoordpogingen en criminaliteit, toe in onze samenleving.’

Er is weinig aandacht voor kritisch denken en wetenschap, de status van de vrouw en homoseksualiteit, aldus Franken. ‘Als dat al wordt aangestipt, is dat op een zeer conservatieve, traditionele manier.’

In België is er een strenge scheiding tussen kerk en staat. Daarom mag de schoolinspectie niet gaan over levensbeschouwelijke vakken. De lessen islam in Vlaanderen vallen onder de bevoegdheid van de landelijke moslimraad. De voorzitter van de moslimraad wordt door de Belgische inlichtingendienst gelinkt aan de verspreiding van extremisme, maar ontkent deze beschuldigingen.

Israëlische rechter staat joods gebed toe op Tempelberg

0

Een Israëlische rechter heeft geoordeeld dat een stil gebed door joden op de Tempelberg in het bezette Oost-Jeruzalem ‘geen criminele daad’ is.

Hoewel joden toegang hebben tot het Al Aqsa-complex, onder hen bekend als de Tempelberg, is in 1967 – nadat Israël Oost-Jeruzalem bezette – afgesproken dat alleen moslims er hun godsdienst mogen belijden. Joden mogen bidden bij de Klaagmuur eronder.

Jordanië veroordeelde de uitspraak van de rechter. Het complex staat onder beheer van de zogenoemde Waqf-raad, het door Jordanië geleide orgaan dat de Tempelberg beheerd. Alleen de Waqf-raad heeft volgens Jordanië de bevoegdheid om te beslissen of Joden wel of niet mogen bidden op het Al Aqsa-moskeecomplex.

‘De beslissing is een ernstige schending van de historische en juridische status van de al-Aqsa-moskee’, aldus het Jordaanse ministerie van Buitenlandse Zaken.

Het Palestijnse ministerie van Buitenlandse Zaken spreekt over een ‘ongekende beslissing’, die ‘een flagrante agressie vormt tegen de gezegende Al Aqsa Moskee’.

De nieuwe Israëlische regering van de rechtse premier Naftali Bennett had enkele maanden geleden al groeiende groepen joden stilletjes toegestaan om te bidden op de Tempelberg.