7.7 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 230

UvA-professor: ‘Dekoloniseer ook de bètawetenschappen’

0

Rens Bod, hoogleraar Digital Humanities aan de Universiteit van Amsterdam, wil dat de bètawetenschappen worden ‘gedekoloniseerd’. Dit schrijft hij in universiteitskrant Folia.

Het ‘dekolonisatieproces’ heeft zich tot nu toe beperkt tot de sociale en geesteswetenschappen. Er moet bijvoorbeeld meer aandacht komen voor de zwarte bladzijden in onze geschiedenis, vinden sommige aanjagers van dit proces, zoals de slavenhandel en de onderdrukking van Indonesië door Nederland. Of schrap de ‘westerse bias’ uit het filosofiecurriculum, dat nog vol  met louter witte mannen zit als John Locke en Emmanuel Kant, zeggen sommigen.

Maar ook de leerboeken en syllabi van natuurkunde, scheikunde, sterrenkunde, biologie, aardwetenschappen en wiskunde worden geschreven ‘door witte mensen uit het Globale Noorden’, constateert Rens Bod.

Neem bijvoorbeeld de wiskundige reeks voor de benadering van het getal π. Die staat bekend als de Formule van Leibniz, ‘ontdekt’ door de Duitse wiskundige Gottfried Wilhelm von Leibniz (foto). Die reeks gaat als volgt: π/4 = 1 – 1/3 + 1/5 – 1/7 + enzovoort. Maar deze formule werd driehonderd jaar eerder ontdekt door de Indiase wiskundige Madhava van Sangamagrama. Er er zijn nog veel meer van dit soort voorbeelden, schrijft Bod.

‘Niet degene die als eerste iets heeft ontdekt krijgt daarvoor de eer, maar degene die door (veelal eurocentrische) wetenschappers en tekstboekschrijvers als ‘ontdekker’ wordt aangewezen. Hiermee wordt de vaak gehoorde kritiek dat dekolonisatie van de natuurwetenschappen onnodig is omdat natuurwetten en wiskundige formules overal ter wereld geldig zijn, weerlegd.’

De partij BIJ1 staat een soortgelijk ideaal voor. Zo pleitte Sylvana Simons in 2019, toen zij nog Amsterdams gemeenteraadslid was, al voor ‘dekolonisatie’ van wiskunde op alle middelbare scholen in de hoofdstad.

‘Nu wordt het vooroordeel in stand gehouden dat alleen de westerse beschaving relevante ontwikkelingen in de wiskunde en de natuurwetenschappen heeft gemaakt’, staat op de BIJ1-website. ‘Dat voedt het – vaak onbewuste – beeld dat witte mensen slimmer en beschaafder zijn dan niet-witte mensen.’

‘Wat is dit voor sekte?’ Ook Nederland kent soennitisch-sjiitische spanning

0

Wanneer het in Nederland over de islam gaat, gaat het meestal over het soennisme, dat wereldwijd en in Nederland dominant is. Over de sjiitische islam is minder bekend. Ook bij soennieten in Nederland, die het sjiisme tegelijkertijd vaak zien als een dwaling. Dit zorgt voor schuring. ‘Soennieten denken meestal: wat is dit voor sekte?’

De ‘oersplitsing’ tussen soennieten (afgeleid van het Arabische woord ‘soenna’, dat ‘traditie’ of ‘manier van doen’ van de profeet Mohammed betekent) en sjiiten (letterlijk: volgelingen van Ali, de schoonzoon en neef van de profeet) is bijna even oud als de islam zelf.

De splitsing ontstond na Mohammeds dood, in het jaar 632. Ali’s volgelingen, de latere sjiiten, vonden dat hij de nieuwe kalief moest worden. Zo bleef de opvolging binnen de familie van de profeet. Maar de meeste moslims, de latere soennieten, vonden dat de bekwaamste onder de volgelingen de leiding toebehoorde: Abu Bakr, vriend en schoonvader van Mohammed.

Er is ‘zeker sprake’ van spanning tussen soennieten en sjiiten in Nederland, die vooral uit Irak en Iran komen. Dat zegt Mohammed Alkaduhimi, directeur van een internationaal IT-bedrijf en Denk-stadsdeelraadslid in Amsterdam Nieuw-West. Alkaduhimi heeft een sjiitische achtergrond en vluchtte als kind met zijn familie in de jaren negentig uit Irak.

‘De spanningen komen vooral voort uit onwetendheid. Soennitische moslims ervaren het sjiisme vaak als complex, het zorgt voor verwarring. Maar er is zeker ook sprake van afschuw. Dat is op internet ongefilterd allemaal te lezen.’

Dat is te zien op de website sjiieten-ontmaskerd.nl, die in 2008 is opgericht om een ‘halt toe te roepen tegen de onjuistheden en de leugens die worden verspreid door het sjiisme’.

Op de website staat onder meer: ‘Deze personen (sjiiten, red.) zijn weliswaar klein in aantal, maar de haat die zij jegens de soennieten verspreidden (op het internet) was ongekend. Ook doen zij zich regelmatig voor als ‘soennieten’ om de onwetenden voor de gek te houden. Wij willen mensen waarschuwen voor het gevaar van dit soort zaken.’

Alkaduhimi geeft aan veel soennitische vrienden te hebben die door de stromingen heen kunnen kijken en hem kunnen vinden in het geloof. ‘We bidden, vasten en lezen samen de Koran, zonder dat er iets aan de hand is. Er is echter wel een groep die daar anders in staat.’

Neem het sjiitisch bidden in een soennitische moskee, waar hij vaak komt. Hij bidt er niet met de handen over elkaar op de buik, maar los hangend naast de benen. ‘Er komt achteraf meestal een welwillende soenniet mij de les over de islam lezen. Dat gaat soms met veel onbegrip. Ze nemen aanstoot aan dat er andere gewoontes en gebruiken zijn binnen de islam.’

Het pijnlijkste dat hij heeft meegemaakt, is dat hij op school zijn tong moest uitsteken van een soennitische klasgenoot tijdens de ramadan. ‘Het meisje wilde kennelijk de droogte van mijn tong inspecteren, om te controleren of ik wel echt meedeed aan de ramadan. Ze was vol ongeloof toen ze er achter kwam dat sjiiten daar ook aan meedoen.’

Bovendien deelde ze Alkaduhimi mee dat ze van haar ouders niet met hem in discussie mocht gaan, omdat ze door hem ‘betoverd’ zou kunnen worden. Alsof hij een ‘half monster’ was, memoreert hij.

Volgens de soennitische docent Kasim Tekin, als historicus en publicist verbonden aan de islamitische stichting Hadaara, speelt het conflict tussen soennieten en sjiiten ‘niet echt’ in Nederland of Europa. ‘Er zijn nou eenmaal weinig sjiiten hier, en die leven ook heel geconcentreerd, met name in bepaalde steden in Duitsland en Groot-Brittannië’, aldus Tekin.

Op de site van Hadaara, het ‘opkomende onderzoeksinstituut voor islamitische geschiedenis en erfgoedstudies’, staat dat de stichting poogt ‘haar Nederlandstalige publiek (zowel moslims als niet-moslims) op een academisch-onderbouwde, gestructureerde en tegelijkertijd toegankelijke manier te onderwijzen over de rijke geschiedenis van de islam en moslims’. Volgens Tekin is het sjiisme politieker gedreven dan het soennisme.

‘Het sjiisme is van oorsprong een politiek gedreven sekte. Door de eeuwen heen werd hier steeds meer religiositeit omheen gebouwd. Er staat niet echt een eenduidige religieuze leer centraal. Het is moeilijk te traceren waar de diverse sjiitische tradities op gestoeld zijn, maar in de meeste gevallen blijkt dat in hun ontstaansgeschiedenis politieke ontwikkelingen een centrale rol speelden en zowel religie als geschiedenis werden gebruikt ter legitimatie van hun zaak. Neem bijvoorbeeld dat Ali’s kleinzoon Hoessein, in diens twist om de titel van kalief, ín de steek werd gelaten door zijn bondgenoten in Irak en Iran’..

Sjiiten gingen in de decennia erna steeds vaker de ‘schuld’ van alle narigheid bij zogenaamde ‘vijanden van Ali’s familie’ leggen, zegt Tekin. ‘Ook gingen ze zich steeds meer wijden aan een vermeende politiek-religieuze missie om die familie aan de macht te krijgen. Een missie waaromheen een sekte ontstond, met bijbehorende rituelen van rouw, verering en zelfs vergoddelijking: het sjiisme.’

Dat wil niet zeggen dat bij soennieten politiek geen belangrijke rol speelt, zegt Tekin, integendeel. ‘Toch ligt de focus bij soennitische moslims bij religie, de leer op papier. En dat die leer verspreid moet worden.’

‘Radicale predikers oordelen hard over sjiiten. Aan sjiitische kant is de toon gematigder’

Volgens religiewetenschapper Margreet van Es (Universiteit Utrecht) spelen spanningen tussen soennieten en sjiiten wel degelijk in Europa. Het gaat dan voornamelijk om verhalen van uitsluiting van sjiiten door soennieten. Ook noemt ze de dodelijke aanslag op de sjiitische imam Abdallah Dadou in Brussel in 2012. De dader was een radicale aanhanger van het salafisme, een ultraconservatieve stroming in de soennitische islam.

‘Toch is het lastig om algemene uitspraken te doen, omdat er zover ik weet nooit echt onderzoek is gedaan naar de spanningen hier in Nederland. Het is ook niet iets dat door de bredere samenleving wordt opgemerkt. Het is niet zichtbaar. Maar radicale predikers vellen harde oordelen over sjiiten. Aan de sjiitische kant is de toon gematigder.’

Van Es kent eigenlijk maar één in Europa actieve sjiitische prediker die qua toon fel anti-soennitisch is: de in Engeland actieve Yasser al Habib, die op internet een korte tijd populair was. ‘Alleen wordt hij door de brede sjiitische gemeenschap niet echt serieus genomen.’

Van Es verklaart dit vanuit een verschil in machtsverhoudingen. ‘Sjiiten zijn een minderheid en weten vaak veel meer over soennieten dan andersom. Ze hebben ook veel meer contact met soennieten. Daarom kunnen cowboyverhalen over soennieten door sjiiten vaker aan de werkelijkheid getoetst en genuanceerd worden. De meeste soennieten zijn niet zo bezig met het sjiisme. Toch houden veel sjiiten hun religieuze achtergrond uit angst ook voor zich. Sjiiten zijn in hun landen van herkomst vaak een gediscrimineerde of zelfs vervolgde groep. Daar kan het echt gevaarlijk zijn om dat naar voren te brengen.’

Volgens arabist Annemiek Schlatmann (Universiteit Utrecht), gepromoveerd op sjiiten in Nederland, ‘ontwijken’ sjiiten de spanningen. ‘Vooral praktiserende sjiitische mannen gaan bijvoorbeeld niet naar salafistische moskeeën, omdat ze dan vrijwel zeker in verhitte discussies zullen komen over hun gebedshouding. Soennieten weten heel weinig over sjiiten en de oorsprong van de islam. Ze zien het meestal als een aberratie. Ze denken: wat is dit voor sekte? Ze snappen termen als ‘Ahl al-Bayt’ (de familie van de profeet en zijn nakomelingen, red.) niet.’

De historie als strijdtoneel

Terug naar soennitisch docent Tekin en de geschiedenis, die voor een belangrijke mate als strijdtoneel fungeert voor het soennitisch-sjiitische conflict. Maar volgens hem moeten we ophouden met zeggen dat er een ‘schisma’ is ontstaan na de dood van de profeet.

‘Dat is een mythe. Het is heel lui om dat te beweren. Het conflict over wie de profeet moest opvolgen als kalief gebeurde later. Iedereen die het tegendeel beweert, volgt veel later gefabriceerde legitimaties die een eigen leven zijn gaan leiden.’

Hoe zit het dan? Volgens Tekin was de moslimgemeenschap unaniem van mening dat Abu Bakr de kalief moest worden, nadat Mohammed was overleden. ‘Ali en Abbas (zoon van Ali, red.) vroegen zich weliswaar af wat er na de dood van de profeet met het leiderschap zou gebeuren, maar Ali ging volledig mee met Abu Bakrs verkiezing tot kalief. Ook over het kalifaat van Omar (de tweede kalief, red.) bestond unanieme overeenstemming’.

Voor de sjiitische Alkaduhimi ligt dat toch anders. ‘Sjiiten erkennen de metgezellen van de profeet Abu Bakr, Omar en Othman (de derde kalief, red.) niet als opvolger van de profeet, wel als administratieve machthebbers. Er was op dat moment inderdaad nog vrede. Het waren metgezellen en broeders.’

Waar ontstond dan de verwijdering tussen soennieten en sjiiten? Van Es zegt dat het schisma in stappen is ontstaan. ‘Heel vaak wordt naar de slag bij Karbala in 680 verwezen, toen kalief Yazid I van de Umayyaden-dynastie Hoessein ibn Ali – de zoon van Ali en de kleinzoon van de profeet – en zijn volgelingen uitmoordde. Maar al gelijk na de dood van de profeet ontstond de opvolgingskwestie. Toen was er echter nog geen sprake van twee stromingen: die ontstonden volgens veel historici pas veel later. Maar de eerste discussies begonnen toen al.’

‘Het conflict over wie de profeet moest opvolgen als kalief was pas veel later dan zijn dood’

De sjiitische Alkaduhimi benadrukt dat ‘Imam Ali’ door sjiiten niet alleen als ‘goed persoon’ gevolgd wordt, maar dat zijn pad na de profeet gekozen had moeten worden – niet in het laatst volgens de profeet zelf.

‘De profeet koos tijdens zijn leven ook voor Ali, op de bijeenkomst bij Ghadir Khum (in het jaar van Mohammeds dood, 632, red.). Maar Ali is niet de opvolger van Mohammed geworden. Abu Bakr werd de eerste kalief. Hoewel Ali wel zijn beyaa (stem van goedkeuring, red.) voor Abu Bakr en de anderen had gegeven, ontstond toen al een eerste breuk en kwam er onenigheid. Ali en zijn vrouw Fatima, de dochter van de profeet, trokken zich terug uit de maatschappij. De beyaa van Ali was dus een voorzorgsmaatregel ten goede van de islam, om een splitsing te voorkomen en de veiligheid van moslims te verzekeren. Maar tijdens de Slag van de Kameel in het Irakese Basra in 656 werd het geschil ook militair uitgevochten, dus na de moord op de derde kalief, Othman. Aïsha, de weduwe van de profeet, en anderen vonden dat Ali de moordenaar van Othman had moeten berechten. Hij werd dusdanig bekritiseerd, dat het leek alsof hij als schuldige werd aangewezen van die moord.’

De soennitische Tekin neemt een andere aanloop naar die moord. ‘Na het overlijden van Omar kwam er een sjoera (vergadering, red.), waar Ali en Othman zich allebei verkiesbaar stelden. Othman werd verkozen en heel Medina, inclusief Ali, ging daarin mee. Ali werd zelfs een belangrijke adviseur en minister van Othman. Aan het einde van Othmans langdurige kalifaat brak er een opstand uit tegen hem. Het was een nieuwe, chaotische periode, met nieuwe gebieden die door de islam waren veroverd, dus er waren nieuwe groepen moslims uit andere centra. Daar zaten opportunistische relschoppers tussen en extremisten, die laatsten zouden later ‘khawaaridj’ of ‘kharidjieten’ worden genoemd. De kharidjieten verklaarden anderen bij het minste en geringste tot kafir, ofwel tot ongelovige. Allen dienden eigenlijk vooral hun eigen belangen. Ali verzette zich tegen hun opstand, zoals alle metgezellen van de profeet. Maar de khawaaridj wisten Othman op brute wijze te vermoorden. Daarna werd de kundige en beheerste gouverneur van Damascus, Mouawija (de latere stichter van de Umayyaden-dynastie, red.) om hulp geroepen. Hierdoor werden de opstandelingen bang. Ze verscholen zich vervolgens in de rangen van de snel verkozen kalief, Ali.’

Volgens Tekin is er wat er daarna gebeurt het makkelijkst te begrijpen door een vergelijking te trekken met wat er in Turkije gebeurde na de couppoging in 2016. ‘De opstandelingen werden na hun uit de hand gelopen opstand de extreemste aanhangers van Ali, die na Othman de nieuwe kalief werd. Je kunt ze vergelijken met ex-Gülenisten die na de mislukte coup tegen president Erdogan extreem pro-Erdogan werden, om hun besmeurde, gülenistische verleden te zuiveren of te camoufleren. Ali werd door de extremisten verheerlijkt en bijna vergoddelijkt. Ali voelde zich hier niet senang bij en wilde zelfs de doodstraf invoeren tegen die vorm van vergoddelijking. Diezelfde ex-opstandelingen bezorgden Ali dus eigenlijk heel veel hoofdpijn. En uiteindelijk is Ali ook door deze extremisten vermoord.’

‘Vanuit de religiewetenschap is geen eenduidig antwoord op de vraag wie gelijk heeft’

Het historische strijdtoneel lijkt nog lang niet voorbij. Van Es zegt dat het vanuit historisch-wetenschappelijk oogpunt vrijwel onmogelijk is om te zeggen wat er destijds precies is gebeurd.

‘Er bestaan onder moslims verschillende visies op de vroege geschiedenis van de islam. Hoe moslims die geschiedenis weergeven, zegt vaak meer over hun soennitische of sjiitische perspectief dan over de historische werkelijkheid. Het probleem is ook dat de historische bronnen elkaar tegenspreken. Soennieten en sjiiten leggen de nadruk op verschillende gebeurtenissen, of zijn het oneens over de vraag welke overleveringen betrouwbaar zijn en welke niet.’

Van Es neemt de bijeenkomst bij Ghadir Khum als voorbeeld. Deze gebeurtenis wordt door soennieten en sjiiten heel anders geïnterpreteerd. ‘Volgens verschillende bronnen zou de profeet daar zijn laatste grote toespraak hebben gehouden, de hand van Ali hebben gepakt en hebben gezegd: ‘Voor iedereen die mij als mawla ziet, is Ali ook de mawla.’ Soennieten zeggen dat ‘mawla’ hier als ‘vriend’ moet worden opgevat. Sjiiten zeggen: nee, ‘mawla’ gaat over politiek en spiritueel leiderschap, en de profeet wees hiermee Ali aan als zijn opvolger, in opdracht van God.’

Zulke tegengestelde visies beïnvloeden volgens Van Es hoe de verdere opvolgingskwestie wordt uitgelegd. ‘Stel: je gaat er vanuit dat God Ali heeft aangewezen als toekomstig leider van alle moslims. Dan maakt dat het leiderschap van andere kaliefen bij voorbaat al illegitiem. Nogmaals: vanuit de religiewetenschap is geen eenduidig antwoord te geven op de vraag wie gelijk heeft en wie niet.’

De Kanttekening benaderde voor dit artikel diverse sjiitische instellingen in Nederland, maar kreeg geen antwoord op vragen.

Tegen (niet-)religieus fanatisme

0

Wereldwijd bestaan gelovigen die vinden dat hun geloofsregels voor iedereen gelden. Ze zien het als een soort heilige plicht om de minder praktiserende medemens op zijn afwijkende levenswijze te attenderen. Maar dit gebeurt niet altijd op de meest fijnzinnige manier.

Zoals wanneer tijdens een christelijk uitvaartdienst van een jonge vader de weduwe, vergezeld van haar kleine kinderen en overige familieleden en ten overstaan van de gehele goegemeente, erop gewezen wordt dat de overledene uiteindelijk heeft geleefd als een ‘zondig beest’.

De extreme ‘zedenbewakers’ in de oude joodse wijk van Jeruzalem spreken geloofsgenoten niet alleen op hun minder religieuze gedragingen aan. Op zijn tijd schuwen zij, buiten het zicht van het officieel gezag, ook het gebruik van het uitspreken van vloeken niet. En soms is ook fysiek geweld aan de orde.

Als dit soort religieus fanatisme helemaal uit de hand loopt, wordt het weerzinwekkend. Denk aan de dramatische taferelen zoals die zich op dit moment niet alleen in Teheran, maar ook in Afghanistan afspelen.

De christelijke en joodse terechtwijzers beroepen zich vaak op Bijbelverzen, of op citaten uit de Thora, zoals: ‘U moet uw naaste terechtwijzen zodat u zelf geen zonde begaat.’ Als je anderen niet vermaant, ben je tot medeverantwoordelijk voor de zonde van die ander – zo interpreteren zij hun morele en religieuze superioriteit.

Wijlen Sir Immanuel Jacobovits, een van de vroegere opperrabbijnen van het Britse Gemenebest, wijst er uiterst fijnzinnig op dat deze manier van handelen heel fout is. Het brengt precies het tegenovergestelde teweeg van wat de gelovige gemeenschap eigenlijk wil bereiken.

Wat vertellen de Heilige Boeken ons eigenlijk over al die religieuze voorschriften? Wat wil de Eeuwige tot stand brengen bij Zijn volgelingen, door ons ‘op te zadelen’ met dingen die we niet mogen doen of juist wel moeten doen?

Jacobovits benadrukt dat G’d maar één ding wil van de mensheid. En dat is dat de bewoner op deze wereld leert Hem te respecteren, Zijn gezag te erkennen en Hem, boven alles, lief te hebben.

Terechtwijzen kan dan ook maar op één manier gebeuren. En dat is vanuit een ultieme naastenliefde. Iets anders is er niet. De ander vertellen dat het gedrag misschien toch iets anders zou moeten, kan en mag dan ook nooit en te nimmer gebeuren door dwang. Het kan en mag alleen door een liefdevol overtuigen.

Door dwang wijst de mens geloof en G’ddelijk gezag alleen maar meer af. Liefhebbend inclusief gedrag vanuit de religie daarentegen, dat brengt die ander juist dichterbij.

Alleen respect voor de ander, gelovig of niet gelovig, bant afschuwelijke gebeurtenissen uit

Dichtbij huis, hier in Nederland, komt de terechtwijzing vaak uit de niet-religieuze hoek. ‘Wat mij betreft kun je morgen bij mij op kantoor beginnen. Maar dan wel onder één voorwaarde.’ De man die tegenover de moslima zit, pakt brutaal de punt van haar hoofddoek beet. ‘Die voorwaarde is dat je dit vod thuislaat. Dat komt er bij mij niet in.’

Handelt de man vanuit een antireligieus sentiment? Of vanuit een andere geloofsbelijdenis dan de islamitische? Die vraag is nauwelijks relevant. Wat er wel toe doet, is dat dit handelen op geen enkele wijze helpt om die dame tegenover hem een stapje dichterbij zijn eigen overtuiging te brengen. Integendeel, beweert de opperrabbijn terecht.

Alleen met diep intermenselijk respect voor de ander, gelovig of niet gelovig, bannen we afschuwelijke gebeurtenissen uit, zoals de dood van de 22-jarige Mahsa Amini in Teheran en alles wat daar op volgde. Alleen met datzelfde respect brengen we een eind aan de confrontaties in ons eigen land, zoals van die baas die meent op zo een onheuse manier zijn islamitische sollicitante te mogen benaderen.

‘Respect’ is het toverwoord dat een einde kan maken aan de polarisatie, waar elke weldenkende burger zich op dit moment zorgen over maakt. Het gaat om intermenselijk respect. Andere smaken zijn er niet.

Video: rouwende Iraanse vrouw knipt haren af bij graf van gedode broer

0

Uit het onrustige Iran is een video opgedoken waar een jonge vrouw in rouw haar haren afknipt bij het graf van haar gedode broer Javad Heydari. In Iran zijn na de dood van de Koerdische vrouw Mahsa Amini (22) protesten uitgebroken tegen het islamitische regime, waarbij tientallen doden zijn gevallen. Heydari is één van die doden.

De symbolische daad gaat viral op social media, waar de online steun voor het vrouwenprotest in Iran metterdag groeit.

Volgens de Iraanse staatszender zijn er tot nu 41 doden gevallen, maar dat aantal zal vermoedelijk stijgen. Amnesty International meldt dat Iraanse veiligheidsdiensten tenminste vier kinderen hebben gedood.

Intussen gaat het protest in Iran voor de tiende opeenvolgende dag door. Volgens Critical Threats, een Amerikaanse organisatie die ‘bedreigingen en uitdagingen’ op het wereldtoneel monitort, zijn in 30 van de 31 Iraanse provincies protesten gesignaleerd.

 

Gevangen Turks-Koerdische leider steunt protest Iran: scheert hoofd kaal

0

De gevangen Turks-Koerdische politicus Selahattin Demirtas heeft zijn hoofd kaalgeschoren. Hij zegt daarmee de protesten in Iran te steunen.

De protesten braken tien dagen geleden uit nadat de Iraanse ‘zedenpolitie’ de Koerdische Mahsa Amini (22) gevangen nam, omdat ze haar ‘hoofddoek niet goed op’ zou hebben, waarna ze onder verdachte omstandigheden overleed. Sommige Iraanse vrouwen doen niet alleen uit protest hun hoofddoek af, maar knippen ook hun haren deels af.

Ook de eveneens gevangen Koerdische politicus Selcuk Mizrakli heeft zijn haren uit protest afgeschoren. De Koerdische politieke gevangenen schrijven:

‘Vanuit de bodem van onze harten, voelen we de pijn van Mahsa Amini die door de Iraanse zedenpolitie is vermoord, alleen maar omdat een plukje haar te zien was.’

Demirtas ziet in de protesten een teken aan de wand voor ‘alle tirannieke systemen van onderdrukking’ die ‘vroeg of laat’ zullen ineenstorten.

Demirtas zit levenslang achter de tralies vanwege terrorisme-aanklachten gerelateerd aan de Koerdische PKK, die hij zelf altijd heeft ontkend. Volgens het Europese Hof voor de Mensenrechten zit Demirtas op politieke gronden vast en moet hij daarom vrijkomen.

Kaag doelwit rechts om hijab-opstand in Iran: ‘Spuugt op Iraanse vrouwen’

0

PVV-leider Geert Wilders heeft in een tweet nogmaals zijn afkeer geuit tegen het feit dat Sigrid Kaag in 2018, als minister van Buitenlandse Zaken, met hoofddoek de toenmalige Iraanse president Hassan Rouhani bezocht. In zijn tweet hint hij naar de opstand tegen de hijab die momenteel aan de gang is in Iran.

In zijn tweet geeft Wilders aan dat Kaag (D66) op alle Iraanse vrouwen ‘spuugt’ door toen een hoofddoek te hebben dragen. In Iran zijn protesten aan de gang tegen de verplichte hijab en het regime in het algemeen, naar aanleiding van de verdachte dood van de jonge vrouw Mahsa Amini (22), die in hechtenis werd genomen omdat ze haar hoofddoek niet goed om zou hebben.

Sommige twitteraars reageren verongelijkt: Kaag deed er goed aan destijds de hijab te hebben gedragen, uit teken van respect, vinden zij. Een twitteraar reageert: waarom draagt Wilders dan wel zelf een keppel in Israël?

Sinds 2018, toen haar bezoek in Iran plaatsvond, fulmineert de PVV al tegen Kaag om deze reden. De minister benadrukte zelf altijd dat ze een rationele afweging had gemaakt. ‘Moet een vrouwelijke minister dan níet gaan?’, zei ze daags na het bezoek.

Thierry Baudet sluit zich aan bij de tweet van Wilders. De Forum voor Democratie-leider zegt er zelfs bij dat Kaag lid is van een samenzwering tegen Nederland. Vorige week stapten Kaag en het kabinet op nadat Baudet eenzelfde verhaal in de Tweede Kamer hield.

Het kabinet overweegt nu zelfs ‘stappen’ nadat FvD-Kamerlid Pepijn van Houwelingen dit weekend een andere D66-prominent aanviel. Van Houwelingen plaatste een gephotoshopte tweet met zorgminister Ernst Kuipers (D66) die zogenaamd een nazivlag ophijst. Volgens Van Houwelingen staat Kuipers in werkelijkheid een soortgelijk gedachtegoed voor.

Turkse staatsmedia: ‘Grieken sturen pantserwagens naar Egeïsche eilanden’

0

Een nieuwe aantijging vanuit Turkse hoek jegens Griekenland: dat heeft gepantserde voertuigen naar de Egeïsche eilanden Lesbos en Samos gestuurd, beweert de Turkse staatskrant Sabah.  

Het gaat volgens Daily Sabah om 23 gepantserde voertuigen naar Lesbos en achttien voertuigen naar Samos. Een Turkse drone zou de voertuigen hebben gespot.

Volgens Sabah is dit in strijd met het internationaal recht, omdat de Griekse eilanden aan de Turkse kust gedemilitariseerd moeten blijven.

Ankara beweert dat Griekenland de laatste maanden bezig is met provocerende acties en retoriek tegen Turkije, waaronder het militariseren van Lesbos en Samos. Deze acties zouden de vrede in gevaar brengen. Griekenland op zijn beurt wijst met een beschuldigende vinger naar Turkije, dat de agressor zou zijn.

Griekenland waarschuwt voor het gevaar van een oorlog met Turkije in de Egeïsche Zee, nu de spanningen tussen beide landen oplopen. Dit kan zelfs een oorlog worden op de schaal die vergelijkbaar is met de oorlog tussen Rusland en Oekraïne, aldus Athene.

Al enige tijd is Turkije bezig met wat Griekenland als provocaties beschouwt: een Turks boorschip in Griekse wateren, de dreiging om Egeïsche eilanden te annexeren en de beschuldiging dat Griekenland het Turkse luchtruim zou schenden.

De Turkse president Erdogan waarschuwde enkele weken geleden dat de Grieken een ‘hoge prijs’ zullen betalen en dat de Turken ‘zomaar kunnen toeslaan’.

Volgens Turkije heeft Griekenland met zijn luchtafweer ook enkele Turkse F-16’s in het vizier genomen, die op missie waren boven de Egeïsche Zee, boven het internationale luchtruim. Griekenland ontkent de Turkse beschuldigingen.

Ook zei de Turkse minister van Binnenlandse Zaken dat een migrantenkamp nabij Athene een basis is geworden voor ‘terroristen’, die in Turkije belanden om aanslagen uit te voeren namens de Koerdische PKK. Griekenland noemt dit ‘treurige en provocerende leugens’.

Ook is er de kwestie van de Griekse pushbacks van migranten, waartegen Turkije ageert. Vorige week betichtte Erdogan Griekenland er nog van de Egeïsche Zee te veranderen in een heus ‘vluchtelingen-kerkhof’.

Griekenland ontkent alle aantijgingen. Het land heeft klachten ingediend bij de NAVO, de Europese Unie en de Verenigde Staten over de steeds scherpere houding van Turkije.

Erdogan brak onlangs de dialoog met Griekenland al af, omdat dat land lobbyde tegen Amerikaanse wapenverkopen aan Turkije. De relatie tussen de twee landen was dit voorjaar juist net in wat rustiger vaarwater gekomen, nadat in 2020 de spanningen hoog opliepen over gasboringen in wateren die beide landen tegelijkertijd claimen.

VS: witte jury spreekt witte agent vrij na doden ongewapende zwarte man

0

Een witte jury in Texas heeft een witte politieman vrijgesproken die in 2020 een ongewapende zwarte man doodschoot. 

Agent Shaun Lucas raakte de man, Jonathan Price viermaal bij een benzinestation in Wolfe City, een klein stadje ten noordoosten van Dallas.  

Lucas hoorde van een ruzie bij het pompstation en meende dat Price hierbij betrokken was. Hij probeerde Price aan te houden, maar die wilde niet aangehouden worden. Lucas wilde teen taser gebruiken, maar Price zou, volgens een ooggetuige, de taser hebben afgepakt.

De advocaat van Price weerspreekt dit en zegt dat het slachtoffer alleen zijn hand uitstak. Vervolgens pakte Lucas zijn dienstwapen en schoot Price neer. Price stierf kort nadat hij naar het Hunt Regional Hospital was gebracht. Hij was niet gewapend.

Lucss werd ontslagen en gearresteerd. Maar een witte jury heeft de nu 24-jarige ex-agent vrijgesproken. Beelden van de bodycamera van Shaun Lucas werden in de rechtszaal afgespeeld maar niet vrijgegeven aan het publiek. De rechtbank stond geen video-opname toe.

De familie van Price is geschokt. De vrijspraak ‘stelt zwarte Texanen bloot aan door de staat gesanctioneerd geweld’, twitterde hun advocaat, die opmerkt dat de jury geheel wit is. De advocaat doet een beroep op Justitie om een federale strafrechtelijke aanklacht in te dienen tegen Lucas.

Price was niet de enige ongewapende Afro-Amerikaan die in 2020 door een witte politieagent werd gedood. Eerder dat jaar overleden George Floyd en Breonna Taylor, wiens namen veelvuldig werden gescandeerd tijdens de Black Lives Matter-protesten in dat jaar.

De dodelijke schietpartij in Wolfe City wakkert de lokale raciale spanningen opnieuw aan. In 2019 ontvingen meer dan tachtig mensen in Wolfe City racistische en antisemitische flyers op hun opritten. De daders werden nooit in de kraag gevat en een onderzoek naar het incident door de sheriff gestaakt.

Met goede doelen wast de loterij haar vuile handen schoon

0

Sinds ik op mezelf woon, merk ik pas hoe belachelijk vaak de gokindustrie reclame maakt per post. Als in mijn brievenbus niet een flyer ligt van een christelijk clubje dat me wil vertellen hoe liefdevol God is of me uitnodigt voor het gebed, dan is het wel een brief van de Nationale Postcode Loterij, die me geluk meent te bezorgen.

Ik heb het niet bijgehouden, als het al bij te benen zou zijn, maar vermoedelijk ontvang ik haast wekelijks een brief – ‘Aan de bewoner(s) van’. De ene keer in een gouden envelop, de andere keer in een fleurige, roze. Ik heb altijd prijs, dus ook dit keer.

‘Uw koffer is gegarandeerd geld waard!’, is in koeienletters te lezen. Daarvoor hoef ik slechts een QR-code te scannen. Ik maak ‘DIRECT’ kans op ‘maar liefst € 50.000,-’. Daarbovenop kan ik ‘GRATIS’ meespelen ‘voor MILJOENEN’. Ongelooflijk gul. Logisch al die mogelijkheden, want zoals te lezen is op de website van de Nationale Postcode Loterij, staat ze voor ‘alleen maar winnaars!’.

De brief is ook nog eens ondertekend door Winston Gerschtanowitz. Net als onder andere Humberto Tan, Esther Vergeer, Nicolette van Dam en Leonardo DiCaprio is Gerschtanowitz ambassadeur van de Nationale Postcode Loterij. ‘Veel geluk!’, schrijft hij.

Niet alleen verbinden bekende gezichten hun naam aan het bedrijf. Ook de journalistiek werkt mee aan de hype. Na elke trekking doen (lokale) journalisten gretig verslag van kersverse winnaars die een cheque van een paar ton of miljoenen onder hun arm hebben. Daarnaast maken mediamagnaten programma’s als Miljoenenjacht en Eén tegen 50.

Alsof gokken zonder gevaar is, geen slachtoffers maakt, een normale en gezonde zaak is. Het zou een taboe moeten zijn. Nu is gokken zo genormaliseerd dat het zelfs voor velen een traditie is om in ieder geval aan het eind van het jaar een lot te kopen. Het is een familiedingetje, dat gokken. Maar zo’n industrie zou zich juist moeten schamen om reclame te maken.

Alsof gokken zonder gevaar is, geen slachtoffers maakt, een normale en gezonde zaak is

Mensen die verslaafd zijn, zullen vast door vooral andere aanbieders hun geld kwijtraken – en later hun sociale kring en zelfvertrouwen. Maar ook de Nationale Postcode Loterij is een deel van die industrie.

Op de achterkant van de brief is een grote foto te zien: een zwarte vrouw – koptelefoon op, opnameapparatuur om haar nek en een microfoon in haar handen – die een zwarte man interviewt. De foto is gemaakt in Oeganda. Het is een initiatief dat gesteund wordt door het fonds van de Nationale Postcode Loterij.

Ironisch en treurig, toch? Op die manier wast de Nationale Postcode Loterij, net als veel andere gokbedrijven, haar geweten en handen schoon: miljoenen euro’s die geïnd zijn bij mensen aan wie hoop is verkocht, steken in – zoals te lezen op haar website – ‘goede doelen die werken aan een rechtvaardige, groene en gezonde wereld’. Die gokbedrijven pochen graag met hun hulp.

Uiteraard kan je menen dat die liefdadigheid mooi, nodig en filantropisch is. Alleen, behalve dat dus aan de ene kant gokbedrijven mensen naar de verdoemenis helpen, worden die initiatieven niet daadwerkelijk vrijwillig gesteund. Het is immers wettelijk verplicht dat die loterijen een groot deel van hun inkomsten afdragen aan goede doelen.

Ik wil niet pleiten voor een verbod op het lastig vallen van mensen met zulke brieven; dat zou te ver gaan. Het is te hopen dat in ieder geval reclame maken voor het gokken, al dan niet middels een lot, eens taboe wordt.

Hoe dan ook: blijkbaar is nog makkelijker dan een prijs winnen met een lot, je via de website van de Nationale Postcode Loterij uitschrijven voor dergelijke brieven – gelukkig maar.

Amnesty: ‘Racistische marteling en mishandeling Haïtianen door VS’

0

Marteling en verwaarlozing van Haïtiaanse asielzoekers door Amerikaanse autoriteiten is geworteld in anti-zwart racisme. Dat stelt Amnesty International in een nieuw rapport.

Amnesty sprak Haïtianen die vertelden in Amerikaanse detentiecentra onvoldoende voedsel, advocaten, inlichtingen en gezondheidszorg te hebben gekregen, waarna ze in handboeien en ketenen werden teruggestuurd.

Volgens de internationale mensenrechtenwetgeving is dit marteling, aldus Amnesty, en een continuering van systematische rassendiscriminatie in het Amerikaanse immigratiesysteem. Amnesty noemt bijvoorbeeld hoe tijdens de presidentstermijn van Donald Trump tienduizenden Haïtiaanse asielzoekers zonder beoordeling terug werden gestuurd.

Amnesty hoopt dat wet- en regelgevingen in de Verenigde Staten hervormd worden, zodat discriminatie niet meer voorkomt, en dat de autoriteiten zich bewust worden van hoe diep het anti-zwart racisme geworteld is in de Amerikaanse geschiedenis.