In Turkije is homoseksueel zijn geen probleem – mits je maar niet om meer rechten vraagt en pro-Erdogan bent. Dat stelt de bekende modeontwerper en LHBT-activist Barabaros Sansal.
Sansal zegt dit in reactie op enkele harde woorden vanuit de regering deze week. Erdogans woordvoerder noemde ‘LHBT-propaganda’ een bedreiging voor de vrijheid van meningsuiting. Erdogan zelf zei eerder deze week dat ‘nationale en morele waarden’ worden aangevallen door het ‘normaliseren van perversies’.
Afgelopen zondag was het internationale Pride Day. Sindsdien is op social media een campagne gaande om LHBT-evenementen te verbieden en winkels die via regenboogkleuren solidariteit betuigen te boycotten.
‘Als je voor dit regime bent en voor Erdogan, dan kun je homoseksueel zijn. Maar als je bij de oppositie hoort, dan ben je een zondaar’, aldus Sansal tegen het internationale persbureau Reuters.
Sansal staat bekend als een fervent criticus van Erdogan. Hij nam in 2013 deel aan de wijdverbreide Gezi-protesten tegen Erdogans regering en werd in 2017 gearresteerd, omdat hij in een YouTube-video deze kritiek nogmaals uitte.
In Istanbul is de Gay Pride sinds 2015 verboden. Vorig jaar werd een illegale Pride-viering met traangas beëindigd.
LHBT’ers kregen in mei opnieuw een klap te verduren, toen professor Ali Erbas een verband legde tussen homoseksualiteit en ‘ziekten en verval’. Erbas is het hoofd van Diyanet, het Turkse presidium voor Godsdienstzaken, en geldt zodoende als hoogste imam in Turkije.
Steeds meer gemeenten willen af van Zwarte Piet. Afgelopen maand deden onder meer Rotterdam, Nijmegen, Utrecht, Amersfoort en Haarlem Zwarte Piet in de ban. Nu volgen ook Alphen aan de Rijn, Zaanstad, Weesp en Eindhoven.
In Alphen aan de Rijn wordt een deel van de Zwarte Pieten vervangen door roetveegpieten. ‘Wij merken dat óók binnen Alphen de meningen over piet aan het verschuiven zijn’, stelt VakantieSpel, de organisatie achter de intocht. VakantieSpel sluit niet uit dat alle Zwarte Pieten op termijn uit Alphen wegblijven.
In Zaanstad wil een meerderheid van de gemeenteraad van Zaanstad dat het gemeentebestuur niet meer aanwezig zal zijn bij Sinterklaasintochten met Zwarte Pieten. Ook vraagt de raad het bestuur om ‘een constructieve dialoog aan te gaan met organisaties die nog steeds gebruikmaken van Zwarte Piet; en organisaties te stimuleren om definitief afscheid te nemen van Zwarte Piet.’
In de gemeenteraad van Weesp was de meerderheid al langer voor het afschaffen van Zwarte Piet, maar moest de lokale Sinterklaasvereniging nog overtuigd worden. Dat laatste is nu ook gebeurd. Het Sinterklaascomité zegt dat er een ‘consultatie is geweest met diverse groepen uit Weesp en daaruit duidelijk naar voren kwam dat de doelgroep wel roetveegpieten wilde’.
Het Eindhovense gemeentebestuur heeft volhard in een eerder genomen besluit om Zwarte Piet te weren. De gemeenteraad nam een motie om Zwarte Piet tóch te behouden weliswaar aan, maar het bestuur heeft besloten deze motie naast zich neer te leggen. Burgemeester John Jorritsma stelt naar aanleiding van deze motie opnieuw te hebben nagedacht, maar dat dit niet tot nieuwe inzichten heeft geleid.
Rechts Amerika heeft het niet gemakkelijk deze dagen. Terwijl ‘extreemlinkse hordes’ de standbeelden van de Founding Fathers aanvallen, vallen ‘extreemlinkse politici’ de Amerikaanse instituties aan. Dat stelt Mitch McConnell, leider van de Republikeinen in de Amerikaanse Senaat.
De laatste tijd komen de Democraten, die een minderheid bezitten in de Senaat, met volgens McConnell nogal wilde voorstellen. Zo bepleitten de Democraten voor uitbreiding van het Hooggerechtshof, zodat er meer Democraten als hoogste rechter aangesteld zouden kunnen worden.
Tevens willen de Democraten een einde maken aan de praktijk van filibustering, het urenlang onafgebroken oreren in het parlement om aankomende wetgeving te blokkeren of uit te stellen.
Hetzelfde geldt voor het electoral college, het systeem van ‘kiesmannen’ die worden gekozen door de staten en op hun beurt de president mogen kiezen: ook dit moet volgens hen op de schop.
‘We hebben te maken met een politieke beweging die ons op luide toon vertelt dat ze geduld hebben verloren met het spelen volgens de regels, en zelfs de oorlog verklaren aan de regels’, aldus een boze McConnell.
We kunnen niet toestaan dat ‘radicalen’ beelden of instituties afbreken, vervolgt de Republikein, ‘zodat onze kleinkinderen en hun kleinkinderen ze ook kunnen vieren.’
In vergelijking met het Franse islamdebat heeft het Nederlandse debat amper intellectueel niveau, stelt Marijn Kruk. De Kanttekening sprak deze Frankrijk-correspondent over de stand van dat debat en de positie van moslims in het land van laïcité. ‘Ondanks de universele principes is er een realiteit van enorme discriminatie.’
In Frankrijk wordt het multiculturele debat altijd al op het scherp van de snede gevoerd, maar de laatste maanden is de toon weer verder opgelaaid. Denk aan Mila, het 16-jarige meisje dat zich eerder dit jaar op social media negatief uitliet over de islam. Omdat zij als gevolg van bedreigingen moest onderduiken, werd zij voor velen hét symbool van het vrije woord. Of denk aan polemist Éric Zemmour, die op de nationale televisie de beruchte omvolkingstheorie promootte: hij stelde dat vluchtelingen kolonisten waren en dat islamitische migranten de christelijke bevolking dreigen te vervangen.
Het Franse debat was altijd al relatief heftig. Zo speelde tussen 1989 en 2004 de zogenoemde ‘hoofddoekjesaffaire’, een debat over de vraag of islamitische scholieren en studenten wel een hijab mochten dragen op school en op de universiteit. Uiteindelijk besloot de Franse overheid het dragen van alle in het oog springende religieuze uitingen op scholen te verbieden. In 2011 kwam Frankrijk bovendien met een verbod op het dragen van de boerka en de niqaab in de openbare ruimte.
De hoofddoek zorgt nog steeds voor heftige meningsverschillen. Eind vorig jaar ontstond er nog ophef toen een politicus van Front National tijdens een vergadering in een regio-parlement eiste dat een moslima op de tribune haar hoofddoek afdeed. Uiteindelijk voelde president Emmanuel Macron zich genoodzaakt te reageren: hij waarschuwde voor stigmatisering van de vijf miljoen inwoners in het land.
Wat is de positie van moslims in Frankrijk? Kunnen we het Franse multiculturele debat vergelijken met het debat in Nederland? We vroegen het de in Parijs gevestigde journalist Marijn Kruk, werkzaam voor onder andere Trouw en de Groene Amsterdammer. Hij volgt het Franse debat op de voet en schreef hierover enkele jaren geleden een boek: Parijs denkt. Een Republiek tegen de wereld. Begin dit jaar interviewde Kruk bovendien de controversiële publicist Renaud Camus, de bedenker van de beruchte omvolkingstheorie.
Franse moslims vormen bijna 8 procent van de totale bevolking. Hoe divers is deze groep?
‘Heel divers. Je hebt traditionele soennitische moslims zoals Marokkaanse moslims, voor wie de koning de leider van de gelovigen is. Ook heb je een West-Afrikaanse islam, met soefi-achtige elementen. Daarnaast heb je salafisten, die uit Saoedi-Arabië hun inspiratie halen, en heb je een, overigens niet zo’n grote, Turkse gemeenschap. En er is natuurlijk een grote groep ‘cultuur-moslims’, die niet naar de moskee gaat of vijf keer per dag bidt, maar bijvoorbeeld wel aan de Ramadan meedoet. Met roots in Marokko, of anders wel in Algerije, dat tot 1962 integraal onderdeel van Frankrijk was.’
In hoeverre is integratie in Frankrijk nog een vraagstuk?
‘Dat is een moeilijke vraag. Het hangt heel erg van het perspectief af. Als je het telefoonboek van een willekeurige Franse provinciestad openslaat en kijkt wie de artsen en de advocaten zijn, dan zie je een boel Arabische namen. Dat komt omdat veel Algerijnse immigranten het erg goed doen. In Frankrijk is de migratie organischer gegaan dan in Duitsland en Nederland. De gastarbeiders kwamen uit de koloniën. Ze spraken al Frans. Er is een kleinere culturele kloof.
Tegelijkertijd is Frankrijk een land met enorme problemen. In Nederland is het nu twintig jaar na het roemruchte essay ‘Het multiculturele drama’ van Paul Scheffer. Maar de uitdagingen waar Nederland mee te maken heeft zijn niet te vergelijken met de situatie in Frankrijk. Je kunt de banlieus niet vergelijken met Amsterdam Slotervaart, de Schilderswijk in Den Haag of het Utrechtse Kanaleneiland. Het is van een totaal andere schaal.’
Hoe ziet deze verdeeldheid er dan uit?
‘Het zijn niet zomaar buitenwijken, maar fysieke centra op zichzelf. Rondom Parijs heb je voorsteden zoals Trappes, waar salafisten enorme druk op islamitische medebewoners zetten. Er is veel meer armoede, veel meer radicalisme. Oud-premier Manuel Valls sprak in dit verband over ‘apartheid’. Niet als politiek stelsel, maar als maatschappelijke werkelijkheid.
‘Veel moslims dachten: ‘Frankrijk accepteert de islam niet, ze willen ons aanpakken’’
De misdaadfilm Un prophète , die gaat over een 19-jarige jongen van Noord-Afrikaanse afkomst in de Franse gevangenis, laat deze verdeeldheid ook mooi zien. Er zijn verschillende Frankrijken. Vorig jaar schreef politicoloog Jérôme Fourquet het boek L’Archipel français: Naissance d’une nation multiple et divisée (De Franse archipel: geboorte van een divers en verdeeld land, red.). Er zijn mensen die goed en die slecht zijn geïntegreerd, winnaars en verliezers van de globalisering, enzovoort. Er zijn enorme sociale en economische verschillen.’
Merkt u daar zelf ook iets van?
‘Ik woon hier in Parijs in een driekamerappartement, met houten vloeren, hoge plafonds, klassieke balkonnetjes en twee open haarden. Maar ik heb een salafistische schoonsteenveger, die hier in de straat geboren is, maar nu in de noordelijke banlieue woont. Zijn buurt is echt een totaal andere wereld. Hij vertelde me dat hij een keer gemolesteerd is door jihadistische moslims, toen hij met een stel andere salafisten probeerde om jongeren uit de buurt ervan te overtuigen niet naar Syrië af te reizen. De politie komt er daar nauwelijks aan te pas. Er verschijnen ook verontrustende rapporten over radicalisering. Er staat hier echt veel meer op het spel.’
Maar dit is niet van gisteren, toch?
‘In Frankrijk is de islamdiscussie in 1989 pas echt begonnen, met de hoofddoekjesaffaire. Sommige moslims eisten dat ze een hoofddoek mochten dragen op school, ze wilden dat lunches werden aangepast, wilden ruimte voor halal slachten, wilden moskeeën bouwen, enzovoort. Dit zorgde voor wrijving.’
Die wrijving komt toch ook door de laïcité, de – in de ogen van critici nogal rigide – secularistische ideologie van Frankrijk?
‘Een interessant punt vind ik dat uiterst rechts tegenwoordig de laïcité heeft omhelsd. Ze zijn opeens voor vrouwenrechten en homorechten, maar gebruiken dit natuurlijk als stok om moslims mee te slaan. Uiterst rechts is niet oprecht in de omhelzing van de laïcité. Ze staan namelijk in de traditie van de anti-Verlichting. Maar ze scheppen onbedoeld een werkelijkheid waar ze niet omheen kunnen, dat ze hierdoor toch homo’s gaan tolereren. In Nederland zie je dit ook. Homoacceptatie is onderdeel van de maatschappelijke consensus geworden, die niet onderhandelbaar is. En moslims worden hier vaak mee om de oren geslagen.’
En wat vindt links Frankrijk van de laïcité? Die staat toch haaks op het multiculturele ideaal?
‘Het klopt dat laïcité een reëel probleem is voor de linkse partijen. Veel moslims zijn kwetsbaar en worden sociaal, economisch en maatschappelijk gemarginaliseerd. Maar moreel en cultureel zijn ze vaak conservatief. Deze mensen wil links beschermen. De enige bekende opiniemaker die zich tegen laïcité heeft uitgesproken is Rokhaya Diallo, een journaliste die sterk beïnvloed is door de discussies over racisme en intersectioneel feminisme in de Verenigde Staten. Maar zij staat tamelijk geïsoleerd.’
Hoe komt dat?
‘Frankrijk kent een sterke eigen intellectuele traditie van republikanisme en universalisme. Bij links Frankrijk is het idee van laïcité altijd sterker geweest. Gedurende de negentiende eeuw stond de Republiek voor de seculiere waarden, rechts voor de Katholieke Kerk en het communitarisme. In 1905 werd er een compromis tussen kerk en staat gesloten, die gestalte kreeg in de beroemde ‘Loi de 1905’. Dat is een sleutelmoment in de geschiedenis van de Republiek. De staat is seculier, maar neemt wel het onderhoud van alle godshuizen die voor 1905 zijn gebouwd op zich – een gebaar naar Rome.’
Voor 1905 waren er nauwelijks moskeeën in Frankrijk.
‘Om die reden heeft oud-president Nicholas Sarkozy in 2004 – toen hij nog minister was – een boek geschreven, getiteld La République, les religions, l’espérance (De Republiek, de godsdiensten, de hoop) waarin hij betoogde dat de Franse staat eigenlijk zou moeten meebetalen aan moskeeën. Hij vreesde voor een ‘garage-islam’, potentiële broeinesten van moslimterrorisme. Als Frankrijk zou betalen aan moskeeën, kon er een islam à la française ontstaan, een islam van eigen bodem, die volgens hem noodzakelijk is om de integratie van miljoenen moslims te bespoedigen.’
Moet het compromis van 1905 eigenlijk niet geactualiseerd worden, zodat er ook een ‘compromis’ komt met de islam?
‘Dat is geprobeerd, maar niet gelukt. De commissie-Stasi van Bernard Stasi, die in 2003 naar aanleiding van de hoofddoekjesaffaire werd opgericht, moest de laïcité onderzoeken. Ik sprak destijds met de prominente historicus René Rémond, die in deze commissie zat. Hij vertelde mij dat de commissie een weidse visie had op het probleem van de laïcité, maar dat de media eigenlijk alleen maar geïnteresseerd waren in de problematiek van de islam, in het bijzonder de hoofddoek. Met de 25 aanbevelingen van de commissie, onder andere het instellen van een islamitische feestdag, is door de politiek niets gedaan. Alleen het door de commissie voorgestelde hoofddoekverbod op scholen is in het voorjaar van 2004 wet geworden.
Dit heeft voor ressentiment onder moslims gezorgd. Veel moslims dachten: ‘Frankrijk accepteert de islam niet, ze willen ons aanpakken.’ Toen ik in 2015, na de aanslag op de redactie van Charlie Hebdo, de stemming in de banlieue ging peilen, merkte ik dat dit sentiment nog springlevend was.’
Wat zegt dit eigenlijk over Frankrijk?
‘Er bestaat in Frankrijk een grote kloof tussen ideaal en werkelijkheid. Ondanks de universele principes is er een realiteit van enorme discriminatie.’
Beeld: YouTube
Ik formuleer het een beetje lapidair, maar heeft Frankrijk volgens u een probleem met de islam?
‘Dat is veel te ongenuanceerd. Bovendien: dé islam bestaat niet. Er zijn wel mensen die islam als dé islam zien en daar een probleem mee hebben. En je hebt natuurlijk problemen met radicalisering binnen de islam, met islamisme en met radicalisering van islamisme, maar dat zijn niet problemen waarmee alleen Frankrijk kampt, het zijn wereldwijde problemen. Je ziet dat met Syriëgangers. Procentueel was het aantal uitreizigers in Frankrijk nauwelijks hoger dan in Nederland.
Belangrijk is denk ik dat Frankrijk een hele andere debatcultuur kent. Geen enkel debat wordt hier ontspannen gevoerd. Aan het islamdebat doen grote namen mee. Het gaat om de beste islamkenners, de beste arabisten. Ook beroemde intellectuelen – zoals de links-liberale Bernhard-Henri Lévy, de conservatieve Alain Finkielkraut en islamkritische feministe Caroline Fourest – mengen zich in het debat. Maar Frankrijk heeft behalve de beste debaters ook de naarste terroristen, die vijf jaar geleden de redactie van Charlie Hebdo vermoordden, of die vanuit Syrië de aanslag op de Bataclan planden.’
En vanwege het terrorisme is het debat nog meer gepolariseerd geraakt.
‘Precies. Een situatie die al gespannen was – moslims die hun plek opeisen, discriminatie ervaren en aankaarten en tegelijkertijd hun identiteit willen behouden – komt als gevolg van terreuraanslagen nog meer onder druk te staan. Daardoor maken veel mensen geen onderscheid meer tussen islam en extremisme. Precies wat de jihadisten willen.’
Over polarisatie gesproken, begin dit jaar speelde de zaak Mila: het 16-jarige meisje dat zich begin dit jaar op social media negatief uitliet over de islam en als gevolg daarvan moest onderduiken. Hoe kijkt u tegen deze kwestie aan?
‘Het viel mij op dat veel feministen in Frankrijk zich aanvankelijk niet over deze kwestie hebben uitgelaten. Zo zweeg de organisatie ‘Osez le feminisme’ (‘Durf het feminisme’, red.), die normaal op de barricades staat als er vrouwenrechten worden geschonden, over de kwestie. Ik vond die reactie apart. Het illustreert de spagaat waarin links Frankrijk zich bevindt. Maar je hoeft niet voor een van beiden te kiezen. Je kunt én voor Mila opkomen als zij wordt bedreigd, én tegelijk opkomen voor moslims als zij worden gediscrimineerd.’
Kun je het Franse islamdebat met ons islamdebat vergelijken?
‘Nee, want in vergelijking met het Franse islamdebat heeft het Nederlandse debat amper intellectueel niveau. Ook is het bij ons meer ver-van-je-bed. We hebben wel enkele soort van aanslagen gehad, maar die zijn niet te vergelijken met wat er in Frankrijk gebeurde. De aanslag op de Bataclan in Parijs eiste meer dan honderd doden. Er was ‘Nice’ en een hele reeks kleinere aanslagen en aanslagjes.’
Hoe wordt er in Frankrijk gereageerd op de vluchtelingencrisis?
‘Die is grotendeels aan Frankrijk voorbijgegaan omdat het relatief weinig vluchtelingen opvangt, zeker in vergelijking met Duitsland. In 2015 wilde premier Valls maximaal 40.000 vluchtelingen opnemen. De opvang is notoir slecht. De ‘jungle’ in Calais bestaat nu gelukkig niet meer, maar ten noorden van Parijs wonen volgens sommige schattingen meer dan 400.000 ongedocumenteerden, vaak in bar slechte omstandigheden.’
De Nederlandse publieke opinie is niet alleen tot op het bot verdeeld over de islam en de vluchtelingencrisis, maar ook over de zwarte bladzijden uit onze vaderlandse geschiedenis. Hoe gaat Frankrijk om met zijn koloniale verleden?
‘In Frankrijk debatteren ze hier al twintig jaar over. Toen Nederland ging discussiëren over de Gouden Eeuw en de slavenhandel had ik een déjà vu. Ik maakte eenzelfde debat actief mee, als correspondent voor Trouw. Frankrijk voert een guerre de mémoire, een herinneringsoorlog, over kolonialisme en slavernij. Volgens critici zouden het Franse geschiedenisonderwijs en Franse historici veel te weinig aandacht aan kolonialisme en slavernij besteden.
‘De politieke energie zit nu op rechts. Bij links, bij oud-links in ieder geval, is die energie er niet’
De politiek had er ook een mening over. In 2001 werd een wet aangenomen waarin slavernij en slavenhandel als ‘misdaad tegen de menselijkheid’ werden veroordeeld. Vier jaar later trok het Franse parlement wederom partij, door een wet aan te nemen die de positieve effecten van kolonisatie benadrukte. Historici hadden hier felle kritiek op die laatste wet: zij vonden dat de staat niet mag voorschrijven hoe de geschiedenis uitgelegd moet worden. Hierdoor liet de toenmalige president Jacques Chirac de gewraakte passage over de ‘de positieve rol van de Franse aanwezigheid overzee’ alsnog uit de wet schrappen.’
Wat is verschil met het Nederlandse debat hierover?
‘In Nederland is het koloniale verleden minder fysiek aanwezig. In Frankrijk wonen veel Algerijnen, zij zijn ook luid aanwezig in de Franse maatschappij, als het nationale voetbalelftal speelt bijvoorbeeld. Voor Frankrijk is Algerije bovendien nog steeds heel belangrijk. De onafhankelijkheid van Algerije in 1962 voelde als een amputatie, want in tegenstelling tot Indochina was het huidige Algerije geen kolonie maar een Franse provincie.’
En hoe zit het met de pieds noirs, de Franse kolonisten die na de Algerijnse onafhankelijkheid naar Frankrijk moesten terugkeren?
‘Ze vormen een sterke rechtse lobby, vooral in het zuiden van Frankrijk. De pieds noirs stemmen vooral Front National, of zorgen ervoor dat centrumrechtse partijen – om de steun van de pieds noirs te winnen – zich verder naar rechts bewegen.’
Wat voor partij is Front National – tegenwoordig Rassemblement National – van Marine Le Pen?
Front National is in 1972 opgericht als nieuwe thuishaven voor extreemrechts. Le Pen senior verenigde verschillende groepen kiezers, sympathisanten van Vichy Frankrijk (het niet-bezette deel van Frankrijk dat met Duitsland collaboreerde, red.) en oorlogsveteranen van de verloren koloniale oorlogen in Indochina en Algerije. Ik heb Jean-Marie Le Pen ook een keer geïnterviewd. Hij flirt nog steeds met het Vichy-verleden en maakte antisemitische grappen. Zijn dochter Marine Le Pen doet dit allemaal niet, zij wil haar partij mainstream maken.
In de jaren zeventig leidde Front National een marginaal bestaan, maar de partij groeide in de jaren tachtig en negentig enorm. Frankrijk kampte met de-industrialisatie en snel groeiende werkloosheid, terwijl tegelijkertijd gastarbeiders hun gezinnen mochten laten overkomen. Éric Zemmour, waar ik verder geen fan van ben, heeft dit proces mooi opgeschreven in zijn geruchtmakende boek Le suicide français (De Franse zelfmoord). Niemand wilde dat in Frankrijk een grote etnische onderklasse zou ontstaan die zich zou opsluiten in de eigen identiteit, maar het gebeurde toch. In Nederland is dat ook gebeurd, maar in Frankrijk gebeurt alles op een veel grotere schaal. Zemmour schetst het als een tragedie, zonder duidelijke verantwoordelijken.’
Beeld: Eric Zemmours ‘Le suicide francais’
De stem van de onvrede wordt niet alleen vertolkt door Rassemblement National, maar ook door de gele hesjes. Zijn zij racisten?
‘De gele hesjes worden door de gevestigde politiek en door bepaalde media weggezet als racisten. En dat zijn de gele hesjes ook deels. Bij mij in de buurt organiseerden ze niet zo lang geleden een demonstratie. Na het voorbijtrekken van de demonstratie trof ik her en der langs het parcours antisemitische en anti-islamistische leuzen. Het is een extreme beweging geworden.
Dat waren ze oorspronkelijk echter niet. Het was een opstand van de lage, overwegend witte provinciale middenklasse, mensen met oprechte zorgen, onder andere over de hoge benzineprijzen in het land. Ze vroegen aandacht voor hun marginale positie. Maar nu lijkt het alsof alleen de gewelddadige en extreme kern is overgebleven. De regering en ook een deel van de media hebben er tot op zekere hoogte belang bij de hele beweging als racistisch weg te zetten. Want dan kunnen de achterliggende problemen ook genegeerd worden.’
Hoe komt het dat rechtse intellectuelen, schrijvers en publicisten als Alain Finkielkraut, Michel Houellebecq en Éric Zemmour het tegenwoordig zo goed doen?
‘De politieke energie in Frankrijk zit nu op rechts. Bij centrumlinks is die energie er daar nu niet. Alleen bij de groene partijen, de Bernie Sanders-achtige clubs. De populaire thema’s identiteit en de natie zijn rechtse thema’s.’
‘Zoals uit zijn proefschrift blijkt is Baudet bekend met de intellectuele traditie van het Franse fascisme’
Thierry Baudet lijkt geïnspireerd door het Franse debat. Hij heeft een essay over Houellebecq geschreven en Finkielkraut en Zemmour hebben zijn proefschrift De aanval op de natiestaat aangeprezen. Welke rol speelt het Franse debat over de multiculturele samenleving voor de denkbeelden en het optreden van Thierry Baudet? Is Frankrijk hét land waar hij zijn inspiratie vandaan haalt?
‘Het valt wel mee met die invloed, denk ik hoor. Uit niets blijkt dat hij het Franse intellectuele debat serieus volgt. Wel kent hij een aantal rechtse intellectuelen persoonlijk, als ook enkele uiterst rechtse politici, zoals Jean-Marie Le Pen en Julien Rochedy, oud-voorzitter van de jongerenorganisatie van Front National. Zoals uit zijn proefschrift blijkt is Baudet bekend met de intellectuele traditie van het Franse fascisme. Op Twitter liet hij zich bewonderend uit over omstreden schrijvers als Maurice Barrès en Pierre Drieu la Rochelle.
Die laatste schreef een roman waar hij zijn eigen bekering tot het fascisme uiteenzette. Hij zegt sterk beïnvloed te zijn door het cultuurpessimistische boek La Défaite de la pensée (De ondergang van het denken) van Alain Finkielkraut, waarin de nivellering in de cultuur, het consumentisme en het relativisme worden gehekeld. En hij heeft een essay over de romancier Michel Houellebecq geschreven, waaruit bleek dat hij goed bekend is met diens werk.’
Michel Houellebecq (Beeld: YouTube)
Binnen Forum voor Democratie wordt zo nu en dan geschermd met de omvolkingstheorie, begin dit jaar deed Theo Hiddema dat nog inNRC. Het idee is dat de oorspronkelijke Europese bevolking wordt vervangen door nieuwkomers uit het Midden-Oosten en Afrika. U heeft de bedenker van deze beruchte complottheorie geïnterviewd: Renaud Camus, auteur van Le grand remplacement. Wat vindt Camus ervan dat Brenton Tarrant met beroep op deze theorie 51 moskeebezoekers in Nieuw-Zeeland vermoordde?
‘Camus voelt zich hier niet verantwoordelijk voor. Hij zei me te huiveren van iedere vorm van geweld. Renaud Camus is een estheet. Ziet hij bloed, dan hangt hij bij wijze van spreken aan het plafond. Ernaar gevraagd neemt Camus afstand van geweld, maar hij schrijft dit niet nadrukkelijk op. In zijn werk heeft hij het over immigranten als ‘kolonisten’, spreekt over een ‘bezetting’, roept op tot ‘verzet’. Maar hij schrijft er niet bij dat dit vreedzaam moet zijn. Dan kunnen mensen wel eens vreemde conclusies trekken.’
Wat vindt u? Draagt Camus verantwoordelijkheid?
In juridische zin is Camus niet verantwoordelijk, maar in moreel opzicht wel. Hij trekt in zijn werk ook parallellen met de Duitse bezetting, hoewel hij dus weer niet schrijft dat we de wapens moeten oppakken. Maar wie denkt aan het verzet tegen de Duitse bezetting, die denkt aan gewapende groepen, toch?’
Hoe populair is Camus’ gedachtegoed in Frankrijk?
‘Hij heeft veel aanhangers. Hoewel hij uit de rechts-radicale underground komt, gelooft ongeveer de helft van de Fransen, zo blijkt uit enquêtes, dat er zoiets als een ‘grand remplacement’ bestaat. Vijftig procent van de Fransen steunt ook de gele hesjes. Waarmee ik overigens niet wil beweren dat dit precies dezelfde groep is. Maar het zegt wel iets over de diepe afkeer die in Frankrijk leeft tegen het establishment, zij die het in de politiek, de media, de cultuur en de economie voor het zeggen hebben.
Er is een grote kloof tussen perceptie en werkelijkheid. Angstbeelden als le grand remplacement worden aangejaagd door beelden die via social media worden verspreid. Migratie wordt met misdaad geassocieerd. Als je mensen vraagt hoeveel moslims er in Frankrijk wonen, dan schatten ze dit aantal doorgaans veel te hoog in. Er is een gevoel dat Frankrijk aan invloed inboet, een ondergangsstemming zelfs. Veel mensen voelen zich bedreigd. Ze trekken zich terug in hun eigen groep. Camus raakt bij zulke mensen een gevoelige snaar.’
Renaud Camus (Beeld: YouTube)
Frankrijk is, zoals u telkens heeft benadrukt, een land van gigantische tegenstellingen. Hoe zou Frankrijk de kloof eigenlijk het beste kunnen overbruggen, denkt u?
‘Het punt is dat Frankrijk weliswaar beroemde bruggen kent, denk aan de Pont des Arts of het viaduct van Millau, maar geen land van bruggenbouwers is. De politieke cultuur is doordrongen van conflict. Gewelddadige demonstraties hebben onder Hollande een hoge vlucht genomen, met het ultralinkse black bloc dat een spoor van vernieling door de hoofdstad trekt. Vorig jaar deden veel grote vakbonden niet mee aan de 1 mei-optochten, omdat ze niet met het straatgeweld geassocieerd wilden worden. Van de gele hesjes werd eerst gezegd dat ze bij aanvang van de kerstvakantie wel zouden afhaken, maar ze bleven komen.
‘Als Macron, toch geen onredelijk mens, mensen niet kan verbinden, wie dan wel?’
De verschillen, politiek, economisch, cultureel, geografisch, zijn daarbij zó enorm. De politicoloog Jérôme Fourquet sprak over een ‘eilandenrijk’, en dat is een goede metafoor. Maar als iemand als Macron, toch geen onredelijk mens, mensen niet kan verbinden, wie dan wel? De sfeer in een stad in Parijs is de afgelopen jaren enorm verhard.’
De Verenigde Staten hebben een scheepslading producten onderschept, die zijn gemaakt van menselijk haar. Vermoedelijk is het haar afkomstig van islamitische Oeigoeren die vastzitten in kampen in China, schrijft the Guardian.
Het gaat om 13 ton aan haar met een waarde van 800.000 dollar, aldus de Britse krant. Het is onbekend om wat voor soort producten het gaat.
‘De productie van deze goederen vormt een zeer ernstige schending van de mensenrechten. Het bevel tot aanhouding is bedoeld om een duidelijk en direct signaal af te geven aan iedereen die zaken wil doen met de Verenigde Staten, dat illegale en onmenselijke praktijken niet zullen worden getolereerd’, zegt de Amerikaanse douane.
Het zou al de tweede keer zijn dat de Amerikanen een scheepslading met haar uit China hebben onderschept.
‘Dit is zo hartverscheurend voor ons’, vertelt een Oeigoerse activiste in de VS, wiens zus in China in zo’n kamp zit. ‘Ik wil dat mensen nadenken over de slavernij die mensen tegenwoordig ervaren.’
China houdt naar schatting meer dan een miljoen Oeigoeren in ‘heropvoedingskampen’ vast, waar ze dwangarbeid verrichten.
Erdogan wil van de Hagia Sophia in Istanbul, van oorsprong een Byzantijnse kathedraal, weer een moskee maken.
De Turkse Raad van State zou hier vandaag een uitspraak over doen, maar heeft vanmiddag bekendgemaakt de beslissing uit te stellen. Binnen maximaal twee weken zegt de raad alsnog een knoop te zullen doorhakken.
Oppositiepolitici in Turkije zijn er heilig van overtuigd dat president Erdogan de Hagia Sophia politiseert om de aandacht af te leiden van binnenlandse problemen als de coronapandemie en de economische crisis.
Want als de Hagia Sophia weer in een moskee wordt veranderd, dan zal dit leiden tot extra spanningen met nabijgelegen christelijke landen. Het gaat hier in het bijzonder die landen die zich als culturele erfgenamen van het Byzantijnse Rijk beschouwen: Griekenland en Rusland.
De oecumenische patriarch Bartholomeus, de spirituele leider van 300 miljoen oosters-orthodoxe christenen, gaf tegen persbureauReuters al aan dat de verdeeldheid tussen christenen en moslims zal worden vergroot als Erdogan zijn plannen doorzet.
Ook de Verenigde Staten willen niet dat de Hagia Sophia in een moskee verandert. Gisteren liet buitenlandminister Mike Pompeo weten dat de Hagia Sophia wat Amerika betreft een museum blijft, ‘als voorbeeld van haar inzet om de geloofstradities en de diverse geschiedenis die hebben bijgedragen aan de Republiek Turkije te respecteren en ervoor te zorgen dat deze voor iedereen toegankelijk blijft.’
Anderhalve week geleden smeekten Turkse christenen Amerika om in te grijpen, zodat de Hagia Sophia geen moskee wordt. Het is nog maar de vraag of Erdogan zal luisteren naar geluiden vanuit de christelijke wereld en Amerika.
De Hagia Sophia was 900 jaar lang een Byzantijns-christelijke kathedraal, totdat de Turken in 1453 Constantinopel veroverden en omdoopten in Istanbul. De kathedraal werd toen een moskee.
In 1935 veranderde Mustafa Kemal Atatürk de moskee in een museum. Hierdoor werden de Byzantijnse mozaïeken, die vier eeuwen lang achter het pleisterwerk verborgen waren, weer zichtbaar. Als de Hagia Sophia weer een moskee wordt, zullen deze mozaïeken weer achter het pleisterwerk verdwijnen.
Haalt bij de verkiezingen van 2021 wél een donker persoon de Tweede Kamer? Diversiteit staat nu hoog op de politieke agenda, maar binnen de progressieve partijen klinkt de roep om ook de interne diversiteit eens op peil te hebben. ‘Minimaal één persoon van kleur in de top vijf van de lijst, minimaal één minister van kleur. Dat is onze inzet.’
In de huidige Tweede Kamer zitten geen Afro-Nederlandse politici. De politieke jongerenorganisaties van CDA, ChristenUnie, D66, GroenLinks, PvdA en SP drongen er onlangs bij hun moederpartijen op aan met diversere kandidatenlijsten te komen. Er moet meer kleur in de Kamer komen, stellen zij, zodat ook minderheden zich gerepresenteerd voelen.
UvA-politicoloog Liza Mügge vindt het een ‘supergoed initiatief’, vertelt ze aan de telefoon. ‘Het past helemaal in deze tijd. De actiebereidheid van politiek betrokken jongeren is in deze tijd groot, veel groter dan vijftien jaar geleden. Het is niet alleen Black Lives Matter, maar ook de klimaatdemonstraties. Activistische jongeren zijn betrokken en hyperbewust. En ze zijn helemaal klaar met de oververtegenwoordiging van de witte man.’
Liza Mügge (Beeld: Monique Kooijmans)
Mügge is blij dat deze politieke jongeren uitgerekend nu hiermee komen. Ze zegt dat de partijen het thema diversiteit hebben verwaarloosd. ‘In de jaren negentig en nul waren PvdA, GroenLinks en CDA hier druk mee bezig en waren er ook allerlei diversiteitsclubjes. Maar daarna zakte de aandacht weg. Geweldig dat de politieke jongerenorganisaties dit nu weer op de agenda hebben gezet.’
Floris Vermeulen, ook politicoloog aan de UvA, vertelt dat het onderwerp diversiteit op kandidatenlijsten moeilijk wetenschappelijk te onderzoeken is. ‘Partijen geven geen inzicht in hoe ze lijsten samenstellen.’ In 2014 deed Vermeulen hier veldonderzoek naar met een groep studenten. Ze hielden interviews met lokale politici en bestuurders in Amsterdam en wilden graag weten hoe lijsten werden samengesteld en wat de rol van diversiteit was.
‘Heel veel dingen gebeuren achter de schermen. Partijen zijn hierover weinig transparant. Uit ons onderzoek bleek dat in 2014 diversiteit nauwelijks een rol speelde bij het samenstellen van de kandidatenlijsten. Dat had meteen een effect op de lijsten zelf, die waren witter dan bij vorige verkiezingen en stonden kandidaten met een diverse achtergrond op nóg lagere plaatsen dan daarvoor.’
Floris Vermeulen (Beeld: YouTube)
Vermeulen vermoedt dat de opkomst van Denk er mede voor heeft gezorgd dat diversiteit in 2018 een weer belangrijkere rol is gaan spelen bij andere partijen. ‘Rond 2006 had je in Amsterdam allemaal spraakmakende mensen van kleur bij de PvdA: Ahmed Aboutaleb, Ahmed Marcouch, Fatima Elatik en Hannah Belliot. Zij zijn inmiddels verdwenen, maar werden niet opgevolgd door anderen.’
‘Er kwamen geen nieuwe Aboutalebs, Marcouchs en Elatiks’
Behalve de opkomst van Denk, Nida en BIJ1 waren er meer factoren die de ‘witheid’ van de gevestigde partijen heeft versterkt, legt Vermeulen uit. ‘Politici met sterke wortels in migrantengemeenschappen werden van cliëntelisme beschuldigd, dat ze hun familieleden en vriendjes aan baantjes hielpen. Daarnaast heb je de verrechtsing van het politieke klimaat, waardoor diversiteit minder belangrijk werd. En ten slotte hebben partijen onvoldoende geïnvesteerd in diversiteit. Er kwamen geen nieuwe Aboutalebs, Marcouchs en Elatiks.’
Partijen als Denk, Nida en BIJ1 zorgen ervoor dat diversiteit weer een belangrijk thema wordt bij de grote partijen, legt Vermeulen uit. ‘Nourdin el Ouali zat eerst bij GroenLinks voordat hij Nida oprichtte. Maar met het kleine Nida bereikt hij meer, vertelde hij ooit, omdat progressieve partijen zijn agendapunten nu sneller overnemen. Daarnaast zie je in Amsterdam dat Simion Blom van GroenLinks en Sofyan Mbarki van de PvdA profiteren van de concurrentie van BIJ1 en Denk. Zij zouden vermoedelijk minder invloed gehad hebben in hun partij als BIJ1 en Denk er niet waren geweest.’
Hetzelfde brilmontuur
Hoe kijken politieke partijen zelf aan tegen diversiteit binnen de eigen gelederen? We spraken hierover met partijleden van kleur die zich binnen hun partijen veel met diversiteit bezighouden.
Beeld: Janarthanan Sundaram
Janarthanan Sundaram was voor D66 gemeenteraadslid in Enschede en is tegenwoordig voorzitter van de Diversiteitsbeweging binnen die partij. Het thema diversiteit leeft nu, vertelt hij. ‘Toen de Black Lives Matter-protesten in de VS begonnen, werd ik veel meer door allemaal D66’ers gebeld. Ze hadden nu eindelijk door hoe belangrijk diversiteit is.’
Volgens Sundaram geloven D66’ers nog te veel in het idee van ‘witte onschuld’. ‘We denken dat we progressief, tolerant en verlicht zijn. Dat racisme iets is van de ander. Maar wij zijn een hele witte partij, een partij van voornamelijk hoogopgeleiden bovendien. En als je op een D66-congres bent ga je bijna denken’, zegt hij ironisch, ‘dat ze allemaal voor hetzelfde brilmontuur hebben gekozen.’
Dat D66 niet zo divers zou zijn, komt volgens Sundaram door de netwerken die iedereen opbouwt. Men gaat het liefst om met iemand die op henzelf lijkt. ‘Mensen kennen elkaar van de studentenvereniging, van de Jonge Democraten (de jongerenafdeling van D66, red.), ze hebben een comfortabel netwerk. Nieuwe leden zonder netwerk binnen de partij maar met ambitie die zich bij D66 aansluiten staan ten opzichte van deze witte jongens op 3-0 achterstand. Dat moet gelijk worden getrokken.’
De Diversiteitsbeweging timmert al langere tijd aan de weg, maar het thema diversiteit stuit op te veel weerstand om echt door te pakken, zegt Sundaram: ‘Met veel moeite hebben we gelobbyd voor een diverse Europese lijst vorig jaar. We hebben een mooi resultaat geboekt: Een hele diverse lijst. Helaas viel de uitslag tegen en kregen we maar twee zetels. Wij van de beweging vonden dat zo’n lijst gevierd moest worden. Dat had ons extra stemmen opgeleverd. Maar de partij had er geen oog voor. Er was veel strijd geleverd.’
Sundaram blijft strijdbaar en voelt zich gesterkt door Black Lives Matters. ‘In de top vijf van de D66-lijst moet straks minimaal één persoon van kleur staan, als D66 meeregeert moet er minimaal één minister van kleur zijn. Dat is onze inzet. Het tij is gekeerd en steeds meer mensen in de partij werken hard aan een diversere lijst.’
Beeld: Mpanzu Bamenga
Mpanzu Bamenga, van 2014 tot 2018 voor D66 raadslid in Eindhoven en oud-voorzitter van een D66-commissie die zich met diversiteit bezig hield, benadrukt telefonisch de successen die zijn geboekt. ‘We begonnen als themagroep in een klein zaaltje op het congres, maar elk daaropvolgend congres gingen we naar een grotere zaal, omdat het thema erg leefde in de partij. We kregen van het partijbureau alle ruimte. Ons stokpaardje ‘kansengelijkheid’ werd ook het thema waarmee D66 in 2017 de Tweede Kamerverkiezingen inging.’
‘Geen enkele partij geniet legitimiteit als er geen afspiegeling is’
Bamenga is niet van de harde eisen, maar vindt een diverse Tweede Kamerfractie belangrijk. ‘Ik vind dat de top vijf van een kandidatenlijst een afspiegeling moet zijn van de samenleving. Geen enkele partij geniet legitimiteit als er geen afspiegeling is.’ Bamenga vindt het belangrijk dat diversiteit een stevigere basis krijgt. Partijen, ook D66, moeten actief op zoek gaan naar gekleurd en ander divers talent, stelt hij.
‘Het is een beetje als met voetbal. Eerst moet je ze scouten, daarna moet je ze opleiden, dus de kneepjes van het politieke vak bijbrengen. Vervolgens moet je ze opstellen, bijvoorbeeld op een kandidatenlijst of in een bestuur, en ten slotte moet je de talenten blijven coachen. Het kan niet zo zijn dat je na een verkeerde uitspraak moet ophoepelen. Mensen maken fouten. Je moet in ze investeren.’
Diversiteit op alle niveaus
GroenLinks heeft alvast diversiteitseisen gesteld aan de kandidatenlijst. ‘We hebben de kandidatencommissie duidelijke opdracht gegeven’, zegt GroenLinks-bestuurlid Diversiteit Imane Nadif, tevens raadslid in Amsterdam.
Imane Nadif (Beeld: Gemeente Amsterdam)
‘Zij moeten straks komen met een representatief team, dat inclusief is in de breedste zin van het woord. Dus we kijken niet alleen naar kleur, maar bijvoorbeeld ook naar seksuele oriëntatie, genderidentiteit, opleiding en regio. Als ik nu tegen jou zeg dat er in de top vijf of top tien zoveel personen van kleur moet komen, dan loop ik de commissie in de weg. Ik heb er alle vertrouwen in dat ze zich goed aan hun opdracht houden, en dat we met een diverse lijst komen.’
Diversiteit was al een tijdje een speerpunt voor GroenLinks, en wordt steeds belangrijker, legt Nadif uit. In 2018 was ze in Amsterdam betrokken bij een talentenklas waar vooral personen van kleur aan meededen. ‘We leerden niet alleen over de politiek, maar gingen ook scouten naar nieuw talent.’ Nu heeft de partij ook al sinds een paar jaar een officiële medewerker Diversiteit, een betaalde kracht die werkt voor het landelijk bureau in Utrecht, en een diversiteitsbeleid binnen de partij.
‘GroenLinks kijkt niet alleen naar kleur, maar bijvoorbeeld ook naar seksuele oriëntatie, gender, opleiding en regio’
‘Want GroenLinks wil niet alleen een diversere Kamer, maar diversiteit moet op alle andere niveaus terugkomen. Daarnaast moeten alle GroenLinks-vertegenwoordigers wat kunnen zeggen over diversiteit, niet alleen de aparte woordvoerder hierover. Diversiteit komt immers in alle aspecten van ons werk terug, op de arbeidsmarkt, in het onderwijs, bij de klimaatdiscussie, enzovoort.’
Kapitein Rob
En hoe zit het met de PvdA, de partij die rond 2000 nog heel veel met diversiteit deed? We spraken hierover met John Leerdam, oud-Kamerlid en minister in het eerste kabinet-Bos in de speelfilm Kapitein Rob uit 2007. ‘Kinderen herkennen mij soms omdat ik in die film heb gespeeld’, lacht hij.
Beeld: John Leerdam / ITA
‘2003 was het jaar met de meeste Kamerleden met een biculturele achtergrond ooit. De PvdA had de meest diverse fractie. Zeer te loven allemaal. Ook bestond bij de PvdA het Multi Etnisch Vrouwennetwerk, dat heel veel invloed had. De toenmalige voorzitter was Ing Yoe Tan. Het netwerk streed voor zwarte vrouwen in de politiek en naar de top.’
Vanaf de jaren tachtig van de vorige eeuw was de PvdA bezig met diversiteit, vertelt Leerdam. ‘En zeer actief vanaf 1997, wat terug te zien was op de PvdA-kandidatenlijst van 1998.’ Aanvankelijk was ook Wouter Bos pro-diversiteit. ‘Er waren klasjes om nieuwe mensen te trainen. Daarnaast probeerden we ook om mensen naar de stembus te krijgen, want de opkomst onder niet-witte Nederlanders was laag. Dankzij onze inzet boekten we begin 2006 een groot succes, toen de PvdA de grootste werd bij de gemeenteraadsverkiezingen.’
Er kwamen toen ook veel niet-witte Nederlanders in de gemeenteraden. Omdat Leerdam nauw bij deze campagne betrokken was en veel voor Nederlanders met een biculturele achtergrond deed, werd hij populair bij deze mensen. Toch gingen er dingen mis.
‘Op zich was het niet erg dat we veel nieuwe mensen hadden die niet bepaald partijtijgers waren, want out-of-the-box-denkers helpen een partij juist vaak verder. Maar we hebben al die nieuwe mensen niet goed begeleid in hun werk, wat tot problemen heeft geleid.’
Leerdam zelf werd in 2003 ook in het diepe gegooid, toen hij in de Tweede Kamer terecht kwam. Maar hij leerde het vak van zijn collega Klaas de Vries, die hem onder meer vertelde hoe je moties moet voorbereiden en hoe je op een goede manier een lobby inzet. ’90 tot 95 procent van de moties die ik indiende heeft het ook gehaald.’
Sinds het aantreden van Lodewijk Asscher als partijleider in december 2016 heeft diversiteit als thema weer prioriteit gekregen, vertelt Leerdam. ‘Ik ben nu voorzitter van het Netwerk Diversiteit & Inclusiviteit en werk heel hard om dit vanuit de praktijk en inhoudelijk vorm te geven met een groep van enthousiaste partijgenoten.’
Leerdam vindt net als Sundaram van D66 dat je harde eisen moet stellen om diversiteit op de lijsten af te dwingen. ‘Twee kandidaten van kleur in de top vijf. En vijf in de top tien.’
Leerdam vindt het belangrijker dat er op structureel niveau goed in diversiteit wordt geïnvesteerd. Hij kan zich helemaal vinden in de aanbevelingen van D66’er Bamenga, met zijn scouting, training, opstelling en coaching. ‘En wat betreft de opstelling, daarin moet je inhoudelijk divers zijn. Dus niet alleen maar mensen die zich bezighouden met racisme of vluchtelingen, maar ook economische experts, onderwijsdeskundigen, enzovoort. En ze moeten met beide benen in de samenleving staan, feeling hebben met hun achterban. En ook met de partij.’
Erdogan en Bouterse
Meer diversiteit kan ook nieuwe problemen met zich meebrengen. Zo weigerden Turks-Nederlandse kandidaten van de PvdA en het CDA in 2006 om de Armeense Genocide te erkennen, wat tot grote commotie leidde in beide partijen. Een ander bekend voorbeeld is hoe Tunahan Kuzu en Selcuk Öztürk constant in de clinch lagen met hun mede-PvdA’ers, totdat ze er in 2014 uit stapten, Denk oprichtten en zich relatief pro-Erdogan begonnen te uiten. En in september 2016 werd Ilhan Tekir uit de GroenLinks-fractie van Gorinchem gezet, omdat hij zich positief had uitgelaten over de Turkse president. Hoe moet je als partij met zulke hete hangijzers omgaan?
UvA-politicoloog Liza Mügge hekelt dit soort ‘eeuwige vragen van rechts’ en vindt de kwestie van ‘dubbele loyaliteit’ maar achterhaald. In dit denken is geen ruimte is voor transnationale bindingen die mensen kunnen hebben met het herkomstland of het land waar hun (groot)ouders zijn geboren, vertelt ze. ‘Dubbele loyaliteiten worden vooral gevreesd en afgekeurd met landen die niet-Westers zijn.’
Daarnaast weten we uit onderzoek dat nieuwe Nederlanders die in hun moederland rechtse partijen steunen, in Nederland vaak op een linkse partij stemmen. ‘Politieke voorkeuren zijn dus daadwerkelijk verschillend. De belangen zijn verschillend, maar ook zijn partijsystemen compleet onvergelijkbaar’, zegt ze. ‘Het is juist kwalijk dat alles wat politici van kleur zeggen onder een vergrootglas wordt gelegd en dat er aan hun loyaliteit of democratische gezindheid wordt getwijfeld.’
Ook is er volgens Mügge niets mis met Turkse Nederlanders die zich betrokken voelen bij de politiek in Turkije. Ze noemt als voorbeeld Koerdische Nederlanders, die dankzij hun inzet voor de mensenrechten in Turkije betrokken raakten bij linkse partijen in Nederland, waaronder GroenLinks en de SP. Maar de steun van sommige Turkse Nederlanders aan Erdogan, dan? ‘Als er conflicten zijn in het herkomstland, dan gaat het rommelen.’
GroenLinks-politica Imane Nadif ziet dit anders. ‘Binnen onze partij is er altijd ruimte voor discussie en mensen moeten zichzelf kunnen zijn’, zegt Nadif, ‘maar er zijn wel grenzen. We zijn een linkse partij en staan voor rechtvaardigheid. Daar hoort het ontkennen van de Armeense Genocide niet bij.’ Leerdam beaamt dit: ‘PvdA-aanhanger zijn en Desi Bouterse steunen, dat gaat niet samen. Als PvdA strijden we voor gerechtigheid. Bouterse heeft daar geen boodschap aan.’
‘PvdA-aanhanger zijn en Desi Bouterse steunen, dat gaat niet samen’
D66’er Bamenga neemt een tussenpositie in. ‘Het gaat erom hoe je kwesties benadert. Vanuit het sociaalliberalisme zijn sommige standpunten heel helder, andere niet. Binnen de partij wordt er over bepaalde kwesties anders gedacht. Dat mag. Je moet met elkaar in dialoog gaan en niet meteen roepen dat een bepaald standpunt slecht is, dat is slecht voor diversiteit. Je moet juist begrijpen waarom iemand iets vindt. Begrijp mij niet verkeerd, maar het gaat erom hoe je dit soort discussies voert. En mensen kunnen er na een goed gesprek ook achter komen dat ze helemaal niet bij onze partij en het sociaalliberale gedachtegoed passen.’
Rechtse en christelijke diversiteit
D66, GroenLinks en PvdA zijn progressieve partijen. Maar kunnen rechtse partijen ook voor meer diversiteit zijn?
Forum voor Democratie en PVV hekelen het ‘diversiteitsdenken’, hoewel er bij FvD wel mensen van kleur actief zijn: denk aan het Gelderse Statenlid Armita Taheri en de Amsterdamse kandidaats-raadsleden Yernaz Ramautarsing en Kristina Türkmen, die allebei in opspraak kwamen omdat ze racistische en anti-islamitische uitlatingen zouden hebben gedaan.
De VVD is tegen positieve discriminatie, met als gevolg dat er relatief weinig mensen van kleur bij de VVD zitten en de partij geen diversiteitsbeweging kent. Volgens politicoloog Vermeulen komt dit ook omdat het thema diversiteit is gepolitiseerd. ‘Diversiteit heeft een linkse kleur gekregen, daarom is de VVD er niet zo happig op. Bij het CDA en de ChristenUnie ligt het even anders.’
Het CDA heeft wel een werkgroep diversiteit, maar die reageerde niet op onze mails. We spraken daarom met Kathleen Ferrier, van 2002 tot 2012 parlementariër namens het CDA. Zij vertelt dat in 1999, toen ze bij de partij betrokken raakte, de christendemocraten heel open stonden voor diversiteit. ‘Op de diversiteitsbijeenkomsten die werden georganiseerd was elke keer een partijprominent aanwezig. Of toenmalig partijvoorzitter Marnix van Rij, of fractievoorzitter Jaap de Hoop Scheffer. We werden echt serieus genomen. En waren er niet voor de show.’
Beeld: Kathleen Ferrier
Het CDA was in die tijd nog een klassieke middenpartij, maar is daarna naar rechts opgeschoven. Daardoor werd diversiteit er minder belangrijk, vertelt Ferrier. 2010, het jaar waarin VVD en CDA een gedoogcoalitie sloten met de PVV, was volgens haar een kantelmoment.
‘Het CDA is toen de Rubicon overgestoken door in te stemmen met de gedoogconstructie met de PVV. Het gevaar als je een dergelijke partij in het bestuur van het land haalt is dat je op een glijdende schaal terecht komt. PVV-standpunten, die we als christendemocraten, als democraten, principieel verkeerd vinden, werden steeds meer gewoon gevonden. Terwijl die haaks staan op de fundamenten van de liberale democratie. Dat was voor mij een belangrijk argument om mij tegen die samenwerking te verzetten. Daarnaast kan de grootste partij die religie als uitgangspunt heeft in mijn visie niet samenwerken met partij die de religie van een grote groep burgers in ons land, namelijk de islam, niet als religie typeert, maar als een politiek ideologie.’
Ferrier is om die reden ook geen fan van Mona Keijzer, die de discussie over racisme en Black Lives Matter een discussie van de Randstad noemde en samenwerking met Forum voor Democratie niet uitsluit. ‘Niets geleerd van 2010. Erg betreurenswaardig, dat zij en Piet Hein Donner (die FvD ook niet wil uitsluiten, red.) daarmee de discussie verengen. We moeten juist polarisatie tegengaan en de kracht van het midden benadrukken.’
Volgens Ferrier is diversiteit zeker niet een exclusief thema voor linkse, progressieve partijen. ‘Iedere partij die enig idee heeft van wat er speelt in de wereld, in Europa, in Nederland, moet beseffen dat je geen toekomst hebt als je niet inclusief bent.’ Ferrier, die in 2002 vanuit het niets in de top tien van de CDA-lijst terecht kwam, vindt het een heel goed idee om hoog in te zetten. ‘Een CDA’er van kleur in de top vijf zou zeker goed zijn’, zegt ze. Maar net als Leerdam vindt ze dat diversiteit meer is dan de poppetjes. Het moet ook bij het CDA echt wortel gaan schieten in de hele partij.
‘Iedere partij die enig idee heeft van wat er speelt in de wereld, in Europa, in Nederland, moet beseffen dat je geen toekomst hebt als je niet inclusief bent’
De ChristenUnie heeft geen aparte werkgroep diversiteit, laat partijbureau-directeur Mark de Boer weten. ‘We hebben inmiddels een aantal politici vanuit de breedte van de partij die met elkaar over dit thema nadenken. Dat is niet geformaliseerd, maar dat vinden we ook niet erg. Zo werkt dat binnen de partij ook op allerlei andere thema’s. Men vindt elkaar waar dat nodig is en kan zo invloed aanwenden.’
Er heeft volgens De Boer ‘door de jaren heen een verbreding plaatsgevonden binnen de partij als het gaat om verschillende vormen van diversiteit’. Dit gebeurde ‘op een natuurlijk manier’ en ‘van onderop’, aldus De Boer. Hij noemt de publicatie ‘Beelddragers’, die onlangs door het Wetenschappelijk Instituut is uitgebracht en waarin het thema expliciet aan de orde komt. Daarnaast krijgen selectiecommissies volgens De Boer ‘altijd de opdracht mee om diversiteit te zoeken in leeftijd, culturele achtergrond, deskundigheid, geslacht en regio van herkomst’.
De jongerenorganisatie van de ChristenUnie, PerspectieF, heeft sinds juni een nieuwe voorzitter, de Afro-Nederlandse Bina Chirino. Omdat ze net voorzitter is geworden en zich moet inwerken was ze niet bereid om medewerking te verlenen aan ons verhaal. Ook op onze vraag of haar verkiezing niet gevoelig ligt bij een deel van de achterban – het Gereformeerd Politiek Verbond (GPV), een van de voorlopers van de ChristenUnie, steunde tot diep in de jaren tachtig de apartheidspolitiek van Zuid-Afrika – wil ze geen antwoord geven. Een prominente bron binnen de ChristenUnie laat echter weten dat er naar aanleiding van Black Lives Matter intern gediscussieerd wordt over het apartheidsstandpunt van het GPV en of de ChristenUnie hier officieel excuses voor moet aanbieden.
De toekomst
Diversiteit wordt een belangrijk thema tijdens de Tweede Kamerverkiezingen van maart 2021 en als het aan de geïnterviewden ligt zien we de diversiteit ook meer terug op de kandidatenlijsten. Hebben ze zin in de toekomst?
D66’er Sundaram: ‘Black Lives Matter is voor Den Haag een eyeopener. Dit is veel groter dan D66. Dit is ook veel groter dan Nederland. We moeten hier iets mee doen. De urgentie is duidelijk.’
‘Op dit moment zitten er geen zwarte Nederlanders in de Tweede Kamer. Dat is geen toeval’
CDA’er Ferrier: ‘Het is belangrijk dat biculturele Nederlanders en ook mensen met wortels in de voormalige koloniën zich kunnen herkennen in de volksvertegenwoordiging. Dat men beseft: ‘Politiek gaat ook over mij’. En ja, er is een extra inspanning nodig om goede kandidaten te enthousiasmeren. Maar ze zijn er zeker. Het is te gemakkelijk om te zeggen dat je ze niet kan vinden.’
D66’er Bamenga: ‘Op dit moment zitten er geen zwarte Nederlanders in de Tweede Kamer. Dat is geen toeval, maar een weerspiegeling van wat er eigenlijk speelt. Wij worden uitgesloten. Dit moet anders.’
Politicoloog Mügge: ‘Rapper Akwasi zei op de Black Lives Matter-demonstratie op de Dam dat hij zich niet in Den Haag herkent, omdat er niemand zit die op hem lijkt. Het roer moet om. Diversiteit heeft onderhoud nodig. Als een partij weinig zetels heeft, is er minder ruimte voor kleur en diversiteit. Bij de PvdA was dat verschil heel duidelijk de laatste verkiezingen. Black Lives Matter laat zien dat diversiteit prioriteit moet krijgen.’
Politicoloog Vermeulen: ‘Als je niets doet aan diversiteit gebeurt er ook niets. Als je wilt dat er echt iets gebeurt, dan moet het systeem worden doorbroken.’
GroenLinkser Nadif: ‘Diversiteit en inclusie hadden altijd al de aandacht van GroenLinks, maar zijn dankzij de discussies die we de afgelopen tijd hebben gevoerd en nog moeten gaan voeren belangrijker geworden. Black Lives Matter, de excuses van de gemeente Amsterdam voor haar aandeel in de slavernij, het slavernijmuseum in Amsterdam dat er moet komen, de toeslagenaffaire… We zijn nog niet uitgepraat.’
PvdA’er Leerdam: ‘Diversiteit zal niet snel van de politieke agenda verdwijnen. Het is één van de grote thema’s van deze tijd, net als het klimaatvraagstuk en het vluchtelingenvraagstuk. Maar activisten moeten ook geduld hebben. Je kan wel roepen dat je nu veranderingen wil, maar de marge van democratische politiek is smal. Dit is een strijd van lange adem.’
De Turkse president Erdogan heeft vandaag aangekondigd de social mediakanalen Youtube, Twitter en Netflix in de ban te willen doen.
Erdogan deed zijn uitspraken tijdens een videoconferentie van zijn AKP. Hij vertelde dat hij voor de achtste keer grootvader is geworden. Maar toen zijn dochter Esra Albayrak de geboorte van haar zoon aankondigde, kreeg ze een stortvloed van negatieve reacties over zich heen op social media, onder andere van vrouwen die een miskraam hebben gehad.
Erdogan: ‘We hebben eerder verschillende aanvallen meegemaakt. De ongecontroleerde rol van deze media speelt een rol bij het vergroten van dergelijke immoraliteit. Begrijp je waarom we tegen sociale media zoals YouTube zijn, Twitter, Netflix? Om deze immoraliteit te bestrijden. (…) Dit soort media past niet bij deze natie, dit land.’
De president kondigde aan dat deze kwestie binnenkort in het parlement zal worden besproken, met als inzet deze media te verbieden.
Gisteren heeft Erdogan bevolen de Sehir Universiteit in Istanbul te sluiten. De universiteit werd in 2008 opgericht door een fonds, waar ook oud-premier Ahmet Davutoglu bij betrokken is. Nadat Davutoglu uit Erdogans AKP werd gezet en een nieuwe partij oprichtte, werd de universiteit controversieel binnen AKP-kringen.
Er moet een staatssecretariaat komen voor de verwerking van het Nederlandse slavernijdossier en het dekolonisatieproces. Dat bepleit het Landelijk Platform Slavernijverleden in een briefaan minister Ingrid van Engelshoven (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap).
De Nederlandse regering doet te weinig zou doen aan racismebestrijding en ‘Afrofobie’, vindt het platform. Daarom zou er een extra staatssecretariaat moeten komen voor de verwerking van het slavernijdossier en het dekolonisatieproces.
Het Landelijk Platform Slavernijverleden beschouwt het Nederlandse slavernijverleden als de bron van etnische profilering en racistische waandenkbeelden over zwarte mensen, zoals luiheid en een lager IQ.
Ook het idee dat mensen van kleur vaker crimineel zouden zijn komt hiervandaan, betoogt het platform in de brief, net als het idee dat dat mannen en vrouwen ‘groot geschapen’ zouden zijn. ‘Met als gevolg de idee dat de man zich eerder zou schuldig maken aan aanranding en verkrachting en de vrouw onverzadigbaar en wild in bed zou zijn’.
Barryl Biekman, voorzitter van het Landelijk Platform Slavernijverleden: ‘Dit alles is precies de reden waarom voor de effectieve bestrijding van alle vormen van meervoudig racisme tegenover burgergemeenschappen van Afrikaanse afkomst, het ‘verleden’ erbij moet worden betrokken. Teneinde effectief lesmateriaal te ontwikkelen.’
‘Want is het niet vreemd dat ondanks het al ontwikkelde materiaal we in Nederland nog niet zoveel zijn opgeschoten?’, vervolgt Biekman. ‘Dat de minister President nog durft te beweren dat ‘zwarte piet’ niet racistisch is? Maar dat we u ook niet horen?’
De gemeenteraad van Amsterdam wil dat Keti Koti een nationale feestdag wordt. Tevens moeten Amsterdamse ambtenaren op deze dag vrij zijn, vindt een meerderheid van de de raad.
Elk jaar op 1 juli wordt Keti Koti herdacht, de afschaffing van slavernij in Suriname en op de Antillen. Een meerderheid van de Amsterdamse gemeenteraad wil dat de gemeente bij de regering aandringt dat Keti Koti een nationale feestdag wordt.
Het Nationaal Instituut Nederlands Slavernijverleden en Erfenis (NiNsee) vindt het een goed idee. Voorzitter Linda Nooitmeer: ‘Wat ons betreft staat 1 juli in het teken van feest en herdenking. Daar past een vrije dag bij. Het racisme dat hier rondwaart, is een gevolg van dit verleden. Daarom is het belangrijk dat we naast elkaar gaan staan.’
De PvdA nam het initiatief tot het voorstel en krijgt steun van GroenLinks, Denk, BIJ1, SP, Partij voor de Dieren en ChristenUnie. PvdA-raadslid Nenita la Rose zegt tegen het Parool: ‘In Nederland is nog altijd sprake van ontkenning of bagatellisering van het koloniale verleden en de gevolgen daarvan voor de nabestaanden. We hebben te lang vastgehouden aan een veilige mening.’
D66, dat samen met GroenLinks, PvdA en SP in de Amsterdamse coalitie zit, heeft het voorstel niet ondertekend. D66 is wel voor een nationale feestdag, maar gelooft dat de eis om van 1 juli ook een vrije dag te maken voor ambtenaren de strijd voor een landelijke erkenning van Keti Koti geen goed doet.
Onze site gebruikt cookies en vergelijkbare technologieën onder andere om u een optimale gebruikerservaring te bieden. Ook kunnen we hierdoor het gedrag van bezoekers vastleggen en analyseren en daardoor onze website verbeteren.
Deze website gebruikt cookies om uw gebruikservaring op deze website te verbeteren. Van deze cookies worden cookies aangemerkt als "Noodzakelijk" in uw browser bewaard, deze cookies zijn essentieel voor het functioneren van de website. Bijvoorbeeld het opslaan van uw keuze of u wel of geen cookies wilt hebben. Wij maken ook gebruik van cookies van derde partijen die ons helpen met het analyseren en begrijpen van de gebruik van deze website door u. Deze cookies worden alleen gebruikt als u daar toestemming toe geeft. U heeft ook de mogelijkheid om uzelf uit te sluiten voor deze cookies. Dit zal echter effect hebben op uw gebruikerservaring.
Noodzakelijke cookies zijn absoluut nodig voor het functioneren van de website. De cookies in deze categorie zorgen alleen voor de veiligheid en het functioneren van deze website . Deze cookies bewaren geen persoonlijke gegevens
Deze cookies zijn niet strict noodzakelijk, maar ze helpen de Kanttekening een beter beeld te krijgen van de gebruikers die langskomen en ons aan te passen aan de behoeftes van onze lezers. Hiervoor gebruiken wij tracking cookies. Bij het embedden van elementen vanuit andere websites zullen er door deze sites ook cookies worden gebruikt.