17.6 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 785

Moslims in India vrezen slachtoffer te worden van nieuwe ‘anti-moslimwet’

0

Afgelopen weekend doodde de Indiase politie zes moslims in de noordoostelijke deelstaat Assam. Zij demonstreerden tegen de nieuwe Citizenship Amendment Bill. Vluchtelingen die hindoe, sikh, christen of jaïnist zijn kunnen daarmee makkelijker Indiaas burger worden, moslims niet. Moslims in andere delen van India vrezen dat zij ook slachtoffer zullen worden van de nieuwe Indiase wet.

Een stad waar veel moslims wonen is Hyderabad, de hoofdstad van de zuidelijke deelstaat Telangana. In Hyderabad leven nu zo’n zesduizend Rohingya-moslims, die voor het anti-moslimgeweld in Myanmar op de vlucht zijn geslagen. Maar omdat zij moslim zijn komen zij niet in aanmerking om burger te worden van India, in tegenstelling tot niet-islamitische vluchtelingen.

Een woordvoerder van de nationalistische regeringspartij BJP in Telangana zegt dat India in Hyderabad, Mumbai en in sommige delen van de noordelijke deelstaat Uttar Pradesh snel aan de slag moet gaan met een volkstelling. Het doel: moslimvluchtelingen, zoals de Rohingya, als ongewenste migranten aanmerken.

In Assam werd eind augustus een nieuwe volkstelling gepubliceerd, een lijst van mensen die erkend zijn als Indiaas staatsburger. Ruim twee miljoen moslims stonden niet in dit register: zij konden niet aantonen dat hun Indiase roots teruggingen tot vóór 1971. Binnen de BJP gaan er stemmen op om met zo’n volkstelling ook de moslims in andere Indiase deelstaten aan te pakken.

Mohammed Shameen uit Rampur, een stad in Uttar Pradesh, uit zijn zorgen tegenover het Indiase medium the India Times. ‘Onze voorouders hebben hun levens gegeven voor dit land. Als de grondwet gelijke rechten belooft en geen discriminatie op basis van religie, waarom hebben we dan deze wet (de Citizenship Amendment Bill, red.) nodig? Waarom moeten we het gevoel krijgen dat wij anders zijn dan de anderen? En waarom nu?’

Britse moslimraad: ‘Angst voor islamofobie onder Tory-bewind groeit’

0

Na de grote Conservatieve overwinning van de afgelopen verkiezingen zijn moslims zich meer zorgen gaan maken over moslimhaat. Dit stelt de Britse moslimraad.

Bij de verkiezingen van vorige week donderdag scoorde de Conservatieve Partij onder leiding van premier Boris Johnson 203 van de 365 zetels. Een absolute meerderheid, dus.

Reden voor de Britse moslimraad (Muslim Council of Britain, MCB) om de noodklok te slaan. In een verklaring stelt de raad dat er sprake is van een ‘zichtbare angst onder de moslimgemeenschap’ nu de Conservatieven de macht hebben.

De MCB heeft het al langer aan de stok met de Conservatieve Partij over moslimhaat, elke keer weer wanneer zich een ‘islamofobie-incident’ voordoet binnen die partij. Zo openbaarde the Guardian vorige maand ‘anti-islamitische en racistische social mediaberichten’ door vijfentwintig Conservatieve kopstukken en onthulden Britse media dat een Lagerhuis-kandidaat bang is voor ‘Eurabië’.

Johnson is zelf een van de voornaamste mikpunten van kritiek over de vermeend moslimhaat binnen de partij. Zo vergeleek Johnson vorig jaar boerka’s met brievenbussen en bankrovers en vroeg hij zich in een essay uit 2007 af ‘wanneer de 18e-eeuwse Verlichting doordringt tot de achterlijke islam’.

Vorige week uitte premier Boris Johnson al zijn excuses over ‘islamofobie’ bij de Conservatieven. Hij zegde daarbij een ‘onafhankelijk onderzoek naar elke vorm van vooroordelen en discriminatie’ binnen de Conservatieve Partij toe.

Maar de moslimraad is er verre van gerust op. ‘We maken ons zorgen dat islamofobie nu ‘ovenklaar’ is voor de regering. Boris Johnson heeft nu veel macht, en we bidden dat hij deze macht op een verantwoordelijke wijze zal uitoefenen voor alle Britten’, aldus de moslimraad.

Er zitten nu meer islamitische parlementariërs dan ooit in het Britse Lagerhuis: negentien, vier meer dan bij de verkiezingen van 2017. Hiervan zijn er vijftien aangesloten bij de Labour-fractie, vier zitten bij de Tories. 3 procent van de Lagerhuisleden is moslim, terwijl moslims 5 procent van de Britse bevolking vormen.

Voormalig Tory-partijvoorzitter Sayeeda Warsi zei vorige week dat het hoog tijd is dat de Conservatieve Partij haar relatie met de moslimgemeenschap verbetert. Ze vindt het ‘hoogst verontrustend’ dat partijgenoten van haar tweets deelden van anti-islamactivisten Tommy Robinson en Katie Hopkins.

Rotterdamse hindoes: Maas moet officiële uitstrooiplek voor as van doden worden

0

Al jaren strooit een groep hindoes de as van hun gecremeerde dierbaren uit over de Rotterdamse Maas. De gemeente gedoogt het ritueel tot nu toe, maar de hindoegemeenschap wil dat de rivier een officiële uitstrooiplek wordt.

Voor Narsingh Balwantsingh, PvdA-raadslid in de Maasstad, is het een doorn in het oog dat deze praktijk officieel nog illegaal is. ‘Veel hindoes voelen zich als een dief in de nacht als ze as van hun dierbaren uitstrooien. Nergens kan het legaal’, zegt hij tegen RTV Rijnmond.

Het verstrooien van de as in stromend water dat uitkomt in de zee is een belangrijke traditie onder Hindoes. Op deze manier wordt de overledene weer één met de elementen, is de gedachte.

Rotterdamse Hhndoes gebruiken sinds vijf jaar een verlaten steiger aan het Oude IJsselmondsehoofd bij de Nieuwe Maas voor het verstrooien van de as van hun dierbaren. Balwantsingh: ‘We verstrooien de as van mensen die in de stad gewoond en gewerkt hebben. En vaak ook overleden zijn. Ze willen dicht bij huis uitgestrooid worden. In Rotterdam.’

Morgen om 17.15 wijdt RTV Rijnmond een uitzending aan dit ritueel in de Rotterdamse Maas.

‘Ongehoord Nederland-aanhangers worden juist het meest gehoord in de media’

1

Ongehoord Nederland wil de nieuwe omroep zijn voor ‘ongehoorde Nederlanders’. De rechtse aspirant-omroep van Arnold Karskens en de zijnen claimt de drempel van 50.000 leden na een kleine maand al bijna te hebben gehaald. Maar de weg richting de status van omroep gaat niet zonder tegenslag. Bestuurslid Haye van der Heyden is inmiddels al opgestapt vanwege zijn principiële uitspraken over het recht op vrije meningsuiting voor pedofielen en Holocaust-ontkenners. En wordt de achterban van Ongehoord Nederland niet al genoeg gehoord? We vroegen het ons panel.

Ibrahim Özgül (35), finance- en project professional

‘Als je op straat aan willekeurig iemand vraagt of die persoon zich ongehoord voelt in de media, is het antwoord waarschijnlijk ‘ja’. Je kunt niet alle mensen aan het woord laten. Maar het verhaal van Ongehoord Nederland dat onderwerpen als kritiek op de islam en angst voor vluchtelingen niet gehoord worden in onze media, dat is echt totale onzin.

En toch: wanneer een mening niet tegen de wet is, dan mag die mening in principe geuit worden. Wel is er volgens mij een rode lijn. Die is er voor Holocaust-ontkenners, islamofoben en racisten als Joost Niemöller (één van de initiatiefnemers van Ongehoord Nederland, red.).

‘Racisme is geen mening’

Dat mensen heel erg rechts zijn, dat mag. En je mag ook fundamentele kritiek op de islam of het jodendom hebben en daarover een open en eerlijk debat voeren. Maar dat doet extreemrechts niet. Extreemrechts jaagt mensen op en demoniseert. En dat alles van onze belastingcenten. Ik zit er niet op te wachten dat er straks een omroep is die allemaal racistische, islamofobe, antisemitische en homofobie troep uitzendt. Het internet staat hier al vol mee.

Eigenlijk vind ik dus dat er op de publieke omroep geen plaats is voor Ongehoord Nederland. Racisme is geen mening. Het leidt tot ontwrichting van een samenleving. Dat mogen we niet laten gebeuren. We kunnen ons dan niet verschuilen achter de vrijheid van meningsuiting.’

Lourdes Boasman (69), gepensioneerd en taalvrijwilliger

Welke mensen zijn het nou, die zeggen dat ze ‘ongehoord’ worden? Op basis van wat ik uit de media heb vernomen gaat het om mensen die in mijn optiek nogal onfrisse ideeën willen uiten. Racisme en antisemitisme horen niet thuis op de buis. Er zullen altijd mensen zijn die ontevreden zijn en dat ook blijven. Maar we moeten geen zendtijd geven aan een omroep die laster en smaad propageert.

Er zijn echte problemen en misstanden in onze maatschappij. Die kunnen we binnen ons huidige omroepbestel uitstekend aan de kaak stellen. Het is vervolgens aan de politiek om hiermee wat te doen. En onze volksvertegenwoordigers kiezen we zelf.

‘Racisme en antisemitisme horen niet thuis op de buis’

Maar dan moet het wel om legitieme zaken gaan. Gekakel over een lager IQ bij zwarte mensen is alleen maar een uiting van de eigen domheid. Wat dat betreft hoeven we alleen maar te kijken naar de intelligentie van twee Amerikaanse politici: oud-president Barack Obama en de huidige president Donald Trump.

Wel moet ik toegeven dat politieke correctheid soms doorslaat. Denk aan D66, waar men opeens vond dat ‘bemanning’ moest worden veranderd in ‘bemensing’. Discussie over semantiek vertroebelt de discussie over de echte problemen. We moeten dus niet op elk slakje zout leggen.

Desalniettemin rechtvaardigt dit niet de oprichting en het faciliteren van een omroep waar mensen met uiterst dubieuze ideeën zonder tegenspraak hun haat kunnen spuien. Overigens lijkt de houdbaarheid van deze club uiterst kort. De eerste splijtingen binnen het bestuur zijn alweer een feit. Conclusie: niet doen.’

Stephano Stoffel (57), ZZP’er, bestuurder en columnist

‘Ieder mens heeft het recht om een omroep op te starten. Maar of het geluid van deze club mensen echt ongehoord is in Nederland? We hebben WNL en Powned toch al?

Tijdens de Provinciale Statenverkiezingen zat ik in het publiek bij een WNL-uitzending van Rick Nieman, samen met een paar Marokkaanse-Nederlandse PvdA’ers. Nieman is een aardige man en het publiek was ook leuk. Op de gang kwam ik Annabel Nanninga tegen. Zij groette mij normaal, maar ze is wel lid van de extreemrechtse partij Forum voor Democratie.

‘We hebben WNL en Powned toch al?’

Haar partijgenoot, wiens naam ik liever niet noem, liep daarna langs, in de richting van de studio, en mompelde iets in de trant van: ‘Jaja, daar heb je ze weer’, toen hij ons zag staan. Als iemand van FvD al zo reageert op een stel PvdA’ers in de studio bij een talkshow en deze partij steunt Ongehoord Nederland, dan ben ik wel benieuwd wat er straks via de zender wordt uitgezonden.

Wanneer ik hoor en lees wat die mensen achter Ongehoord Nederland allemaal roepen, dan ben ik het sowieso wel eens met de naam. Ik vind het namelijk echt ongehoord dat één van de oprichters (Joost Niemoller, red.) tegen rassenvermenging is en David Irving, een beruchte Holocaust-ontkenner, een prima historicus vindt. Ik ben eigenlijk ook wel benieuwd of de Raad voor de Journalistiek vindt of een dergelijke omroep past binnen een liberaal land als Nederland. Ik zou zelf in ieder geval geen programma van Ongehoord Nederland gaan kijken.’

Salma Karim (25), CEO en graphic designer

‘Ik vind dat Ongehoord Nederland-aanhangers juist degenen zijn die het meest gehoord worden in de media. Het gaat altijd over mensen als Thierry Baudet en Geert Wilders, met hun extreme ideeën en discriminerende uitspraken. Hun aanhangers zijn ook het meest actief op social media en staan klaar om iedereen aan te vallen en de meeste racistische, discriminerende uitspraken te posten.

Natuurlijk zijn er grenzen aan wat kan op de publieke omroep. Het non-discriminatiebeginsel vind ik heel belangrijk, maar je weet dat Ongehoord Nederland zich aan dit belangrijke principe nooit zal houden. Nu doet de aspirant-omroep dat al niet. Als Ongehoord Nederland inderdaad zendtijd gaat krijgen, dan wordt deze omroep de spreekbuis van PVV en Forum voor Democratie.

‘Er grenzen aan wat kan op de publieke omroep’

En dan Joost Niemöller, één van de initiatiefnemers. Ik geloof dat hij helemaal doorgeslagen is, geradicaliseerd. Niemand, zelfs GeenStijl niet, neemt Niemöller nog serieus. Maar nu heeft hij een nieuw podium gevonden zodat hij weer in de spotlights kan staan.

Joost Niemöller en politici van PVV en FvD zijn berucht als sociale mediagebruikers, omdat ze via Twitter en Facebook informatie verspreiden die niet klopt. Ik ben bang dat Ongehoord Nederland de leugens van deze mensen een nog groter podium gaan geven. Daarmee wordt de haat en de polarisatie in onze samenleving alleen maar versterkt.’

Pritam Soekhradj, (18), scholier havo 5

‘De vrijheid van meningsuiting is een belangrijk recht waar iedereen recht op heeft. Maar toch hebben veel mensen het gevoel dat ze niet gehoord worden. Mede-oprichter Haye van der Heyden verdedigde de vrijheid van meningsuiting van Holocaust-ontkenners en pedofielen, wat voor nogal wat ophef zorgde.

‘Je kunt mensen moeilijk verbieden om hun mening naar voren te brengen’

Ik ben trouwens wel benieuwd waarom mensen geloven dat de Holocaust niet heeft plaatsgevonden. Of wat het verhaal van pedofielen is. Zulke verhalen krijgen zelden de ruimte op een manier dat je de gedachtegang van de mensen die deze ideeën hebben helemaal kunt volgen.

Eigenlijk vind ik dat je je mening op een nette manier moeten uiten. Anderen kunnen en mogen het niet eens zijn met die mening, maar je kunt mensen moeilijk verbieden om hun mening naar voren te brengen.’

Ik houd mijn hart vast voor Suriname

1

Suriname is helemaal terug in the picture. De bijzondere Surinametentoonstelling in Amsterdam draagt hieraan zeker bij, maar het vonnis dat de Surinaamse Krijgsraad kort geleden uitsprak tegen Desi Bouterse heeft het land pas echt weer in de schijnwerpers geplaatst.

Het is ook niet niets: welk land heeft een zittende president die in eigen land wegens medeplichtigheid aan vijftienvoudige moord tot twintig jaar is veroordeeld, terwijl hij ook nog een celstraf van elf jaar wegens drugshandel moet uitzitten zodra hij voet zet op Nederlandse bodem?

Onlangs was ik enkele weken in Suriname voor het geven van een reeks gastcolleges aan de Anton de Kom Universiteit. In gesprekken met collega’s en studenten viel mij op dat er veel wordt geklaagd over de moeilijke economische situatie van het land.

Begrijpelijk: een junior beleidsmedewerker op een ministerie, bijvoorbeeld, verdient maandelijks rond 400 euro, net genoeg om de vaste woonlasten te betalen. Velen hebben dan ook nog een tweede baan erbij, het welbekende ‘hosselen’.

Intussen wordt Suriname in de uitverkoop gedaan, waarbij vooral China als de nieuwe kolonisator optreedt: het – vaak illegaal – gekapte bos en gedolven goud verdwijnen uit het land. De opbrengsten daarvan en de door China verstrekte leningen worden amper gebruikt om de hopeloos verouderde infrastructuur te verbeteren, maar wel om gunsten uit te delen aan potentiële stemmers op de Bouterse-partij.

Volgend jaar mei zijn er weer presidentsverkiezingen. Vrijwel iedereen die ik daarover sprak gaat ervan uit dat de zittende president voor een derde termijn wordt herkozen.

Luid en duidelijk zijn ook de klachten over de ontwrichtende gevolgen van vriendjespolitiek en corruptie en over hoe lastig die zijn uit te bannen. Klokkenluiders zijn zó hun baan kwijt. Daarom is men op zijn hoede: voor je het weet heb je geduvel, zeker in zo’n kleine samenleving waar bijna iedereen elkaar via-via wel kent.

Bouterse zelf noemt Nederland, de vroegere kolonisator, als oorzaak van alles wat mis is. Minister Blok noemde Suriname vorig jaar op zijn beurt een ‘failed state’. Geen wonder dat de contacten op regeringsniveau tussen de beide landen al jarenlang stroef verlopen.

De rechtsstaat en democratie in Suriname zijn sterker dan menigeen denkt

Opmerkelijk is dat waar een meerderheid van de bevolking haar president nog lijkt te steunen, diens mening over Nederland maar door weinigen wordt gedeeld. Integendeel, er zijn levendige niet-gouvernementele contacten tussen de twee landen: talloze instellingen, stichtingen, bedrijven en ook gemeenten hebben succesvolle samenwerkingsprojecten opgezet.

Elke dag vliegen twee grote vliegtuigen op en neer tussen Schiphol en Zanderij. Naast deze samenwerkingspartners vervoeren zij Surinaamse Nederlanders op familiebezoek, Nederlandse toeristen, alsook de zeer zichtbaar in Paramaribo aanwezige stagiaires: honderden blonde Hollandse meiden (nauwelijks jongens) die er enkele maanden stage komen lopen, vooral in de medische en hospitality-sectoren.

De sociale en culturele banden tussen onze beide landen zijn innig. Dat zal nog jaren zo blijven. In Nederland wonen bijna 400.000 mensen met wortels in Suriname, terwijl Suriname zelf een bevolking van 600.000 heeft. Geen wonder dat vrijwel elke Surinaamse familie over de twee landen is verdeeld. Daarnaast delen we een lange geschiedenis, al kent die vele dieptepunten, en spreken we dezelfde taal. Op straat hoorde ik zelfs veel meer mensen Nederlands spreken dan toen ik begin jaren negentig voor het eerst in Paramaribo was.

Ook onze rechtsstelsels hebben belangrijke gemeenschappelijke wortels. Dat werd mij wederom duidelijk op een symposium dat ik in Paramaribo bijwoonde ter gelegenheid van dertig jaar juridische samenwerking tussen Suriname en Nederland. Een belangrijke conclusie van dat symposium was dat rechtsstaat en democratie in Suriname sterker zijn dan menigeen denkt, ook al liggen zij regelmatig onder vuur.

Die conclusie werd nog geen twee weken later bevestigd toen de Krijgsraad, bestaande uit drie moedige en integere vrouwen, zijn ondubbelzinnige vonnis uitsprak over een democratisch verkozen president. De scheiding der machten ten top! Aan het volk straks de beslissing of Bouterse voor nog eens vijf jaar in zijn paleis mag blijven. Ik houd mijn hart vast.

Marokkaanse Spanjaarden: zorgen om groei radicaal-rechtse partij Vox

1

De Spaanse ‘Marokkaanse Vereniging voor de Integratie van Immigranten’ heeft in Malaga een conferentie tegen moslimhaat georganiseerd. De islamitische gemeenschap in Spanje moet beter beschermd worden tegen het gevaar van moslimhaat, vinden de organisatoren.

Wat de organisatoren vooral zorgen baart is het succes van de radicaal-rechtse partij Vox, die vorige maand de derde partij van het land werd. De partij kreeg 52 zetels: een verdubbeling ten opzichte van het resultaat in april, toen er ook al parlementsverkiezingen plaatsvonden in Spanje.

Vox is tegen het toelaten van niet-westerse migranten. De rechtervleugel van Vox bestaat uit Franco-aanhangers die met weemoed terugdenken aan de tijd van zijn fascistische dictatuur (1939-1975)

Eerder dit jaar lanceerde de Marokkaans-Spaanse organisatoren van de conferentie een app om moslimhaat in Spanje tegen te gaan. De app ‘Islamofobia’ kan gratis worden gedownload via Google Play. Mensen die slachtoffer of getuige zijn van moslimhaat kunnen anoniem de feiten melden.

In Spanje wonen zo’n twee miljoen moslims. Volgens het laatste jaarverslag van het Spaanse ‘Burgerforum tegen Islamofobie’ is veertig procent van de haatmisdrijven in Spanje tegen moslims gericht. Van deze aanvallen vindt 46 procent op het internet plaats.

Rechter: Facebook moet gesloten account van Italiaanse neofascisten heropenen

1

Een civiele rechter in Rome heeft geoordeeld dat Facebook onmiddellijk het account van de Italiaanse neofascistische beweging CasaPound moet reactiveren. 

Doet Facebook dit niet, dan moet het CasaPound elke dag een dwangsom van 800 euro betalen. Daarnaast moet Facebook 15.000 euro aan gerechtskosten terugbetalen.

Twee maanden geleden besloot Facebook het account van CasaPound te deactiveren, samen met het Instagram-account van de partij. Facebook kwam tot dit besluit omdat er op deze accounts haat zou worden gezaaid.

Maar volgens de rechter zou CasaPound zonder Facebook van het Italiaanse politieke debat worden uitgesloten. Het pluralistische politieke landschap van Italië zou hierdoor in gevaar komen, luidt de redenering.

De partij CasaPound werd in de late jaren negentig opgericht als een fascistische drinkclub. De organisatie is vernoemd naar de Amerikaanse dichter Ezra Pound, die fascistische sympathieën had.

Het is niet de eerste keer dat Facebook actie heeft ondernomen tegen CasaPound. In april werden de accounts van CasaPound en van enkele radicaal-rechtse politici, waaronder de achterkleinzoon van dictator Benito Mussolini, geschorst.

CasaPound beweert een ‘democratische vorm’ van fascisme voor te staan. Toch wordt de beweging ervan beschuldigd geweld en racisme aan te moedigen. Deze zomer hield CasaPound op als partij te bestaan, om verder te gaan als beweging.

Turkije: voormalig AKP-kopstuk Ahmet Davutoglu lanceert nieuwe partij

1

De Turkse ex-premier Ahmet Davutoglu werd eerder dit jaar uit Erdogans AKP gezet. Nu heeft hij een nieuwe politieke partij opgericht.

Vandaag wordt de ‘Toekomstpartij’ (‘Gelecek Partisi’) officieel gelanceerd. De partij is bedoeld als concurrent van de AKP.

Ahmet Davutoglu en de huidige president Recep Tayyip Erdogan werkten lange tijd samen. De relatie verslechterde dit jaar toen Davutoglu kritiek begon te uiten op de politiek van Erdogan en het annuleren van de gemeenteraadsverkiezingen in Istanbul.

Ook bekritiseerde Davutoglu in augustus Erdogans besluit om drie Koerdische burgemeesters af te zetten. Daarnaast zei hij dat de waarheid over de golf van aanslagen die Turkije in 2015 kende nog niet boven tafel is. Tevens suggereerde de ex-premier dat Erdogan de mislukte coup van 2016 al zag aankomen en tevens goed kon gebruiken.

Erdogan was al deze kritiek goed zat. Davutoglu werd in september dit jaar uit de AKP gezet, samen met andere kritische partijleden.

Davutoglu is overigens niet de enige AKP-dissident die bezig is met een nieuwe partij. Een half jaar geleden kondigde voormalig vice-premier Ali Babacan aan om samen met ex-president Abdullah Gül een nieuwe partij op te richten.

Deze partij is nog niet formeel opgericht. Babacan maakte eergisteren wel bekend dat de beroemde Turkse econoom Daron Acemoglu ook zal meedoen aan zijn nieuwe partijformatie.

Onder analisten was het al langer de verwachting dat Babacan en Gül niet samen zouden werken met Davutoglu. Gül en Davutoglu zouden slecht door één deur kunnen, terwijl Babacan bekend staat als relatief pro-westers en Davutoglu als een pan-islamist.

Van 2009 tot 2014 was Davutoglu minister van Buitenlandse Zaken. Daarna werd hij voorzitter van de AKP en minister-president. In mei 2016, twee maanden voor de mislukte couppoging, besloot Davutoglu onder druk van Erdogan zijn functie neer te leggen.

IS-vrouwen, de racismekaart en het belang van een stevig weerwoord

1

De laatste column van Jaswina Elahi op de Kanttekening zorgde voor nogal wat ophef op social media. Ze schreef ook over een moeilijk onderwerp: over wat Nederland moet doen met IS-vrouwen en hun kinderen die nu nog in Syrië in kampen zitten. Elahi hekelt de onwil van Nederland om deze Nederlandse vrouwen en kinderen terug te halen.

Dit heeft volgens haar onder andere te maken met de kleur van hun huid. En dit creëert dan rechtsongelijkheid. Want, zo stelt Elahi, Nederland is wel bezig met het terughalen van witte Nederlanders die elders op de wereld in de gevangenis zitten. Dus waarom niet de Syriëgangers? De enige verklaring die Elahi hiervoor kan bedenken is de huidskleur en het geloof van deze groep.

Dat Elahi besloot om de racismekaart te trekken toen ze het in haar column opnam voor IS-vrouwen schoot veel mensen op Facebook en Twitter in het verkeerde keelgat. Een relletje was geboren. Criticasters vonden het stuk ‘schandalig’ of zelfs ‘haatzaaiend’, de Kanttekening zou aan ‘riooljournalistiek’ doen, de islamitische achtergrond van hoofdredacteur Mehmet Cerit werd er bijgehaald en ook de hogeschool waar Elahi werkt werd bij de discussie betrokken. Eén twitteraar besloot haar werkgever te benaderen.

Ik wil een lans breken voor Jaswina Elahi. Dat doe ik niet omdat ik ook columnist ben bij de Kanttekening en ook niet omdat ik aan dezelfde hogeschool werk, maar omdat ik geloof dat we diversiteit aan perspectieven moeten koesteren.

Er is hier geen sprake van ‘riooljournalistiek’. Elahi heeft geen journalistiek product afgeleverd, maar een column. Voor columns gelden andere regels. Voor journalisten is het principe van hoor en wederhoor belangrijk, columnisten hoeven daar geen rekening mee te houden.

Sterker nog: columns zijn juist bedoeld om uit te dagen, om mensen aan het denken te zetten. Daarom vind ik het een slechte zaak als mensen oproepen tot censuur, de werkgever van Elahi erbij gaan halen of over riooljournalistiek spreken. Het is juist een goede zaak dat dit geluid, dat wel degelijk weerklank vindt in onze samenleving, ook een podium krijgt op de Kanttekening.

Tegelijkertijd verdient de column van Jaswina Elahi een stevig weerwoord, omdat ze beweringen doet die nogal misplaatst zijn.

Dat de Nederlandse staat Syriëgangers niet wil terughalen heeft niets te maken met kleur

De terugkeer van Syriëgangers is een moeilijk onderwerp, waar ook ik eerder over heb geschreven. De zorgen over de terugkeer van Syriëgangers zijn allesbehalve ongegrond. Dat de Nederlandse staat niet staat te popelen om IS-vrouwen terug te halen is heel begrijpelijk. Onze veiligheid is in het geding. Maar het meest problematische aan de column van Elahi is dat zij suggereert dat Nederland hierbij een racistisch motief zou hebben.

Allereerst gaat Elahi klakkeloos uit van de premisse dat alle Syriëgangers mensen van kleur zijn. De realiteit is anders. Een aanzienlijk deel van deze groep bestaat uit autochtone bekeerlingen en hun kinderen. De groep gevangenen in het buitenland die Nederland wel terughaalt, en waar Elahi in haar column naar verwijst, is eveneens divers. Hier zitten ook mensen van kleur tussen. Dat de Nederlandse staat Syriëgangers niet wil terughalen heeft niets te maken met kleur.

Is het dan geloof, wat Elahi ook suggereert? Hiermee is ze warmer, hoewel het onzin is dat IS-vrouwen niet naar Nederland worden gehaald omdat ze moslim zijn. Het gaat er juist om dat deze vrouwen een salafistisch-jihadistische variant van de islam aanhangen, en dat zij zich hebben aangesloten bij een terreurbeweging die niet alleen verantwoordelijk is voor aanslagen maar ook voor een genocide op Jezidi’s en Assyrische christenen. IS-vrouwen zijn geen doorsnee moslima’s. Ook op dit punt is Elahi veel te generaliserend.

Dat Nederland IS-vrouwen niet wil terughalen heeft dus niets met kwaadaardige racistische of islamofobe motieven te maken, maar met legitieme zorgen. Het gaat om een groep radicalen die bij terugkeer een bedreiging vormt voor onze nationale veiligheid.

Dat komt ook omdat de gevangenisstraffen die de IS-vrouwen zullen krijgen wellicht relatief laag zullen zijn. Bewijsgaring in Syrië is onmogelijk, en dus zullen ze voor veel misdaden die ze hebben begaan nooit gestraft worden. Binnen enkele jaren staan deze vrouwen weer op straat – als ze überhaupt al zo lang vast zullen zitten.

En als ze weer vrij zijn, dan zullen de IS-vrouwen niet alleen een potentieel terreurgevaar vormen. Ook zijn ze een bedreiging voor de verschillende moslimgemeenschappen. Nieuwe generaties jonge radicalen kunnen, geïnspireerd door verhalen van deze vrouwen, verder radicaliseren.

Degenen die zich op social media zo kwaad hebben gemaakt over de column van Jaswina Elahi moeten haar mening met argumenten bestrijden. Dat is veel beter dan op de vrouw spelen, verschillende literaire genres door elkaar halen of iemands werkgever erbij halen.

Het debat is gebaat bij inhoud, niet bij persoonlijke aanvallen en oproepen tot censuur en no-platforming. Zeker dit moeilijke debat, over de mogelijke terugkeer van Syriëgangers, verdient veel beter.

Ranglijst: China en Turkije hebben meeste journalisten in de gevangenis

1

Uit de jaarlijkse ranglijst van persvrijheidsorganisatie Committee to Protect Journalists (CPJ) blijkt dat er ruim 250 journalisten gevangen zitten.

Vorig jaar waren dat er nog 255. China (48 gevangenen) is de koploper, gevolgd door Turkije (47 gevangenen). Voor het eerst in vier jaar is Turkije daarmee niet de nummer één.

De Turkse president Erdogan legt volgens CPJ de persvrijheid aan banden door kritische mediabedrijven te sluiten en journalisten te vervolgen wegens ‘propaganda voor terrorisme’.

China treedt hard op tegen journalisten die verslag doen van demonstraties in Hongkong of de onderdrukking van de islamitische Oeigoeren, constateert de persvrijheidsorganisatie.

Na China en Turkije zitten in Saudi-Arabië, Egyte, Vietnam, Eritrea en Iran de meeste journalisten vast.