21.1 C
Amsterdam
Home Blog Pagina 606

VN-rapporteurs veroordelen Israëlische knokploegen

0

De VN-rapporteur voor minderhedenkwesties veroordeelt de aanvallen in Israël door extreemrechtse Joodse knokploegen tegen Palestijnen en Israëlische Arabieren, waaronder door kolonisten.

De knokploegen waren al langer een bekend fenomeen, maar gingen afgelopen maand wereldwijd viral vanwege de gebeurtenissen in Oost-Jeruzalem.

In de wijk Sjeik Jarrah en rond de Al Aqsa-moskee vonden grootschalige rellen plaats nadat vier Palestijnse gezinnen uit hun huizen dreigden te worden gezet. Ondertussen hielden extreemrechtse knokploegen uit Israël huis in dit overwegend Palestijnse deel van de stad (foto).

Ook beschermde de Israëlische politie haar Palestijnse burgers te weinig en traden de Israëlische veiligheidstroepen vaak te hard op tegen Palestijnen, zegt VN-rapporteur Fernand de Varennes.

‘Gezien de ernst van de situatie roep ik de regering van Israël op om ondubbelzinnig alle daden van geweld, haat en discriminatie jegens de Palestijnse burgers van Israël krachtig te veroordelen.’

De verklaring van De Varennes wordt onderschreven door de VN-rapporteurs voor het recht op vreedzame vergadering en vereniging en mensenrechten in de Palestijnse gebieden.

Israël kent een Arabische minderheid van 1,5 miljoen zielen, 20 procent van de bevolking. Arabische Israëliërs lijden al tientallen jaren onder discriminatie en uitsluiting, aldus De Varennes. Zo zorgt de afwezigheid van schuilkelders in Arabische Bedoeïendorpen in Israël voor onveiligheidsgevoelens onder deze groepen.

Ondertussen is in Israëls belangrijkste bondgenoot een lichte verschuiving zichtbaar in de publieke opinie ten aanzien van Israël. Twee jaar geleden, voor de Black Lives Matter-beweging en de laatste schermutselingen tussen Israël en Hamas, steunde de helft van de Democratische linkervleugel nog Israël, aldus het Amerikaanse peilstation Gallup. Dat is nu nog maar 33 procent.

Dit schoolhoofd uit Kirgizië is ontvoerd door Turkije, vreest zijn familie

0

De oprichter en voorzitter van een Turks-Kirgizisch scholennetwerk is sinds maandag vermist in Bishkek, de hoofdstad van Kirgizië. Zijn familie denkt dat hij is ontvoerd door de Turkse geheime dienst.

Eerder deze week maakte Turkije bekend Selahaddin Gülen te hebben opgepakt, vermoedelijk in zijn verblijfplaats Kenia. Dat is de neef van Fethullah Gülen, de in Amerika woonachtige islamitische geestelijke die volgens Turkije achter de mislukte coup van 2016 zit. Het Turks-Kirgiziche schoolhoofd Orhan Inandi is ook een Gülen-symphatisant.

Inandi verliet maandagavond rond acht uur zijn huis voor een ontmoeting in een nabijgelegen café, schrijft de Turkse website Turkish Minute. Daarna heeft niemand meer iets van hem vernomen.

De Toyota Lexus van het schoolhoofd werd gevonden op acht kilometer van zijn huis. De deuren van de auto stonden open en de banden waren lek. Zijn familie bracht de Kirgizische politie onmiddellijk op de hoogte van de verdwijning en eiste een dringend onderzoek naar zijn verblijfplaats.

‘Zijn jas en twee telefoons lagen in de auto. Hoewel ik geen ooggetuigen heb, vermoed ik dat hij is ontvoerd en naar Turkije is gebracht, en ik maak me zorgen om zijn veiligheid’, aldus de vrouw van Inandi.

Mensen die dicht bij de familie staan zeiden dat er een privéjet stond te wachten op de internationale luchthaven in Bishkek, die niet op de lijnvluchten stond vermeld. De luchthaven zeg echter dat het vliegtuigje er al sinds 1 april stond en sindsdien Kirgizië niet meer heeft verlaten.

Inandi richtte het Sapat-netwerk van onderwijsinstellingen op, dat sinds 1992 actief is in Kirgizië. Het scholennetwerk wordt sinds 2017 beheerd door de Kirgizische Republiek. Onder de school vallen zestien middelbare scholen, drie basisscholen, een internationale universiteit en een internationale school.

Scholieren en ouders van de Sapat-scholen verzamelden zich bij de Turkse ambassade. Ze droegen borden bij zich in het Russisch en Kirgizisch met de tekst: ‘Waar is meneer Inandi?’ Twitteraars gebruiken de hashtag #WhereisOrhanInandi. Turkse media bevestigen niet dat Inandi ontvoerd is.

In Turkije zitten duizenden vermeende Gülen-sympathisanten in de gevangenis. 80.000 Turken zijn aangeklaagd wegens ‘poging tot staatsgreep’ en/of ‘lidmaatschap van een terroristische organisatie’. 150.000 ambtenaren zijn ontslagen of geschorst, net als 21.000 militairen. Turkije heeft tientallen vermeende Gülen-sympathisanten uit het buitenland gekidnapt, vooral uit Afrika en de Balkan.

De Turkse overheid voert nog altijd een klopjacht uit op vermeende Gülen-sympathisanten. Zo zijn eind mei ruim tachtig mensen opgepakt in de westelijke provincie Canakkale. Volgens de met Gülen sympathiserende website Bold Medya werden zij tijdens hun dagenlange ondervraging gemarteld met een wipgalg. Hangend aan het trektouw van de wipgalg worden de handen omhoog getrokken, langs de rug tot over het hoofd, met ontwrichting van de schouders als gevolg.

FNV op de bres voor onthoofde Turkse vakbond: ‘EU moet zich uitspreken’

0

Vakbond FNV reageert geschokt op het nieuws dat vorige week acht kritische Turkse vakbondsbestuurders zijn gearresteerd. .

Hun arrestatie zou gepaard zijn geweest met gewelddadig en intimiderend optreden van de politie tegen de bestuurders en hun familieleden.

Volgens FNV lijkt hun arrestatie onderdeel van een bredere strategie, waarbij vakbondsrechten in Turkije steeds verder onder druk komen te staan.

Ook zouden president Erdogan hiermee de aandacht willen afleiden van de echte problemen waar de Turkse gezondheidszorg mee kampt: de coronapandemie en de daaraan gekoppelde stijgende sterftecijfers van mensen die in de gezondheidszorg werken. Dit zijn allemaal kwesties waar de vakbondsleiders aandacht voor hebben gevraagd

FNV-voorzitter Tuur Elzinga roept in een brief Erdogan op alle aanklachten tegen de acht in te trekken en alle geratificeerde internationale arbeids- en mensenrechtenverdragen te respecteren.

Elzinga wil bovendien dat EU-buitenlandvertegenwoordiger Joseph Borrell ‘de Europese democratische waarden naleeft en zich uitspreekt over deze onrechtvaardige gebeurtenis. Vakbondswerk en politiek activisme zijn geen misdaden’.

Marokko’s staatsvijand nummer één ontkomt aan vervolging in Spanje

0

Polisario-leider Brahim Ghali is ontkomen aan rechtsvervolging in Spanje. Marokko is woedend dat Spanje hem heeft laten gaan.

Polisario strijdt voor onafhankelijkheid van de Westelijke Sahara, dat sinds 1975 grotendeels door Marokko wordt bezet. Ghali (71) is besmet met het coronavirus en werd behandeld in een ziekenhuis in Spanje, maar wordt door Marokko beschuldigd van genocide en foltering.

Om Spanje onder druk te zetten, heeft het koninkrijk onlangs duizenden migranten naar de Spaanse enclave Ceuta laten vluchten. Dit kan Marokko nog een keer doen, want gisteren besloot de Spaanse rechter om Ghali niet te vervolgen.

Spanje stuurde eerder deze week vliegtuig terug uit Algerije, dat Ghali steunt en wilde terughalen uit Spanje. Spanje leek daardoor het conflict met Marokko niet erger te willen maken. Toch vertrok Ghali gisteravond alsnog naar Algerije, waar hij inmiddels is aangekomen.

Marokko wil de Westelijke Sahara graag in bezit houden, ook vanwege de grote fosfaatreserves in het gebied. Volgens economen zal de prijs van fosfaat de komende decennia hoger worden, wat goed is voor de Marokkaanse economie.

Interculturele relaties: drie koppels over de obstakels en het midden vinden

1

Twee geloven op één kussen, slaapt daar de duivel tussen? Drie stellen vertellen over de versmelting van hun leefwerelden.

Eva, die half Spaans is, heeft een kindje samen met Mehmet. Ze waren collega’s en vrienden. Mehmet werkte op de IT-afdeling bij ING en Eva gaf cursussen. Nadat ze een nieuwe baan kreeg zag Eva Mehmet niet meer. Maar toen ze verhuisde van Tilburg naar een appartement in Amsterdam kwam ze Mehmet onverwacht weer tegen op straat: ‘We liepen toevallig door dezelfde straat, dat heeft zo moeten zijn.’

‘Ik had de tram gepakt naar het huis van mijn ouders, waardoor ik nog een stukje moest lopen. Normaal pak ik namelijk de bus. Op straat hoorde ik opeens de stem van Eva: ‘Wat doe jij hier?’ Ik vroeg meteen: ‘Wat doe jij hier?’ Als ik de bus had gepakt, was ik haar helemaal niet tegengekomen.’

Eva en Mehmet spraken af om een keer samen uit eten te gaan, maar het kwam er niet van. Pas na een maand belde Eva eindelijk. ‘Mijn ouders zijn heel modern, maar die probeerden me toch te koppelen’, vertelt Mehmet.

‘Ik was al in de dertig en dat werd wel een dingetje. Ik woonde op mezelf en dat zagen mijn ouders niet graag. Het was net of er iets was met mij, of ik niet helemaal goed was. Mijn zus is tien jaar jonger, zij was al lang onder de pannen en had al twee kinderen – maar van mij kwamen ze maar niet af. Ze probeerden blind dates voor mij te regelen met Turkse vrouwen. Dat bedoelden ze niet kwaad, maar ik wilde dat gewoon niet.’

Met Eva was er een vrouw voor Mehmet gevonden. Dan komen de hot topics aan bod. Wil je kinderen? Voor welke voetbalclub ben je? Eva en Mehmet hadden allebei een kinderwens.

‘Dat hij Turks en moslim is wist ik, dat interesseerde me niet zoveel. Maar ik ben een echte Eindhovense en fervent PSV-fan en hij komt uit Amsterdam. Ik was bang een Ajax-fan aan de haak te hebben geslagen. Maar gelukkig was dat niet zo. Hij bleek voor Fenerbahce te zijn…’

Ze vonden een compromis: In Turkije zijn ze beiden voor Fenerbahce, in Nederland voor PSV. Eva: ‘Ik heb mij in de afgelopen jaren wel eens in het foeilelijke paars-geel moeten hijsen, voor een kampioenswedstrijd bij de supportersclub hier in Amsterdam.’

Mehmet is moslim van huis uit, maar vindt zichzelf een parttime gelovige. Eva is rooms-katholiek. Mehmet vindt dat geen probleem. ‘Het gaat om dezelfde God, dezelfde profeten en hetzelfde geloof. Ik zie de Thora als het eerste Testament, de Bijbel als het tweede en de Koran als het derde. Het gaat om de overeenkomsten. We geloven in dezelfde God, we leren dezelfde dingen uit deze boeken om ons goed te gedragen en lief te zijn voor elkaar.’

Mehmet en Eva wilden dan ook in de kerk trouwen. Dat werd de Sint Nicolaaskerk met een oecumenische dienst, waar ze speciaal toestemming voor kregen van het Bisdom Amsterdam-Haarlem. In de katholieke kerk hadden ze namelijk geen protocol voor een huwelijk tussen een katholiek en een moslim.

‘Hij krijgt cadeautjes met Sinterklaas, maar hij viert ook het Suikerfeest’

‘We wilden er ook een imam bij hebben. Dat was nog wel even lastig, maar we hebben er een gevonden’, vertelt Eva. Toen ze een zoontje kreeg werd die gedoopt in de katholieke kerk. Daar was geen discussie over. ‘Omdat ik zijn vader ben, is hij automatisch ook moslim’, legt Mehmet uit. Er waren mensen die het prima vonden dat ze dit deden, maar anderen vonden het ongepast.

Dat Mehmet niet met een moslima trouwde, was voor sommigen moeilijk te bevatten. ‘Ik kreeg steeds vragen of ik geen Turkse kon vinden en aan Eva werd gevraagd wanneer ze een hoofddoek zou gaan dragen. Voor mij spelen deze zaken niet. Ons geloof delen we en dat is het belangrijkste. In welke kerk je dat doet vind ik minder belangrijk. Zolang je maar een band hebt met de levende God.’

Mehmet, Eva en hun zoontje gaan elk jaar op vakantie naar Spanje en Turkije. Hun zoontje spreekt de talen daardoor ook. Ze voeden hem bicultureel op. Met Sint Maarten gaat hij langs de deuren en hij krijgt cadeautjes met Sinterklaas, maar hij viert ook het Suikerfeest.

Nederlands leren met de Bijbel

Elizabeth Swart (76) is al 44 jaar gelukkig getrouwd met Zamir Dekel (68). Hij is joods en komt oorspronkelijk uit Irak, maar emigreerde naar Israël. Ze kwamen elkaar tegen in Nederland, toen Zamir Elizabeth tegen het lijf liep tijdens het uitgaan. Zamir vroeg haar al heel snel ten huwelijk. ‘Ze zei toen geen ‘ja’, daarom ben ik teruggegaan naar Israël. Ik liet een brief achter waarin stond dat ik pas zou terugkomen als ze met mij wilde trouwen.’

Elizabeth ontdekte al snel dat het leven zonder Zamir een stuk minder leuk was. ‘Ik smeekte hem om terug te komen, maar toen moest hij eerst geld verdienen om de reis van Israël naar Nederland te betalen.’ Elizabeth was wat wantrouwig. Ze had al een zoon van elf jaar uit een eerdere relatie. Daarbij was ze zelf 31 en Zamir 23 jaar. ‘Ik miste hem heel erg toen hij weg was en merkte toen pas hoe goed we bij elkaar pasten. Toen hij terugkwam zijn we getrouwd.’

Daar was niet iedereen het mee eens. ‘Zijn ouders waren tegen ons huwelijk’, vertelt Elizabeth. ‘We zijn in de Bijlmer in een kleine gemeentesecretarie getrouwd. Je had daar toen alleen een klein winkelcentrum en daar zijn we getrouwd, met alleen enkele vrienden als aanwezigen.’

Voor Zamir was het erg wennen. Hij kreeg er een nieuw vaderland bij en bovendien een zoon van elf. Maar het werkte. ‘We waren altijd met zijn drieën tegen de wereld’, vertelt Elizabeth. ‘Zamir deed meteen met alles mee, ook met Sinterklaas en alles. Geen enkel probleem, hij paste zich heel goed aan.’

De taal was wel een probleem, maar ook hier werd een creatieve oplossing voor gevonden. Elizabeth pakte de Bijbel erbij, want de verhalen daaruit kennen joden ook. Zamir: ‘Ik herkende namen en de verhalen uit het Oude Testament, dat hielp mij om Nederlands te leren. We zijn niet gelovig, maar de Bijbel was een handig hulpmiddel.’

Het kostte aanvankelijk wel veel tijd om Zamir te ‘heropvoeden’. ‘Hij schrokte zijn eten en drinken naar binnen en was altijd op zijn hoede. Ik heb hem echt moeten leren en laten zien dat het hier rustiger kan, dat zoveel haast hier niet nodig is, want hier kan niet ieder moment een bom ontploffen.’

Zamirs broers hebben ook weleens bij Elizabeth en Zamir gelogeerd. ‘Het duurde maanden voordat zij dat opgefokte kwijtraakten, maar daarna kwamen ze ook helemaal tot rust’, vertelt Elizabeth.

‘Ik herkende namen en de verhalen uit het Oude Testament, dat hielp mij om Nederlands te leren’

‘Ik miste mijn familie in Israël niet echt’, vertelt Zamir. ‘Ik leef hier, met mijn nieuwe familie. Het is jammer dat we geen kinderen meer hebben gekregen, maar de zoon van Elizabeth zie ik echt als mijn zoon.’

Waar Zamir wel aan moest wennen was het huishouden. ‘Maar toen Elizabeth mij uitlegde dat we allebei werkten en daarom ook samen wat in de huishouding moesten doen, vond ik dat ook wel heel logisch.’ ‘Hij kan alles!’, roept Elizabeth tussendoor. ‘Koken, wassen, alles.’

Zamir was diamantslijper in Israël. Daarom begon hij in Nederland als bedrijfsleider bij een juwelier. ‘Toen de Bijlmerbajes geopend werd gingen we naar een open dag. Ze zochten personeel en Zamir kon daar meteen aan de slag als bewaarder.’

Zamir en Elizabeth zijn 44 jaar samen. Ze hebben nu ook kleinkinderen en een achterkleinkind. ‘Toen ik een tijdje in het ziekenhuis in Amsterdam lag, kwam Zamir twee keer per dag uit Hoorn naar mij toe om eten te brengen. Ik vond dat ziekenhuiseten helemaal niks en dat wist Zamir. Waar vind je nog zo’n man?’

Wildvreemden en wilde eenden

De 61-jarige Peter woont samen met Eti, die 33 is en uit Indonesië komt. Ze wonen de helft van het jaar in België, de andere helft in Indonesië. Hoewel ze qua leeftijd bijna dertig jaar van elkaar verschillen, zijn ze gelukkig.

Peter: ‘Toen de familie van Eti mij voor de eerste keer van het vliegveld kwam halen hadden ze een wandelstok voor ‘de oude man’ meegenomen, maar ze konden zelf hartelijk om hun vergissing lachen.’

Peter was nog getrouwd toen hij besloot om met zijn gezin naar Bali te emigreren. ‘Ik was toen nog mede-eigenaar van een trainings- en adviesbureau en daar had ik genoeg van. Mijn aandelen verkocht ik en we emigreerden met het hele gezin. Toen we eenmaal op Bali woonden bleek dat mijn vrouw en ik te zeer uit elkaar waren gegroeid. We besloten te scheiden. Ik heb mijn ex goed verzorgd achter gelaten, maar het was niet ideaal.’

Inmiddels was hij Eti tegengekomen, die als serveerster werkte en daarnaast nog de zorg voor haar broertjes had. ‘Een kennis van mij zocht iemand om voor zijn gehandicapte vrouw te zorgen. Dat was wel iets voor Eti, maar het duurde nog een tijd voor hij weer terug zou zijn op Bali. Zo hielden Eti en ik contact. Een paar maanden later waren we een setje.’

De taal was voor Peter nooit een probleem. ‘Toen ik 27 was, deed ik een cursus Bahasa Indonesia op de Volksuniversiteit, omdat ik zes weken door Indonesië wilde trekken. Mijn basiskennis haalde weer op toen ik naar Bali ging. Nu is het mijn tweede moedertaal.’

Eti heeft wel moeite met het Nederlands. Peter: ‘Het is ook een moeilijke taal. Daarnaast zijn we drie maanden in België, dan weer drie maanden in Indonesië, drie maanden België enzovoorts, ieder jaar weer. Eti werkt niet, dus het is voor haar niet echt nodig om de Nederlandse taal te beheersen.’

De Indonesische cultuur is heel anders dan de Nederlandse. Familie is voor Indonesiërs veel belangrijker. Daarom kwam Eti’s familie Peter ook van het vliegveld halen. Eti: ‘Mijn familie wilde wel weten of ik echt van hem hield, of dat het mij alleen om het geld te doen was. Maar ik houd echt van Peter.’

‘Wat is een glimlach hier duur’

Een groep mannen had grote moeite met de relatie tussen Peter en Eti. Ze wilden Eti ter plekke dwingen om met Peter te trouwen, wat een grote schande voor Eti’s familie zou betekenen: dan zou ze bekend staan als ‘hoer’.

Peter: ‘Maar voordat de groep versterking had opgeroepen, was ik verdwenen en even later Eti ook. Het was wel beangstigend en niet iets waarmee ik haar familie wilde opzadelen. Daarom heb ik me bekeerd tot de islam en ben ik officieel met Eti getrouwd.’

Eti liep in Europa tegen grote cultuurverschillen aan. Peter: ‘De eerste keer in België stonden we in de supermarkt in de rij voor een kassa. Er stonden twee vrouwen voor ons. Eti vroeg mij waarom ze niet met elkaar spraken. Ik zei haar dat ze elkaar waarschijnlijk niet kenden. ‘Maar zo leren ze elkaar ook nooit kennen’, antwoordde ze. Zo gaat dat in Indonesië. Daar spreken wildvreemden je gewoon aan op straat.’

Eti: ‘Ik vroeg Peter of we niet weer eens naar de buren moesten in België. Peter belde om een afspraak te maken, we konden pas over vier weken komen. Ik vond dat heel raar.’ Eti vertelt dat het leven in Indonesië een stuk relaxter is en dat mensen vaker lachen. ‘Wat is een glimlach hier duur.’

Peter legt uit: ‘In Indonesië bespreken mensen echt alles met elkaar, zeker met vriendinnen. Die weten dan ook tot op de centimeter nauwkeurig hoe alles zit. Dat kennen wij hier helemaal niet, maar in Indonesië zijn mensen veel opener naar elkaar.’

In Indonesië is ook een andere eetcultuur. ‘Daar eten ze op een kleed op de grond, van een groot bananenblad, en ze pakken het met hun handen.’ In Indonesië is vlees heel duur, Eti vertelt dat ze vroeger alleen tijdens het Suikerfeest vlees at. Peter vertelt lachend: ‘Toen er een eend bij ons in de tuin landde in België, riep Eti meteen om het geweer.’ In Indonesië zijn wilde eenden zo zeldzaam dat als er eentje opeens opduikt, hij meteen in de kookpan belandt.

Dit artikel werd eerder gepubliceerd op de Kanttekening op 6 december 2019.

Mexico beschuldigt Zara van ‘culturele toe-eigening’

0

Modeketen Zara maakt zich schuldig aan ‘culturele toe-eigening’. Tenminste, dat vindt Mexico.

Zara gebruikt in een jurk (foto, rechts) een patroon dat kenmerkend zou zijn voor de inheemse Mixteca-gemeenschap van San Juan Colorado in de zuidelijke Mexicaanse staat Oaxaca. Het ministerie van Cultuur van Mexico heeft daarom een boze brief gestuurd naar de modeketen.

‘Het ontwerp in kwestie is op geen enkele manier opzettelijk ontleend aan of beïnvloed door het kunstenaarschap van de Mixteken-bevolking in Mexico’, reageert Zara.

Mexico is op soortgelijke wijze uitgevallen richting kledingketen Anthropologie, dat op shorts (foto, links) de stijl van de inheemse Mixe-gemeenschap zou hebben afgebeeld. Hetzelfde zou gelden voor kledingketen Patowl, dat in een riem (foto, midden) een patroon hanteert dat erg lijkt op dat van de inheemse Zapoteco-gemeenschap. Beide volkeren leven in Oaxaca.

De mate waarin modeontwerpers culturele ontwerpen van inheemse volkeren kopiëren zonder hun oorsprong te erkennen, is de afgelopen jaren vaker een twistpunt geweest. Eerder beschuldigde de Mexicaanse regering modehuizen Carolina Herrera en Mango van culturele toe-eigening.

TK: geen aparte aanpak moslimhaat, wel zien als aparte discriminatievorm

0

Een motie van Denk voor een specifiek plan van aanpak tegen moslimhaat is verworpen door de Tweede Kamer. 

De Denk-motie noemt dat we landelijk wel een specifieke antisemitisme-aanpak kennen, terwijl dat bij moslimhaat ontbreekt. Volgens Denk is moslimhaat een groeiend probleem in Nederland, dat daarom ook zo’n specifieke aanpak verdient. Daar ging een meerderheid van de Kamer niet in mee.

Er waren in de periode 2017-2020 minder voorvallen van moslimdiscriminatie dan in 2015-2016, meldde de Monitor Moslimdiscriminatie onlangs. Tegelijkertijd is een moslimmeerderheid zich in de periode 2014-2019 minder veilig gaan voelen, concludeerde Meld Islamofobie twee jaar geleden.

Ook ondervonden moskeeën tijdens de ramadan een golf aan bedreigingen. Zo kregen moskeeën door het hele land een dreigbrief verstopt in een luier, vergezeld van een afgescheurde Korantekst en een een Mohammed-cartoon. Bij een Goudse moskee in aanbouw werd zelfs brand gesticht.

Eerder dit jaar verzocht Denk de regering al tevergeefs om een actieplan tegen moslimhaat op te stellen en hier structureel 50 miljoen euro voor beschikbaar te stellen.

Eind vorig jaar pleitten Nederlandse moslimorganisaties in een manifest al voor een verdiepende aanpak tegen moslimhaat. Ze stelden dat er een ‘landelijk coördinator islamofobie’ moet komen, zoals er ook al een landelijk coördinator antisemitisme bestaat. Dat gaat dus niet door.

Deze moslimorganisaties stelden ook dat de overheid moslimhaat moet erkennen als aparte vorm van discriminatie en racisme. De Kamer ging vanmiddag wél akkoord met een Denk-motie van deze strekking.

Of de overheid nog meer gaat doen tegen moslimhaat, zal ook afhangen van wat D66, de PvdA en GroenLinks – mochten zij meedoen aan een volgend kabinet – binnenhalen in de formatie. Deze partijen bepleitten in hun verkiezingsprogramma’s onder meer vergrote aandacht voor moslimhaat bij de politie, justitie en op school, aparte registratie van moslimhaat door de politie en een ‘nationaal coördinator tegen discriminatie’, waaronder ook moslimhaat zou vallen.

Utrecht: Denk wil meer veiligheidsmaatregelen rond moskeeën

0

De fractie van Denk in de Utrechtse gemeenteraad vindt dat burgemeester Sharon Dijksma meer moet doen voor de veiligheid van moskeegangers en moskeeën.

De partij heeft schriftelijke vragen gesteld aan Dijksma, aldus AD Utrecht.

Aanleiding vormen de dreigementen tegen moskeeën tijdens de ramadan. Zo kregen moskeeën door het hele land een dreigbrief verstopt in een luier, vergezeld van een afgescheurde Korantekst en een een Mohammed-cartoon. Bij een Goudse moskee in aanbouw werd zelfs brand gesticht.

Volgens Denk lopen moskeeën in Utrecht ook risico. Vorig jaar werden twee synagoges en een moskee beklad met hakenkruizen. Ondertussen groeit het anti-moslimsentiment in Utrecht, aldus Denk.

Turkse geheime dienst ontvoert neef geestelijke Gülen uit buitenland

0

De Turkse geheime dienst heeft Selahaddin Gülen opgepakt. Hij is de neef van Fethullah Gülen (foto), de in Amerika woonachtige islamitische geestelijke die volgens Turkije achter de mislukte coup van 2016 zit.

De Turkse autoriteiten beschuldigen Selahaddin Gülen niet alleen van lidmaatschap van de islamitische Gülenbeweging, maar ook van kindermisbruik. Hij beweerde zelf dat hij in 2008 al was vrijgesproken van kindermisbruik.

In oktober kwam Selahaddin Gülen naar Kenia, waar zijn vrouw lerares is. Kenia dreigde hem uit te leveren aan Turkije. Voordat de rechter in Kenia een besluit kon nemen over uitlevering verdween Selahaddin Gülen van de radar – zijn vrouw meldt dat dit begin mei was –  om gisteren op te duiken in Turkije.

In Turkije zitten duizenden vermeende Gülen-sympathisanten in de gevangenis. 80.000 Turken zijn aangeklaagd wegens ‘poging tot staatsgreep’ en/of ‘lidmaatschap van een terroristische organisatie’. 150.000 ambtenaren zijn ontslagen of geschorst, net als 21.000 militairen. Turkije heeft tientallen vermeende Gülen-sympathisanten uit het buitenland gekidnapt, vooral uit Afrika en de Balkan.

De Turkse overheid voert nog altijd een klopjacht uit op vermeende Gülen-symphatisanten. Zo zijn eind mei ruim tachtig mensen opgepakt in de westelijke provincie Canakkale. Volgens de met Gülen sympathiserende website Bold Medya werden zij tijdens hun dagenlange ondervraging gemarteld met een wipgalg. Hangend aan het trektouw van de wipgalg worden de handen omhoog getrokken, langs de rug tot over het hoofd, met ontwrichting van de schouders als gevolg.

Geen Simon, Hendrik, Anton, maar Soesma, Hayat, Alicia

0

‘What’s in a name? That which we call a rose, by any other name would smell as sweet’, verzuchtte Julia in Shakespeare’s beroemdste liefdestragedie Romeo en Julia. Als een roos anders zou heten, zou zij niet precies zo lekker ruiken? Voor Julia gaat het er niet om hoe Romeo heet, maar om wie hij is. ‘What’s in a name?’ lijkt te suggereren dat een naam onbelangrijk, inwisselbaar of veranderbaar is, omdat de kern van het wezen onveranderlijk is. Maar klopt dit wel?

Toen ik mij voor mijn debuutroman Vervoering verdiepte in de migratie van mijn ouders, die in de jaren zeventig van Suriname naar Nederland verhuisden, greep juist het aanpassen of veranderen van namen me erg aan. Hoe je daarmee een stukje van jezelf laat verdwijnen. Ik verwerkte dit in het personage van de Hindoestaanse Mukesh Mohan, die na zijn migratie in Almelo in beschuitfabriek Bolletje komt te werken:

‘Al snel veranderde hij zijn naam. Of eigenlijk was het een omkering van zijn naam. Zijn echte voornaam vormde een struikelblok voor iedereen. Mohan was makkelijker. Dus liet hij Mukesh achter in het kluisje, samen met zijn jas en portemonnee.’

Ik dacht hier ook aan tijdens het lezen van een artikel in het NRC: ‘Veel Chinezen geven zichzelf, zeker als ze gaan emigreren, een westerse naam.’ Dit heeft vaak praktische redenen: het is makkelijker solliciteren met een westerse naam en kinderen worden soms met hun Aziatische naam gepest, vertelt de Nederlandse Hui Hui Pan in het stuk.

Over de (on)schuldigheid van zo’n naamsverandering zegt hoogleraar sociologie Jan Rath in hetzelfde stuk: ‘We ervaren twee vormen van identiteit: toegeschreven identiteit: waar mensen jou mee bestempelen, en eigen identiteit: hoe jij jezelf ziet.’ Komen deze twee identiteiten niet overeen, dan gaat het wringen. Aan de ene kant kun je je niet vinden in de verwachtingen van anderen, maar aan de andere kant wil je geaccepteerd worden. Rath: ‘Als jou dus een naam wordt opgelegd, omdat de omgeving je daartoe aanzet, niet omdat je er zelf voor kiest, ontstaat er een bepaalde identiteitsproblematiek.’

Er is sinds een paar jaar echter een duidelijke tegenbeweging gaande. Zie ook de recente demonstraties tegen anti-Aziatisch racisme die hierbij aansluiten. Een ontwikkeling van bewustzijn en trots op de eigen afkomst en geschiedenis, wat ook trots op de unieke eigenheid van je naam versterkt. Steeds vaker wordt overwogen om de Chinese naam weer te gebruiken en de traditie van naamswijziging niet door te zetten voor hun eigen kinderen. Mediawetenschapper en publicist Reza Kartosen-Wong in het artikel van NRC: ‘Mensen moeten zich vrij voelen om een naam te kiezen die bij hen of hun kinderen past, ongeacht oorsprong, uitspraak of spelling.’

Is onze manier van spellen niet aan eigentijdse vernieuwing toe?

Je draagt je naam overal met je mee. De juiste manier van spellen speelt op allerlei momenten een rol. In een Rotterdamse kledingwinkel werd onlangs gevraagd naar mijn naam voor het aanmaken van een winkelpas. Normaliter begin ik dan automatisch met spellen. Eraan gewend dat mijn naam niet gangbaar is. Simon, Hendrik, Anton, Nico, Tinus, Isaak, Edward: Shantie. Simon, Isaak, Nico, Gerard, Hendrik: Singh.

Maar opeens voelde ik weerstand. Door meteen te beginnen met spellen is het alsof ik me bij voorbaat excuseer. Maar waarvoor? Ik geef de ander niet de kans om me te verrassen door mijn naam wel goed te spellen. Door er zelf vanuit te gaan dat de ander het niet kent, kan mijn naam zich niet snel ontwikkelen tot een gangbare Nederlandse naam.

En is onze manier van spellen niet aan eigentijdse vernieuwing toe? Waarom altijd Simon, Hendrik, Anton, Nico, Tinus, Isaak, Edward noemen om de eerste letters van mijn voornaam te verduidelijken, en geen Soesma, Hayat, Alicia, Nadia, Tiana, Edsilia?

Laten we dit eens als experiment proberen, de volgende keer dat je wordt gevraagd om je naam te spellen of de letters van je postcode te verduidelijken. Gebruik namen waarvan je weet dat het nog geen gangbare namen van nu zijn, maar voor de volgende generatie zeker wel. Laten we het de volgende generatie makkelijker maken. Juist dit spel van namen en taal, de verwarring die het zal veroorzaken, de irritatie, de lol is wat we nodig hebben bij dit proces naar het nieuwe normaal. Laat het bruisen, schiften, schuren, totdat het kantelt.

What’s in a name? Everything.