19.8 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 726

Imam Blauwe Moskee wil ‘in elke grote stad moskee plaatsen met buitenlands geld’

0

De grote steden in Nederland moeten allemaal een grote moskee moeten krijgen die door buitenlandse financiering is mogelijk gemaakt. Dit stelt Yassin Elforkani, hoofdimam van de Blauwe Moskee in Amsterdam. Hij zei dit gisteren in het EO-radioprogramma Dit is de dag van anchorman Tijs van de Brink.

Aanleiding van Elforkani’s uitspraken zijn de verhoren van de ‘Parlementaire ondervragingscommissie ongewenste beïnvloeding uit onvrije landen’. Deze commissie onderzoekt deze en volgende week de buitenlandse financiering van moskeeën en de invloed van landen als Turkije en Saoedi-Arabië op Nederlandse moskeebesturen.

Dit doet de commissie via ondervragingen van deskundigen en betrokkenen. Veel Nederlandse moskeeën zijn tegen deze commissie en hebben ruim een week geleden een brandbrief gestuurd.

Elforkani vindt buitenlandse financiering van moskeeën helemaal geen probleem, zegt hij in Dit is de dag. ‘Het klopt dat de Blauwe Moskee ook betaald is met buitenlands geld, maar wij zijn trots op onze moskee. Het is een succesvolle formule.’

Voor Nederlandse moskeeën is geld vaak een groot probleem, wat een reden is om in het buitenland met de collectezak rond te gaan. Dit toont ook de case study naar de Essalam-moskee in Rotterdam, die eind vorig jaar op de Kanttekening verscheen.

Elforkani stelt dat ‘dit concept één van de mooie concepten is die ervoor kunnen zorgen dat de Nederlandse moslims in Nederland gewoon hun Nederlandse Islam kunnen beleven.’

Waar dat buitenlandse vandaan komt‘ Elforkani: ‘Dat zullen verschillende landen zijn, maar we zullen vaak focussen op Koeweit – daar is waar wij veel nauwe contacten mee hebben.’

‘De komende tien jaar willen we in elke grote Nederlandse stad een moskee neerzetten met buitenlandse financiering’, aldus de imam. ‘Er zijn al vergevorderde plannen voor een nieuw islamitisch centrum dat betaald wordt vanuit het buitenland.’

Voormalig PvdA-Kamerlid Keklik Yücel was ook te gast was in Dit is de dag. Zij hekelt de opvatting van Elforkani. ‘De vrijheid van godsdienst is mij dierbaar, maar financiering uit onvrije landen gaat vaak gepaard met dwang. Imams worden door de landen inhoudelijk gestuurd. Het creëert een mix van superioriteitsdenken en vijandsbeelden.’

De eigenaar van imam Elforkani’s Blauwe Moskee is Europe Trust Nederland (ETN). Terreurdeskundige Ronald Sandee veroorzaakte eerder deze week ophef door te stellen dat ETN de Nederlandse vastgoeddivisie van de Moslimbroederschap is. Sandee zei dit tijdens zijn verhoor op maandag door de Kamercommissie naar ‘ongewenste beïnvloeding uit onvrije landen’. De Blauwe Moskee ontkent dat er banden zijn met de Moslimbroederschap.

Sranantongo, het ‘negerengels’ van Suriname, wordt weer met trots gesproken

1

Samen met het Nederlands is Sranantongo de lingua franca van Suriname, de gemeenschappelijke taal. In Suriname is lange tijd neergekeken op het Sranantongo. Het is een voorbeeld van hoe de koloniale overheersing nog lange tijd voelbaar aanwezig bleef in Suriname. Nu begint het Sranantongo weer aan kracht te winnen in Suriname en onder Surinaamse Nederlanders.

Aan de Zeeburgdijk in Amsterdam zijn The Black Archives gevestigd. In het teken van het 101-jarige bestaan van de Vereniging Ons Suriname organiseerden The Black Archives een bijeenkomst over een ‘culturele (r)evolutie’: de beweging van de Surinaamse cultuur. Sranantongo, letterlijk te vertalen als ‘Surinaamse taal’, is een onderdeel van deze beweging. Het is oorspronkelijk de taal die op plantages werd gesproken tussen de slaven en de planters. Deze contacttaal is gebaseerd op de Nederlandse en Engelse taal en kent Portugese en Afrikaanse invloeden.

Nog niet zo lang geleden was het een taboe om de taal te spreken: de in de zaal aanwezige Surinamers herinneren zich als kind op hun kop te krijgen wanneer ze Sranantongo spraken (‘Je moest je mond wassen!’). Maar tegenwoordig wordt de taal geaccepteerd in Suriname en door Surinaamse Nederlanders. Ook wakkert Sranantongo zelf andere bewegingen aan zoals het Smibanese, een Bijlmerse straattaal waarin veel Sranantongo en Surinaams-Nederlands is opgenomen.

De revolutie van het Sranantongo is niet vanzelf gegaan. Lange tijd had zij een stigma als ‘slaventaal’, maar lijkt die nu te gaan ontstijgen. Het negerengels of takitaki (wat zoiets betekent als ‘brabbeltaaltje’), zoals het Sranantongo lange tijd in Suriname genoemd werd, is weer opgebloeid. Het wordt weer gesproken zonder dat men zich ervoor schaamt. Dit komt doordat de Surinaamse cultuur steeds meer zelfwaardering heeft gekregen. Het idee dat alles dat wit is beter is, overheerst niet langer.

Van links naar rechts: schrijvers André Reeder, Soort Kill, Roy Wijks en Jules Rijssen (Foto: Merel Aalders)

Papa Koenders

De eerste sprekers op deze bijeenkomst zijn de schrijvers André Reeder, Roy Wijks en Jules Rijssen, de auteurs van het boek Op zoek naar Papa Koenders. In hun boek staat de Surinaamse revolutionair Julius Gustaaf Arnout Koenders (1886-1957) centraal, die zich als onderwijzer en als activist sterk maakte voor het Sranantongo. Hoewel de slavernij in 1863 was afgeschaft, was de Surinaamse samenleving nog steeds doordrongen van racisme en maakte een witte elite de dienst in het land uit.

Maar ook onder Surinamers zelf heerste hiërarchie: hoe zwarter je was, hoe lager je status op de sociale ladder. Dat soort racisme kon zelfs voorkomen binnen families. Zwarte mensen werden doorgaans ‘creolen’ of ‘negers’ genoemd. Dat was niet complimenteus bedoeld. Maar Koenders gebruikte ‘neger’ als iets positiefs, als een woord om jezelf eigen te maken en trots in de eigen cultuur aan te wakkeren.

‘Uiteindelijk komen we allemaal uit Afrika, maar goed’

In die tijd was het Surinaamse onderwijs volledig op Nederland gericht. Iedere Surinamer werd geacht te weten hoe modern Nederland was, hoe het zat met de Nederlandse industriële ontwikkeling, hoeveel inwoners het land had… Dat Nederland superieur was, was de boodschap die bij alles werd meegegeven. Het was een tijd van sakafasi, zeggen de schrijvers op deze avond van The Black Archives: nederigheid.

Koenders had zo’n twintig vrouwelijke medestanders. Zij organiseerden zich in de vereniging Pohama, die streed voor een doelbewuste opvoeding van de Surinaamse jeugd. Samen publiceerden ze het tijdschrift Foetoe-boi, (‘Loopjongen’), met als doel Surinamers bewust te maken van hun eigen culturele identiteit.

Foto: LM Publishers

Het blad verscheen van 1946 tot 1956 en werd in Sranantongo geschreven. Er was een rubriek over zegswijzen in het Sranantongo en er werden zelfs Nederlandstalige gedichten vertaald naar het Sranantongo. Het idee was dat Sranantongo een volwaardige taal was, waarmee je ook poëzie kon schrijven.

Sranantongo mocht in die tijd niet op straat worden gesproken. Het werd geassocieerd met slaven en met het hebben van een lage sociale status. Deze vooroordelen over Sranantongo versterkten ook de marginalisatie van de taal: mensen die Sranantongo spraken konden zomaar een baan of een promotie mislopen.

Koenders redeneerde de andere kant op. Volgens hem was de Surinaamse cultuur verweven met het Sranantongo. Het zou juist als een bron van persoonlijke kracht en vooruitgang moeten dienen. De taal zou een essentieel onderdeel van de Surinaamse identiteit moeten zijn en de vooruitgang van vooral Afrikaanse Surinamers moeten bevorderen. De Nederlandse overheersing had volgens hem een allesomvattende sfeer van minderwaardigheid voor de Surinamers gecreëerd. Dat wilde hij omkeren.

Koenders voelde zich verbonden met Afrika. Hij had veel contacten met Afro-Surinaamse wetenschappers en bekende Afro-Amerikaanse persoonlijkheden en vond dat mensen weer trots mochten zijn op de Afrikaanse identiteit van Suriname. Een belangrijke inspirator voor hem was de Afro-Amerikaanse uitvinder George Washington Carver.

Carver was een uitvinder die in slavernij was geboren. Maar hij zou daarna al zijn krachten gebruiken om te zeggen dat zwarte mensen in zichzelf alles hebben om te leven – en om van dat leven iets moois te maken. Die boodschap is ook terug te vinden in Koenders’ eigen nalatenschap.

Wat Koenders, aldus de sprekers, achterliet, was een nieuwe waardencultuur. Deze cultuur heeft als centrale kern dat de Surinamer de schepper van zijn eigen waarde is. Het spreken van de eigen taal is een essentieel onderdeel daarin.

Smibanees

De revolutie van het Sranantongo, waar Koenders zich zo voor heeft ingezet, zet nog steeds door. Soort Kill, schrijver van het Smibanese woordenboek, ziet het verband tussen taal en trots ook. Het woord smib komt van bims, een benaming voor de Bijlmer. In die Amsterdamse wijk is deze straattaal ontstaan, maar de taal breidt zich uit naar Surinaams-Nederlande jongeren in het hele land.

Soort Kill was in de Bijlmer met vrienden die in Nederland geboren waren, maar allerlei verschillende achtergronden hadden. Ze kwamen bijvoorbeeld uit Ghana of Curaçao (‘Uiteindelijk komen we allemaal uit Afrika, maar goed’). Om met elkaar te kunnen communiceren combineerden ze woorden uit het Nederlands en andere talen die ze vanuit hun achtergrond hadden meegenomen. Een groot aantal woorden van het Smibanees komt dan ook uit het Sranantongo.

‘De eigen taal is heel belangrijk voor je eigen identiteit, en dus voor je zelfwaardering’

Soort Kill ziet taal als een communicatievoertuig. ‘Als iemand een woord gebruikt wat mij handig lijkt, gebruik ik het zelf ook,’ zegt hij. Zo lenen talen van elkaar, en ontstaat er een dynamisch geheel. Soort Kill behoort tot Smib, het creatieve, activistische collectief van de Bijlmer. Uit dit collectief is ondertussen de Smib University voortgekomen, met een eigen archief, een kledinglijn, een literair platform en het tijdschrift Smibaneser.

Foto: Pluim

Volgens Soort Kill is het zelfbeeld van de Bijlmerse jongeren vergelijkbaar met dat van postkoloniale Surinamers. Er is een gebrek aan eigen culturele identiteit, die daarom opnieuw moet worden gecreëerd. Smib functioneert dan ook op de fundamentele onderdelen van hiphop, zegt Soort Kill. ‘Het is veel meer dan muziek. Het is alles wat we hebben moeten loslaten na de slavernij, en dan in een nieuw jasje.’

Taal is altijd in ontwikkeling, vertelt Kill. ‘Wat niet nodig is sterft af, waar behoefte aan is wordt gecreëerd.’ Helaas bemoeit de politiek zich soms met taal, waardoor Sranantongo lange tijd in zijn ontwikkeling werd beperkt. De auteurs van Op zoek naar Papa Koenders wijzen hier ook op in hun boek: nu de koloniale erfenis minder drukkend is, kan Sranantongo zich eindelijk in alle vrijheid ontwikkelen.

Voor zowel Julius Gustaaf Arnout Koenders als Soort Kill is het belangrijk om mensen aan het lezen te krijgen. ‘Ik heb mijzelf weten te ontwikkelen door te lezen,’ vertelt Kill. ‘Dat kan iedereen.’ Hij benadrukt daarnaast het gebruik van de eigen taal. Die moet gepromoot blijven worden. ‘De eigen taal is heel belangrijk voor je eigen identiteit, en dus voor je zelfwaardering.’

Erdogan: Turkije zal Assads leger uit Idlib verjagen, ‘met alle mogelijke middelen’

2

President Erdogan zegt dat Turkije het Syrische leger terug zal dringen in Idlib, ‘met alle mogelijke middelen’. Dit schrijft Al Jazeera.

De spanningen tussen Turkije en Syrië zijn verder opgelopen, nadat het Syrische regeringsleger eerder deze week een actie uitvoerde waarbij vijf Turkse soldaten sneuvelden.

Als nog één Turkse soldaat iets overkomt, dan zal ‘Turkije Syrische regeringstroepen overal aanvallen’, zei Erdogan gisteren in het Turkse parlement. Ook dreigde de Turkse president de luchtmacht in te zetten.

Erdogan wil de Syrische regeringstroepen uit de Noord-Syrische Idlib-regio verdrijven voor het einde van februari.

Turkije heeft twaalf observatieposten in Idlib, die door een nieuw Syrisch offensief worden bedreigd. Idlib is nu nog in handen is van Syrische rebellen, maar het leger van Assad wil Idlib heroveren. Assad wordt hierbij gesteund door Rusland.

Turkije en Rusland spraken in september 2018 af dat Idlib een de-escalatiezone zou zijn, maar het Syrische offensief gooit nu roet in het eten.

Het Syrische offensief heeft aan honderden Syrische burgers in de omgeving van Idlib het leven gekost. Meer dan 700.000 burgers zijn vanwege het geweld op de vlucht geslagen.

Tadzjikistan bouwt moskeeën om tot bioscopen, cafés, fabrieken en scholen

1

In Tadzjikistan wordt de ruimte voor moslims steeds verder ingeperkt. Moskeeën worden gesloten, officieel omdat ze niet in bezit zouden zijn van de juiste papieren. Dit meldt het Reformatorisch Dagblad.

Verantwoordelijk voor dit nieuwe beleid is president Emomali Rahmon, die sinds 1992 aan de macht is in de voormalige Sovjetrepubliek. Hoewel zelf moslim, staat Rahmon vijandig tegenover religieuze groeperingen.

In 2016 ging Rahmon naar Mekka, om te laten zien dat hij een vrome moslim is. De oppositie vindt dit gedrag hypocriet: hij zou met zijn beleid de uitoefening van de islam juist onderdrukken

De vraag is of Rahmons beleid effectief is. Relatief veel Tadzjieken trokken de afgelopen jaren naar Syrië om daar te vechten tegen Assad, onder andere voor IS.

Commissie die toetst of Amsterdam slavernij-excuses moet maken nu al onder vuur

3

Gisteren stemde een meerderheid van de Amsterdamse gemeenteraad voor het voorstel ‘voorbereiding Amsterdamse excuses voor het slavernijverleden’. Daarmee is het startsein gegeven voor een commissie die zich moet buigen over de vraag of er uiteindelijk excuses van de stad Amsterdam moeten komen.

VVD, CDA en Forum voor Democratie stemden tegen het voorstel. CDA-raadslid Diederik Boomsma: ‘Excuses bied je doorgaans aan in de hoop dat ze worden aanvaard. Mij is niet duidelijk wie die excuses zouden moeten aanvaarden.’

Annabel Nanninga, fractievoorzitter van FvD, is eenzelfde mening toegedaan. Volgens haar gaat het om ‘het aanbieden van excuses voor een historische misstand waarvan daders noch slachtoffers meer in leven zijn.’ Ze noemt het voorstel absurd en schadelijk.

De rechtse partijen hebben ook moeite met de samenstelling van de commissie die zich over de vraag moet buigen of Amsterdam excuses moet aanbieden. De commissie bestaat uit GroenLinks-coryfee Andrée van Es, emeritus hoogleraar Gender Studies en BIJ1-lid Gloria Wekker en Leo Lucassen, hoogleraar Migratiegeschiedenis aan de Universiteit Leiden en directeur van het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis.

VVD-raadslid Marianne Poot heeft moeite met Gloria Wekker omdat zij al uitspraken heeft gedaan over het onderzoek, tijdens een bijeenkomst van haar partij BIJ1. Wekker zou daar hebben gezegd dat Amsterdam ‘allang kan weten waarvoor er excuses aangeboden moeten worden’.

Poot vreest daarom dat het onderzoek niet neutraal is, maar een invuloefening omdat de gewenste uitkomst al zou vaststaan. Ook Andrée van Es zou jaren geleden hebben gezegd dat er excuses zouden moeten komen, aldus FvD-raadslid Nanninga.

Weekblad Elsevier zet daarnaast vraagtekens bij de neutraliteit van Leo Lucassen. ‘Hij is met zijn tweets geregeld het middelpunt van heftige discussies, waarin hij uitgesproken pro-immigratie-standpunten vertolkt’, schrijft Elsevier.

De uitkomsten van het onderzoek worden in juni verwacht.

Marokkanen bashen roept op rechts geen weerstand meer op. Waarom niet?

2

Bijna zes jaar geleden liet Geert Wilders zijn aanhang bij een verkiezingsbijeenkomst scanderen dat er ‘minder Marokkanen’ moeten komen. Wilders riep het ‘te gaan regelen’, er ontstond enorme ophef, het regende aangiftes en het was de start van een rechtszaak. Nu is er weer ophef over een rechtse politicus die Marokkanen basht: Thierry Baudet twitterde onlangs zonder feitelijke onderbouwing dat vriendinnen werden lastiggevallen door Marokkanen en suggereerde dat het land gered moest worden. Ophef alom.

Als je deze gebeurtenissen naast elkaar presenteert lijkt er niets nieuws onder de zon: dit jaar zijn de reacties op Baudet niet echt anders dan die op Wilders in 2014. Of toch wel? Laten we naar partijgenoten kijken. Zowel PVV als FvD zijn niet democratisch georganiseerd: de PVV is een eenmanspartij waar Wilders de lakens uitdeelt, FvD suggereert een gewone partij te zijn terwijl het in werkelijkheid een uiterst hiërarchische organisatie is. De mogelijkheden van politici om tegen hun eigen leider in te gaan zijn dus beperkt. Toch verschillen de interne reacties.

In 2014 was het de dag na de uitspraken van Wilders al raak. Vrijwel meteen stapte Tweede Kamerlid Ronald van Vliet uit de partij. Hij had het over ‘een glijdende schaal’. Eerst ging het de PVV om islamitische uitwassen, meldde hij, toen over oververtegenwoordiging in allerlei statistieken en daarna over hele bevolkingsgroepen. Van Vliet werd onafhankelijk Kamerlid. Een dag later deed zijn collega Joram van Klaveren hetzelfde. Hij noemde de weg die de PVV bewandelde ‘vruchteloos’. Het Haagse PVV-raadslid Chris van der Helm vertrok dezelfde dag eveneens.

Maar daar bleef het niet bij. Europarlementariër Laurence Stassen vertrok en gaf haar zetel in de Provinciale Staten van Limburg op. Na de uitspraken van Wilders was doorgaan geen optie, meldde ze. Twee Friese Statenleden stapten op vanwege ‘het beeld van de partij dat Wilders heeft opgeroepen’. In Utrecht stapten Statenlid Henk Scherer en een PVV-commissielid op. Scherer handelde ‘uit overwegingen van fatsoen en geloofwaardigheid’, meldde hij. Ook het Gelderse Statenlid Daniel ter Haar vertrok omdat hij niet kon meegaan in de ingeslagen weg.

Sommigen twijfelden of moesten langer nadenken. Aanvankelijk wilde een groot deel van de Statenfractie van Flevoland en bijna de hele gemeenteraadsfractie van Almere vertrekken, maar uiteindelijk bleven ze toch. Ze gaven Wilders een laatste kans. Een maand later stapte het Zuid-Hollandse Statenlid Stephan Jansen op. Na wat overdenkingen realiseerde hij zich dat niemand nog met de PVV wil samenwerken en dat een stem op Wilders dus een stem op links is. Ook Statenlid John van Assendelft kwam tot die conclusie. Nog twee weken later kwam daar nóg een Statenlid bij.

Al deze PVV’ers trokken min of meer dezelfde conclusie: de partij was extremer geworden dan ooit, dit verkleinde elke mogelijkheid op politieke invloed en dit was sowieso een programma waar ze inhoudelijk nooit voor hadden getekend. Er zat niets anders op dan te vertrekken.

Bij de PVV vertrokken meerdere politici met slaande deuren. Bij FvD vertrok niemand

Zo komen we bij de tweet van Baudet. De overeenkomsten met Wilders’ zijn enorm: het gaat over Marokkaanse Nederlanders en het publiek wordt tegen hen als groep opgezet. Maar de overeenkomsten gaan verder: in beide partijen kunnen politici moeilijk rebelleren tegen hun politieke baas, terwijl ze wel geconfronteerd worden met een politieke agenda waar ze nooit expliciet mee hebben ingestemd. Dit is vooral zuur voor de politici die graag mee willen besturen en echte veranderingen in gang willen zetten. Zij krijgen een deksel op hun neus.

Bij de PVV vertrokken meerdere politici met slaande deuren. Bij FvD vertrok niemand. Dat is niet omdat ze noodzakelijkerwijs met dit standpunt van Baudet instemmen of er vooraf van op de hoogte waren. Niemand heeft invloed op wat Baudet twittert en tussen die tweets zitten nogal eens onverwachte uithalen. Het verschil met de gematigde Henk Otten, de man die op de achtergrond vrijwel alle Statenleden selecteerde, kon nauwelijks groter zijn. Er is weinig reden om aan te nemen dat de Statenleden de actie van Baudet steunen. Integendeel.

Daarmee komen we op de vraag waarom niemand van FvD is opgestapt en waarom niemand publiekelijk ook maar enige inhoudelijke kritiek heeft geuit. Er zijn twee opties: of het bashen van Marokkanen is in een paar jaar tijd zo gewoon geworden dat het bij rechtse partijen nog maar nauwelijks kritiek oproept, of FvD’ers zijn nu nog banger om zich van Baudet af te keren dan PVV’ers bij Wilders ooit zijn geweest. Ze laten Baudet daarom overal mee wegkomen.

Ik weet niet welke van de twee ik erger vind.

India: Modi lijdt overweldigende verkiezingsnederlaag in hoofdstad New Delhi

0

De nationalistische BJP van premier Narendra Modi heeft de regionale verkiezingen in Delhi verloren.

De AAP, een linkse regionale partij, won in bijna alle districten van de zeventig kiesdistricten die Delhi kent. Analisten menen dat de ‘hindoe-nationalistische’ koers van Modi verantwoordelijk is voor deze nederlaag.

De BJP voerde een agressieve campagne om Delhi te winnen. BJP-politici hielden demagogische toespraken en sommige leden riepen zelfs op tot geweld. Maar dit hielp de partij niet om de verkiezingen te winnen.

Analisten menen dat dit komt vanwege de protesten tegen de Citizenship Amendment Act (CAA). Dankzij de CAA kunnen vluchtelingen die hindoe, sikh, christen of jaïnist zijn makkelijker Indiaas burger worden, moslims niet.

De nederlaag van de BJP in de hoofdstad kan van grote symbolische waarde zijn. De BJP leek lange tijd onverslaanbaar, maar is er nu niet geslaagd om de macht in de hoofdstad te grijpen.

Amsterdamse raad bespreekt mogelijke band Blauwe Moskee en Moslimbroeders

0

De VVD-fractie in de Amsterdamse gemeenteraad wil een onderzoek naar de rol van de internationale Moslimbroederschap in de Blauwe Moskee. Dit schrijft AT5. Volgens critici streeft de Moslimbroederschap een shariastaat na.

Aanleiding van deze vragen vormen de beschuldigingen van terreurdeskundige Ronald Sandee, een oud-medewerker van de militaire inlichtingendienst. Die werd gisteren in de Tweede Kamer gehoord door de ‘Parlementaire ondervragingscommissie naar ongewenste beïnvloeding uit onvrije landen’.

De Moskee in Nieuw-West, die is gebouwd met geld uit Koeweit en Qatar, moet het bij Sandee flink ontgelden. Hij ziet bestuursvoorzitter Jacob van der Blom en imam Yassin Elforkani als verkapte Moslimbroeders. ‘Als het loopt als een eend, kwaakt als een eend, dan kan het een eend zijn.’

Ook zegt Sandee dat Europe Trust Nederland, dat de eigenaar is van de Blauwe Moskee, de Nederlandse vastgoeddivisie van de Moslimbroederschap is. Sandee stelt daarnaast dat jonge bekeerlingen in de Blauwe Moskee ‘behoorlijk intimiderend’ hun idee proberen op te dringen. ‘Maar dat is alleen hearsay.’

Sandee had eerder in Amsterdam tijdens een commissievergadering soortgelijke uitlatingen gedaan. De VVD wil nu het fijne hiervan weten. De Blauwe Moskee ontkent dat er banden zijn met de Moslimbroederschap.

De Blauwe Moskee was eind vorig jaar volop in het nieuws. De moskee laat sinds november vorig jaar de azan – de gebedsoproep – versterkt klinken.

India ademt Bollywood, droomt Bollywood – en volgt trouw haar trends

0

Met zo’n vijftien miljoen bezoekers per dag en 1.800 speelfilms per jaar is Bollywood ‘s werelds grootste filmindustrie. Maar waar film in het Westen vooral om kunst en entertainment draait, is het voor Indiërs een essentieel onderdeel van hoe zij zichzelf en de wereld om zich heen bekijken. Van tempels gewijd aan filmsterren tot vergaande politieke invloed en van schoonheidsideaal tot seksuele mores: Bollywood laat zien welke richting India op gaat.

Voor de Sathyam-bioscoop in het centrum van de zuidelijke Indiase stad Chennai heeft zich een groepje vrouwen in lange, kleurrijke sari’s rondom de poster van acteur Ajith Kumar verzameld. Ondanks dat de deuren pas rond het middaguur opengaan, staat het groepje hier vlak na zonsopkomst religieuze chants te zingen. Eén van de vrouwen stapt richting de poster van de filmster en giet er ritueel een kommetje melk overheen. Haar buurvrouw gooit handjes bloemen over het druipende stuk karton, terwijl op de grond boterlampjes branden.

Kaartjesverkoper Sateesh (24) vertelt dat het altijd zo gaat. ‘Op de dag van de première staan hier mensen voor deur met melk en bloemkransen en lopen ze ritueel rondjes om de poster heen.’ We staan hier bij een puja, een ritueel dat bijna elke hindoe ’s ochtends vroeg thuis uitvoert ter verering van de goden. Hier gebeurt het voor filmsterren. Sateesh: ‘Na de film rijden fans soms met toeterende auto’s in een stoet door de straten, sommigen met levensgrote afbeeldingen van de acteurs op hun voertuig geverfd.’

Films en filmsterren genieten een ongeëvenaarde status in India en hebben een enorme invloed op de nationale psyche. Ze worden gezien als de motor achter de modernisering van het land. Bollywood biedt een deur naar de buitenwereld voor mensen die niets kennen dan hun eigen dorp en een verfrissende zelfreflectie voor moderne stadsmensen.

Volgens filmwetenschapper Ajeesh (39) is Bollywood de schouder waar je op uithuilt, de stille hoop op een onmogelijke liefde, de wijze vader die je met beide benen op de grond zet, de sterke moeder die je advies geeft over het leven, de zus die je vertelt wat je aan moet naar een feestje en de grote broer die je meeneemt op avontuur. ‘De invloed die films hebben kan simpelweg niet onderschat worden. We ademen Bollywood, dromen Bollywood en volgen trouw haar trends en adviezen.’

Psychologe Shirpa (29) ziet in deze impact van films een positieve en negatieve kant. ‘Films kunnen je de grootste waanideeën geven of je inspireren je dromen te volgen. Iemand die in zijn eigen leven onderdrukt wordt, wil zien dat de filmster de slechteriken verslaat, een krachtig antwoord geeft aan zijn baas of eindelijk eens voor zichzelf opkomt tegenover zijn ouders.’

Deze wens om dromen in vervulling te brengen blijft voeding voor filmmakers, die de massa precies de realiteit geven waar deze om vraagt. Daarbij voelt de industrie enerzijds aan waar de samenleving naar toe beweegt of neemt zelf het voortouw om nieuwe thema’s op tafel te brengen. Door het behoud van deze dynamische wisselwerking met de maatschappij blijft het publiek zich identificeren met de films.

In een gestaag moderniserend India is de filmindustrie een belangrijke graadmeter voor de richting die het land in slaat. Hierin fungeert Bollywood niet alleen als entertainer, maar ook als trendsetter, activist en provocateur. Zo heeft cinema een enorme rol gespeeld in de emancipatie van vrouwen, openheid over seksualiteit en het verminderen van het stigma op lage kasten. Tegelijkertijd draagt het volgens psychologe Shirpa ook bij aan cultuurverschraling.

‘Onze films presenteren niet-Indiase kleding als de nieuwe standaard en bestempelen relatief losbandige seksuele mores als ‘cool’. Ook zetten ze het Engels neer als de taal van succes tegenover onze lokale talen.’

Posters van acteur Ajith Kumar, (Foto: Pixabay)

Mumbai noir

Indiase films zijn al bijna honderd jaar een weerspiegeling van de thema’s die spelen in de maatschappij. Van de drang naar onafhankelijkheid, die in verhulde vorm de rode draad vormde van films in de jaren dertig en veertig, tot producties die de keerzijde van verstedelijking lieten zien in de jaren vijftig.

In de jaren zestig beleefde de Indiase filmindustrie een gouden tijd waarin de unieke eigenschappen van Bollywoodfilms werden verankerd in de zogenoemde ‘masalafilm’, een vrije mix van romantiek, melodrama, muziek, actie en komedie. Het standaardscenario bevat een held die eigenhandig de bad guys te lijf gaat en er vandoor gaat met het meisje van zijn dromen na een rollercoaster aan drama en familieproblemen. Veelgebruikte ingrediënten in de masalafilm zijn onmogelijke liefde, plotsklapse armoede of rijkdom, ingewikkelde familiebanden, corruptie en opoffering. Er zijn maar weinig films waar niet minstens drie of vier extatische musicalnummers in voorkomen.

Vanaf de jaren zeventig ontstond tevens een maatschappijkritisch genre: ‘Mumbai noir’. Deze films toonden massale ontevredenheid, desillusie, armoede, corruptie, criminaliteit en de ongekende groei van sloppenwijken. Sinds die tijd gaan films niet slechts over mythologie, geschiedenis en romantiek, maar wordt de harde werkelijkheid van het India van nu ook op het witte doek getoond.

‘Films kunnen je de grootste waanideeën geven of je inspireren je dromen te volgen’

Films hebben maatschappelijke impact. Zo ging in de staat Rajasthan het aantal kinderhuwelijken zichtbaar achteruit na de film Parched (2015). Het krachtig neergezette plaatje van onderdrukking van dorpsvrouwen zorgde voor veel discussie en opschudding in alle lagen van de samenleving. Maar tegenwoordig zwijgt Bollywood over politiek gevoelige thema’s. Sinds de nationalistische partij van premier Narendra Modi aan de macht is domineert de patriottische film.

Een sterk voorbeeld daarvan is Uri: The surgical strike (2019), een actiefilm over een wraakactie van het Indiase leger tegen aartsvijand Pakistan. De film werd een kaskraker. Bioscopen galmden door het hele land met ‘Bharat mata ki jai’Glorie aan ons moederland’.

Hoewel de kloof tussen hindoes en niet-hindoes groter lijkt te worden, zijn er toch films verschenen over huwelijken tussen moslims en hindoes. Journaliste Isha (33) noemt de kaskraker Veer-Zaara (2004) als voorbeeld. In deze film komt de Pakistaanse, islamitische Zaara de as van haar nanny, die een sikh was, uitstrooien in India en wordt ze verliefd wordt op de hindoeistische Veer.

Isha: ‘Door dit soort films krijgt het publiek een heel ander plaatje te zien van een cultuur waar ze helemaal niets van weten. Veel Indiërs kennen andere gemeenschappen, kasten en culturen slechts door misplaatste vastgeroeste stereotyperingen.’

Foto’s : ‘Uri: The surgical strike’, ‘Veer-Zaara’, ‘Hum aapke hain kaun’

Dominante man, onderdanige vrouw

de Britse hoogleraar Indiase cultuur en film Rachel Dwyer schrijft in haar boek Bollywood’s India hoe het ritueel van joota chupai, ofwel het stelen van de schoenen van de bruidegom tijdens de trouwceremonie, een nationale hit werd door de films Hum aapke hain kaun (1994). Filmfanate Karishma (39) vertelt lachend dat sinds het verschijnen van deze film geen bruiloft in India meer hetzelfde was.

‘Het idee van de grootse Indiase bruiloft was geboren door het zien van de welgestelde families in de film. Onze culturen verschillen enorm. Toch zag je van het zuidelijke Kerala tot in de West-Bengalen tradities opkomen waarbij bruidsmeisjes dagenlang dansjes oefenden, wel vijf verschillende outfits wilden voor het feest – en natuurlijk schoenen gingen stelen, wat voorheen slechts een regionaal gebruik was in delen van Noord-India.’

Het huwelijk als summum van liefde heeft in Bollywood grootse vormen aangenomen. Dit had niet alleen zijn weerslag op de schaal van bruiloften, maar ook op het plaatje van liefde zelf. Volgens bouwkundestudent Tripti (22) komen ideeën over wat liefde, verliefdheid, seks en relaties zijn voor veel Indiërs uitsluitend vanuit de filmwereld.

‘Behalve met onze beste vrienden praten we met niemand over dit soort dingen. Maar het probleem met deze vrienden is dat zij net zo spoorloos zijn als wij’, lacht ze. ‘Van onze ouders, leraren en zelfs broers en zussen horen we niets. Het blijft een soort taboe. Zelfs al kijk je samen naar films over romantiek.’

De consequentie van deze enorme maatschappelijke onwetendheid zorgt ervoor dat veel jongeren opgroeien met een enorm vertekend beeld van wat liefde, relaties en seks betekenen. Medicijnstudente Aditi (24) vindt dat Bollywood nog altijd het beeld bevestigd van relaties met een dominante man en onderdanige vrouw.

‘Dit is weliswaar al eeuwenlang de realiteit in India, maar de films geven er een gouden randje aan en presenteren deze relaties als iets magisch. Door dit plaatje geloven jonge vrouwen dat dit de enige manier is om een gelukkige relatie in stand te houden en blijven zij zich schikken aan de onderdrukking.’

Volgens journalist Vikash (50) leeft onder veel mannen het geloof dat als je een meisje maar lang genoeg lastigvalt, ze vanzelf valt voor je vastberadenheid. ‘Ze denken dat iemand ongegeneerd aanstaren gelijk staat aan onschuldig flirten. En dat je vrouwen mag stalken. Daarnaast ervaren deze mannen een gevoel van recht en eigenaarschap, dat soms tot een gewelddadig uiterste wordt gedreven. Hierin is het oude model van Bollywoods hofmakerij te zien, waarin een meisje als slecht werd neergezet als ze niet inging op de avances van de hoofdacteur.’

Seks voor het huwelijk

Ondanks het vasthouden aan traditionele stereotypes heeft de industrie veel invloed gehad op de acceptatie van verschuivende normen en waarden op gebied van liefde en intimiteit. Zo werden seks voor het huwelijk en ongehuwd samenwonen genormaliseerd door films als Katti Batti (2015).

‘Onze films bestempelen relatief losbandige seksuele mores als ‘cool’’

Ook kaarten recente producties thema’s als aanranding en groepsverkrachting aan, doorbrak Baabul (2006) het taboe op hertrouwen voor weduwen en zijn er de afgelopen jaren films verschenen als Girlfriend (2004) met openlijk homoseksuele scènes erin. Toch blijft een air van preutsheid hangen, is zoenen nog steeds vrij ongebruikelijk en wordt zelfs het woord ‘seks’ amper gebruikt.

Ook het controversiële onderwerp van het niet-gearrangeerde huwelijk, een love marriage genoemd, is door Bollywood bespreekbaar gemaakt dankzij kaskraker Dilwale Dulhaniya Le Jayenge (1995). Beide hoofdrolspelers zijn Indiërs die opgroeien in Londen. Daardoor bekijken ze hun eigen cultuur in een ander licht en hebben ze andere ideeën over vrijheid en liefde dan hun traditionele ouders. Toch eindigt Dilwale Dulhaniya Le Jayenge in een ultiem Indiaas compromis. De familiewaarden en tradities worden gerespecteerd, maar de twee geliefden mogen toch met elkaar trouwen.

De film bracht een ongekende hype teweeg en werd een van de langstlopende producties uit de Indiase filmgeschiedenis. Hij draaide meer dan twintig jaar onafgebroken in bioscopen door het hele land.

Tempel

De invloed van acteurs blijft niet beperkt tot het scherm alleen. Fans kijken smachtend uit naar het stemadvies van hun idool. Ze laten zich leiden tot aanbevelingen over de meest willekeurige greep aan consumptiegoederen, van goedkope pruimtabak tot minirokjes en van whitening cream tot instant noedels.

‘Je kan God toch niet vragen om zijn eigen tempel te bezoeken?’

Een van de meest geziene acteurs op billboards is de legendarische Amitabh Bachchan, die schitterde in bijna tweehonderd Bollywoodfilms. Zijn populariteit steeg in de jaren zeventig tot zulke hoogten, dat fans in Kolkata een tempel aan hem wijdden met op de muur geschreven: ‘Sorry God, we aanbidden Amitabh meer dan U.’

De bouwer van de tempel, Sanjay, verklaarde tegenover de Indian Times dat Bachchan op de hoogte is van het bestaan van de tempel, maar die nooit heeft bezocht. ‘Maar ik zal hem nooit vragen om te komen’, aldus de bouwer. ‘Je kan God toch niet vragen om zijn eigen tempel te bezoeken?’

De tempel waarin acteur Amitabh Bachchan wordt vereerd (Foto: Wikimedia Commons)

Duitse komiek maakt excuses voor oorlogsverleden vader, ontvangt haat van nazi’s

1

Neonazi’s hebben op social media de Duitse komiek Atze Schröder aangevallen. De reden: Schröder had tegenover een Holocaust-overlevende excuses gemaakt voor het oorlogsverleden van zijn vader.

Schröder maakte vorige week zijn excuses in de talkshow van Markus Lanz op de Duitse zender ZDF. De komiek vertelde met tranen in zijn ogen aan Auschwitz-overlevende Eva Szepesi over zijn vader, die tijdens de oorlog in het Duitse leger zat.

De vader van Schröder overleed in 2011 op 87-jarige leeftijd. Hij vertelde pas later in zijn leven aan zijn zoon dat hij oorlogsmisdaden aan het Oostfront hij had gedaan. Atze Schröder schaamt zich hier enorm voor, zo gaf hij te kennen op tv.

Deze bekentenis en de excuses van de komiek vielen bij neonazi’s niet in goede aarde. Op Facebook noemden ze Schröder onder meer een ‘verstandelijk gehandicapte rat’ en een ‘gênante, walgelijke de slaaf van het systeem’, zo meldt de nieuwswebsite RedaktionsNetzwerk Deutschland.

De Joodse Eva Szepes was in de uitzending om over haar tijd in Auschwitz te vertellen. Het is dit jaar 75 jaar geleden dat het beruchte concentratie- en vernietigingskamp werd bevrijd. Schröder was zwaar onder de indruk van haar verhaal en deed zijn bekentenis over zijn vader.

Hij zei ook dat zijn vader ‘waarschijnlijk zijn verontschuldigingen zou aanbieden, als hij hier zou zitten’. De komiek stond vervolgens op, reikte zijn hand uit en zei: ‘Het spijt mij. We mogen nooit vergeten.’

Szepesi vertelde later aan Duitse kranten dat ze Schröders excuses ‘absoluut fenomenaal’ vond.